Himalayaxml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Het klimaat verschilt heel erg
.
De Himalaya is het hoogste gebergte
van de wereld. Er staan maar liefst veertien bergen die hoger zijn dan 8000
meter. Een daarvan is de Mount Everest. Deze is 8848 meter hoog en is de
hoogste berg (op het land) van de wereld.
Juist omdat de bergen zo hoog zijn,
gaan er elk jaar veel mensen naar de Himalaya. De bergketen strekt zich uit
over de landen India, Bhutan, Tibet en Nepal. De hoogteverschillen in de
Himalaya zorgen voor veel verschillende klimaatgebieden. Voor iedere duizend
meter die je omhoog gaat, wordt het zes graden kouder.
Verschil in klimaat
Niet alleen voor bergbeklimmers is het Himalayagebied mooi. Ook geografen
kunnen hier hun hart ophalen. Omdat het klimaat steeds zo verschilt, komen er
veel verschillende planten- en dierensoorten voor. Je kunt het
hooggebergteklimaat aangeven met de letters ET uit het Köppensysteem.
Tot 2500 meter
Veel mensen beginnen hun tocht in het Himalayagebied op zon 2500 meter boven
zeeniveau. De omgeving bestaat daar uit bossen met blauwsparren, jeneverbessen,
magnolias, berken, eiken en bloeiende rododendrons. Vooral in de lente,
wanneer de rododendrons en andere planten in bloei staan, is het in dit gebied
erg mooi. In de bossen kom je vele vogelsoorten tegen, waaronder de
regenboogkleurige glansfazant. Ook muskusherten, wilde jaks, zwarte
Himalayaberen en de rode pandas lopen hier vrij rond. Er leven ook mensen op
2500 meter hoogte. Zij wonen vaak in kleine dorpjes en verbouwen tarwe,
aardappels, spinazie en uien.
Boven 2500 meter
Naarmate je hoger komt, groeien in de bossen steeds vaker naaldbomen zoals de
zilverspar en de grove den. Deze bomen kunnen beter tegen de kou dan bomen met
groene bladeren. Ook grazen er geiten en Himalayagemsen. Voor akkertjes wordt
het nu te koud. Daarom zie je steeds meer weidegebieden.
Boven 4050 meter
Het is zo koud boven 4050 meter dat er alleen nog kleine plantjes zoals
grassen en mossen kunnen groeien. De zomers in hooggebergten zijn kort en koel;
ze duren soms maar twee maanden. Het wordt er niet warmer dan 10 ºC en in de
lange, strenge winters vriest het de hele tijd. Toch leven hier ook dieren,
zoals het blauwe schaap en het zeldzame sneeuwluipaard. Boven 6.000 meter
blijft de temperatuur zelfs voortdurend onder de nul graden. Planten groeien er
niet meer en landschap is met ijs en sneeuw bedekt.
Opwarming
Het gaat niet goed met het Himalayagebied. Omdat de aarde opwarmt, verandert
ook het hooggebergteklimaat in de Himalaya. Bergbeklimmers zien dat er minder
sneeuw op de toppen van de bergen ligt en gletsjers smelten. Door het smeltende
ijs komt er veel water vrij, waardoor meren dreigen te overstromen. De mensen
die in dorpjes op 2500 meter hoogte wonen, worden hier de dupe van. Niet alleen
hebben ze last van overstromingen, er kunnen ook lawines ontstaan die hun dorp onder
de sneeuw kunnen bedelven.
|