Dit filmpje speelt niet synchroon en het start slechts na een 15-tal seconden, maar is toch het beluisteren waard een smaakmaker voor de film Fados van Carlos Saura... (zie ook bericht hieronder)
De fadistas zijn achtereenvolgens Vicente da Cãmara, Maria da Nazaré, Ana
Sofia Varela, Tânia Oleiro, Carminho (guitarrista), Ricardo Ribeiro en Pedro Moutinho.
De Spaanse cineast Carlos Saura (75) heeft tijdens zijn lange carrière al ruim 40 films gedraaid. In acht ervan staat muziek centraal en dat is ook het geval in zijn jongste werkstuk Fados: geen documentaire, maar veeleer een audiovisueel gedicht dat de Portugese blues als onderwerp heeft. (Lees verder hieronder)
Artikel uit DE MORGEN van vrijdag 22 februari 2008
Voor een leesbaar formaat klik op de fotos
Fados van Carlos Saura gaat op 27 februari in première in Cartoons Antwerpen, Flagey Brussel en Studio Skoop Gent.
Port (ook wel porto) is een zoete wijnsoort uit Portugal, met een alcoholgehalte dat tussen 18 en 20 procent ligt. Om port te kunnen maken zijn, naast de soort druiven, vooral ook het klimaat en de grondsoort van belang. Dit verklaart waarom port enkel gemaakt kan worden in de Dourovallei in het noorden van Portugal. Het verloop van het weer in een bepaald jaar speelt de belangrijkste rol bij het verkrijgen van een unieke kwaliteitsport, die de vintage port genoemd wordt.
De Rio Douro is na de Rio Tejo de tweede rivier van Portugal. Hij ontspringt als Rio Duero in Spanje op 2000 m hoogte in het Iberisch randgebergte, de Sierra de Urbión. Schuin boven Miranda do Douro stroomt bij het Portugese grondgebied binnen, vormt over 112 km de grens tussen de twee landen voordat hij bij Barca de Alva naar het westen afbuigt en daarna 215 km dwars door Portugal loopt tot de uitmonding bij Porto in de Atlantische Oceaan. De rivier heeft in zijn bovenloop een prachtig diep en nauw kloofdal uitgeslepen
De naam port(o) is afgeleid van de stad Porto. Port wordt sinds het begin van de 17e eeuw in Portugal gemaakt. De bereiding is ontstaan doordat Engeland in onvrede leefde met Frankrijk, dat toen al een groot wijnproducerend land was. Hierdoor ging men in andere streken op zoek naar wijn. Omdat de wijnen uit Portugal en Spanje de bootreis naar het eiland niet altijd even goed overleefden, werd er gezocht naar oplossingen hiervoor. Bij de port werd er aan het einde van de bereiding wat brandewijn toegevoegd. Pas aan het einde van de 18e eeuw ging men over de gisting te stoppen door toevoeging van wijnalcohol. Door deze stap behoudt port veel restzoet door niet vergiste suikers.
Terwijl de naam "Porto" geen beschermde merknaam is - er bestaat bij voorbeeld Zuidafrikaanse Port -, mag gerust gesteld worden dat de beste Ports uit het gebied van de D.O.C.Oporto komen. Dat is het gebied dat langs de rivier Douro (uitspreken: dowroe) is gelegen, beginnend vanaf ongeveer 110 km ten oosten van de stad (O)porto, en reikend tot ongeveer aan de Spaanse grens - waar de rivier trouwens Duero wordt genoemd, en waar ook veel wijn wordt gemaakt. De hoofdstad van het wijngebeuren is Regua. Daar staat de beroemde zwarte Sandeman hoog op de wijnheuvel tegenover het stadje (zie kaart hieronder en foto).
Wat wij als "Porto" kennen is eigenlijk een recente wijnsoort, want in dit gebied wordt al 22 eeuwen lang wijn gemaakt! En dat van in totaal meer dan honderd witte en rode druiven! Volgens de meeste bronnen begint de geschiedenis van "Port wine" rond 1680, toen Engeland in oorlog geraakte met Frankrijk en dus geen "claret" uit Bordeaux meer ingevoerd kreeg. De Britten zochten en vonden een alternatief diep in het Dourogebied. Die wijn werd met platbodems tot in Villa Nova de Gaia (zie bovenste kaarten) gevaren, waar de grote invoerders hun pakhuizen hadden. En van daar werd hij verscheept. Maar deze wijn bleek niet zo goed bestand tegen de lange zeereis. Dus versterkten Britse, en vooral Schotse invoerders de vaten met zo'n 5% brandewijn. Wat de Britten er niet bij zeggen is dat deze oplossing hen werd ingefluisterd door hun Nederlandse bondgenoten - die wisten hoe je een gewone wijn kon "verrijken" met jenever. Deze aangesterkte wijn vond men veel beter dan de gewone landwijn.
Zou Porto dan, net als sherry, een wijn-met-toegevoegde-brandewijn zijn? Neen! Want het eigenlijke Porto-procédé werd waarschijnlijk ontdekt door de abdij van Lamego. Het geheim bestaat er in dat men nog tijdens de gisting alchol met volumegehalte van ca 77% geleidelijk toevoegt aan de most tot men een % van ongeveer 18 bereikt. Het effect is dubbel: de wijn behoudt in hogere mate zijn fruitigheid, én er ontstaat een likoreuze of "genereuze" drank - in het Portugees "generoso". Voorwaarde is wel dat men de wijn minstens drie jaar op vat laat rijpen.
Let echter wel op: er werd eerst en lange tijd alleen rode portwijn gemaakt, daarna begon men met witte druiven. Maar wit haalt nooit de kwaliteit van de betere rode. En over welke druiven gaat het? In totaal heeft men 82 druivensoorten kunnen aantreffen in Portwijnen allerhande! Portwijn is in veruit de meeste gevallen en mengwijn van minstens 3-5 druivensoorten.
Leopoldo Metlicovitz Tentação é o vinho Adriano Ramos Pinto (Verleiding is de wijn Adriano Ramos Pinto) ca 1900, Porto Cie Ramos Pinto
Sinds de oprichting door Adriano Ramos Pinto in 1880 is het huis Ramos Pinto al snel bekend geworden om haar vernieuwende en ondernemende strategie. Deze was en is nog steeds gebaseerd op het toepassen van nieuwe technieken bij de wijnproductie en op de speciale aandacht voor de uitstraling en de promotie van zijn port en wijnen.
Adriano Ramos Pinto was altijd vernieuwend bezig als het ging om de marketingstrategie van zijn port. Hij selecteerde de beste materialen voor de verpakking van zijn portwijnen, bestelde kaarten en posters, ontworpen door de beste kunstenaars en ontwikkelde diverse promotionele acties die hun tijd ver vooruit waren.
Tegenwoordig houdt het huis Ramos Pinto, nu eigendom van Champagne Louis Roederer, nog steeds vast aan deze traditie als het gaat om de vernieuwing van het wijnonderzoek, bijvoorbeeld bij het selecteren van verschillende soorten druiven, beplantingsmethodes en eigen productieprocessen.
Het porthuis Ramos Pinto is eigenaar van de wijngaarden (Quintas) do Bom Retiro, da Urtiga, dos Bons Ares en de Ervamoira. Deze gebieden beslaan in totaal zon 360 ha. Het is zeer bijzonder voor een portproducent om zoveel wijngaarden in eigen beheer te hebben en het betekent dat Ramos Pinto een grote controle heeft over de kwaliteit van de druiven.
Uit het repertoire van Beatriz da Conceição live opgenomen voor haar album: "O Coração tem Três Portas" (Het hart heeft drie deuren) mét vertaling...
Ovelha negra (Zwart Schaap) Carlos da Maia / João Dias
Chamaram-me ovelha negra
Men noemt mij zwart schaap Por não aceitar a regra Omdat ik de regels niet volg De ser coisa em vez de ser Om íets te zijn in plaats van íemand Rasguei o manto de mito Ik heb de schijnwereld verlaten E pedi mais infinito En vraag om oneindig veel meer Na urgência de viver Omdat ik verlang om écht te leven
Caminhei vales e rios Ik heb door dalen en rivieren gelopen Passei fomes passei frios Heb honger en koude doorstaan Bebi água dos meus olhos Heb het water van mijn ogen gedronken Comi raízes de dor Heb wortels van smart gegeten Doeu-me o corpo de amor Mijn lichaam gevuld met liefde doet pijn Em leitos feitos escolhos In bedden gevuld met obstakels
Cansei as mãos e os braços Mijn handen en armen werden moe Em negativos abraços Van negatieve omhelzingen De que a alma esteve ausente Waarin de ziel ontbrak. Do sangue das minhas veias Het bloed uit mijn aders Ofreci taças bem cheias Bied ik in volle bekers Á sede de toda a gente Aan iedereen om hun dorst te lessen
Arranquei com os meus dedos Ik heb met mijn vingers gepulkt Migalhas de grão, segredos Om de kruimels, geheimen Da terra escassa de pão Van de aarde, uit het schaarse brood. Mas foi por mim que viveu Maar ik heb geleefd A alma que Deus me deu Met de ziel die god me heeft gegeven Num corpo feito razão. In een lichaam gemaakt uit conflicten.
Mafalda Arnauth canta "Hortelã Mourisca" de Amália Rodrigues...
Mafalda Arnauth is een van de jonge vrouwelijke singer/songwriters in de wereld van de Fado. Een bloedmooi zingende dame, die zich onderscheidt van Cristina Branco, Dulce Pontes en Misía door haar lichtere toon in de vaak zo melancholieke Portugese blues. Mafalda wil de Portugese tradities en cultuur vertegenwoordigen op een manier die past bij haar eigen woorden en muziek. Wie haar albums kent hoort inderdaad meer vrolijkheid. Hetgeen niet wegneemt dat Arnauth tot in het diepst van haar ziel de gevoelige muziek van haar vaderland vertolkt.
Optreden in het Castelo de São Jorge in Lissabon, Mafalda Arnauth zingt live "Hortelã Mourisca"
Hortela Mourisca (Moorse munt) Amália Rodrigues
Composição: Indisponível
Vem o sol de agosto, vou dormir no prado, Wanneer de augustuszon komt, ga ik slapen in de weide, Tudo lá é de gosto, sem ferro de arado. Alles is daar smaakvol, zonder een ijzeren ploeg. A cama está feita de hortelã mourisca Het bed is gemaakt van moorse munt E a macela espreita com graça e belisca! En de kamille verspreidt zijn bevalligheid en geuren!
Hortelã mourisca por entre a macela, Moorse munt tussen kamille, Vem lavar teu rosto no orvalho dela! Kom uw gezicht in hun dauw wassen! Hortelã mourisca pela madrugada, Moorse munt van de dageraad, Beijarei teus olhos, rosa perfumada! Ik wil uw ogen kussen, geurige roos!
Sob
um mar de estrelas de flor de macela, Onder een zee van sterren van kamillebloemen, Não tenho fronteiras, não tenho janelas! Heb ik geen grenzen, heb ik geen ramen Tenho a minha amada, cotovia arisca, Heb ik bemind, mijn schuwe leeuwerik, Toda perfumada de hortelã mourisca! Volledig geparfumeerd door de Moorse munt!
Aan al mijn blog bezoekers een leuke Valentijnsdag toegewenst !
Gezocht: Mensen met een groot hart voor mensen zonder papieren
Fakkeltocht voor regularisatie op donderdag 14 februari. De fakkeltocht begint om 17:15 aan het stadhuis van Gent (Belfortstraat) en eindigt aan de St. Antoniuskerk in de Forelstraat.
14 februari is Valentijnsdag. We wensen iedereen veel liefde en geluk toe, maar willen ook aandacht vragen voor de situatie van mensen zonder papieren. We houden van België en we willen hier werken aan onze toekomst. Daarom vragen we de regularisatie van mensen zonder papieren. Ons hart ligt hier, in Gent, in België!
Senhora do Livramento geschreven door José Luis Gordo op de klassieke fado Macha do Marceneiro muziek van Alfredo Duarte
Fadista: Paulo Filipe Guitarra Portuguesa: Hêrnani Raposo Viola: Ed Câmara Contra Baixo: Pedro Joel
Senhora do Livramento
Senhora do Livramento / Dame van de verlossing Livrai-me deste tormento / Verlos mij van deze kwelling De a não ver há tantos dias / Van het 'niet-zien' zovele dagen Partiu zangada comigo / Degene die met boosheid is vertrokken Deixou-me um retrato antigo / Mij heeft nagelaten een vervlogen beeld Que me aquece as noites frias / Dat mij in koude nachten verwarmt
Senhora que o pensamento /Dame van wie de gedachten Corre veloz como o vento / Sneller lopen dan de wind Rumando estradas ao céu / Zij trekt wegen door de lucht Fazei crescer os meus dedos / Laat mijn vingers groeien P´ra desvendar os segredos / Om de geheimen te ontrafelen Num céu que não é só meu / In een hemel die niet alleen van mij is
Senhora do céu das dores / Dame van de hemel van pijn Infernos, prantos, amores / Hel, gehuil, liefdes A castigar tanto norte / De ijskoude bestrafing Porque é que partiste um dia / Want op een dag is verdwenen Sofrendo a minha agonia / Het lijden van mijn doodstrijd E não me roubaste a morte / En heb je mijn dood niet gestolen
Terug tijd voor een beetje geschiedenis. Dat Vlaanderen en Portugal historische banden hebben, weten wij al vanuit onze geschiedenisboeken. Maar af en toe duiken onbekende namen op van Vlaamse mannen die een belangrijke rol gespeeld hebben tijdens hun leven. Zo ook Nicolaes Cleynaerts, ook terug te vinden onder de naam Nicolau Clenardo of Nicolaus Clenardus.
Nicolaes Cleynearts. Vandaag een onbekende naam, in het Europa van de 16de en 17de eeuw een begrip. Deze Diestse humanist (1493-1542) schreef enkele Griekse handboeken die zijn naam in Europa vestigden: meer dan 500.000 exemplaren werden ervan gedrukt. Maar vanaf 1525 ging zijn belangstelling vooral uit naar het Arabisch. Op zoek naar een moorse meester vergezelde hij Hernando Colón, zoon van Christoffel Columbus, naar het zuiden, waar hij grote roem oogstte als lesgever van de latere Portugese koning Henrique.
Lees het volledig artikel via volgende link: KLIK HIER!
Het openbare en zeker het theologische leven was begin 16de eeuw geheel en al een mannenzaak. Cleynaerts' faam verspreidde zich en zo kreeg hij een uitnodiging om aan het Portugese hof de opleiding te gaan verzorgen van de jonge prins Henrique (*). Évora én de aartsluie Portugezen De tocht naar het Portugese hof werd geen makkie. Maar Cleynaerts kon snel aarden in Évora. Hij gaf de toekomstige vorst les én hij kon zich verdiepen in zijn studie van het Arabisch. Tussendoor observeerde hij de leefwijze van de Portugezen. "Geen volk ter wereld is zo werkschuw als het Portugese. (...) Als hier niet zoveel vreemdelingen verbleven om het handwerk te verrichten, geloof ik niet dat ik ooit een barbier of een kleermaker had kunnen vinden." Het waren zwarten die al het werk deden. In elk huishouding minstens één. De rijken doen daar nog een schepje bovenop. Die hebben zwarten van beide seksen in dienst en die kweken met ze, zoals wij met duiven doen."Daarbij spreidden de Portugezen ook nog een merkwaardige ruimdenkendheid op het gebied van de liefde ten toon: "Overal wordt Venus publiekelijk geëerd." Vrijen wél, maar werken ? "Zou een vrij man in Portugal bereid zijn ook maar het geringste werkje te verrichten? Geen denken aan !" En met zo'n mentaliteit gingen de Portugezen aan het koloniseren ... Vanwaar toch zo'n ingesteldheid ? Cleynaerts vervolgt: "Het ergste van alles: die uiterlijke praal berust uitsluitend op schijn ! Al die slaven worden onderhouden ten kost van veel vasten en ascese." Portugal was een reus op lemen voeten.
Ondertussen was het elders in Europa onrustig. In Engeland werd Thomas More onthoofd. Keizer Karel had de handen vol aan de oprukkende Turken. Christentroepen gingen de Moren in Tunis in de pan hakken en overal in Europa maakte de Inquisitie jacht op "ketters". In Évora verdient Cleynaerts goed zijn boterham. Naar Portugese gewoonte schaft hij zich ook drie zwarte slaafjes aan. "Om hun leven te verlichten", uiteraard. De drie zwarte jongens met wie hij via gebaren moet 'praten', zullen hem helpen zijn methodes voor het aanleren van vreemde talen doeltreffend te ontwikkelen. Want dat is nog een verdienste van Cleynaerts: hij leert Latijn aan zijn zwarte slaafjes door middel van een converseermethode die een voorafbeelding is van de latere Assimilmethode: voortdurende herhaling van korte zinnetjes uit het dagelijkse leven. De Cleynaert's 'show' doet Braga aan In Braga waar Cleynaerts vervolgens naar toe trekt om er een nieuw Latijns college op te richten, past hij zijn nieuwe methode consequent toe. Zo geeft hij voor grote groepen leergieringen al spelenderwijze onderricht in het Latijn en dat doet hij "zowaar met handen en voeten: mijn neus snuiten, mijn haar kammen, mijn schoenen aan- en uitdoen. Ik deed het allemaal voor terwijl ik hardop het Latijnse woord uitsprak." Ook zijn drie zwarte slaafjes treden mee op in de show. Als je leest hoe enthousiast het publiek reageerde, hoe iedereen begon te lachen en te applaudiseren, hoe de zaal in één pandemonium veranderde, dan zou je er zelf willen bij geweest zijn, bij zo'n optreden van Cleynaerts. Het moet nogal een evenement geweest zijn. En hij dreef de spot met alles. Liet zijn publiek bv. uitroepen"Ego sum cardinalis". "Ik ben Kardinaal" Maar dan flitst het door je hoofd: daar gaat hij miserie mee krijgen
Lees het volledig artikel via volgende link: KLIK HIER!
D. Henrique, o Cardeal-Rei de Portugal
Sé Catedral de Évora
(*) Hendrik I (Lissabon, 31 januari 1512 - Almeirim, 31 januari 1580) bijgenaamd Hendrik de Kuise of Hendrik de Koning-Kardinaal, was van 1587 tot 1580 koning van Portugal.
Hendrik maakte deel uit van het Huis Avis-Beja, Hij was de vijfde zoon van koning Emanuel I van Portugal en diens tweede vrouw Maria van Aragón. Bovendien was hij de jongere broer van de Portugese koning Johan III. Vandaar dat Hendrik oorspronkelijk nooit de verwachting heeft gehad troonopvolger te zullen zijn. Vanwege zijn functie als kardinaal kreeg hij de bijnamen De Kuise en Koning-Kardinaal. Reeds op jongere leeftijd nam Hendrik zich voor de relaties tussen Portugal en de katholieke kerk te willen verbeteren. Hij klom snel op in de kerkelijke hiërarchie en werd bisschop van Braga, Évora en Groot-Inquisiteur. Nadat zijn achterneef Sebastiaan I als vermist werd opgegeven na de slag bij Alcácer-Quibir in 1578, volgde Hendrik deze op als koning.
Hendrik I kwam aldus terecht in een ingewikkelde kwestie rondom de troonopvolging. Na zijn overlijden zond Filips II de hertog vanAlva om zijn aanspraak op de troon met geweld te verwezenlijken, hetgeen lukte. Portugal maakte vanaf 1580 tijdelijk deel uit van het Spaanse koninkrijk. Hij was de laatste koning van Portugal uit het Huis van Avis.
A Guitarra Portuguesa é de origem remota, tendo por base a cítara renascentista e o alaúde árabe. Alguns pretendem que tenha origem na chamada guitarra inglesa, que contudo, pura e simplesmente nunca existiu. De facto o termo refere-se a um padrão de qualidade. Durante algum tempo os melhores instrumentos do tipo eram os fabricados em Inglaterra. Na realidade a Inglaterra não tem, de outra forma, grande tradição no desenvolvimento deste tipo de instrumentos.
De Portugese Guitarra is oorspronkelijk ontstaan uit de renaissance citar en de Arabische luit. Er zijn er die beweren dat haar origine ligt bij de zogeheten Engelse gitaar, dit kan eenvoudigweg niet. Het heeft vooral te maken met de kwaliteitsnorm. Gedurende enige tijd werden de beste instrumenten van dit type gefabriceerd in Engeland. In werkelijkheid bezit Engeland geen grote traditie in het ontwikkelen van dergelijke instrumenten.
Gonçalo Paredes e Flávio Rodrigues, entre outros, foram os compositores mais respeitados dentro do estilo tradicional. Posteriormente Artur Pardes surgiu com a sua interpretação pessoal do instrumento beneficiando a sua acústica de diversas formas. Trabalhando com a família de construtores Grácio, de Coimbra, Paredes trouxe o instrumento para a era moderna, onde ele se mantém hoje, como perfeitamente actual.
Onder andere Gonçalo Paredes en Flávio Rodrigues waren zeer gerespecteerde componisten in de traditionele stijl. Recenter verscheen Artur Paredes met zijn persoonlijke interpretatie van het instrument. Hij maakte gebruik van de akoestiek met de verschillende vormen van het instrument. Hij werkte daarvoor samen met de instrumentenbouwers uit de familie Grácio uit Coimbra en ontwikkelde op die manier het instrument tot zijn huidige vorm.
CARLOS GONÇALVES "Lágrima" Instrumentaal
Carlos Conçalves is de componist van deze fado, waarvan de tekst geschreven is door Amália Rodrigues. Het is één van de meest representatieve fados van Amália met een buitengewone schoonheid, zowel muzikaal als poëtisch
Indien u de gezongen versie van deze fado wilt horen, klik dan HIERen dan komt u op een vorig bericht over Ana Sofia Varela mét tekst én vertaling
Um alaúde mourisco, com seis pares de cordas (Een Moorse luit met zes paar snaren)
Mourisco (in het Spaans: Morisco), letterlijk Moortjes, is de naam die men geeft aan de Andaloesiche Arabieren en Berbers die na de val van Granada in 1492 achterbleven in christelijk Spanje en die door de Katholieke Koningen verplicht werden om hun godsdienst, taal en cultuur op te geven. Het laatste halfmiljoen Morisco's zal pas in 1614 op boten gezet worden richting Marokko, waar ze steden stichten als Rabat en Tetouan.
Maar resten van hun cultuur overleven nu nog in Spanje en Portugal. Daarom kan je in het vroegere al Andalus (Portugal en Spanje) niet alleen Arabische architectuur terugvinden, maar ook restanten van die Morisco-cultuur.
De meest bekende muziekvorm uit Portugal heet fado.
Het woord fado en de muziek is Arabisch van origine. Portugezen hadden last met de Arabische zware H. Daarom spreken ze nu over de vroegere badenwijk in Lissabon, al Hamma als alFama, of van de stad Faro (oorspronkelijk Harun). Wel het woord fado komt van het Arabische hadu, een herderslied. Oorspronkelijk dus pejoratief bedoeld: een ongecultiveerd (niet romaans) lied. De sfeer van fado liederen wordt beschreven met de term saudad, wel dit is gewoon het Arabische woord voor melancholie, sawdad.
Zomaar een vrolijke fado gezongen door Adélia Pedrosa (Brazilië) met een ondeugend knipoogje naar alfacinha da Casa Portuguesa
Adélia zingt "Lisboa Não Sejas Francesa" (Lissabon is niet Frans), "Lisboa Antiga" (Oud Lissabon), "Lisboa à Noite" (Lissabon bij nacht) en "Lá Vai Lisboa".(Daar gaat Lissabon) een kadootje aangeboden aan ál mijn blogbezoekers
- o 0 o - Samengevatte biografie over Ercília Costa met getuigenissen van Josefina Silva en Deolinda Rodrigues met een introductie door Nunes Fortes gerealiseerd in 1984 - o 0 o -
Ercília Costa werd geboren in 1902 in een kleine vissersgemeenschap nabij Lissabon, maar haar natuurtalent als fadista bracht haar onder de aandacht van een plaatselijk fadohuis, waar zij reeds als tiener zong. Midden de jaren 20 was zij reeds een bekende en bewonderde fadista met een groeiende nationale populariteit. Door haar succes werd zij gevraagd om op te treden in Brazilië in 1936, in 1937 in Parijs en nadien in New-York, waar zij zong in het Portugese paviljoen. Zij doorkruiste Amerika zingend voor de Portugese gemeenschappen in verschillende steden en eindigde in Hollywood. Officieel ging zij op pensioen in 1954 om rustig te kunnen leven nabij Lissabon, maar zij nam in 1972 nog eenmaal haar meest populaire fados op. Ercília Costa was onbetwistbaar de eerste Portugese internationale ster en haar status is sindsdien legendarisch geworden.
Vanaf het begin van vorige eeuw werd meer en meer duidelijk dat fado uiteindelijk slechts drie begeleidingsinstrumenten zou kennen die bijna organisch met zijn geschiedenis waren meegegroeid. Behalve bij de gesproken fadogedichten is er van fado geen sprake zonder guitarra en viola.
De guitarra of guitarra Portuguesa is het voornaamste instrument. Terecht is ze hét symbool van de fado. Het is een sister met peervormige klankkast, zes metalen dubbelsnaren en een bereik van 3,5 octaaf. De hals eindigt in een prachtig waaiervormig schroefstuk waarop 12 sleutels zijn aangebracht voor het stemmen. Het uiteinde van de hals kan zeer mooi zijn bewerkt tot een krul met bijvoorbeeld vrouwenfiguren, zoals de guitarra van Armandinho.
De guitarra wordt bespeeld met duim en wijsvinger. Pas rond 1930 gebruikte de guitarrista unhas (valse nagels). Er waren twee redenen om die te gebruiken: ze maakten de klank helderder en men kon een grotere snelheid bereiken in een muziek die almaar virtuozer werd. Bovendien kon een professionele guitarrista, die urenlang moest spelen, het zich niet meer veroorloven dat zijn echte nagels braken, waardoor het spelen onmogelijk werd.
Het tweede obligate instrument is de viola. Dat is de gewone Spaanse gitaar die vanaf het begin van de negentiende eeuw bij de begeleiding van de fado werd gebruikt.
Daarnaast kan men nog de viola baixo gebruiken, een basgitaar met vier metalen snaren die het ritme nog meer moeten beklemtonen. Ze is niet noodzakelijk maar wordt vaak bij de opnamen gebruikt.
De guitarra dient om de melodie van de zanger te versieren en te ondersteunen. Is er een tweede guitarra, dan moet die de eerste begeleiden en voor een melodisch contrapunt zorgen. De viola geeft de noodzakelijke ritmische basis aan. Instrumentalisten in de fado zijn vrijwel altijd mannen.
Eén van de grootste guitarristas van vorige eeuw is Armando Freire, die gewoonlijk Armandinho wordt genoemd. Armandinho (1891-1946) was zó belangrijk dat men spreekt over de fado vóór en na Armandinho. Eigenlijk is hij zoals Arthur Paredes in Coimbra (zie linkerkolom onder de knop 'Fado' met 3 berichten), de vernieuwer geweest die fado van eenvoudige begeleidingsschemas tot meesterlijke improvisaties verhief. Spijtig genoeg is het merendeel van zijn composities verloren gegaan, op enkele opnamen bij His Masters Voice na.
Bron
: Fado - De tranen van de Taag, Dirk Lambrechts, Uitgeverij EPO, 2000, ISBN 90 6445 167 2
Zin in iets lekkers ? Hieronder één van mijn lievelingsgerechten, eenvoudig om klaar te maken én een streekgerecht uit de Ribatejo Heerlijk!
Eirós grelhada a moda do Ribatejo
Omschrijving
Gegrilde paling uit Ribatejo
Ingrediënten
750 gram verse paling 50 gram boter half bosje peterselie fijngehakt 1 el. citroensap zout/peper
Bereidingswijze
Was de paling en snij hem in stukken van 6 cm. Smelt de boter, voeg de peterselie, het citroensap, het zout en de peper toe. Doop de stukken paling in de warme boter en leg ze onder de grill. Houd de boter warm. Rooster de paling tot zij gaar is gedurende 10/15 minuten aan alle kanten bruin. Matig de warmte aan het eind. Serveer overgoten met het warme botermengsel.
Serveertips
Serveren met gekookte aardappelen en een droge witte wijn. Bom apetite!
Andere Portugese recepten vindt u in de linkerkolom onder de button: Cozinha
Gonçalo Salgueiro, o prÃncipe do fado... e um tradução do 'Grito'...
Gonçalo Salgueiro is geboren in Montemor-O-Novo (Alto Alentejo) op 7 november. Op de leeftijd van 17 jaar vertrok hij naar Lissabon om te studeren aan de universiteit. Hij kwam ook in aanmerking voor het nationale conservatorium van Lissabon, maar hij prefereerde te studeren los van dit instituut. Gonçalo Salgueiro begon met het zingen van Fado door Maria de Fe (één van de grootste Fado zangeressen) in haar Fado huis"Senhor Vinho". Gonçalo kreeg zijn bekendheid door zijn indrukwekkende vertegenwoordiging van een rol in de musical "Amália". Zijn eerste solo album "...No Tempo Das Cerejas " uit het jaar 2002 wijdde hij aan de legendarische Amália Rodrigues.
Grito (Schreeuw)
Música: C. Conçalves Letra: Amália Rodrigues
Silêncio! / Stilte! do silêncio fasso um grito / uit de stilte komt een schreeuw corpo todo me dói / gans mijn lichaam doet pijn deixai-me chorar um pouco. / en laat mij een beetje huilen.
Só à sombra / Alleen in de schaduw como o sol vou rebolindo / draai ik mij weg van de zon de sombra assombrada / vanuit de droefgeestige schaduw já lhe perdi o sentido. / is alles zinloos geworden
.
Ó céu! / Oh hemel! aqui me falta a luz / hier ontbreekt mij het licht aqui me falta uma estrela / hier heb ik geen ster chora-se mais / schreeuw meer quando se vive atrás dela. / want het leven is voorbij.
E eu, / En ik, a quem o sol esqueceu / aan wie de zon vergeving schenkt só dou ao mundo perdão / alleen ik geef aan de wereld gratie só choro agora / nu alleen huilend porque quem morre já não chora. / want degene die sterft huilt nu niet meer.
Solidão! / Eenzaamheid! que lembras-me a santeira / brengt herinneringen aan de hemelse ao céu da companheira / zaligheid van mijn gezellin minha profunda amargura. / geeft diepe bitterheid.
Ai, solidão / Ah, eenzaamheid a quem foste confiante / op wie je vertrouwt Ai! solidão / Ah! eenzaamheid e se morderam a cabeça. / die vastzit in het hoofd.
Meu Deus / Mijn god que ao fim do além da vida / dat is het levenseinde do que já fui tenho sede / waar ik zo naar verlang sou sombra triste / ik ben een droevige schaduw encostada a uma parrede. / die vastligt aan een paal.
Adeus, / Vaarwel, vida que ranto duras / leven dat zo hard was da morte que tanto gabas / door de dood die jij verheerlijkte ai, que me dês / ah, jij laat me leven met a solidão quase loucura. / een eenzaamheid die me bijna gek maakt.
Site oficial do Fadista Portugues, Goncalo Salgueiro: CLIQUZ AQUI!
Videoclip van Gethsemane (Hof van Olijven) uit de musical Jesus Cristo Superstar, geïnterpreteerd door Gonçalo Salgueiro.
Homepage van de musical Jesus Cristo Superstar:KLIK HIER!
Sequência sobre as Divas do Fado Novo - o episódio 10: Cristina Branco
Cristina Branco (°Ribatejo, Portugal, 1972) is een Portugese fadozangeres. Aanvankelijk zong Branco jazz en andere - voornamelijk Portugese - muziek. Haar grootvader bracht Cristina in aanraking met de fado van Amália Rodrigues. Dit deed haar besluiten zich hierop toe te leggen. Branco zingt fado in een modern jasje. In Nederland is Branco bekend geworden door haar cd O Descobridor waarop ze vertaalde gedichten van J. Slauerhoff zingt. Daarnaast nam zij in 2006 samen met de Nederlandse groep Bløf het nummer Herinnering aan Later op, dat op de cd Umoja verscheen.
Cristina Branco zingt een sonnet van William Shakespeare in het Portugees
Se a alma te reprova
William Shakespeare/Custódio Castelo
Se a alma te reprova eu venha perto, Jura à cega, que o teu ardor eu fosse; Ardor tem, como saber, sítio certo, E assim me enchas, amor medida doce. Ardor enche de ardor a amor teu cofre, Ai, lardeia-o de ardor!, e ardor do apronto E bem prova que em vazadouro sofre Se o número é grande, eu só não conto. Então que eu passe em grupo ser visto, Sendo um nas cotas dessa feitoria; Tem-me em nada, se te agradar registo De que este nada em ti é doçaria. Faz só meu nome teu amor e amor; E amas-me então pois eu te chamo Ardor.
Origineel: If thy soul check thee that I come so near by William Shakespeare
If thy soul check thee that I come so near, Swear to thy blind soul that I was thy 'Will', And will, thy soul knows, is admitted there; Thus far for love, my love-suit, sweet, fulfil. 'Will', will fulfil the treasure of thy love, Ay, fill it full with wills, and my will one. In things of great receipt with ease we prove Among a number one is reckon'd none: Then in the number let me pass untold, Though in thy store's account I one must be; For nothing hold me, so it please thee hold That nothing me, a something sweet to thee: Make but my name thy love, and love that still, And then thou lov'st me for my name is 'Will.'
Cristina Branco, de mooiste stem van Portugal
Ze wil niet vergeleken worden met Amalia Rodriguez en eigenlijk is het ook geen fado wat ze zingt. En toch kennen we Cristina Branco als de beste fadista van haar generatie, een waardige opvolgster van de zangeres die ze zelf nooit gezien heeft. De stem van Cristina Branco doet harten smelten. Het is een stem zo zuiver als het helderste water, zo mooi als de vrouw die je liefhebt, zo soepel als een kat op een koord, doordrongen van weemoed, eigen aan de fado, maar ook van liefde voor het leven. Als Cristina Branco zingt, breken de pantsers en vallen de maskers. Een traan welt op en je zucht, stilletjes. Dan weerklinkt andermaal de Portugese gitaar van Custodio Castèlo, muze en geliefde van de zangeres, vader van haar kind, maar bovenal een virtuoze muzikant. Die ook helemaal in zijn muziek kruipt als hij speelt, trekken en grimassen op het gelaat als werden ze gedirigeerd door dezelfde tokkelende, huppelende vingers die de gitaar beroeren. Zonder het oogcontact met Branco te verliezen, want daarin schuilt de ondoorgrondelijke kracht van deze muziek, in het soms liefdevolle, dan weer passionele samenspel tussen gitarist en zangeres. Drie even bevlogen musici begeleiden het duo op piano, gitaar en akoestische basgitaar, hun ogen schitterend van genoegen. Als dit de nieuwe fado is, de fado zoals Cristina Branco (35) die over de wereld wil verspreiden, dan wacht de Portugese blues nog een stralende revival.
Cristina Branco: "Ik heb niet het gevoel dat ik iemand moet vervangen. Ik zit hier nu omdat ik destijds een plaat heb gehoord van Amália die me inspireerde, maar daar blijft het bij. Ik ben geen nieuwe ambassadeur van de fado of zo, al was het maar omdat ik geen typische fado zing en ik nog nooit in zon typische fado-kroeg geweest ben. Misia, die zou je misschien nog een opvolgster kunnen noemen van Amalia, maar ik ben gewoon mijn eigen weg gegaan. Ik heb fado trouwens altijd vrij ouderwetse muziek gevonden, onderworpen aan heel veel beperkingen. De traditionalisten wilden absoluut niet dat er iets veranderde. Terwijl het woord fado toch van het Latijnse fatum komt, lotsbestemming, het leven zelf. Fado zou muziek moeten zijn die het leven in de stad reflecteert, de gevoelens en de vibraties van de mensen. Vergelijk het met de tango. Het leven kan ook bruisen en sprankelen, en de muziek moet daarin meegaan. We mogen de fado niet opsluiten tussen de muren van de traditie. (Karel Michiels)
En met deze wijze woorden, sluiten we deze reeks over de Divas do Fado Novo...
Ik ben Maaike/Myriam, en gebruik soms ook wel de schuilnaam LaFadista.
Ik ben een vrouw en woon in Alfeizerão-Sapateira (Portugal) en mijn beroep is mezelf zijn.
Ik ben geboren op 30/12/1949 en ben nu dus 74 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Portugal, Lissabon, Fado, poëzie, reizen in 't algemeen, lezen, kookboeken, fietsen....