DE VETTIGE, DE NEURT EN DE ROSSE
Het optimisme van den Borre kent geen grenzen. Onder de tonen van een uit volle borst gezongen ‘Oh sole mio’ stapte het gezelschap uit … in de gietende regen.
‘Ze zijn er hier op voorzien’ zegt Algoratje, onze reisgidse. ‘In Bologna, met zijn 37 kilometers arcade, loopt ge altijd overdekt. Dank zij een hoge eerste verdieping, kenmerkend voor de oude bouwstijl, kon men gemakkelijk arcades aanbouwen. De Italianen noemen dat ‘portici’ (bogen).’
Bologna heeft drie bijnamen:
La grassa: of ‘de vette’. De rijke gastronomie hier duidt niet alleen op de spaghetti alla Bolognese;
La dotta: de geleerde, omwille van de eeuwenoude universiteit. In de dertiende eeuw doceerde men hier al rechten. Merkwaardig is ook dat het de studenten zelf zijn die deze universiteit leiden;
La rossa: eerst omwille van de rode daken, dan omwille van de politieke kleur en de antiaristocratische ingesteldheid. Misschien ook wel omwille van de koppigheid en de onafhankelijkheidsdrang. Niet toevallig volgen we, beschermd door de arcades, de Via dell’ Indipendenza.
© Foto Gidsjoris: JL100-0630)
|