GEBRUIKSAANWIJZING: daal in de linkse kolom neer tot helemaal onderaan,en klik met de muis op een hoofdstuk dat U interesseert.
Op de groene bladzijde die dan verschijnt,klik met de muis op de afbeelding bovenaan links.Dan kunt U een groot aantal schilderijen bekijken.Indien U niet zoudt uitkomen bij Uw keuze in de linkse kolom,daal dan in de hoofdkolom in het midden van de bladzijde naar beneden met de pijltjes uiterst rechts van het scherm,tot het gezochte gevonden is.
HOW TO USE THIS SITE : choose a chapter in the left column by clicking on it with the mouse.On the green page which appears.click with the mouse on the image in the left corner above.You will be able to view a great number of paintings.If you would not find immediately the chosen item,then scroll down on the main page until you encounter your preference.
Klikt U met de muis op de hiernaast staande foto, om 50 afbeeldingen te bekijken.
Het eerste deel van dit hoofdstukje toont enkele geschilderde grappige tekeningen ,gekregen van de amerikaan Harvey , die een handel heeft in Tulsa in de Verenigde Staten.Het tweede deel geeft enkele schilderijen weer van bekende meesters uit het verleden,gevolgd door tekeningen over het radio-zend-amateurisme.Er is ook een foto bij over de uitreiking van de Nobelprijs in Zweden, aan een bekende veelzijdige amerikaan. Een reeks foto's ,respektievelijk schilderijen, belicht het gedrag van enkele dieren, vooral eenden en paarden. Het einde gaat over muziek ,met een foto van Willy Donni en zijn zoon Andre , die ik reeds schilderde in cafe Hopper op de Dewaelplaats en in de cafetaria (CAMU) van het koninklijk museum op diezelfde plaats. De oorspronkelijke schilderij heb ik niet meer , ik heb ze weggegeven, zoals zovele andere aan orkestleiders van de orkesten die ik geschilderd heb in de loop van de voorbije jaren op tal van plaatsen in het Antwerpse. Andre is een zeer goede saxofonist en klarinetist. Men kan hem ook horen en zien spelen in het Dockx-hotel op de Noorderlaan te Antwerpen waar hij soms optreedt de eerste donderdag van de maand in de jazz-club die daar voor de muzikale gelegenheden vergadert.Willy Donni heeft zelf een blog bij seniorennet :http://blog.seniorennet.be/cowboy/ ,een benaming die dus niet laat vermoeden dat daar zo een goede guitarist achter schuilgaat. Het bezoeken van zijn site is een aanrader en zal meer duidelijkheid scheppen . Willy vormde een trio met zijn zoon Andre en een goede bassist , en ze zijn te bekijken en te beluisteren op Youtube: http://www.youtube.com/watch?v=ozNJBQ8f_aA Naast het groot scherm links ,waar Andre saxofoon speelt bij de aanvang van het filmpje, kan men op de icons rechts daarnaast klikken om de musici bij andere optredens te bekijken. Vooral de jazz-liefhebbers zullen hier hun gading vinden.
De Barok munt uit door dynamische vormen en uitdrukkingsmiddelen, levensvreugde en wereldlijke zinnelijkheid , het toneelmatige en het theatrale .
Caravaggio zorgt in Rome voor dramatische lichteffekten,en in Frankrijk trekken de heroïsche landschappen van Poussin de aandacht , in Spanje het warme koloriet van Murillo en de heftige expressies in de portretten van de hofschilder Velazquez (1599-1660). Tot de grootten in de Barok worden de reeds vermelde Peter PaulRubens gerekend ,samen met Rembrandt (1606-1669) en Frans Hals (1591-1656).
De Renaissance kan wel aanzien worden als een zekere
voedingsbodem voor de Barok ,zoals deze laatste , uitlopers heeft tot
in het Klassicisme = de Romantiek van de 18e eeuw.
Thema's die kenmerkend zijn voor de Barok
zijn de clair-obscur licht-donker -brekingen (Rembrandt) en de fel
gekleurde mengsels van de primaire kleuren rood , geel en blauw. Men
probeert nieuwe genres uit , tevoren nog niet bewandelde paden en
Rubens blaast deze ideeën leven in , door er een synthese van te
maken.In Frankrijk stimuleert Lodewijk de XIV deze strekking , in die
mate , dat men de 17e eeuw de gouden eeuw van de schilderkunst noemt.
In de 17e eeuwse Nederlanden verwerft niet alleen Frans Hals ,maar ook VanDyck ,faam met portretkunst,Ruisdael ,van Goyen en Hobbema met landschappen, Jordaens met zijn allegorieën ,Brouwer ,Terborch en De Hooch met hun genre-stukken. De interieurs van Johannes Vermeer
zijn meesterwerken van lichtregie en kleurenharmonie. Rubens schilderde
in opdracht van de Spaanse koning tussen 1636 en 1638 ,nog te
bewonderen in het Prado in Madrid . Rembrandt
bereikte als plattelandszoon van een molenaar uit Leiden ,hoogtepunten
met realisme ,bewogenheid,ver doorgedreven licht-en kleur-effekten.
30
31 32
33 34
35 36 37
Rubens was de zoon van een protestantse immigrant en net zoals Rembrandt grotendeels autodidact.Hij was naar Italië getrokken om daar bij te leren,maar werd in
Venetië algauw opgemerkt en door de hertog van Mantua aangesteld
als hofschilder.In 1603 werd hij op diplomatieke missie gestuurd naar
Spanje waar hij ook schilderde , kopieerde en restaureerde en keerde
naar Italië terug tot 1608 , waarna hij zich definitief in Antwerpen
vestigde,waar hij veel opdrachten kreeg van hof,stad, adel en kerk.Het
is bekend dat Rubens een aantal specialisten voor bepaalde
beeldelementen in dienst had , zoals voor bloemen , plooien in stoffen
en draperieën,kerkinterieurs en sommige portretten. Frans Hals deed
hetzelfde met zijn leerling Adriaen Brouwer
(1606 -1719) . Rubens en Anthonis van Dyck (1608 -1669) wisten zich met
sukses op te werken tot vertegenwoordigers van een nieuwe
kunstenaarsadel alhoewel slechts weinigen van deze kategorie echt rijk
werden door te schilderen. Jacob vanRuisdael (1628-1682) was chirurgijn , Philips Koning (1619-1688) was reder , Meindert Hobbema
(1638-1709) was belastingsinner.Maar in elk geval was het schilderij
een produkt geworden dat in de markt lag , alhoewel de meeste
bestellingen portretten en groepsportretten betroffen ,deze laatsten
bestemd om opgehangen te worden in de vergaderruimten van verenigingen .
Johannes
Vermeer ( 1632-1675) schilderde behalve portretten , ook gebouwen en
stadszichten .De manier waarop Vermeer het licht laat vallen op zijn
taferelen , maakt hem vergelijkbaar met Caravaggio
.Vermeer was ook een meester in het gebruik van zeer mooie kleuren
.Deze fantastische interieurs-schilder die slechts een dertigtal
gekende werken heeft gemaakt van zeer hoge kwaliteit, is zo arm
gestorven ,dat zijn weduwe al zijn werken voor een te lage prijs moest
verkopen om te kunnen overleven .
38 39
40 41
42 43
44 45
Gerard Terboch (1617-1681) was ook een vakspecialist ,bekwaam om verschillende thema?s te vertolken. Dit kan ook gezegd worden van Hendrick Terbrugghen (1588-1629) en Jacob Jordaens (1593-1678) . Jan Van Goyen (1596-1656) was een landschapschilder. Jan Steen (1625-1679) schilderde genre-stukken.
In dit hoofdstukje heb ik enkele schilderijen weergegeven,vooral in olieverf , geschilderd tijdens de 15 voorbije jaren . U kunt afbeeldingen bekijken van tentoonstellingen in het kasteel van Schoten,de Abdij van Hemiksem,een kunstgallerij in Willebroek,het rusthuis in Merksem,de kunstkring in Wuustwezel en enkele andere in randgemeenten rond Antwerpen .Er zit ook een beoordeling bij van een plaatselijk dagblad te Willebroek.
Het Fauvisme is een picturale beweging , vooral in Frankrijk ontstaan , waarin de schilders zuivere kleuren gebruiken , rechtstreeks uit de tube . Deze beweging heeft het modernisme ingeluid , in het begin van de 20-igste eeuw .
Men situeert het Fauvisme tussen 1905 en 1908 . Het volgt op het impressionisme van bijvoorbeeld rond 1894 , en is gevolgd door het kubisme van 1908 en de volgende jaren .
Fauvisme is een vernieuwende stijl die wil breken met de te volgen klassiek-academische regels van schilderen . De artisten schilderen hetgeen ze te zien krijgen niet noodzakelijk met de kleuren van die voorstelling ,maar met hun eigen kleuren , teneinde er een persoonlijk tintje aan te geven . Zo schildert de Vlaminck bijvoorbeeld met paars , roze en groen , in vroeger weinig voorkomende kombinaties .
Het fauvisme is afgeleid van het post-impressionisme ,maar het is primitiever en minder natuurlijk dan vorige stromingen , eenvoudiger van vorm , door het anders weergeven van modellen . Men wil als het ware , de schilderkunst opnieuw uitvinden en schilders uit de volgende periode hebben die trend voortgezet met Mondriaan ,Kardinsky ,Malevitch , Munch ,Kupka ,Kirchner. Men zou kunnen stellen dat bijvoorbeeld Kardinskiy en Kirchner , na 1907 , het fauvisme verder gezet hebben , dan vooral in Duitsland.
Alhoewel het de bedoeling was , op een
gevoelige manier , geluk voor te stellen in tal van afbeeldingen , kwam
de nieuwe stijl door dat kleurengebruik nogal provocerend over ,vandaar
dat een franse journalist sprak over een wilde introductie van die
stijl , vandaar het woord fauve dat daaraan gekoppeld is gebleven .
Deze term duidt op intense , heftige , emotionele voorstellingen , zo
aangevoeld door het specifiek kleurgebruik .
De Fauvisten schilderden ,met de voorbeelden
van de post-impressionisten Van Gogh en Paul Gaugain in het achterhoofd
op een manier die vereenvoudigingen inhield , vooral vereenvoudiging
van compositie en van de oorspronkelijke tekening van het te schilderen
tafereel .Gaugain had
gezegd dat hij niet noodzakelijk de natuur wilde nabootsen , maar dat
hij zijn eigen natuur wilde schilderen , zoals hij die zag .
Vereenvoudigingen werden in het Fauvisme
toegepast op voorwerpen , landschappen , naakten , portretten , die
nochtans figuratief blijven , dus niet abstract . Sommigen zijn wel
gaan neigen naar het abstracte zoals de Nederlander Piet Mondriaan ,
maar dan spreekt men niet meer over Fauvisme , maar over Pointillisme .
Het Fauvistisch schilderij is vrij vlak , er
zit praktisch geen diepte in , geen perspektief en geen volume . De
natuur wordt gefilterd weergegeven door de eigen zienswijze van de
artist.
Henri Matisse (1869-1954) wordt beschouwd als de leider van de beweging .
George Rouault
(1871-1958) ontmoet Matisse en Marquet in het atelier van zijn
leermeester Gustave Moreau . Hij schildert met weinig kleuren , de
menselijke miserie.
Henri Charles Manguin (1874-1949) schildert een ingehouden fauvisme .
Maurice de Vlaminck
(1876-1958) wordt in het jaar 1900 , door Derain aangezet om
fauvistisch te beginnen schilderen ,en de Vlaminck gebruikt zijn
produkties als uitlaatklep voor zijn afschuw tegen alles wat
conformistisch is .
Raoul Dufy (1877-1953) werkt met Marquet samen aan de Normandische kust .Hij gebruikt helle kleuren .
Kees Van Dongen
(1877-1968) schildert op een manier die dichtbij het expressionisme
staat en hij exposeert zijn werken op de tentoonstelling van die
Brucke in Dresden , in 1908 .
Charles Camoin (1879 -1964) werkt in Saint-Tropez samen met Manguin en Marquet .
Georges Braque (1882-1963) is de laatste die de groep vervoegt in 1906 , en hij schildert weloverwogen ,wat vormen en kleuren betreft .
André Derain (1880-1963) schildert met grote borstelstreken , een lyrisch coloriet .
André Derain is geboren in
Chatou en gestorven in Chambourcy .Hij is één der voortrekkers van het
fauvisme . Hij schilderde ook in Gothische stijl tussen 1910 en 1918 en
was niet alleen aktief als schilder , maar ook als decor ontwerper voor
toneel en ontwerper van kledij voor ballet-dansers . Tegen de wil in
van zijn welgestelde ouders ,volgde hij vanaf 1899 lessen aan een
schilder-academie in het gezelschap van de Vlaminck , met wie hij een
atelier deelde dichtbij de brug van Chatou . Tijdens die periode ,
ontmoet hij Matisse , met wie hij samen gaat schilderen in Collioure in
1905 .In dat jaar exposeert hij zijn schilderijen op een salon , samen
met andere Fauvisten en het is daar dat een Parijse kunsthandelaar
,Ambroise Vollard , heel zijn kollektie schilderijen opkoopt , net
zoals deze van de Vlaminck .
De
Fauvisten treden niet bepaald op als een homogene groep , maar veeleer
als schilders , die dezelfde behoefte voelen om de realiteit voor te
stellen zoals zij die zagen , en niet noodzakelijk zoals ze werkelijk
was. Het zijn coloristen , die een academisch opgelegde manier van
schilderen , weigeren te volgen.
De
franse Valtat was nog een schilder die tot deze beweging behoorde , en
in zijn schilderijen alle regels van perspectief wegliet . Dit is
misschien een te sterke vereenvoudiging volgens de geldende normen
,maar andere Fauvisten deden dit ook .De geschilderde ruimte wordt
daardoor vlakker en bijna zonder schaduwen . Valtat schilderde reeds in
1895 , landschappen in Arachon met de vermelde kenmerken.
Matisse
stichtte de beweging reeds in 1896 als voorloper , die zich vrijelijk
wilde uiten . Henri Matisse en Derain behoren tot de best gekende
schilders van deze strekking ,samen met Van Dongen . Zowel
Derain,Matisse als de Vlaminck , bezochten alle drie de Van Gogh
tentoonstelling in 1901 te Parijs , blijkbaar om daarvan ook inspiratie
op te doen . de Vlaminck was een
autodidact , een self-made man , een soort anarchist die niet aarzelde
met energie , zeer heftige kleuren te schilderen .Derain zal eerst aan
de zijde van de Vlaminck schilderen , en later in Collioure , samen met
Matisse . Raoul Dufy , die een opleiding kreeg aan de academie van
Chatou , studeerde samen met Braque enFriesz ook nog aan de
academie te le Havre , waar ze talrijke fauvistische landschappen
schilderden .Braque was als fauvist vooral aktief tussen 1906 en 1907 ,
want vanaf 1908 zal hij samen met Picasso een der voortrekkers worden
van het kubisme .Van de fauvisten Manguin ,Marquet ,Valtat , Camoin ,
kan men zeggen dat ze nog onder de invloed stonden van het werk van
Cézanne . Alle fauvisten hebben ook aan de Azuren kust in het zuiden
van Frankrijk geschilderd .
Van
Dongen neemt een bijzondere plaats in onder de fauvisten , omdat hij
vooral geboeid is door het vrouwenlichaam. Hij schilderde weinig
landschappen . Hij schildert de vrouw zo mooi mogelijk , met veel
waardering.Van Dongen is van alle schilders , het langst
fauvist'gebleven, en wel tot in 1920 .
Ook
Matisse heeft vrouwen geschilderd , bijvoorbeeld de vrouw met de hoed
, die zijn eigen echtgenote is , geschilderd in 1904 , olie op doek
van 81 cm x 65 cm .
Piet Mondriaan wordt met zijn streepjes- en rechthoekjes schilderijen
gerekend tot de Pointillisten . Hij werd in 1872 in Amersfoort ,
Nederland , geboren in een familie die aktief was in artistieke en
politieke kringen . Zijn vader en
broers waren competente schilders , net zoals zijn oom Frits Mondriaan
uit den Haag . Piet studeerde aan de Rijksacademie voor Beeldende
Kunsten in Amsterdam en begon aktief te schilderen vanaf 1897. Zijn
werken uit die tijd vertonen de invloeden van Symbolisme
,Impressionisme en typisch nederlands landschap-schilderen . Vanaf 1903
tot 1905 schilderde hij landbouw-taferelen in Uden ,zowel in olieverf
als in aquarel . Geleidelijk aan , begon hij tijdens zijn verblijf in
Uden , abstracter te schilderen . Zijn bezoek in 1905 , aan een
tentoonstelling van Vincent van Gogh , de Brabantse schilder , heeft
een grote invloed gehad op zijn manier van schilderen .
Fauve Artisten en hun Werken
Charles Camoin (1879-1965)
Andre Derain (1880-1954)
Raoul Dufy (1877-1953)
Henri Manguin (1874-1949)
Albert Marquet (1875-1947)
Henri Matisse (1869-1954)
Kees van Dongen (1877-1968)
Maurice de Vlaminck (1876-1958)
P.S. wanneer U op de volgende Link klikt
, kunt U nog 22 andere fauvistische schilderijen bekijken, met
mogelijkheid om het beeld tevergroten . In het rechtse rechthoekje dat naast het schilderij verschijnt , klikt U daarvoor op : "view photos larger " : http://www.photoworks.com/share/shareLanding.jsp?shareCode=AB2EB42BCA7&cb=PW
Klik op de linksstaande foto van de crematorium- ovens om tientallen foto's uit de Nazi-tijd te bekijken .
De bedoeling van de beelden in deze folder , is niet een overzicht te geven van de geschiedenis van het nazisme en van Hitler zelf. Daar zijn voldoende encyclopedieen mee geillustreerd , boeken over Hitler zelf en over de tweede wereldoorlog , over het boek " Mein Kampf" dat hijzelf schreef in de gevangenis van Munchen ,met de hulp van Rudolf Hess , die samen met hem opgesloten zat , en de vele video films die over Hitler en wereldoorlog II gemaakt zijn. Ikzelf heb mij indertijd een ganse verzameling van deze films aangeschaft , en ze staan hier thuis , per reeksen gerangschikt .
De bedoeling van de fotoreeks is veeleer , een licht te werpen op de propaganda-machine , die indertijd geleid werd door Goebbels , die zelf een Jood was ,met een horzelvoet, maar die meegeholpen heeft , miljoenen Joden uit te roeien . U zult er heel wat posters in aantreffen uit die tijd ,1940 en vroeger, tot 1945 .
Er staan weinig foto's in over de wreedheden in de concentratiekampen . Die vindt U wel in de Link , helemaal onderaan deze bladzijde . Ik heb zelf een groot aantal concentratiekampen in Europa bezocht , samen met een groot aantal buitenlandse studenten van de Universiteit Antwerpen (80 nationaliteiten ) vanwie ik de democratisch verkozen afgevaardigde en vertegenwoordiger was,en dat kunt U beter ook doen ,wanneer U een beter beeld wilt krijgen over de begane gruwelijkheden. U zoudt kunnen beginnen met Polen , Checoslowakije en Oost-Duitsland , alhoewel er natuurlijk ook bij ons zijn zoals Breendonk en in Nederland , enz. Wanneer U de volledige lijst van alle concentratie-kampen in alle landen wilt bekijken , kunt U met de muis klikken op :
Mijn vader zat vier jaar in duitse gevangenschap , en het is een wonder dat hij levend teruggekeerd is . " Hij " , dat is veelgezegd , want wij ,kinderen , die vier jaar lang zonder vader en zonder geldelijke inkomsten ( dop bestond niet) in de grootste miserie met ons moeder geleefd hadden tijdens die vier jaren , zagen een wandelend geraamte binnen sukkelen , beenderen met een vel over , waardoorheen een skelet doorschemerde . Mijn vader was uitgeput en kapot . Tijdens zijn afwezigheid had mijn moeder alles moeten verkopen , tot de stoof toe , tafels ,kasten ,enz. om nog in leven te kunnen blijven.We hadden nog nauwelijks een stoel om op te zitten . Het weinige dat we nog bezaten , werd toen ook nog gestolen , toen we tijdens de bombardementen het huis uitvluchtten tot in het veld , om daar in een greppel naast een schuur in het water te springen , waar we in het begin van de oorlog nog beschoten werden door de duitse stuka's die loodrecht naar ons naar beneden doken , terwijl ze hun sirenes deden loeien . Ook V1 vliegende bommen kwamen met het schril lawaai dat hun turbine-motoren maakten over ons hoofd gevlogen ,en vielen toen plots stil . We wisten dat de bom dan naar beneden ging duiken en dood en vernieling ging zaaien . Meestal vlogen ze echter door tot in Londen , alhoewel dat er in Antwerpen ook gevallen zijn , evenals later de V2 's .
Onze buren van links hadden een engelse parachutist waarvan het vliegtuig neergehaald was , verborgen op zolder , maar iemand was dat gaan verraden ,en we hebben deze brave buren zien doodschieten door de duitsers . Eerst moesten ze toekijken hoe hun zestienjarige zoon tegen de muur werd gesteld , en doorzeefd met kogels .
Wij zagen alles van achter de gordijnen van het venster , maar toen mijn grootvader ,Victor , naar buiten ging om te vragen , de buren te sparen, zijn de duitsers op hem beginnen schieten . Met schotwonden , is hij er toch nog levend vanaf gekomen .
s' Nachts luisterden we wel naar de BBC , want ons ma had wel een oude radio behouden , een van de weinige stukken die we nog in huis hadden. De uitzending begon steeds met het geklop uit de vijfde symphonie van Beethoven , pam-pam-pam-pa....,maar ze werd steeds sterk gestoord door het wawawa -geluid door de duitsers . Ondanks dat ,konden we het engels verstaan , dat soms in code werd gesproken , bijvoorbeeld " de melkboer komt morgen " , (er waren ook uitzendingen in het Nederlands ) hetgeen betekende dat er in een of ander bezet gebied een parachutist zou gedropt worden in de buurt van partizanen , die deze code kenden .
Ik heb zware tanks zien voorbijrijden met groot gedaver , pantzerfausten zien gooien op Polen en Russen die ons kwamen bevrijden , en ze in de riolen waarin ze zich ingegraven hadden , zien verkolen met vlammen-werpers . De Russen hadden nog nooit een uurwerk gezien , en bij gebrek aan Wodka dronken ze methyl-alcohol (giftig) want er was nergens gewone ethyl-alcohol waaruit de geestrijke dranken vervaardigd worden , te vinden .
Wanneer een engels vliegtuig (spitfire) of een duitse stuka was neergestort , haalden wij daar als kinderen stukken doorzichtig plastiek uit van de voorruit, en grote kogels van de mitrailleurs en andere bruikbare voorwerpen.Van de plastiek vijlden we ringen . Als herinnering aan dit alles , hebben we na de oorlog nog alle gekende " Amerikaanse stocks " bezocht om er al het mogelijke en onmogelijke te kopen , bijvoorbeeld zeer goede papierlijm , gramofoonplaten aan 5 frank van Ella Fitzgerald , Benny Goodmann , Frank Sinatra , Satchmo , Gerry Mulligan , Glenn Miller , enz . We kochten ook voor een appel en een ei , radio-ontvangers en radio-zenders van het amerikaans en het duits leger, de zogenaamde "surplus ", en het is door deze stimulatie , dat ik dan radio- zend-amateur geworden ben , ON4AW , en daar in 1954 een officieel eksamen voor afgelegd heb bij de RTT in Brussel , in de paleizenstraat , en daar ook in slaagde .
We leefden konstant in de aardappelkelder van het huis , en dat is ons geluk geweest , want op een nacht viel er een bom op het huis van onze rechter- buurman .
Als de Amerikaanse bommenwerpers in groten getale overvlogen ,stonden we te kijken en we zagen dat ze honderden zilverpapiertjes uitwierpen om eventuele radar-detectie te voorkomen , radar die normaal aan luchtafweer gekoppeld is om juister te kunnen schieten . De Engelsen hadden al van bij de aanvang van de oorlog radar-systemen ontwikkeld , maar we weten niet of de duitsers die technologie ook al hadden . Ik heb de duitsers 's nachts, kijkend vanachter het gordijn van het venster in de slaapkamer boven , wel een reusachtige lichtbundel naar boven zien richten waar we het typisch gebrom van de B52 bommenwerpers hoorden .Die lichtstraal was afkomstig van een schijnwerper , vergelijkbaar met een slagwerk- pauk uit een muziek-instrumenten-collectie , een grote koperen kuip met ingebouwde spiegel , en bovenaan een convergerende lens van een meter diameter , richtbaar in verschillende standen.
Soms kwam er een duitser een fiets pakken van onszelf of van een buurman . Ik herinner mij nog , dat ene , om zijn eis kracht bij te zetten , in onze keuken was binnengedrongen en zijn revolver , een geladen Luger , op tafel legde . Hij eiste ook ' drank'.
We kregen in die tijd winterhulp-soep die in de gemeenteschool werd uitgedeeld ( we woonden toen aan de wal , het schip lag aan de ketting ), alsook levertraan-pillen , in een bruine plastieken capsule die verschrikkelijk slecht smaakte,maar dit bleek nodig om in leven te blijven , temeer daar al het eten gerantsoeneerd was , dus op de bon . Iedereen moest staan aanschuiven bij de bakker en de kruidenier , en had slechts recht op een beperkt aantal broden,melk , vlees bij de beenhouwer , enz. Dat ging met ' zegeltjes ' . Op het einde van de oorlog , sloegen de duitsers hun Mauser-geweren kapot ,en wij hebben er als kinderen dan nog een aantal van de straat opgeraapt .
Duitse soldaten die niet meer wilden vechten tegen geallieerde soldaten die het kanaal overstaken in rubberen boten,werden door hun eigen officieren doodgeschoten . Ik heb drie duitsers zien ophangen aan bomen om dezelfde reden . Het ophangen was een klassieke techniek van de Waffen-SS , wel niet frekwent toegepast op de eigen duitse soldaten , maar op de Russen , die beschouwd werden als " het bolsjevistisch of communistisch gevaar " , " diese UnterMenschen " .
Toen de engelsen en de amerikanen met boten door het kanaal begonnen te varen ,smeten ze pakken sigaretten ,pakken bruine zeep en ' chiclets' naar ons aan de wal , de hemel op aarde , want dat alles had men in geen jaren meer gezien . Alhoewel ik geen roker ben , heb ik in die tijd hun 'Players' gerookt , een heerlijk geparfumeerde sigaret , en we waren weken aan een stuk aan het ' sjieken' op de gekregen ' chiclets ' .
Toen de oorlog juist gedaan was , keerde Alfred Pirets , de zoon van onze tweede buurman van links , terug uit militaire dienst . Zijn vader , de oude Pirets , die ik altijd gezien heb met een reusachtige snor , was hoefsmid , en ik heb hem jarenlang paarden zien beslaan met hoefijzers die hij gloeiend maakte in een vuur met blaasbalg , waarna hij grote nagels dreef in de poten van de paarden . Maar hij had ook een winkel , waarin hij niet alleen tangen , hamers , nagels en ijzerwaren verkocht , maar ook vuurwapens : revolvers en geweren . Hij en zijn echtgenote hadden meegeheuld met de duitsers , waarschijnlijk om hun winkel te redden ,maar de bevolking heeft dat niet in dank afgenomen . Op het ogenblik dat hun zoon Alfred uit de trein stapte , werd hij opgewacht door een groot aantal samengetroepte personen aan het station.Joost moge weten , hoe men vernomen had , dat deze 28-jarige zoon op dat ogenblik zou terugkomen . Hij werd omringd door een woedende menigte , die zijn klein valies met hemden , kousen , wat geld en briefpapier openbrak , op de grond strooide en vertrappelde . Verder werd hij voortdurend geslagen met de blote vuisten en met stokken tot hij weinige straten verder het ouderlijk huis bereikte . Hij zat van onder tot boven onder het bloed , en mijn moeder die de joelende menigte hoorde komen , liep naar buiten , en zag daar een Christus , struikelend en vallend lopen , op weg naar Golgotha . Ze liep de menigte tegemoet , schreeuwend : " laat dat kind gerust , hij heeft niets misdaan " , maar ze werd toen zelf geslagen . Ik ben aan het schreien , terwijl ik deze regels schrijf , want deze rotte oorlog heeft zoveel onrechtvaardigheden en lijden aan alle kanten veroorzaakt , dat ook na meer dan 50 jaar , de indrukken zo sterk gebleven zijn , dat ze bijna niet draaglijk zijn . Meisjes , van ouders die meegedaan hadden met de duitsers , werden uit de woning gesleurd , ontkleed , op de vensterbank van een huis gezet , hun blote billen met geweld wijd opengetrokken , en op straat verkracht en gevogeld . Ook dat heb ik met eigen ogen gezien . Mensen kunnen door wraakgevoelens getransformeerd worden tot beesten .
Nu een speciale opmerking , ook in verband met oorlog : In het jaar 1900 bestonden er geen auto's , geen radio , geen televisie , geen computers , en geen audio-visuele middelen zoals geluidsversterkers , film en fotografie , want deze laatste was pas uitgevonden door de gebroeders Lumiére in Frankrijk en was nog niet operationeel op de markt. Daarom ook heb ik op deze site zoveel hoofdstukken met duizenden schilderijen kunnen zetten omdat schilders geen concurrentie hadden en schilderen vóór het jaar 1900 de enige mogelijkheid was ,samen met beeldhouwen,smeden ,houtsnijwerk en ceramiek , om iets of iemand af te beelden . Er was ook nog geen elektriciteit . De alternator was nog maar juist uitgevonden op het einde van de jaren 1800 ,om wisselstroom te produceren , en de eerste gloeilampen en motoren werkten op de gelijkspanning van accu's en van de pas uitgevonden dynamo. Tussen 1900 en 2000 zijn dan al de nieuwe ontwikkelingen er gekomen.Ieder van ons die dit leest , heeft dus de grootste pioniertijd in de ganse wereld-geschiedenis van 4 miljard jaren tijd meegemaakt . Maar op die slechts 100 jaar is de mensheid en vooral de moderne mens er ook in geslaagd bijna alles uit te putten ,wat in die 4 miljard jaar opgebouwd was beneden de aardkorst ,en ook gedeeltelijk erboven door de uitroeiing van prachtige diersoorten,vissen ,vogels , planten en bomen . In Zuid-Amerika en Afrika heb ik de apen uit de bomen zien schieten en vierkante kilometers sequoia bossen zien omzagen zodat alle vogels en dieren die daarin leefden binnen de week dood waren , niet alleen apen maar ook prachtige luipaarden die op de takken sliepen en pas uitgebroede vogels en kapot gemaakte vogel- eieren , pas geboren dieren. Dit gebeurde meestal door Japanners , die op die gebieden een "concessie" genomen en verkregen hadden , door veel geld te betalen aan de corrupte overheden .Als de mens geen oorlog voert , vernietigt hij de natuur .Er blijft dus niet veel meer over voor de toekomstige generaties .
Er zijn bijna geen steenkolen meer , de Chinezen hebben door hun nu door- brekend gebruik van auto's de olieprijs omhoog gedreven tot 60 dollar per vat en binnen hoogstens 10 jaar is er dan ook geen petroleum meer , dus alles zal moeten rijden op waterstof , de enige onuitputtelijke brandstof -bron in de zee en in het heelal . Tijdens de oorlog was er ook geen benzine of andere brandstof beschikbaar voor de weinige auto's die toen reden. Dan heb ik gezien hoe dat opgelost werd , door op koolmonoxide te rijden , gas dat geproduceerd werd door de onvolledige verbranding van hout , dat gestookt werd in een vertikale cilindrische ketel 1,5 meter hoog en met 40 centimeter diameter , die achteraan opzij rechts van de auto gemonteerd was . Die tijd komt zeker terug , zij het dan misschien met een iets esthetischer uitzicht , met gasflessen in de koffer van de auto , waar sommigen nu ook al mee rijden , maar de zotten die nu om militaire en commerciele redenen ,super-vliegtuigen bouwen en straaljagers , die 100 liter brandstof per minuut verbruiken , zullen deze monsters niet lang meer kunnen laten vliegen.
Ziedaar enkele herinneringen , die niet volledig kunnen zijn ,evenmin als de 273 foto's en posters , die U in de bijgaande folder kunt bekijken.
Indien U nog 138 foto's wilt bekijken , de meeste in zwart-wit , en de meeste over de concentratie-kampen , dan kunt U met de muis klikken op: share.shutterfly.com/action/welcome?sid=8AbOWjVm4cOH9w Soms verschijnt er een afbeelding met 'join',maar dan klikt U gewoon onderaan links op "view pictures ". -----------------------------------------------------------------------------------------
P,S.1 Als eerbetoon aan de Russen , waarvan velen het leven gelaten hebben in gruwelijke oorlogsomstandigheden , om ons te helpen bevrijden , heb ik na de tweede wereldoorlog nog Russisch gestudeerd , met boeken en gramofoonplaten , die ik hier nog liggen heb . Ook in het Ministerie van Landsverdediging op de Dailly Plaats te Brussel , waar ik een gedeelte van mijn militaire dienst volbracht heb . Samen met kolonel De Groote , Majoor Verguyse en Kapitein Dequin , luisterden we naar radio Moskou : " Gavaritje Moskva ...Panjimajitji pa Ruskji .... Dazidanija .... " . Dat Russisch is mij nog goed van pas gekomen , toen ik de Russische grens bezocht in Turkije , en later toen ik in Cuba woonde . Het is een mooie , zangerige taal , maar met wel een moeilijk cyrillisch geschrift . En de Russen hadden de voorbije eeuwen interessante schrijvers zoals Dostojevski en interessante musici-componisten zoals Tsjaikovski.
P.S.2 Mensaje a las Cubanas y a todas las Sur-Americanas :
Cara ,
Te invito a trasmitir a personas en tus alrededores,amigas , familia , ,el adjunto con este mensaje.
Son fotos que testimonian de la crualdad de los hombres sobre diversos regimenes de tiranos ,despotas,dictadores en diferentes países y continentes ,frente a ,no solamente hombres , sino también para con las mujeres .
Mujeres inocentes , que están ejecutados Son hechos históricos que todo el mundo debe saber , y aunque me riendo cuenta de la dureza de tal imagenes , y te pido perdon por eso , especialmente en este periodo del año , con la comprehension , suavidad y ternura, creo que es mi deber de propagar y mostrar estas fotos ,que tomé ayer tarde ,con mi pequeña camera digital en una exposición de conmemoración de victimas de guerras ,revoluciones y luchas por mas igualdad , y por más derechos humanos
.Para cumplir mi deber moral , pintaré al menos dos de los imagenes , y mostraré estas pinturas al publico durante una de mis proximas exposiciones de pinturas en castellos en los alrededores de Amberes .
Es la unica vez que te enviaré fotos tan mostruosas , te prometo .
Rococo (1700-1760) was een decoratieve stijl , het meest gebruikt in binnenhuis-architectuur,schilderkunst en beeldhouwkunst .
De term Rococo beschrijft een artistieke beweging in het begin van de 18e eeuw in Frankrijk ,op het ogenblik dat nieuwe ideeen opdoken als gevolg van de "Verlichting". Men beschouwt Rococo als de visuele uiting van het optimisme , dat het volk voelde ten gevolge van de nieuwe stromingen Rococo was dus een reaktie tegen de streng opgelegde regels in de maatschappij tijdens vorige perioden .
De benaming "Rococo "is afgeleid van het franse woord 'rocaille' ,hetgeen een steen betekent of een schelp , gebruikt als versiering in een tuin en met onregelmatige vormen ontworpen .
De bedoeling was , de schoonheid te laten primeren over de diepzinnige interpretatie van een (kunst-) werk .De in die tijd gemaakte schilderijen , beelden vooral het leven uit van de aristocratie , met romantische , mythologische ,fantasie- en alledaagse themas , in sommige gevallen ook historische of godsdienstige.
Rococo was licht verteerbaar,elegant , ornamentaal , en men gebruikte vaak kromme ,asymmetrische vormen , delikate kleuren , speelse lijnen , gracieuze en vloeiende bewegingen .
Deze laatste faktoren onder invloed van de vrouwelijke smaak , zodat de gemaakte kunst ook geschikt was voor de decoratie van interieurs ,waar vrouwen zich de ganse dag in ophielden .
De beweging nam reeds een aanvang in de 17e eeuw en men associeert ze vaak met het koningschap van Lodewijk de XVe . Alles was begonnen met de grotere welvaart van de burgerij en de daaruitvolgende mode-beweging en de bloei van de "salons " in Frankrijk , onder Lodewijk de XIVe . Het sociaal leven bloeide in die zin , dat de maatschappij minder formalistisch werd dan vroeger ,maar men persoonlijk amusement en geluk begon na te jagen.
De Rococo stijl is gekenmerkt door pastel kleuren , gratie-volle delikate gebogen en afgeronde vormen , mooie figuren , en een vrolijke sfeer . Het licht en de belichting speelt een grote rol in de Rococo schilderijen , en onderlijnt de kleur en de emotie.
De artisten hebben veel aandacht besteed aan de fijne details , de verfijnde kleur-schakeringen ,de dynamiek van de compositie , en de omgeving die het hoofdthema omringt .De kunstenaar zoekt steeds naar een esthetische goed uitgebalanceerde voorstelling , een goed ontwerp van het schilderij .
..Jean Antoine Watteau (1684-1721) - was een van de grootste schilders van deze periode en de eerste en wellicht de belangrijkste van de Rococo schilders .Hij schilderde vaak asymmetrische composities.
Hij beeldde toenmalige toestanden uit met een charmante en idyllische benadering.Hij was geinspireerd door de schilderijen van Rubens, Watteau wordt vooral gewaardeerd voor zijn "fête galante" schilderijen , waarin hij mooi geklede , jonge mensen voorstelt , die hun tijd doorbrengen in een romantische omgeving en verder niet veel meer te doen schijnen te hebben .Dat betekent dat de wereld van Watteau nogal kunstmatig overkomt . Hij schilderde ook liefdes-scenes , die hij blijkbaar uit theaterstukken gehaald heeft . Deze frivole afbeeldingen , geven ons een betere kijk in de melancholische en kwetsbare natuur van de schilder . Hij suggereert in zijn schilderijen ook het tijdelijk karakter van plezier en genot ,vooral bij de aristocratie , waarvan hij de teloorgang voorspelt .
L'Embarcation pour Cythera (1717) - Cytera is het legendarisch eiland waar Venus woont , de godin van de liefde ,waarvan aan de rechterkant van het schilderij , een standbeeld is afgebeeld onder de bomen Elk voorgesteld koppel is opgeslorpt door zijn eigen bezigheden .
Francois Boucher (1703-70) was een Franse Rococo schilder ,ontwerper en etser. Boucher vertegenwoordigt eens te meer de frivole sfeer en de oppervlakkige elegantie van het leven aan de Franse Hoven in het midden van de 18e eeuw . Francois Boucher schilderde niet alleen ,maar hij vervaardigde ook tapijten voor het frans koninklijk huis en voor de adel .
Zijn schilderijen zijn gekenmerkt door een stereotype inkleuring ,waardoor sommigen zijn schilderijen te kunstmatig opgebouwd vinden .Volgens hen schildert hij bijvoorbeeld de natuur , " te groen " . Het is nochtans ontegensprekelijk dat Boucher enkele mooie schilderijen gemaakt heeft.
Hij was de favoriete schilder van Madame de Pompadour , (de best gekende en meest fameuze maitresse van Lodewijk de XVe ), aan wie Boucher lesgaf in de kunstgeschiedenis , terwijl hij haar ondertussen verschillende keren schilderde. Een van zijn bekende werken is " Venus die haar vriendin Lief troost " (1751 ) ,dit is in feite een portret van Madame de Pompadour waarin ook vrij ongewone kleuren gebruikt zijn zoals ivoorwit , zilver ,goud , gekombineerd met blauwe tinten .
De Rococo -stijl wordt beschouwd als het einde van de Barok -periode .Rococo werd door Kritici gezien als te speels , met teveel schijn in plaats van werkelijkheidsbesef,en vooral geinspireerd door het losbandige leven van de aristocratie , die zich door haar rijkdom niets hoefde aan te trekken van zelf-discipline , redelijkheid , medelijden met minder begoeden , heroisme , allemaal faktoren die wel vertegenwoordigd waren in de Barok .Kritici noemen de Rococo stijl te frivool en een symbool van een corrupte maatschappij , te smaakloos , waardoor ze deze stijl wilden vervangen door een ernstiger versie daarvan , namelijk op het einde van de 18e eeuw door het Neoclassicisme
Samengevat kan men stellen , dat de bekendste Rococo schilders zijn :
In Frankrijk :
Antoine WatteauJean-Honore FragonardCharles Joseph NatoireFrancois BoucherJean-Baptiste GreuzeJacques CharlierCarle Andrea van LooLouis-Michel van Loo
In Engeland:
Thomas GainsboroughSir Joshua Reynolds
In Italie:Giovanni Battista Tiepolo
P.S. Minder gekende Rococo-schilders zijn : ( van deze kunstenaars hebben we hieronder toch enkele schilderijen afgebeeld ) .
http://www.pi6ats.nl/U kunt reeds 173 foto's bekijken door op de afbeeldinghiernaast te klikken . Er zullen misschien dubbels bijzitten ,dat zal weldra nog uitgezocht worden .U kunt dezelfde foto's ook bekijken door te klikken op : http://www.shutterfly.com/share/shareLanding.jsp?shareCode=A6A4C03BCB0&cb=PW Via de link onderaan deze tekst , kunt U nog 150 andere foto's bekijken ,maar teneinde beter te begrijpen waarover het gaat , is het aan te raden , eerst de volgende tekst tot het einde te lezen :
Radio Amateurs , ook "Hams " genoemd .
De
radio amateurs vormen een groep , waarover buitenstaanders meestal niet
veel weten of er een verkeerd beeld over hebben . Wanneer ze een eigen
radio-zender hebben ,want dat is een van hun voornaamste kenmerken ,
worden ze er vaak van beschuldigd storingen te veroorzaken in
televisie-ontvangers , audio-systemen en telefoon-communicaties , tot
en met in laagfrekwent versterkers ,pace-makers voor hart-patienten en
garagedeur-openers . De Amerikaanse FCC ( Federale Communicatie
Commissie) die zendvergunningen verleent aan de radio-amateurs die
daarom vragen ,(na een bekwaamheids-eksamen te hebben afgelegd over de
kennis van de radio-techniek en van de reglementen van de
telecommunicaties ), heeft na een grondig onderzoek over een groot
aantal klachten in die zin , vastgesteld dat minder dan twee procent
daarvan werkelijk gefundeerd waren en echt toe te schrijven waren aan
de radio-amateurs , die aldus in meer dan 98 procent van de gevallen
onterecht als zondebok met de vinger gewezen werden. De echte fout van
de gemelde storingen lag bij de fabrikanten van radios ,
televisietoestellen , laagfrekwent versterkers , elektronische
apparatuur en andere , die te weinig filters ingebouwd hadden tegen
allerlei normaal in een drukke buurt voorkomende storingsbronnen ,
meestal hoogfrekwente . Deze zogenaamde RFI = radio frekwente-
interferentie kan gemakkelijk vermeden worden , door in de vermelde
apparaten enkele bijna niets kostende filterkomponenten in te bouwen ,
die bovendien storingen zullen opheffen veroorzaakt door elektrische
lasapparaten , de ontstekingskaarsen van voorbijrijdende autos ,
X-stralen apparatuur van hospitalen en klinieken , de
thyristor-voedingen van grote fabrieken , van commerciele
onderzoeks-laboratoria , enz. De filters worden meestal geplaatst in de
ingangs-ketens van de te beschermen radios , TVs ,enz . De plaats
waar daarna dergelijke toestellen opgesteld worden , speelt ook een rol
.
Wat doen Hams ?
Radio amateurs
zijn echte wereld-burgers . Met hun licentie of vergunning om te mogen
uitzenden en ontvangen op bepaalde internationaal toegekende
frekwenties of golflengten van het radio-of televisie-spektrum ,
communiceren ze met andere radio-amateurs die verspreid zijn over alle
landen van de wereld . Dit zijn niet alleen mannen ,maar ook een groot
aantal vrouwen , die "operator "zijn van een zend-ontvangst station ,
vroeger meestal zelf vervaardigd ,waarvoor men wat technische kennis
moest bezitten , vooral over elektronika ,en met een soldeerbout moest
kunnen omgaan , de voorbije jaren meestal gekocht in speciaal-zaken . De dames , die radio -amateur zijn ,deelt men in twee kategorieen in , de YL's = Young Ladies , en de XYL's = gehuwde dames .In Rusland bijvoorbeeld zijn er zo'n 55000 vrouwelijke radio-amateurs en in Amerika onder de 830492 gelicencieerde amateurs , nog meer , om slechts twee landen te noemen . Klik op de volgende Link om meer dan 460
QSL kaarten te bekijken : of typ deze regel in de adreslijn van Uw browser:
In
Belgie zijn er 4000 radio-amateurs waarvan 5 procent
vrouwen ,60000 in Engeland,70000 in Duitsland,5000 in Noorwegen
,57000 in Canada , om maar enkele voorbeelden te noemen . Dat tienduizenden vrouwen over de gehele wereld ( met meer dan 3 miljoen gelicencieerde radio-mateurs) , verslaafd zijn aan het radio-amateurisme , zal blijken , wanneer U onder meer klikt op de volgende Link :(wanneerU hierop een foutmelding zoudt krijgen,kopieer de URL dan in de adresregel van Uw browser,want er is geen fout) http://www.geocities.com/capecanaveral/lab/3376/ylgroups.html
Om nog meer YL's te vinden , typ in de zoeklijn van Google :
ring=ylring , klik op Google zoeken. Kies de eerste lijn die U ziet verschijnen : WebRing : hub , daar zijn er nog meer YL's . Daardoor
kunnen ze met duizenden andere vrouwen spreken ( natuurlijk ook met
mannen) , meedoen aan de zogenaamde Field-day's , dat zijn
radio-amateur aktiviteiten te velde , in de open lucht , en ook mee-en
rondreizen naar ver afgelegen bestemmingen zoals tropische eilanden ,
om daar tijdens een vakantie samen met andere plaatselijke amateurs (
con amor+pasión+entusiasmo ) ,op een gezellige manier aktief
radio-zenders-ontvangers te bedienen en verbindingen te maken met de
gehele wereld . Dat zijn dan de zogenaamde " DX - expedities".
Het
radio-amateurisme is een wereldwijde beweging , in de aard van de
scouts , de NGOs of Niet Goevernementele Organisaties die iedereen
helpen , of het Rode Kruis . Dat wil zeggen dat de radio-amateur
getuigt van veel goede intenties , en vriend(in) wil zijn van
iedereen . Hij/zij zal daarbij in noodgevallen van brand , ongevallen ,
ernstige gepleegde feiten , steeds ter hulp snellen en ten dienste
staan van noodlijdenden en getroffenen. Daar bestaan voorbeelden genoeg
van tijdens katastrofen zoals aardbevingen , overstromingen ,
wervelstormen ,instortingen ,calamiteiten of nood-situaties allerhande
....
De laatste jaren spelen ook satelliet-communicaties daarbij een rol . Nog iets speciaals : voor degenen die een radio-telescoop willen bouwen , volgt hier een Link :
Het
ontstaan van het radio-amateurisme , heeft net zoals de uitvinding van
de eerste gloeilamp door Thomas Alva Edison rond 1890, en de eerste
radiolamp door Lee de Forest rond 1905 ,zijn basis in de Verenigde
Staten .
De Amateur
Radio Relay League (ARRL) werd in 1914 opgericht door een kleine groep
vroege radio-amateurs ( de eerste radio-zender in Europa stond op de
Eiffel toren in Parijs in 1908 en de tweede in Berlin Lichterfelde in
1910 in Duitsland ) in Connecticut , teneinde het radio-amateurisme
over heel de wereld te bevorderen . Vandaag is dit aantal uitgegroeid
tot vele honderdduizenden aktieve "Hams ", verspreid over heel de
wereld.Aan elke gelicencieerde Ham wordt er een 'roep-teken'
toegekend , een zogezegde call , die steeds toelaat het land te herkennen , waar het radio - station
gelegen is . Alle landen zijn geordend volgens hun 'prefixen ' , dit
zijn de beginletters van elke call , in de zoge-naamde
DXCC-lijst van de ARRL , waarvan de URL is :http://www.qrz.co.il/handbook.php?pid=142
De
volgende Link verwijst naar een bijzonder mooie wereldkaart waarop de
prefixen van alle landen aangeduid zijn. Bij het aanklikken zal U
gevraagd worden , een taalpakket te installeren (Japanse
site) , maar wanneer U enkel de kaart en de prefixen wilt bekijken , is
dat niet nodig.Dan vallen enkel de opmerkingen in de rechtse kolom weg. http://www4.plala.or.jp/nomrax/DXCC.htm
Zoekt U zelf
naar de oorspronkelijke ARRL dxcc lijst door in de zoekbalk van google
te typen : dxcc list_1a0 en klik op Google zoeken .
Het eerst gevonden item , " DXCC entities list " , is een schot in de
roos .
Er is ook de
zogezegde "grote cirkelkaart ", waarop U een berekening kunt
uitvoeren vanaf de locatie waar Uw shack staat tot een andere locatie :
http://members.chello.nl/a.wolters11/zendamateur/qra-wereld.htm De
ARRL is een vereniging zonder winstoogmerken , die werkt met
vrijwilligers ,maar toch een invloed heeft op goevernementele
beslissingen inzake radio-communicaties en radio-uitrustingen.
In
Genéve , Zwitserland , bestaat de ITU (Internationale Telecommunicatie
Unie ) , die ook rekening houdt met de inbreng en de wensen van de ARRL
, dus van de zendamateurs , voor zover dit mogelijk is .
HAM SATELLIETEN .
OSCAR
1 was de eerste van meer dan twee dozijn satellieten , ontworpen ,
gefinancierd en gebouwd door radio-amateurs , en gelanceerd (op 12
december 1961) in het kader van het OSCAR -programma . OSCAR is de
afkorting van "Orbiting Satellite Carrying Amateur Radio." Sommige
OSCARs werden gebouwd door studenten , bijvoorbeeld werd OSCAR 5
gekonstrueerd en gelanceerd door studenten van de Melbourne University
in Australie. OSCAR 8 kwam tot stand door een gezamenlijke inspanning
van amateurs uit de Verenigde Staten, Japan, Duitsland en Canada. O-8
werd gelanceerd op 5 maart 1978. Op deze wijze hebben Hams ook
bijgedragen tot de ontwikkeling van de elektronika , door eksperimenten
en het uitproberen van nieuwe ontwerp-methoden
Wie zijn de Hams?
We weten al dat
elk land radio-amateurs telt . Er zijn er tienduizenden ,afhankelijk
van de grootte van het land en de bevolkingsdichtheid , in de gewone
huizen van de bevolking , in hogere technische scholen en in de
universiteiten ,aan boord van schepen , vliegtuigen, autos ,brandweer
, politie . Veel autos ,zowel autos van de gewone burger als van de
politie , zijn uitgerust met kleine zenders-ontvangers , bijvoorbeeld
van het merk Motorola of Philips , waarmee men kan zenden op
frekwenties tussen de 144 MHz en de 470 MHz . Hiervoor heeft men
slechts een korte antenne nodig , want een antenne is er steeds nodig
voor een goede ontvangst en een goede uitzend-kwaliteit in gunstige
technische omstandigheden . Veel gekende figuren uit de politieke en de
handels-wereld zijn Hams . De overleden koning Hussein van Jordanie was
ook een Ham . ( persoonlijke noot : ik heb nog een radio-verbinding met
hem gemaakt en daarover van hem een QSL-kaart ontvangen , dit is een
ontvangstbevestiging van de verwezenlijkte communicatie ; er zijn echte
verzamelaars van zeldzame QSL-kaarten : dit is een hobby zoals het
verzamelen van postzegels ). Klikt U op volgende URL:
en voor nog meer beroemdheden , typt U "vcoletti famous" in de Google zoeklijn , en klikt op "zoeken". De eerste lijn die verschijnt "Famous Radio Amateurs " geeft een mooi overzicht .
Er
bestaat in feite geen kategorie mensen , waar geen Hams onder zitten .
In de streek van Gent zijn er bijvoorbeeld pastoors die radio-amateur
zijn , en om maar één voorbeeld te noemen : ON4LM . Een aantal
filmsterren , waren Ham ,chauffeurs van camions, leraars ,vissers , en
ga zo maar door . Waarom ? Omdat dit een van de vriendelijkste en
fijnste vrije-tijdsbestedingen is , die men zich kan indenken . Ook U ,
die dit leest , kunt radio-amateur worden , en daar is geen leeftijd
aan gekoppeld . Er zijn radio-amateurs vanaf 8 jaar tot 98 jaar , en
men hoeft daarvoor ook geen ingenieur te zijn . Een beenhouwer , een
bakker , een drukker van visite-kaartjes , of een uitbater van een
friet-kot , of wie dan ook , kan het worden .
Wat alle
radio-amateurs gemeenschappelijk hebben , is de ambitie van
vriendelijke omgang met de medemens , tijdens gezellige
club-vergaderingen , want meestal organiseert men zich in clubs per
gemeente , stad , provincie of land . In Belgie vindt men overkoepelend
bijvoorbeeld de verenigingen UBA (Unie der Belgische Amateur-zenders)
en de VRA (Vereniging van de Vlaamse Radio Amateurs ) , en de
bereidheid om bij te leren op allerlei gebieden , niet alleen door
menselijke en sociale omgang , maar ook voor het verwerven van
technische vaardigheden . Dit betreft onder meer het opdoen van meer
kennis over elektronika en bijvoorbeeld het leren werken met een
radio-ontvangst-en-zend-station en het leren telegraferen met
morse-tekens , een techniek die niet alleen nog gebruikt wordt aan
boord van schepen , denken we aan het fameuze S.O.S = dididi dadada
dididi , dus drie keren kort , of punten geseind , drie keren lang of
strepen geseind , en daarna terug drie keren kort . Ook in sommige
postkantoren over heel de wereld , gebruikt men voor het verzenden van
telegrammen , nog telegrafie , omdat telegrafie-tekens nog goed
hoorbaar en verstaanbaar of leesbaar zijn op het ogenblik dat spraak
van de menselijke stem in die mate gestoord wordt door allerlei
interferenties , bijvoorbeeld door onweders , dat daar niets meer van
te maken is . De computer heeft ook zijn intrede gedaan in de Ham
wereld en er bestaan een ganse reeks zeer goede computer-programmas ,
waarmee men op de PC , morse kan leren , zowel door te luisteren als
door zelf te seinen . Op de volgende Link vindt U enkele morse-programma's: http://www.ac6v.com/morseprograms.htm alsook op : http://ac6v.com/morseaids.htm#INT Een
student(e) die radio-amateur wordt , heeft een veel grotere kans om met
grote onderscheiding te slagen in de studies die hij/zij op dat
ogenblik onderneemt , omdat het radio-amateurisme een breed
georienteerde beweging en denktank is . Q-codes , zijn codes ,gebruikt tijdens telegrafie-uitzendingen in Morse-code : QSL : Ik zal U een bevestiging sturen over deze verbinding ,dit gesprek tussen ons , onder de vorm v.e.QSL-kaart QTH : Mijn locatie is ... , de plaats vanwaar ik uitzend is ... QRS : Wil ik trager seinen , of ... kunt U wat trager seinen ... QRU : Ik heb op het ogenblik geen berichten voor U . QRU? : heeft U berichten voor mij ? QRT : Ik stop er mee , ik schakel de zender uit en ga uit de lucht . 73 : Beste groeten ANT..... Antenne WX ...... Weer ( goed of slecht ) OM...... Old Man :vriendelijke familiaire uitdrukking om iemand aan te spreken, geldt voor alle leeftijden YL...... Young lady : jonge dame , juffrouw XYL..... Gehuwde vrouw , Mevrouw TNX..... Dank U. BK...... Break (dah dit dit dit dah dit dah) = onderbreking K....... (dah dit dah ) = Over , dit wil zeggen , het is nu aan U om uit
te zenden door voor de microfoon te spreken of de seinsleutel te bedienen in telegrafie .
Hoe begint men er dan aan ?
In
elke gemeente of stad zijn er een of meerdere radio-amateur
-groeperingen of clubs , waarbij men aansluiting kan zoeken . Men neemt
kontakt op , en woont een vergadering bij .Men zal steeds met open
armen ontvangen worden en verbaasd staan over de diversiteit van de
mensen die men daar aantreft : alle mogelijke soorten met alle
achtergronden , beroepen en leeftijden . Daar kan men ook gratis lessen
volgen om het licentie-eksamen voor te bereiden , want men kan slechts
een radio ontvangst-en zendstation uitbaten als men een eksamen heeft
afgelegd bij de RTT . Dit betreft zowel een technische kennis , als een
kennis van de morse-kode voor sommige,niet alle , zendvergunningen . De
kennis van de morse-kode of CW = continuous wave , lijkt ons nog steeds
een pluspunt voor de ontvangst van gestoorde uitzendingen .
Men kan
natuurlijk ook gewoon naar uitzendingen op de korte golf luisteren ,
(dan is men " luister-amateur ") , want daar speelt heel het gebeuren
zich af , in vastgelegde amateur-banden die wereldwijd ,voor alle
landen ongeveer dezelfde zijn ( bepaald door de hierboven vermelde
I.T.U . = U.I.T.= Union Internationale des Telecommunications ) ,maar
het is natuurlijk veel prettiger en interessanter via een microfoon met
alle landen van de ganse wereld , of zelfs lokaal met vrienden uit
eigen land of eigen omgeving te kunnen spreken en informatie uit te
wisselen . Het grote verschil met het chatten " op een PC , is dat men
hier echt de stem van de korrespondent(e) hoort , en veel meer
informatie in veel kortere tijd kan uitwisselen dan met een PC . Een
dergelijk gesprek , waarbij de ene na de andere de microfoon neemt , is
ook veel persoonlijker en aangenamer , dan bij een PC chat . Men kan
zelfs zijn korrespondent(e) zien , als men doet aan ATV = amateur
televisie , waarbij men beelden uitwisselt in de zogenaamde slow-scan
techniek . Gewone bewegende beelden in fast scan uitzenden en ontvangen
, dus niet in slow-scan techniek gaat ook , en meer informatie kan men
daarover krijgen bij PI6ATS , door te klikken op de volgende URL of wanneer U een 'error'-melding krijgt,kopieert U de URL in de adreslijn van Uw browser en klik op OK:
Bekijk ook http://www.pe1dwa.bravehost.com/index.htm
dit is de Link naar PE1DWA , alsook ON0TV :http://www.ovrc.net/atv/atv_start.html
Bij
slechte voortplantingsomstandigheden van de radiogolven in de ruimte
boven ons , de stratosfeer en de ionosfeer , neemt men best zijn
toevlucht tot het telegraferen met de seinsleutel ,in morse-code . Dan
geraakt men er nog door , als een stem-of gesproken verbinding niet
meer lukt .
Eens
dat men geslaagd is in het eksamen , kan men zich een zogenaamde
transceiver aanschaffen , dit is een zender-ontvanger , die men ook
zelf zou kunnen bouwen als men daarvoor voldoende technisch en
elektronisch onderlegd is , maar die anders aan vrij gunstige prijzen
aangeboden wordt door allerlei amateurs die naar een recenter versie
willen overschakelen . Wenst men enkel plaatselijk uit te zenden en te
ontvangen , dan kan men zich ook een zogezegde 2-meter transceiver
aanschaffen , die men niet alleen thuis maar ook in de auto kan
gebruiken . We spreken in heel dit verhaal niet over de zogenaamde
"Citizen-Band transceivers ", die door camionneurs in hun auto gebruikt
worden om er maar op los te palaberen over alles en nog wat , om de
tijd tijdens de lange grensoverschrijdende ritten , niet in te
eentonige en eenzame omstandigheden , te moeten doorbrengen . Voor
Citizen-Band hoeft men geen eksamen af te leggen , maar in die beweging
zit geen organisatie , geen sociaal netwerk , geen leden-verenigingen,
en is dus niet erg interessant.
Echte radio-amateur verenigingen , organisaties en clubs,vindt U op de volgende URL : http://www.rac.ca/intersoc.htm en http://www.dxzone.com/catalog/Ham_Radio/Clubs/Societies/ http://users.otenet.gr/~sv1cns/societes.htm Om
meer over het echte radio-amateurisme , wereldwijd te vernemen , kan
men zich ook het " ARRL Handboek voor Radio Amateurs " aanschaffen , of
zich via de inschrijving in een club abonneren op het club-tijdschrift
. Wat de technische kant betreft , die men in het ARRL handboek
aantreft , zal men een overgang vinden van het gebruik van radiobuizen
in de amateur-apparatuur , naar transistoren en integrated circuits .
Vandaag bevatten transceivers ook microprocessoren die diverse
bewerkingen sturen en regelen.Dat betekent niet dat de radiobuis daarom
afgedaan heeft . Wanneer men wil uitzenden met grote vermogens , voor
zover dit toegelaten is door de wet , kan men nog steeds beter
radiobuizen dan transistoren gebruiken , en dit is geen nostalgisch
teruggrijpen naar het verleden , maar heeft te maken met de
gemakkelijker koeling van de radiobuizen , de betere prestaties op de
zeer hoge frekwenties , het groter rendement ,alhoewel de enige nadelen
van de radiobuis zijn grote afmeting is en de veel hogere spanning
t.o.v. solid-state bekabeling , om haar te doen werken in een
schakeling . Het verschil met de radio-amateurs van 20 jaar en langer
geleden , is , dat de huidige generaties van vooral de jongere
radio-amateurs meer geinteresseerd zijn in het werken met de PC , en
daardoor veel minder technisch goed onderlegd zijn . Dit heeft veel te
maken met het feit dat men het de voorbije 20 jaar gemakkelijk gemaakt
werd, door de aankoop van de zogezegde "plug-and-play "-apparatuur ,
waarbij men zelf niet veel meer moet nadenken ,of een eigen inbreng
leveren met technische bekwaamheid , om een klus af te ronden . Het
wordt allemaal op een presenteerblaadje aangeboden , en men heeft
hoogstens nog een schroevendraaier nodig , om apparatuur wat bij te
regelen .
Het bandplan , d.w.z. de frekwenties ,die de amateurs mogen gebruiken ,zijn in lijstvorm hieronder gegeven .Dit is een tabel voor de USA . Bij ons zijn er kleine verschillen , bijvoorbeeld de 40 meter band loopt niet van 7 tot 7,3 MHz , maar van 7 tot 7,1 MHz en de 80 meter band van 3,5 tot 3,8 MHz . (een uitgebreider band-plan , kunt U bekijken door te klikken op: http://www.ncdxf.org/Beacon/bandplan.html en op http://solair.eunet.yu/~yu1arl/bp-hf.htm
Ultra High Frequency (UHF) (300 MHz to 3 GHz)
70 centimeters (420 - 450 MHz)
33 centimeters (902 - 928 MHz)
23 centimeters (1.24 - 1.3 GHz)
13 centimeters (2.30 - 2.31 GHz and 2.39 - 2.45 GHz)
Super High Frequency (SHF) (3 to 30 GHz)
9 centimeters (3.3 - 3.5 GHz)
5 centimeters (5.65 - 5.925 GHz)
3 centimeters (10.0 - 10.5 GHz)
1.2 centimeters (24.00 - 24.25 GHz)
Extremely High Frequency (EHF) (30 to 300 GHz)
6 millimeters (47.0 - 47.2 GHz)
4 millimeters (75.5 - 81.0 GHz)
2.5 millimeters (119.98 - 120.02 GHz)
2 millimeters (142 - 149 GHz)
1 millimeter (241 - 250 GHz)
Nog een Amerikaans Ham-snufje : als U op de volgende URL klikt en vervolgens in de "Calender generator" een jaar intypt , bv. 2005 in het vak "Enter a year", dan krijgt U een almanak in beeld : http://www.qsl.net/aa7wl/index.html
73 van ON4AW /
P.S.1 : voor zend-amateurs met een
licentie, volgt in de hieronderstaande Link , de beschrijving van een
eenvoudige linear met 1 buis ,door PA0FRI :
P.S.2 Wanneer U reeds meer afweet over
radio-amateurisme , kunt U op de hieronderstaande Link klikken , om met
de computer te luisteren naar echte radio-amateur-uitzendingen , live
te horen op de 3,5 Mhz, 7 Mhz , 14 Mhz banden , d.w.z. de 80
meter , 40 meter en 20 meter band , en op andere banden : http://pa3ang.nl/index.php?php=rx320 alsook op :
http://www.dxtuners.com/ 1) zodra het beeld verschijnt , klik op " Start here " , 2) in de Welcome bladzijde, vul
Uw gegevens in , en klik OK , 3)ga naar Uw e-mail en kopieer het
toegekende paswoord , 4) rechts boven : Login , 5) in de
linkse kolom bovenaan klik op "tune receivers " , 6) kies "Demo
Shortwave ", 7) klik op de groene toets bovenaan rechts om geluid te horen . Uw geluidskaart in de PC moet werken en Uw luidsprekers moeten aanstaan , 8) U kunt eerst luisteren naar de uitzending die bezig is op de frekwentie die aangeduid is op de radio-ontvanger , maar daarna kunt U zelf Uw frekwentie instellen met Setfr en met de grote afstemknop fijn tunen . Steeds de modus aanduiden door op de vierkante knopjes te klikken : op de 3,5 MHz en 7 MHz banden : LSB en op 14 MHz USB . Voor het beluisteren van telegrafie , klikken op CW .
P.S.1 Informatie over de schrijver van dit artikel vindt U op : http://buck.com/cgi-bin/do_hamcallexe wanneer U op de bovenste lijn :
Enter Callsign
ON4AW invult , en daarna klikt
op Lookup Callsign .
In deze folder zitten er enkele tientallen posters van films , startend vanaf ongeveer 1930 .De "stomme" zwart-wit - films die rond 1920 en later gedraaid werden ,hebben we er niet bijgevoegd.
Op het ogenblik kunt U meer dan 600 affiches bekijken .
Klikt U ook op de volgende URL : http://www.drivehq.com/folder/p2470718.aspx Het is duidelijk dat de gekozen voorbeelden onvolledig zijn , gezien het groot aantal films dat in de loop der decennia , gedraaid is . Ook zitten hier voor het ogenblik vooral Amerikaanse films in.
Ik zal deze leegte proberen op te vullen, door
een scanning te maken van enkele honderden postkaarten over filmsterren
van alle nationaliteiten , die ik in mijn jeugd verzamelde , en die ik
hier bij mij staan heb in een kartonnen doos .
Wanneer U de affiches bekijkt , zult U
hier en daar wel een film herkennen , die U indertijd gezien heeft
, of die U bekend voorkomt . Het kan zijn , dat U daarover een zekere
nostalgie of melancholie voelt , dat is meer dan normaal . Zo'n film
kan jeugdherinneringen oproepen , ook aan vrienden of
vriendinnen die toen samen met U in de zaal zaten te kijken naar
het grote scherm .
Als inspiratie van ontwerpers , tekenaars en schilders , zit er in deze voorstellingen natuurlijk ook stof genoeg ,want dit is zonder meer ook kunst .
Er
zitten ook een paar foto's bij , die ik genomen heb in een verbruikzaal
van een cafe-restaurant , vlak bij de Metropolis in Antwerpen . Ik
herinner mij de naam niet meer van de verbruikzaal , maar door daar
beneden aan de voet van de Metropolis eventjes rond te lopen , en naar
binnen te kijken in de diverse drink-en eet-ruimten , vindt U wel snel
de muur-schilderingen , die ik bedoel . Groot en knap gemaakt , veelkleurig en kunstig geschilderd .
In de folder , zitten er 32 schilderijen van winterland- schappen ,als goede voorbeelden voor degenen onder ons die eens een dergelijk onderwerp willen schilderen . De sneeuw kan men het best blauwachtig getint schilderen, en de lucht vaak paarsachtig , met deze kleur weerkaatst in de sneeuw.
Waterlopen stelt men vervroren voor , en daken van huizen het liefst niet volledig bedekt met sneeuw maar gedeeltelijk de dak-struktuur tonend , bijvoorbeeld de dakpannen of schalies van een dakbedekking .
Takken van bomen worden voor de helft besneeuwd voorgesteld (als men aquarel schildert , dan afdekvloeistof gebruiken ) . Er zullen weinig rondlopende dieren kunnen voorgesteld worden in een bittere koude , behalve misschien reeen . Wil men toch dieren voorstellen , dan in een openstaande deur van een stal binnenkijkend op twee paarden , een koe of een geit .En hier en daar een kraai , in de lucht boven de bomen en de velden vliegend.
Harde winters hebben we hier niet meer zoveel . Daarom kan men ook eens zoeken naar voorbeelden van winterse voorstellingen van Skandinavische of Russische schilders .
In de hierbijgaande folder , die U kunt bekijken door met de muis op de afbeelding te klikken , staan er 90 afbeeldingen , schilderijen en ook enkele foto's van tango-dansen . Deze dans ,waarvan men enkele tijd geleden zei ,dat hij enkel bedoeld was voor "ouderen", wint duidelijk ook de voorkeur van de jonge mensen . Men ziet dit als men danskursussen volgt bij de dansschool Marc Spillemaeckers in Brasschaat , of als men elke laatste zondag van de maand gaat dansen bij Pol Van Assche ,om 15 uur in het kultureel centrum :De Luchtbal .
Andere mogelijkheden zijn , de Luna ,in Berchem , niet van van het station , als men naast het groot postgebouw de brug over de autoweg overrijdt , dan de eerste straat onmiddellijk links , enkele huizen verder. Men kan ook tango dansen in het Oude Badhuis , niet ver van het Stuyvenbergplein in Stuyvenberg ,elke derde zondag van de maand om 15 uur , of aan de Kattendijksluis,meestal op een dinsdag , bij Tango aan de Stroom . Dit , om er maar enkele te noemen . Waarom is tango zo populair ? Ten eerste is het nog een dans , waar men met een partner van het andere geslacht danst , dat is bij de moderne dansen een uitzondering geworden . Ten tweede is het een passionele dans , op zeer mooie muziek , meestal in het latijns- amerikaans-spaans gezongen , met onder meer de veel terugkerende termen corazón (hart) , estar enamorado (verliefd zijn ) , amor , tristeza ( treurnis , triestigheid ) , enz . Aanvankelijk werd de tango gespeeld door kleine groepen , zoals een trio met een viool , een dwarsfluit en een guitaar . Achteraf is daar zang bijgekomen , die bijvoorbeeld kan begeleid worden door guitaar ,piano en bandoneon . Dit laatste instrument is een soort verkleinde accordeon . De oorzaak ligt daar , dat de tango ontstaan is in Argentina , een Latijns -Amerikaans land dat na de "conquista " van Zuid-Amerika , vooral groeide door inwijkelingen, en wat de tango-makers betreft , vooral Fransen , Polen en Duitsers.( niet de duitse nazi's die na de tweede wereldoorlog naar Argentina gevlucht zijn , we spreken wel over eeuwen geleden ) . Het bandoneon is vrij laat ontstaan , rond de beginjaren 1900 ,en is duidelijk een afgeleide van de franse accordeon . Nu vandaag nog , spelen de Fransen in Frankrijk ,maar ook muzikanten ,accordeon- spelers bij ons ,daar hun musettes op , en hun tango's . Ook in Nederland had de tango navolging met het orkest van Malando, een echte Hollander, die onder meer "la comparsita" , componeerde of verwerkte .
Hier ter plaatse , kunnen wij zowel de Europese tango met zes passen leren dansen ,als de Argentijnse tango met 8 passen , en een variante op deze laatste is de Milonga . Tal van danskoppels ,meestal jonge mensen uit diverse landen , (en als kers op de taart ,natuurlijk uit Argentina ), geven op tal van plaatsen waar tango gedanst wordt , demonstraties en uiting van hun kunnen , prachtig om aan te zien , temeer daar ze meestal in zeer mooie klederdrachten optreden .
Bent Uzelf nog geen tango-danser ? Probeert U het eens , het is niet zo moeilijk en het verplaatst U in een andere kunst-en -ontspannings-wereld .
El tango : :"La vida es un tango y hay que saberla bailar. El tango es parte de nuestra identidad "
Musicalmente, el tango entronca en su
genealogía con la habanera hispano-cubana y es por tanto hijo del
trasiego mercantil entre los puertos de lengua española de La Habana
(Cuba) y Buenos Aires (Argentina). Sin embargo, estos orígenes explican poco sobre su nacimiento. Inicialmente, el
tango es interpretado por modestos grupos que cuentan sólo con violín,
flauta y guitarra o incluso, en ausencia de ésta, el acompañamiento de
un peine convertido en instrumento de viento con la mediación de un
papel de fumar y un avezado soplador que marca el ritmo. El instrumento
mítico, el bandoneón, no llega al tango hasta un par de décadas después
de su nacimiento, en 1900 aproximadamente, y poco a poco sustituye a la
flauta.
El tango como baile ha sido determinado por la conjunción de tres elementos: un
componente musical negro, la milonga y la habanera, que asume un rol
catalizador. La guajira flamenca aportó su melodía para la formación de
la milonga. La habanera, su ritmo. El tango negro, la danza. Luego
esa milonga ya transformada por su triple influencia, pasa a
denominarse tango por efecto del tango negro y del tango andaluz. Para ese entonces el tango andaluz aporta al nuevo tango en Buenos Aires, melodía y música.
Las danzas sociales surgen de una profunda necesidad física de crear un lenguaje a través del cual la gente pueda comunicarse con el otro sin palabras. El
tango es la danza de la carne, del deseo, de los cuerpos entrelazados.
Es un diálogo nuevo, la seducción hecha movimiento, el ir y venir,
encuentro de dos mundos. Es un baile exhibicionista, estéticamente
bello, y ronda sin temores el universo de lo lúdico. La pareja de
baile roza sus zapatos entre sensuales caricias mientras el atónito
espectador ocasional, eterno voyeur, se fascina y deslumbra con el
ardor del tácito romance entre los bailarines de turno. La primera expresión precursora de lo que sería luego el tango fue, para muchos,la incorporación en los bailes de la pareja enlazada y figuras coreográficas propias de los bailes de los negros.
El tango no es un baile que pueda realizarse
de forma individual, tiene a la pareja como unidad básica e
indivisible. La mujer seduce y el hombre conduce. Es el hombre el que
cobija a la mujer y la sostiene, la dama se desenvuelve en todo el
baile bajo el amparo del mismo, rompiendo el equilibrio para recostarse
sobre su pecho. La actitud de entrega de la mujer la deja en una
posición de dependencia y el que manda es el hombre: él decide cuándo,
dónde y con qué velocidad se generan los movimientos. La tarea de la
mujer no es, sin embargo, menos importante: ella debe acompañar la
propuesta e interpretar a su compañero en un juego de seducción donde
la fragilidad y delicadeza de su desempeño tienen un papel
preponderante. Esta relación es la base del tango.
Danza apasionada :Una corrida elegante tras la vuelta una sentada y un ocho bien compadronasi lleno de emoción ,yo me luci en mil fandangos porque asi se baila el tango
In de folder ,zitten er 104 aquarel- schilderijen van tentoon- stellingen uit Kapellen,Schoten ,Ekeren ,Brasschaat , Wuustwezel , Kalmthout , een gemeente dichtbij Wetteren, Schellebelle , en nog enkele andere .
Als ik de plaats van Uw eigen tentoonstelling vergeten ben , dan mijn excuses , en ik hoop ook dat alle handtekeningen en namen van de schilders/schilderessen ,leesbaar zijn op hun werken .Op het ogenblik zitten er 104 schilderijen in , maar ik zal er nog aan toevoegen .
Zelf volgde ik een paar aquarel-kursussen in het buitenland , vooral in Frankrijk , bijvoorbeeld in dit laatste , onder de leiding van Linda , de echtgenote van Jacob , die de gekende winkel Papermill voor schilders-artikelen heeft in Antwerpen . Ze zijn nu juist verhuisd .
Overal waar ik in het buitenland rondreis ,en dat doe ik veel , naar alle continenten , heb ik aquarel schildersgerief mee en aquarel-papier van 300 gram op de grootte van mijn valies . Dit schilderen , is vooral een dankbare onderneming in de warme landen en eilanden ,waar de zon (bijna) altijd schijnt, zoals Spanje ,Portugal ,Turkije ,Griekenland ,de vele Griekse eilanden ,Frankrijk ,Cyprus , Kreta ,enz. Maar ook in Bulgarije,Roemenie , Czecoslovakije ,Polen ,Hongarije , Oost-Duitsland ,het vroegere Yugoslavie ,heb ik veel geschilderd ,want de zon schijnt daar meer dan men zou vermoeden .
In Hongarije bijvoorbeeld , bekend voor de Pusta , kan men prachtige paarden schilderen of paarden die elementaire houten karren voorttrekken . Die ziet men overal .
In alle landen van Zuid-Amerika kan men schilderen . Daar schijnt de zon altijd , zoals in Egypte , maar het grote verschil met Egypte (waar alleen de Nijl-delta echt vruchtbaar is ), is, dat de Zuid-Amerikaanse landen niet zo zand-stoffig zijn .
Op Malta ontmoette ik een knappe Japanse vrouw ,die , ziende dat ik aquarel schilderde , mij een Japanse schilderdoos cadeau deed . Ik heb ze nog altijd , met mooie aquarel-verven en speciale borstels , die men kan vullen met water . Typisch iets voor de Japanners , om zo iets uit te vinden .
Gedurende de voorbije twee jaren , volgde ik een aquarel- kursus in het kultureel centrum te Wuustwezel . Daarvoor had ik nog een aquarel-kursus gevolgd in een zijstraat van de hoogboomse steenweg te Kapellen .
Keuze genoeg voor degenen onder ons die geinteresseerd zijn in aquarel . Bijvoorbeeld in Kalmthout zijn er minstens drie instellingen waar men aquarel kan schilderen , en in het arboretum zijn er ook regelmatig aquarel tentoonstellingen .....
P.S. U kunt 9 van de schilderijen bekijken , door op de volgende Link te klikken:
Het kubisme begint in 1906-1907 met als pioniers Picasso en Braque .De vijandigheid die het kubisme wekte , is al een voldoende bewijs dat het hier om een revolutie in de kunst ging.Deze manier van schilderen werd in twijfel getrokken als ' misleidend '.
Cezanne (een vriend van Renoir) wou de natuur bekijken in de vorm van cilinders , bollen en kegels , alles in het juiste perspectief ... Zijn waardering van ruimte,kleur en licht bij de heftige primitieve expressie in zijn werken,maakt indruk .Braque en Picasso onderzoeken dit Cezanisme en vernieuwen het .In 1906 vervangt Picasso een gezicht door een masker ,nadat hij Afrikaanse kunst had bekeken op een tentoonstelling. In 1907 schildert hij " les demoiselles d' Avignon (in feite ' tippelende ' meisjes die hij in Barcelona heeft gezien), en hij drukt zijn bewondering uit voor ' het blauwe naakt ' van Matisse met zijn verwrongen lijnen en felle kleuren roze en blauw.Hij begint na Derain's werk te hebben bekeken aan een geometrische vlakindeling in een streven "helemaal opnieuw te beginnen ,waarbij men wel zal begrijpen wat ik bedoelde bij het schilderen". Zijn roze periode vloeit over in de beeldtaal van de " neger-maskers" die hij zelf 'een vorm van exorcisme ' noemt .Hij verlaat zijn levensgezellin ,de mooie Fernande Olivier,die hij verschillende keren schilderde,maar die niet in staat schijnt te zijn hem een kind te schenken.Picasso schildert nu ' 3 vrouwen ' en ' 5 vrouwen ' in waterverf en gouache op hout ,dus gemengde techniek in kleuren van oker tot bruin en groen tot blauw . Hij begint ook te beeldhouwen en etsen te maken . Braque,Picasso en Derain ,hebben elkaar vaak ontmoet.
115 116 117 118 119
Terwijl Braque analytisch,methodisch ,constructivistisch werkt ,blijft Picasso gehecht aan primitivisme met sterke kontrasten.Hij begint nu ook landschappen te schilderen met simpele geometrische vormen , maar niet zo " gevuld met kubussen " (-> kubisme) ,driedimensionaal, als sommige werken van Braque ,die zich begint te concentreren op stillevens , "die hij in hun ruimte kan voelen " ,en ook op landschappen.Aangetrokken door muziek ,schildert hij ' hommage aan Johan Sebastian Bach','de klarinet ' ,' de vrouw met de guitaar (1913) ' , en ' de viool (1914)' .Tussen 1912 en 1924 leggen Picasso en Braque zich ook toe op het maken van collages van stillevens met onder meer stukjes behangpapier en lamellen hout , kranten-knipsels,stukjes spiegel ,die op een ondergrond geplakt werden, bijvoorbeeld in 'de guitaar en de klarinet ' uit 1918 (als kubistische montage) .
120 121 122 123 124 125 126 127 128
In 1911 exposeert Picasso 83 tekeningen en aquarellen in een galerij in New York,voor het eerst zo ver in het buitenland ,terwijl hijzelf samen met Braque, de zomer doorbrengt in Céret .Hij wordt in New York als leider van de kubisten aanzien,met een intuitieve,spontane uitdrukkingswijze, ,meer dan Delaunay , Léger(1881-1955), Juan Gris (1887-1927) ,en de reeds hierboven vernoemden , en volgelingen die ' krachteloze imitaties voortbrengen ' in tegenstelling tot ' de kreatieve spanning die met intensiteit de nieuwe ruimte op doek materialiseert'.
Picasso keert na Céret ,terug naar Parijs en leert er Eva Gouel kennen,die hij prompt schildert ,een felle , betoverende verschijning ,geheel anders dan de evenwichtige Fernande die uit zijn leven verdwijnt , en na publicatie van haar memoires over haarzelf en Picasso ,sterft in 1966. Picasso zal na haar nog 6 andere minnaressen als model kennen , tot op een hoge leeftijd .
---------------------------------------------------------------------------- Naschrift : Pablo Picasso's Love: La Femme-Fleur .
As originally published in The Atlantic Monthly August 1964 Pablo Picasso's Love: La Femme-Fleur The love affair between Pablo Picasso, aged 61, and Françoise Gilot, 21, began in Paris in the spring of 1943 during the German occupation of France. She was a student of art, the only child of a domineering father who brought her up as if she had been his son. In her mood of rebellion she found in Picasso a gentleness and depth of understanding she had not known in any other man. They were to live together for the next ten years; she was to bear him two children. Their relationship forms the substance of a new book, LIFE WITH PICASSO, to be published this winter by McGraw-Hill. This excerpt is taken from the opening part.
by Françoise Gilot and Carlton Lake
I met Pablo Picasso in May, 1943, during the German occupation of France. I was twenty-one, and I felt already that painting was my whole life. At that time I had as houseguest an old school friend named Geneviève, who had come up from her home near Montpellier, in the south of France, to spend a month with me. With her and the actor Alain Cuny, I went to have dinner one Wednesday at a small restaurant then much frequented by painters and writers. It was called Le Catalan and was in the Rue des Grands-Augustins on the Left Bank, near Notre Dame. Return to Flashback: Portraits of Picasso When we got there that evening and were seated, I saw Picasso for the first time. He was at the next table with a group of friends: a man, whom I didn't recognize, and two women. One of the women I knew to be Marie-Laure, Vicomtesse de Noailles, the owner of an important collection of paintings, who is now something of a painter herself. At that time, though she had not yet taken up painting -- at least publicly -- but she had written a poetic little book called The Tower of Babel. She had a long, narrow, somewhat decadent-looking face framed by an ornate coiffure that reminded me of Rigaud's portrait of Louis XIV in the Louvre. The other woman, Alain Cuny whispered to me, was Dora Maar, a Yugoslav photographer and painter, who, as everyone knew, had been Picasso's companion since 1936. Even without his help I would have had no trouble identifying her, because I knew Picasso's work well enough to recognize that this was the woman who was shown in the Portrait of D . . . M . . . in its many forms and variants. She had a beautiful oval face but a heavy jaw, which is a characteristic trait of almost all the portraits Picasso has made of her. Her hair was black and pulled back in a severe, starkly dramatic coiffure. I noticed her intense bronze-green eyes, and her slender hands with their long, tapering fingers. The most remarkable thing about her was her extraordinary immobility. She talked little, made no gestures at all, and there was something in her bearing that was more than dignity -- a certain rigidity. There is a French expression that is very apt: she carried herself like the holy sacrament. I was a little surprised at Picasso's appearance. My impression of what he ought to look like had been founded on the photograph by Man Ray in the special Picasso number of the art review Cahiers d'Art published in 1936: dark hair, bright, flashing eyes, very squarely built, rugged -- a handsome animal. When I saw him now, with his hair graying to white, and with an absent look -- either distracted or bored -- he had a withdrawn, oriental appearance that reminded me of the statue of the Egyptian scribe in the Louvre. There was nothing sculptural or fixed in his manner of moving, however; he gesticulated, he twisted and turned, he got up, he moved rapidly back and forth. As the meal went on I noticed Picasso watching us, and from time to time acting a bit for our benefit. It was evident that he recognized Cuny, and he made remarks that we were obviously supposed to overhear. Whenever he said something particularly amusing, he smiled at us rather than just at his dinner companions. Finally he got up and came over to our table. He brought with him a bowl of cherries and offered some to all of us, in his strong Spanish accent calling them cerisses, with a soft, double-s sound. Geneviève was a very beautiful girl, of French Catalan ancestry but a Grecian type, with a nose that was a direct prolongation of her forehead. It was a head, Picasso later told me, that he felt he had already painted in his work of the Ingresque or Roman period. She often accentuated that Grecian quality, as she did that evening, by wearing a flowing, pleated dress. "Well, Cuny," Picasso said. "Are you going to introduce me to your friends?" Cuny introduced us and then said, "Françoise is the intelligent one." Pointing to Geneviève, he said, "She's the beautiful one. Isn't she just like an Attic marble?" Picasso shrugged. "You talk like an actor," he said. "How would you characterize the intelligent one?" That evening I was wearing a green and brown turban that covered much of my brow and my cheeks. Geneviève answered his question. "Françoise is a Florentine virgin," she said. "But not the usual kind," Cuny said. "A secularized virgin." Everybody laughed. "All the more interesting if she's not the ordinary kind," Picasso said. "But what do they do, your two refugees from the history of art?" "We're painters," Geneviève answered. Picasso burst out laughing. "That's the funniest thing I've heard all day. Girls who look like that can't be painters." I told him that Geneviève was only on holiday in Paris and that she was a pupil of Maillol in Banyuls, and that although I wasn't anybody's pupil, I was very much a painter. In fact, I said, we were having a joint exhibition of paintings and drawings right at the moment in a gallery in the Rue Boissy d'Anglas, behind the Place de la Concorde. Picasso looked down at us in mock surprise. "Well, I'm a painter, too," he said. "You must come to my studio and see some of my paintings." "When?" I asked him. "Tomorrow. The next day. When you want to." Geneviève and I compared notes. We told him we'd come not tomorrow, not the next day, but perhaps the first of the next week. Picasso bowed. "As you wish," he said. He shook hands all around, picked up his bowl of cherries, and went back to his table.
THE following Monday morning, about eleven o'clock, Geneviève and I climbed a dark, narrow, winding staircase hidden away in a corner of the cobblestone courtyard at 7 Rue des Grands Augustins and knocked on the door of Picasso's apartment. After a long wait it was opened about three or four inches, and the pointed nose of his secretary, Jaime Sabartés, came through. We had never seen him before, but we knew who he was. We had seen reproductions of drawings Picasso had made of him, and Cuny had told us that Sabartés would be the one who received us. He looked at us rather suspiciously and asked, "Do you have an appoint- ment?" I said we did. He let us in. He looked anxious as he peered out from behind his thick-lensed glasses. We entered an anteroom where there were many plants and birds: turtle- doves and a number of exotic species in wicker cages. The plants were not pretty; they were the spiky green ones you see frequently in copper pots in a concierge's loge. Here they were arranged more appealingly, though, and in front of the high open window they made a rather pleasing effect. I had seen one of those plants a month before in a recent portrait of Dora Maar that was hung -- in spite of the Nazi ban on Picasso's work -- in an out-of-the-way alcove of the Louise Leiris gallery in the Rue d'Astorg. It was a magnificent portrait, in pink and gray. In the background of the picture there was a framework of panels like the panes of the large antique window I now saw, a cage of birds, and one of those spiky plants. From that room we followed Sabartés into a second one, which was very long. I saw several old Louis XIII sofas and chairs and, spread out on them, guitars, mandolins, and other musical instruments which, I supposed, Picasso must have used in his painting during the Cubist period. He later told me that he had bought them after he painted the pictures, not before, and kept them there now as a kind of remembrance of his Cubist days. The room had noble proportions, but everything was at sixes and sevens. The long table that stretched out before us and two long carpenter's tables, one after the other against the right-hand wall, were covered with an accumulation of book, magazines, newspapers, photographs, hats, and miscellaneous clutter. On top of one of these tables was a rough piece of amethyst crystal, about the size of a human head. In the center of it was a small, totally enclosed cavity filled with what appeared to be water. On a shelf underneath it I saw several men's suits folded up and three or four pairs of old shoes. As we walked past the long table in the center of the room, I noticed that Sabartés moved out around a dull brownish object lying on the floor, near the door that led into the next room. When I came closer to it, I saw that it was a sculpture of a skull cast in bronze. The next room we went into was a studio almost entirely filled with sculptures. I saw The Man With the Sheep, now cast in bronze and standing in the square at Vallauris, but at that time simply in plaster. Then there were a number of large heads of women that Picasso had done at Boisgeloup in 1932. There was a wild disorder of bicycle handlebars, rolls of canvas, a fifteenth-century Spanish polychromed wooden Christ, and a weird and spindly sculpture of a woman holding an apple in one hand and what looked like a hot-water bottle in the other arm. What hit me hardest, though, was a glowing canvas by Matisse, a still life of 1912, with a bowl of oranges on a pink tablecloth against a light ultramarine and brighter pink background. I remember also a Vuillard, a Douanier Rousseau, and a Modigliani, but above all, in that shadowy studio, the glow of color of the Matisse was particularly striking among the sculptures. I couldn't prevent myself from saying, "Oh, what a beautiful Matisse." Sabartés turned around and said austerely, "Here there is only Picasso."
BY ANOTHER little winding staircase, on the far side of the room, we climbed to the second floor of Picasso's apartments. Upstairs the ceiling was much lower. We passed into a large studio. On the other side of the room I saw Picasso, surrounded by a group of six or eight. He was dressed in an old pair of trousers that hung loosely from his hips, and a blue-striped sailor's jersey. When he saw us, his face lighted up in a pleasant smile. He left the group and came over to us. Sabartés muttered something about our having an appointment and then went downstairs. "Would you like me to show you around?" Picasso asked. We said we would indeed. We hoped he would show us some of his paintings, but we didn't dare ask. He took us back downstairs into the sculpture studio. "Before I came here," he said, "this lower floor was used as a workshop by a weaver, and the upper floor was an actor's studio -- Jean-Louis Barrault's. It was here, in this very room, that I painted Guernica." He settled back onto one of the Louis XIII tables in front of a pair of windows that looked out onto an interior courtyard. "Other than that, though, I hardly ever work in this room. I did L'Homme au Mouton here," he said, pointing to the large plaster sculpture of the man holding the sheep in his arms, "but I do my painting upstairs, and I generally work on my sculpture in another studio I have a little way up the street. "That covered spiral stairway you walked up to get here," he said, "is the one the young painter in Balzac's Le Chef-d'oeuvre inconnu climbed when he came to see old Pourbus, the friend of Poussin who painted pictures nobody understood. Oh, the whole place is full of historical and literary ghosts. Well, let's get back upstairs," he said. He slid off the table, and we followed him up the winding staircase. He took us through the big studio, around the group of people, none of whom looked up at us as we passed through, and into a small room in the far corner. "This is where I do my engraving," he said. "And look here." He walked over to a sink and turned on a faucet. After a while the water became steamy. "Isn't it marvelous," he said. "In spite of the war, I have hot water. In fact," he added, "you could come here and have a hot bath any time you liked." About one o'clock the group around us broke up, and everyone started to leave. The thing that struck me as most curious that first day was the fact that Sabartés was obviously a kind of monk of the Picasso religion, and all the people who were there had the air of being completely immersed in that religion except the one to whom it was addressed. He seemed to be taking it all for granted but not attaching any importance to it, as if he were trying to show us that he didn't have any desire to be the central figure in a cult. As we turned to go, Picasso said, "If you want to come back again, by all means come. But if you do come, don't come like pilgrims to Mecca. Come because you like me, because you find my company interesting, and because you want to have a simple, direct relationship with me. If you only want to see my paintings, you'd better go to a museum." I didn't take that remark of his too seriously. In the first place, there were almost no paintings of his to be seen in any of the Paris museums at that time. Then, too, since he was on the Nazi list of proscribed painters, no private gallery was able to show his work openly or in quantity. And looking at another painter's work in a book of reproductions is no satisfaction for a painter. So if anyone wanted to see more of his work -- as I did -- there was almost nowhere to go except 7 Rue des Grands-Augustins. A few days after that first visit I dropped in at the gallery where Geneviève and I were having our exhibition. The woman who ran it told me excitedly that a little earlier a short man with piercing dark eyes, wearing a blue-and-white-striped sailor's jersey, had come in. She had realized, after the first shock, that he was Picasso. He had studied the paintings intently and then walked out without saying anything, she told me. When I got home, I told Geneviève about his visit. I said he had probably gone to see how bad our paintings were and prove to himself the truth of what he had said when he met us at Le Catalan: "Girls who look like that can't be painters." Geneviève took a more idealistic view of it. "I think it's a nice human touch," she said. "It shows he takes a real interest in young artists' work." I wasn't convinced. At best it was curiosity, I felt. "He just wanted to see what we had inside -- if anything." "Oh, you're so cynical," she said. "He seemed to me very kind, open-minded, and simple." I told her I thought he perhaps wanted to appear simple, but I had looked into those eyes of his and seen something quite different. It hadn't frightened me, though. In fact it made me want to go back. I temporized for about another week and then, one morning, with Geneviève in tow, returned to the Rue des Grands-Augustins. It was Sabartés, of course, who opened the door for us again, sticking his head outside like a little sand fox. This time he admitted us without comment. Remembering from our first visit the very pleasant entrance with its many plants and exotic birds in wicker cages lighted by the high window, we had decided to add a little color to the greenery, and so we arrived carrying a pot of cineraria. When Picasso saw us he laughed. "Nobody brings flowers to an old gent," he said. Then he noticed that my dress was the same color as the blossoms, or vice versa. "You think of everything, I can see that," he said. I pushed Geneviève in front of me. "Here's beauty, followed by intelligence," I reminded him. He looked us over carefully, then said, "That remains to be seen. What I see now are simply two very different types of beauty: archaic Greece and Jean Goujon." On our first visit he had shown us only a few pictures. This time he made up for it. He piled them up almost like a scaffolding. There was a painting on the easel; he stuck another on top of that, one on each side, piled others on top of those, until it seemed like a highly skilled balancing act of the human-pyramid kind. As I found out later, he used to arrange them that way almost every day. They always held together by some kind of miracle, but as soon as anyone else touched them, they came tumbling down. That morning there were cocks, a buffet of Le Catalan with cherries against a background of brown, black, and white: small still lifes, some with lemon and many with glasses, a cup, and a coffeepot, or with fruit, against a checked tablecloth. He seemed to be playing with colors as he sorted them out and tossed them up onto the scaffolding. There was a large nude, a three-quarter rear view that one saw at the same time front view, in earth tones, very close to the palette of the Cubist period. There were also scenes of the Vert Galant, that little tip of the Ile de la Cite on the other side of the Pont Neuf. In these paintings there were trees on which each branch was made out of separate spots of paint, much in the manner of Van Gogh. There were several showing mothers with enormous children whose heads, reached the very top of the canvas, somewhat in the spirit of the Catalan primitives. Many of the paintings he showed us that morning had a culinary basis: skinned rabbits, or pigeons with peas, a kind of reflection of the hard time most people were having to get food. There were others almost like papiers collés, with a sausage stuck onto an otherwise carefully composed background; or portraits of women wearing hats topped with forks or fishes and other kinds of food. Finally he showed us a group of portraits of Dora Maar, very tortured in form, which he had painted over the past two years. They are among the finest paintings he has ever done, I believe. Suddenly he decided he had shown us enough He walked away from his pyramid. "I saw your exhibition," he said, looking at me. I didn't have the courage to ask him what he thought of it, so I just looked surprised. "You're very gifted for drawing," he went on. "I think you should keep on working -- hard -- every day. I'll be curious to see how your work develops. I hope you'll show me other things from time to time." Then he added, to Geneviève, "I think you've found the right teacher in Maillol. One good Catalan deserves another." Little else he said that morning registered very deeply with me. I left the Rue des Grands-Augustin feeling very buoyant, impatient to get back to my studio and go to work.
SOON after that second visit, Geneviève went back to the Midi. I wanted to return to the Rue des Grands-Augustins by myself, but I felt it was a little early to show Picasso any new work, even though he had been more than cordial in his invitation to come see him as often as I wanted to. I wondered more than once whether, if he had met me alone, he would even have noticed me. Meeting me with Geneviève, he saw a theme that runs through his entire work and was particularly marked during the 1930s: two women together, one fair and the other dark, the one all curves and the other externalizing her internal conflicts, with a personality that goes beyond the pictorial; one, the kind of woman who has a purely aesthetic and plastic life with him; the other, the type whose nature is reflected in dramatic expression. When he saw the two of us that morning, he saw in Geneviève a version of formal perfection, and in me, who lacked that formal perfection, a quality of unquiet which was actually an echo of his own nature. That created an image for him, I'm sure. He even said, "I'm meeting beings I painted twenty years ago." It was certainly one of the original causes of the interest he showed. When I did go back to see him, it wasn't long before he began to make very clear another side of the nature of his interest in me. There were always quite a few people waiting to see him, some in the long room on the lower floor, where Sabartés held forth, others in the large painting atelier on the floor above. Picasso, I soon noticed, was always looking for some excuse to get me off into another room where he could be alone with me for a few minutes. The first time, I remember, the pretext was some tubes of paint he wanted to give me. Having an idea that there was more involved than just paints, I asked him why he didn't bring them to me. Sabartés, never very far away, said, "Yes, Pablo, you should bring them to her." "Why?" Picasso asked. "If I'm going to give her a gift, the least she can do is make the effort to go after it." Another morning, I had gone there on my bicycle, since that was the only way one could get around conveniently at that period. En route it had started to rain, and my hair was soaking wet. "Just look at the poor girl," Picasso said to Sabartés. "We can't leave her in that state." He took me by the arm. "You come with me into the bathroom and let me dry your hair," he said . "Look, Pablo," Sabartés said, "perhaps I should get Inès to do it. She'll do it better." "You leave Inès where she is," Picasso said. "She's got her own work to do." He guided me into the bathroom and carefully dried my hair for me. Of course, Picasso didn't have a situation like that handed to him every time. He had to manufacture his own. And so the next time it might be some special drawing paper he had uncovered in one of the countless dusty corners of the atelier. But whatever the pretext, it was quite clear that he was trying to discover to what degree I might be receptive to his attentions. I had no desire to give him grounds to make up his mind, one way or the other. I was having too much fun watching him to figure it all out. One day he said to me, "I want to show you my museum." He took me into a small room adjoining the sculpture studio. Against the left-hand wall was a glass case about seven feet high, five feet wide, and a foot deep. It had four or five shelves and held many different kinds of art objects. "These are my treasures," he said. He led me over to the center of the vitrine and pointed to a very striking wooden foot on one of the shelves. "That's Old Kingdom," he said. "There's all of Egypt in that foot. With a fragment like that, I don't need the rest of the statue." Ranged across the top shelf were about ten very slender sculptures of women, from a foot to a foot and a half high, cast in bronze. "Those I carved in wood in 1931," he said. "And look over here." He pushed me very gently toward the end of the case and tapped on the glass in front of a group of small stones incised with female profiles, the head of a bull and of a faun. "I did those with this," he said, and fished out of his pocket a small jackknife, labeled "Opinel," with a single folding blade. On another shelf, and next to a wooden hand and forearm that were recognizably Easter Island, I noticed a small flat piece of bone about three inches long. On its long sides were painted parallel lines imitating the teeth of a comb. In the center, between the two strips of "teeth," was a cartouche showing two bugs meeting in head-on combat, one about to swallow up the other. I asked Picasso what that was. "That's a comb for lice," he said. "I'd give it to you but I don't imagine you'd have any use for it." He ran his fingers through my hair and parted it at the roots here and there. "No," he said, "you seem to be all right in that department." I moved back to the center of the vitrine. There was a cast of his sculpture A Glass of Absinthe, about nine inches high, with a hole cut into the front of the glass and a real spoon on top, bearing a simulated lump of sugar. "I did that long before you were born," he said. "Back in 1914. I modeled it in wax and added a real spoon and had six of them cast in bronze, then painted each one differently. Here, this will amuse you." He put his arm around me and sidled over to another part of the case, drawing me along with him. I saw a small matchbox on which he had painted the head of a woman in a post-Cubist manner. I asked him when he had done that. "Oh, two or three years ago," he said. "These, too." He pointed to a group of cigarette boxes on which he had painted women seated in armchairs. Three of them, I noticed, were dated 1940. "You see, I built them up in relief by pasting other bits of cardboard in various places," he said. He pointed to the one in the center. "For that one, I sewed on the panel that makes the central part of the torso. Notice the hair. It's pretty close to being hair -- it's string. These things are midway between sculpture and painting, I suppose." On the opposite side of the room from the vitrine was a table covered with tools. I walked over to it. Picasso followed me. "These I use in finishing my sculpture," he said. He picked up a file. "This is something I use all the time." He tossed it back and picked up another. "This one is for finer surfaces." One after another he handled a plane, pincers, nails of all kinds -- "for engraving on plaster" -- a hammer, and with each one he came closer to me. When he dropped the last piece back onto the table he turned abruptly and kissed me, full on the mouth. I let him. He looked at me in surprise. "You don't mind?" he asked. I said no -- should I? He seemed shocked. "That's disgusting," he said. "At least you could have pushed me away. Otherwise I might get the idea I could do anything I wanted to." I smiled and told him to go ahead. By now he was thrown completely off the track. I knew very well he didn't know what he wanted to do, or even whether, and I had an idea that by saying, placidly, yes, I would discourage him from doing anything at all, so I said, "I'm at your disposition." He looked at me cautiously, then asked, "Are you in love with me?" I said I couldn't guarantee that, but at least I liked him and I felt very much at ease with him, and I saw no reason for setting up in advance any limits to our relationship. Again he said, "That's disgusting. How do you expect me to seduce anyone under conditions like that? If you're not going to resist -- well, then it's out of the question. I'll have to think it over." And he walked back into the sculpture studio to join the others.
A FEW days later he brought up the question in a similar manner. I told him I could promise him nothing in advance, but he could always try and see for himself. That nettled him. "In spite of your youth," he said, "I get the impression that you've had a lot of experience in that sort of thing." I said no, not really. "Well, then, I don't understand you," he said. "It doesn't make sense, the way you act." I said I couldn't help that. That's the way it was, sense or nonsense. Besides, I wasn't afraid of him, so I couldn't very well act as though I were. "You're too complicated for me," he said. That slowed him down for a while longer. A week or so later, I went to see him. Using the by now familiar technique, he managed to maneuver me into his bedroom. He picked up a book from a pile on a chair near his bed. "Have you read the Marquis de Sade?" he asked me. I told him no. "Aha! I shock you, don't I?" he said, looking very proud of himself. I said no. I told him that although I hadn't read Sade, I had no objection to it. And I had read Choderlos de Laclos and Restif de Bretonne. As for Sade, I could make out without it but perhaps he couldn't, I suggested. In any case, I told him, the principle of the victim and the executioner didn't interest me. I didn't think either one of those roles suited me very well. "No, no, I didn't mean that," he said. "I just wondered if that might shock you." He seemed a little disappointed. "You're more English than French, I think," he told me. "You've got the English kind of reserve." After that his campaign slacked off. He was less friendly whenever I dropped in mornings, but since I hadn't encouraged his early approaches, I was clearly hesitant about attempting further advances. I was just as well pleased. One morning toward the end of June, he told me he wanted to show me the view from the "forest." In French that word is used to refer to the framework of beams that come together to form the support for the roof. He took me into the hallway outside his painting studio on the upper floor. There, at an angle against the wall, was a miller's ladder leading up to a small door about three feet above our heads. He bowed gallantly. "You go first, he said. I had some qualms about it, but it seemed awkward to argue the point, so I climbed the ladder and he followed right behind. At the top I pushed open the door and stepped into a small room, about twelve feet by twenty, under the eaves. On the other side of the room was a small open window, almost to the floor. I walked over to it and looked out on a kind of Cubist pattern formed by the roofs and chimney pots of the Left Bank. Picasso came up behind me and put his arms around me. "I'd better hold onto you," he said. "I wouldn't like to have you fall out and give the house a bad name." It had grown warmer in the last few days, and he was wearing what seemed to be his usual warm-weather outfit for receiving his friends in the morning: a pair of white shorts and his slippers. "That's nice, the roofs of Paris," he said. "One could make paintings of that." I continued to look out the window. Opposite us, a little to the right across a courtyard, an empty building was being remodeled. On one of the outside walls, a workman had drawn in whitewash an enormous phallus, about seven feet long, with very baroque subsidiary decoration. Picasso went on talking about the view and the handsome old roofs against light gray-blue of the sky. He moved his hands up and lightly cupped them over my breasts. I didn't move. Finally, a bit too innocently I thought, he said, "Tiens! That drawing in whitewash on the wall over there -- what do you suppose that represents?" Trying to sound as offhand as he had, I said I didn't know. It didn't seem to me to be at all figurative, I told him.
In deze folder staan er een beperkt aantal schilderijen , vooral uit de periode van het impressionisme.Er staan in totaal ,slechts elf schilderijen in van Gaugain , Monet , Courbet , Waterhouse ,Munch, Schiele .
We verwijzen naar de andere hoofdstukken in de linkse kolom van de bladzijde , om meer over al deze schilders te vernemen .
Bij de afbeeldingen in deze folder , is er bij de molens , slechts 1 watermolen , alhoewel er daarvan in de loop van de kunstgeschiedenis , heel wat mooie geschilderd zijn . We zullen er nog bijvoegen . Wie de gelegenheid had , een windmolen van binnen te bezoeken en te bekijken , heeft niet alleen het groot molenwiel gezien , om het graan te malen ,maar ook het overbrengingsmechanisme tussen de as waar de wieken opzitten en de maalsteen . Daar zijn heel mooie uitvoeringen bij van conische tandwielen ,echte kunstwerken ,gemaakt in hard hout , met grote tanden die in elkaar grijpen .
Wat de vuurtorens betreft , staan deze ofwel op een pier , zoals in Nieuwpoort , of op een soort eilandje in de zee , om minder obstakels voor zich te hebben bij het draaiend licht . Dat licht kan een booglamp zijn , vroeger met twee koolstaven , waarvan de punten op een zekere afstand geregeld werden zodat er een onderhouden , zeer helle elektrische boog kon
overslaan . Achter de lichtbron zit er een of andere vorm van
parabolische reflector , soms in delen gemaakt , soms uit een enkel
stuk .
De vuurtoren is "het licht in de duisternis " , en in sommige gevallen de redder in nood , door de zeelui te orienteren naar de juiste richting.
De meeste muziek-theaters , de arenas ,in de oudheid , waren gebouwd in de vorm van een parabool, omdat wanneer een orkest speelt , of een zanger
zingt in het brandpunt van de parabool , iedere persoon die in het
amphitheater zit , het geluid , de klank , even sterk hoort , hetgeen
de hoofd-eigenschap van de parabool is , ook toegepast in auto-phares .
De lamp ,de lichtbron , in de autolamp , is opgesteld in het
brandpunt , en de parabolische reflector maakt dat de lichtstralen er
horizontaal ,evenwijdig met het wegdek , uitkomen .
Parabolische
reflectoren vindt men ook in radar-antennen van schepen ,vliegtuigen en
afweergeschut in legerapparatuur , alsook in de satellietantenne , die
de meesten onder ons geinstalleerd hebben , en in radiotelescopen , waarmee men zeer verre sterrenstelsels kan bestuderen , verder dan het geval is met de gewone telescopen, nog uitgerust met lenzen en spiegels .
Wanneer U voor deze
laatste materie belangstelling zoudt hebben , dan kunt U de
beschouwingen in de volgende paragraaf misschien verder lezen :
Over het ontstaan van de aarde en van het leven op aarde .
Tijdens mijn 21 maanden
durende militaire dienst , was ik radar-specialist . Ik werkte dus met
apparatuur met klystrons , magnetrons , en draaiende antennen ,
waarachter een parabolische metalen reflector stond , die dus
meedraaide zoals aan boord van schepen . In die tijd was ik geabonneerd op Philips Technisch tijdschrift , waarvan ir. Gradstein in Eindhoven
, de hoofd-redacteur was . Na mijn legerdienst , ben ik , samen met een
groep entoesiasten , een tijdschrift beginnen uitgeven over het zelf
uitzenden van televisiebeelden, ATA (Amateur Televisie Associatie) genoemd . Daaraan deden onder andere mee : Eric Platteeuw uit Gent , Van Maercke uit Zottegem ,Willy Everaert uit Merelbeke , Maurice (met zijn baard ) uit Sint Maertens Lathem ,enz. Via dit tijdschrift kwam ik in aanraking met ir.Gradstein , omdat ik hem gevraagd had zekere Philips artikels over televisie , in ons tijdschrift te mogen opnemen. Ik stuurde hem telkens de publicaties , en van dan af ,nodigde hij mij regelmatig uit naar Eindhoven . Zelf
heb ik trouwens nog gewerkt voor Philips op de Haarmanweg in Terneuzen
, Zeeuws Vlaanderen , en ook voor de kleurentelevisie-fabrikant Barco
in Kortrijk . Toen ir. Gradstein met pensioen ging , nodigde hij mij uit , om zelf hoofd-redacteur van Philips Technisch Tijdschrift te worden . Ik zei dat de verhuis naar Eindhoven mij te zwaar viel en hij was daarover zeer teleurgesteld . Van die weigering heb ik nog steeds spijt . Het tijdschrift is samen met ir.Gradstein verdwenen en heeft opgehouden te bestaan . Ik kende ook ir.Valeton, de baas van de Philips fabriek die microfoons en luidsprekers maakte in Breda , en de Philipsfabriek op de ring in Leuven ,waar ik na studies ( in de ingenieurs-wetenschappen ) aan de universiteiten te Gent en te Leuven , een tijdlang lesgegeven heb.
Ik reed met camions van
Philips Leuven ( nu verdwenen) naar hogescholen in Vlaanderen , waar ik
aan de studenten in de elektronika , Philips- komponenten zoals
transistoren , weerstanden , kondensatoren , printplaten ,
transformatoren , en dergelijke , gratis uitdeelde . In die tijd gaf ik
ook les aan de Jules Jourdainschool in een straat recht tegenover de
beurs in Brussel , de Rijke Klarenstraat , in het kader van een door
Philips -Evere , georganiseerde cyclus over kleuren-televisie en
digitale technieken . Daar kwamen ook werkkrachten van MBLE in de
statiestraat te Anderlecht naar luisteren , een fabriek die samenwerkte
met Philips . Bij MBLE-Philips had ik zelf ook nog kursussen gevolgd ,
en ik had ook goede kontakten met ingenieur Boes van CBRT op de
industrieweg te Brugge ,nog een ander bedrijf dat samenwerkte met
Philips , zoals de lampenfabriek van Philips in Turnhout.
In Eindhoven kende ik
in het Natlab op Strijp II , doctor Tan , die zich bezighield met de
ontwikkeling van onderwater-kleuren-cameras , en toen reeds van
glasvezel -communicatie , en beeld-telefonie , dus zoveel jaren geleden
, ver vooruit op hun tijd . Bij Philips in Eindhoven , werkte ook
doctor Vanderpol , een geleerde van wereldformaat , die zich ook
bezighield met ultra-hoge-frekwentie-technieken en parabool-antennen .
Een eminente Nederlandse sterrekundige , professor Van Oordt had via
radiotelescopen , ( zoals deze die in Engeland staat in Rodrell-bank ,
maar de Hollanders hebben ook een reeks radiotelescopen , zoals deze
die in Chile op de hoogvlakte staan ,waar de hemel altijd onbewolkt is)
, het firmament met zijn miljoenen sterrenstelsels ,gedurende jaren
bestudeerd , en hij kwam tot het besluit ,dat de oorzaak van alles wat
er bestaat in het heelal , een reusachtige waterstofgenerator is , die
kontinu en onophoudelijk , waterstof in de ruimte spuwt , waaruit alle
sterren,planeten en sterrenstelsels ,samen met steengruis en stof in de
ruimte , door samentrekking , ontstaan zijn .Met gewone telescopen en
vooral met radio-telescopen , neemt men ook waar , dat 99,99 procent ,
van alles wat er bestaat , waterstof is . Waterstof zendt een straling
uit op een golflengte van 21 centimeters , dus op een ultra-hoge
frekwentie , maar men heeft nog steeds de boodschap niet kunnen
ontcijferen , die daarin vervat zit.
Door zelfontbranding
ontstaan er zonnen , zoals onze zon , en professor van Oordt (nu
overleden) zei dat hij al minstens 3000 zonnestelsels gevonden had door
zijn waarnemingen , met er ronddraaiende planeten , waarop leven
heerste , zoals het onze op aarde .
Ook eenvoudige statistiek bevestigt dit , dat wij niet de enigen zijn , die leven in dit heelal. In
de miljoenen sterrenstelsels met triljoenen sterren , kan het niet
anders , of er zijn duizenden planeten zoals de aarde , om niet te
zeggen honderdduizenden , waar leven op heerst . Het enige wat ons
scheidt , zijn de kolossale afstanden , waarbij bijvoorbeeld het
licht van verafgelegen sterren ons slechts na honderdduizend jaar
bereikt . Als men dan nog eens nagaat dat het licht zich voortplant met een snelheid van 300000 kilometers per sekonde, realizeren we ons met grote moeite de kolossale uitgestrektheid van het heelal en van de ruimte rondom ons . Geleerden vragen zich af , waar het heelal eindigt , en of het wel eindigt ,ofwel , of het helemaal geen grenzen heeft ? Waar ligt dan de verklaring van die toestand ? De afstanden , in lichtjaren uitgedrukt , tussen de sterrenstelsels en de planeten waar leven op is , is zo groot , dat we elkaar nooit zullen kunnen bereiken of ontmoeten .
Leven onststaat door zonnestraling die water treft en beroert . Plaatsen we een kom water buiten , dan zitten er na enkele weken microscopisch kleine diertjes is , algen , en als men voldoende lang wacht , kleine waterdieren.Hetzelfde
met kunstmatige meren , waar bijna onmiddellijk vissen ,waterplanten en
waterlelies en watervogels en trekvogels in verschijnen . De zon is onze levensschepper en onze levens-in-stand-houder.
Wanneer de zon 14 dagen
zou uitdoven , en dat staat ons na enkele honderden miljoenen jaren
onomstootbaar te wachten , dan sterft alle leven op aarde , omdat er
geen zuurstof meer geproduceerd wordt door de bomen . Alle leven in de
zee vervriest , omdat buiten het water ,de aarde afkoelt tot min 273 graden Celsius .Geen enkele zonnestraal dringt nog door .Het is pikdonker ,want ook de maan krijgt geen licht meer van de gedoofde zon. De
Indianen in Amerika hadden dus de enige juiste godsdienst : ze aanbaden
de zon , en als een familielid stierf , werd het op een draagberrie ,
op vier houten palen , met het gezicht naar de zon gelegd . Ook 1
enkele Farao in Egypte ,heeft alle goden afgeschaft en de zon tot enige
juiste god verheven .
De aarde is een uitgestoten stuk van de zon , volgens de opzoekingen in "Scientific American " ,waar
men spreekt over "the big cigar " , dit wil zeggen een grote uitstoot
van zonneplasma in de vorm van een soort grote sigaar , die zich dan
opgerold heeft tot een bol met een straal van 6300 kilometer , onze
huidige aarde . Dit was een gloeiende massa , die men nu nog terugvindt
in de kern van de aarde , met gloeiend ijzer , dat door de rotatie
van de aarde,zelf wentelend om de zon , gevangen door de
aantrekkingskracht van de zon , het magnetisch veld van de aarde opwekt
. Rond de gloeiende kern zit er nog een laag van de oorspronkelijke
waterstof . De zon zelf staat ook niet stil ,maar beweegt zich op een spiraalvormige baan naar het centrum of de kern van het melkwegstelsel , dit is een verzameling van miljoenen sterren . De
zon bevat miljoenen tonnen waterstof die opbranden onder meer tot
helium , maar bevat verder allemaal dezelfde 111 elementen als de aarde
, die we vinden in de tabel van Mendeliev . Of juister uitgedrukt , de
aarde bevat juist dezelfde elementen als haar moeder , de zon , hetgeen
zeer eenvoudig door spectroscopisch onderzoek kan aangetoond worden .
De aarde is dan gedurende miljoenen jaren niet alleen afgekoeld ,maar
het heeft honderdduizenden jaren onophoudelijk geregend om de aarde
voor twee derden te bedekken met oceanen . Hoe die regen ,( dus dat
water H2O , een verbinding van waterstof met zuurstof) ,in die tijd is
ontstaan , daar is men nog niet helemaal uit ,want vanwaar kwamen de
kolossale hoeveelheden zuurstof , die zich door blikseminslagen
verbonden met de kolossale hoeveelheden waterstof . Tenslotte is er aan
de oppervlakte van de aarde een gestolde korst gevormd uit
silicium-dioxide . Een echte zuurstof-atmosfeer waarin men zou kunnen ademen en leven , was er toen nog niet ,want er waren nog geen bomen die door zonnestraling zuurstof en chlorofil konden produceren .De laag gas rond de aardbol bestond uit moerasgas of methaan , CH4 . Daaruit blijkt dat koolstof ( C ) ook aanwezig was en een belangrijke rol gespeeld heeft.
De eerste dieren die in de zee ontstonden , naast de amino-zuren en de micro-organismen , waren de sponsen en de kwallen .Dus
vrij elementaire strukturen . Ze zijn ontworpen , zoals alle verder
leven op aarde en in het heelal ,door de intelligentie die zit in de
quarks , in elk waterstof-atoom , dat bovendien bestaat uit een
negatief geladen elektron , de vrouw , draaiend rond een positief
geladen proton , de man . De schepping is dus het resultaat van een
man-vrouw kombinatie ,zoals die ook in veel sterrengroepen voorkomt
onder de vorm van een "dipool " .
De scheppings-intelligentie
, is dan gaandeweg ,steeds gecompliceerder modellen gaan ontwerpen ,
ontwikkelen en opbouwen , volgens de geleerden , "basis-pakketten " ,
waaruit door kleine veranderingen in de genen-struktuur , andere
soorten ontstonden , dus verschillende soorten vlinders (want insecten
waren ook bij de eerst ontwikkelde ) , vissen , later vogels , enz .
Alles wat toen tot stand gebracht is , plantte zich nog voort via
eieren , noch zon fantastische uitvinding . En alles ontstond in de
zee , ook bij het later ontwerpen van de zoogdieren en 63 miljoen jaren
geleden de eerste mens , sommigen zeggen slechts 3 miljoen jaar geleden
, met in de baarmoeder van de vrouw ,de nabootsing van de zee , door
het vochtwater waarin elke baby zich ontwikkelt . We zijn dus nog
steeds allen , van de eerste tot de laatste , in de zee geboren .
Nabootsing
,dit heet ook simulatie , is een techniek die door
wetenschappers en ingenieurs , gebruikt wordt om bijvoorbeeld een nieuw
model van motor uit te denken , zoals de wankelmotor , die , vooraleer
hij gebouwd wordt , eerst grondig theoretisch getest wordt op computers
, zoals een toekomstige piloot eerst leert vliegen op een
vliegtuigsimulator op de grond . In het museum van Bernissart , kan men
de skeletten van Iguanodons bekijken , die 20 meter lang waren , en 7
meter hoog . De handen aan hun voorpoten , zien er precies dezelfde uit
als de onze , met dezelfde kootjes-struktuur , behalve dat ze 1,5 meter
lang zijn .Het is duidelijk dat de reusachtige
Iguanodons , de mammoets , de vogels met een vleugelslag van 12 meters
, allen voorbeelden zijn van eerst gesimuleerde modellen ,waarop de
creator de goede werking getest en gekontroleerd heeft , steeds
verbeteringen aanbrengend , in 600 miljoen jaar tijd ,(waterstof
vergaat niet en heeft het eeuwig leven ) tot de werking voldoende goed
was , om tot het ontwerp en de bouw van kleinere modellen over te gaan
. Dat is misschien , hetgeen Mandel ,en Charles Darwin , "de
natuurlijke evolutie " van alle wezens genoemd heeft , maar er is helemaal geen natuurlijke evolutie , maar wel steeds verbeteringen aangebracht met ontwerp-technieken , door het super-genie , de intelligentie in waterstof , die trouwens in gebonden toestand (elke mens bestaat voor 80 procent uit water ) , in elk van ons aanwezig is en in elk ander levend wezen . Dit is de vorm die "monitoring " van op afstand toelaat , door modulatie van de zonnestralen , over hetgeen de mens allemaal doet in zijn leven , om daaruit te leren .
Het verschil tussen dier en mens , is dat het dier kolossaal geprogrammeerd is , om bepaalde taken tijdsgebonden uit te voeren , terwijl de mens veel meer "vrijheidsgraden " heeft , waardoor hij/zij bijvoorbeeld de buurman om het leven kan brengen. Een wild dier doet dat enkel om aan eten te geraken , en een roofvogel om dezelfde reden , of helemaal niet ,zoals de gewone vogels .. .paarden ...koeien ...ga zo maar door .
Van
spontane aanpassingen en veranderingen kan er helemaal geen sprake zijn
. Elk van onze ogen bijvoorbeeld , bestaat uit 60 miljoen kegeltjes en
staafjes , met minuscule zenuwdraden verbonden met onze hersenen , om
zowel gevoelig te zijn voor lichtintensiteit als voor kleur .Het is dus
een minutieus ontwerp dat minstens 1 miljard jaar in beslag genomen
heeft , om dat op punt te stellen . De Chinese doctor-doctor in de
dierengeneeskunde ,Mei Wu , zei mij dat onze huid ,van een hand
bijvoorbeeld , bestaat uit 4 goed bij-elkaar passende boven elkaar
gestapelde lagen . Dit is allemaal minutieus uitgedacht en getest ,en
helemaal niet tot stand gekomen door "evolutie ". Ik heb
trouwens veel geleerd van Mei Wu . De grootste humoristen , zijn degenen ,die indertijd beweerd hebben , dat alles ontstaan was door "toeval ".
Het mensdom is , zoals men vooral in Afrika kan zien , aan het uitsterven door Aids. Dat is geen toeval .Naar onze mening is er reeds een ontwerp-pakket klaar, dat de mens zal vervangen , een volgende intelligenter soort mens ,die niet meer driedimensionaal , maar vier-dimensionaal zal kunnen waarnemen ,met een baby- draagtijd van 18 maanden in plaats van 9 maanden , om niet terug het fenomeen te moeten meemaken van de huidige overbevolking van de wereld . In de middeleeuwen , waren er nog maar 500 miljoen mensen op aarde .
Alles is bovendien aan de tijd gebonden , door de rotatie van de aarde om de zon . Het is deze omwenteling , die het begrip "tijd " voortbrengt , en het scheppend element in waterstof , heeft alles aan de tijd gekoppeld . Denken we ook aan de waterstof-atoom- klok , die de meest preciese tijdbepaler is , die we kennen op aarde . Als ik in de Caraibische zee rondzwem , bij een water- temperatuur van 32 graden Celsius , dan zie ik niet alleen witte haaien en prachtige grote gele vissen met blauwe strepen , ( U kunt gratis tropische vissen bekomen in de universiteit van Leiden , Nederland , waar men ze kweekt en op overschot heeft ) , maar ook koralen ,als ik diep genoeg duik . Bij bijvoorbeeld koralen , komt de tijd-programmering op een fantastische manier tot uiting . Over een afstand van 5000 kilometer , langs de oceaan-kusten , worden er op hetzelfde ogenblik , tot op de sekonde na , duizenden kilos eieren uitgestoten , en tegelijkertijd duizenden kilos zaad of sperma ,dat deze eieren bevrucht .Ook alle mogelijke soorten bloemen gaan op hetzelfde ogenblik open .
Tijd-programmering speelt dus een kolossale rol , in het leven van alle dieren , en ook de temperatuur binnen de eieren . Men heeft door telemetrie , dat is meting op afstand , vastgesteld , dat de temperatuur binnen de eieren van de Adelaide Penguin , konstant op 27 graden behouden lijft , wanneer de vrouwelijke Penguin , afgelost door de mannelijke , daarop zit te broeden . Deze soort onderzoekingen past in het kader van de "Cybernetica ". De winterslaap van de beer is nog zon fenomeen .
De dieren en insecten hebben een ingebouwde klok , kijk naar het ontstaan van de vlinders met de prachtige motieven op hun vleugels .Want dat moet ook gezegd worden , de creator, het scheppend element , is een echte kunstenaar-kunstenares , met een fantastisch oog voor mooie motieven en kleuren , bijna steeds symmetrisch , zoals het systeem van de celdeling om tot een lichaam te komen , dat ook binair of twee-tallig is . Ook onze twee ogen , twee oren , twee handen ,enz. getuigen van dit symmetrie-concept , nogmaals een bewijs dat de creator , die bestaat uit een dipool , dus een twee-systeem , zichzelf hier heeft nagebootst . . Omdat het water , dus de gebonden waterstof , na onze dood , ook nog aanwezig is in de beenderen van de gestorven mens , is het aan te raden , deze niet te cremeren of op te branden , want dan is het scheppend element voorgoed uit ons verdwenen .Wat de duitsers in de concentratie-kampen deden in de verbrandings-ovens , was dus het totaal voor eeuwig wegwissen van de mens . Daarom ook balsemden de Egyptenaren hum mummies om ze toch een vleugje hoop op een "eeuwig leven" te geven .
Op sterk-water of in de formol , heb ik een groot aantal foetussen gezien aan de Penna University in Philadelphia , toen ik daar een zomer-kursus "solid state physics" volgde . Daar heeft men ook aangetoond , (en dat stemt overeen met de hierboven aangehaalde ontworpen pakketten , waar slechts weinig hoefde aan veranderd te worden om een nieuw wezen te vormen ) dat in het beginstadium van de groei , een groot aantal wezens , bijvoorbeeld de eerste zes weken in de baarmoeder , volkomen identiek zijn . Men ziet bijvoorbeeld geen verschil tussen een mens , een aap en een varken . Het is trouwens geweten van dokter Barnhard ,de zuid-Afrikaan ,die hart - transplantaties deed , dat het hart van een varken , precies hetzelfde is ,als dat van een mens . Het is pas na de groei in de tijd , weeral de tijd die daaraan gekoppeld is , dat de verschillen tot uiting komen . Terloops
: aan de Penna univ. hadden ze ook een echte Egyptische mummie . Vandaag , in 2005 , doet een groep astronomie aan diezelfde universiteit opzoekingen omtrent het gedrag van "zwarte gaten", dat zijn speciale sterren , die over duizenden jaren, miljoenen sterren opslorpen en daardoor een zodanig grote energie verwerven dat ze aan beide zijden van hun massa een sterk gebundelde energiestraal beginnen uit te zenden , een soort licht dat miljoenen kilometers ver in het heelal reikt , en nieuwe sterren doet ontstaan.
Ziedaar , geachte lezer(es) , stof om over na te denken .
Bloemen schilderen , is vooral een onderwerp , dat vrouwen aantrekt .Dit ziet men niet alleen vandaag gebeuren in de diverse verenigingen en clubs van schilders en tekenaars , maar ook in de loop van alle voorgaande eeuwen .
Bloemen worden ofwel geschilderd in verband met een stilleven , ofwel in de natuur als deel van een groter schilderij , ofwel fragmentarisch ,met uittreksels en close-ups gecentreerd op enkele bloemen , of op details van bloemen , takken , struiken en bladeren .
Ook in de geneeskunde en in de wereld van de apothekers , de drogisten en de plantkundigen , werden natuurlijk hele collecties van bloemen aangelegd en getekend met uitgebreide referenties en catalogen ernaar.
Vergeten we niet dat er een bloementuin is , verbonden aan de universiteit te Gent , een botanique te Brussel , een bloementuin in de koninklijke serres te Laken , en nog een grote bloemenverzameling dichtbij Brussel , ik meen te Wemmel .
En klikt U eens op de link http://www.natuurlijkerwijs.com/tuinen.htm om een groot aanbod van bloementuinen te zien in Vlaanderen en Nederland. In Nederland bewonderen we de vele tulpen en andere bloemen in Kruidhof. Een
andere volgt nu , en wanneer die niet in het groen zou oplichten,dan
kunt U hem kopieren in de adreslijn van Uw browser en op OK klikken :
http://share.shutterfly.com/action/welcome?sid=8AbOWjVm4cOGEq
Verder , zijn hier in Vlaanderen vele tuinliefhebbers , die bv. in Kalmthout hun inkopen doen , in het arboretum , waar ook heel wat te zien en te beleven is .
In de hierbijgaande folder , staan er meer dan 860 schilderijen , vooral in olieverf-en aquarel -uitvoeringen .Door elkaar , zonder echte ordening, staan schilderijen over landschappen-allerhande , vermengd met maritieme afbeeldingen , d.w.z. veel schepen , havens ,en afbeeldingen , die ook zouden kunnen geklasseerd worden bij de rubriek "17 boten en schepen", die U eveneens in de linker kolom van deze bladzijde vindt .
De schilderijen kunnen zonder twijfel dienen als inspiratie voor landschap -schilders en voor degenen die , zonder zich naar de haven te begeven , thuis of in een atelier , ook al eens een schip of boot op canvas of op papier willen zetten .
Men kan schilderen op papier of op doek (canvas ) .Niet alleen voor aquarel bestaan er speciale papiersoorten , maar er zijn er ook die geprepareerd werden om er met olieverf of met acryl op te schilderen , bijvoorbeeld van het merk Schoellershammer .
In de hierbijgaande folder zijn stillevens afgebeeld , die zowel geschilderd zijn in olieverf als in aquarel .Wanneer U ze zult bekeken
hebben , zult U het mij eens zijn , dat dit prachtige voorbeelden zijn
, om ons aan te zetten ook eens een stilleven te schilderen , het mag ook in acryl zijn , of met pastelkrijtjes getekend en afgewerkt .
In dit laatste geval is het best , over het afgewerkt stuk , een kleurloze vernis te spuiten , bijvoorbeeld uit een metalen haarlak- bus of een andere goede-kwaliteit spray , die de kleuren niet dof maakt .
Uit
de schilderijen kunnen we leren , hoe we voor-en -achtergronden kunnen
voorstellen , en met welke kleuren . Vaak is het ook niet gemakkelijk
een tafelkleed voor te stellen met al zijn plooien en vouwen ,
met de juiste licht-en donker schakeringen .
Sommige schilderijen uit de folder gaan ver terug in de tijd , andere zijn van recenter datum . We hopen dat U de handtekeningen of de namen van de schilders kunt lezen .
Bekijkt U ook deze schilderijen op de volgende URL : http://share.shutterfly.com/action/welcome?sid=8AbOWjVm4cOGEI Indien deze URL niet oplicht in het groen onderstreept, kopieert U hem dan in de ledige adreslijn van Uw browser , en klik OK
Klik op de afbeelding om meer dan 250 schilderijen van paarden te bekijken . Indien de Link niet onmiddellijk opent , klikt U dan dan op de volgende , daar staan er ook 192 schilderijen van paarden op : http://share.shutterfly.com/osi.jsp?i=EeANnLRqzcOHDpY
In 1930 bestond er in elke gemeente slechts 1 auto . Alle vervoer gebeurde met paarden , en voor die tijd natuurlijk ook . Een paard trok een karrestel , waarop een reservoir lag , waaruit de man die er mee rond kwam , petroleum tankte voor de huisvrouwen die hem in de (gekasseide) straat , met een metalen kannetje stonden op te wachten voor de petroleum-lampen en het petroleum-vuurtje . De schepen werden langs de vaart getrokken door 1 of 2 paarden , die op een speciale wegel liepen die daarvoor op de weg langs het kanaal aangelegd was . Ook de paarden-koersen zijn toen ontstaan op de hippodroom in Oostende , alsook het wedden op deze paarden ,bereden door bekwame jockey's .
Paarden zijn prachtige dieren , en dankbare onderwerpen om te schilderen . In de hierbijgaande folder die U kunt bekijken door op de afbeelding te klikken ,staan paarden , geschilderd door een groot aantal auteurs . Soms kan men de naam of de handtekening lezen op het schilderij, soms niet , of er wordt verwezen naar een site .
Bij uitzondering staan tussen de schilderijen een gering aantal foto's . Er is een foto bij , genomen in Bobbejaanland , waar ik ook eens zelf opsta , met een lichtgroene trui en daarboven een grasgroene jas,in gezelschap van een Chinese vriendin (Xiao),en waarbij ik een paard met wit-grijze schimmel- kleur streel. In Bobbejaanland , nu blijkbaar overgekocht door een spaans bedrijf , waren toen de familieleden van Bobbejaan Schouppe , verwoede paarden-liefhebbers , met een stal en weiden met een aantal prachtige raspaarden en veulens .Er staat nog een andere foto op ,van een andere Chinese vriendin , Mei Wu , in een trui met oranje motieven en een lange beige broek aan , die eveneens een paard streelt . Deze foto is genomen in Wallonie , op de weide van een kasteel .Hier in Antwerpen wonen in de Chinese wijk rond het centraal station , 7000 Chinese families .
Maar Xiao en Mei Wu waren Chinese jonge vrouwen , die hier vanuit China met een studiebeurs kwamen studeren aan de universiteit RUCA ( nu opgeslorpt in U.A ) . Beiden hadden reeds een diploma , behaald in China , en beiden hebben hier nog twee jaren doorgebracht met te studeren voor een aanvullend diploma , de ene P.A.M. , de andere dierengeneeskunde . Beiden zijn geslaagd . De Chinezen zijn goede en toegewijde studenten .
In tal van films , hebben we ook paarden zien optreden als echte intelligente acteurs of in de cowboy-films met Gary Grant of de latere president Ronald Reagan op hun rug .In de film " My fair lady " met onder meer Audrey Hepburn , zien we een scene , waarbij paarden voorbij het selecte publiek voorbijrennen in Wimbledon,Engeland .
In de folder staan ook een paar ezels , die we daarbij plaatsten wegens de oorspronkelijkheid van de schilderijen .
In de hierbijgaande folder , staan geen schilderijen , enkel foto's . Ik heb ze genomen in een tentoonstellingszaal in een straat achter de Arenbergschouwburg , waarschijnlijk in 2002.Noch van de straat ,noch van de tentoonstel-lingsruimte , herinner ik mij de naam..
Schelpen, kristallen en fossielen verzamelen is zonder twijfel een boeiende hobby . Men vindt er ook talloze boeken over , met boeiende beschrijvingen en prachtige kleurenfoto's , onder meer in de bibliotheek van het kultureel centrum De Luchtbal , in het Antwerpse.
Vroeger was er een gebouw dichtbij het kasteel van Schoten , met een werkruimte , waar men kon leren kristallen te herkennen en te polijsten . Ik heb er onder meer prachtige blauwe robijnen gezien .Spijtig genoeg ging men dat gebouw verlaten omdat de gemeente er een andere be- stemming wou aan geven , en sedertdien ben ik deze vereniging ,die ook een tijdschrift uitgaf ,uit het oog verloren.
Ook in Wallonie zijn er jaarlijks tentoonstellingen van schelpen , kristallen en fossielen . Men moet echter normaal gezien , zo ver niet lopen , om ook zeer merkwaardige fossielen uit lang vervlogen tijden te bekijken . Op de hierbovenvermelde tentoonstelling heb ik zowel vissen als vogels in steen afgedrukt gezien , alsook de voorloper van een trilobiet van 55000 jaar geleden ,zo'n 40 centimeter lang , en met evenveel poten als de trilobiet kevers van vandaag , 1 centimeter groot , die we onder hout in onze tuinen aantreffen. Spijtig genoeg zetten ze alle hout om tot houtpulver , en zijn dus even schadelijk als houtmijten . Het zijn " opruimers " in de natuur , en dat is niet zo prettig als men bedenkt dat er ook zulke opruimers zijn van kadavers van dieren , vogels en van gestorven menselijke lichamen .
In de Vlaamse Jeugdherberg , dichtbij het Bouwcentrum in Antwerpen ,en naast de autoweg gelegen , waren er vroeger bijna wekelijkse bijeenkomsten van clubleden die schelpen en kristallen verzamelden , alsook kleine fossielen.
Dergelijke clubs bestaan er ook van vlinderverzamelaars , noch zo'n interes- sante hobby , met vlinders in houten kastjes achter glas , waar men niet uitge- keken geraakt op de prachtige kleuren van de motieven op hun vleugels .
De prijzen van schelpen en kristallen varieren vanaf 20 franken tot enkele honderden euro 's . Natuurlijk kan men zelf proberen vlinders te vangen , schelpen en kristallen te zoeken , vooral wanneer men in het buitenland op reis is . Kristallen vindt men bijvoorbeeld in rivieren in Brazilie . Maar het kan natuurlijk ook dichter bij huis , aan de Belgische kust of in het Nederlandse Kadzand of Scheveningen ........
In deze folder komen achthonderd (800)
geschilderde portretten voor , geschilderd door verschillende artisten
in verschillende perioden . Ze kunnen dienen als voorbeeld en
inspiratie , voor degenen onder ons die zich voor dit luik van
de schilderkunst interesseren , en graag zelf een of meerdere
portretten schilderen . En waarom geen zelfportret ? Als voorbeeld
kunnen we Rembrandt nemen , die 83 zelfportretten schilderde en etste .
Nu dat de lente er is , en de zomer
in aantocht is ,kunnen we ons aan mooie zonsondergangen en
zons-opgangen verwachten . De hierbijgaande folder geeft een aantal
voorbeelden , die kunnen gebruikt worden om zo'n toestand te schilderen
.
We hebben natuurlijk de verwijzingen naar auteurs en websites , op de afbeeldingen laten staan .
Jugendstil
,ontmoeten we als kunststijl in de jaren tussen 1880 en 1914 , niet
alleen in de schilderkunst ,maar ook in de architectuur , bouwstijlen
en dagelijks leven , bv. in gebruiksvoorwerpen voor binnenhuisinrichting
De Jugendstil of Art nouveau is een kunststroming die tussen 1880 en 1914 op verschillende plaatsen in Europa opkwam, na ,of parallel met het impressionisme. De beweging stond onder verschillende andere namen bekend: de Franse variant als art nouveau van Alphonse Mucha, de Oostenrijkse als Sezession van Gustav Klimt, of de Engelse modern style. Gemeen hebben ze de golvende lijnen, veelal in de vorm van gestyleerde planten.
In januari 1896 gaf Georg Hirth, in München, het satirische weekblad Jugenduit. Al in het eerste editoriaal brak Hirth een lans voor de kunstvernieuwing. De term Jugendstil verscheen in een tekst van de revue Insel van Rudolf Schröder, in hetzelfde jaar. In de volksmond werd Jugendstil ook spaghettistijl of style nouille (vanwege de lijnen) of nog style Horta (naar de Belgische architect) genoemd. In 1894 al maakte de style Mucha ophef, naar aanleiding van de expositie van zijn Sarah Bernhardt-affiches, in Parijs.In datzelfde 1896 opende Siegfried Bing zijn Parijse galerij L'Art Nouveau, in de Rue de Provence. De stroming is in Frankrijk ,naar zijn galerie genoemd.
In 1897 werd Gustav Klimt de eerste voorzitter van de pas te Wenen gestichte Sezession.
Ondanks de opvallende regionale verschillen zijn er
een aantal kenmerken die deze stromingen verenigen: een optimistisch
wereldbeeld en geloof in de toekomst, een voorliefde voor het gebruik
van nieuwe, moderne technieken (in de architectuur bijvoorbeeld grote
glasoppervlakken), een afkeer van symmetrie , en een voorkeur voor
bloem- en vogelmotieven .
De stroming kende een korte maar hevige bloeitijd. In
West-Europa was de stijl ruim voor 1910 al verleden tijd, in het Oosten
kon ze wat langer overleven.
De Jugendstil manifesteerde zich vooral in gebruiksvoorwerpen : glaskunst, sieraden, meubels , architectuur en de schilderkunst.
Jugendstil
is in vrijwel alle Europese hoofdsteden en ook in de provinciesteden te
vinden ,alsook in de Nieuwe Wereld, bijvoorbeeld in Chicago.
Wenen, Praag, Brussel en Riga mogen de hoofdsteden van de Jugendstil worden genoemd.
Schilderkunst
Schilders die zich lieten inspireren door de Jugendstil waren:
in Frankrijk: Henri de Toulouse-Lautrec, Alphons Mucha
in Oostenrijk: Gustav Klimt
in Nederland: Jan Toorop
in België: Henry Van de Velde
in Duitsland: Otto Eckman, Franz von Stuck
http://www.flickr.com/photos/88317826@N00/
Door op de hierbovenstaande URL te klikken , kunt U tussen de
schilderijen welke zichtbaar worden ,zelf eens uitzoeken of daar ook
nog Jugendstil bijzit.
Klik met de muis op de afbeelding voor een snel doornemen van schilderijen van boten en schepen.
Mijn schippersfamilie lag ,wanneer we niet aan de
vaart waren , in de Strassburger dock te Antwerpen . Meestal kregen we
op de beurs , voor onze twee rijnkassen , den Bob IV en den Bob V , een
kolenlading ,zwavellading , ijzererts ,oud ijzer , enz. mee naar de
verbrande brug in Hasselt of naar een bestemming in Frankrijk ,
Nederland of het ruhrgebied in Duitsland.. Van de kolen mocht
volgens de wet en volgens een overeenkomst met de
opdrachtgever 1 procent verloren gaan , en dat was voldoende om
er dag en nacht mee te stoken in ons Kupperbusch stoofje ,dat in de
keuken stond , net naast de ingang voor de achteronder ,waarin we
sliepen in ingebouwde alkoof-bedden . Er lagen ook veel geillustreerde
tijdschriften ,waarin we voor het inslapen ,lagen te lezen.
Het waren toen koude winters , waarbij het soms min
40 graden vroor en alle kanalen dichtvroren , ook het kanaal
Gent-Terneuzen in Zelzate , waar we soms lagen ,en met de slede en de
schaatsen op het ijs gingen spelen dat 10 tot 20 centimeter dik was .
Die koude toestanden bestaan al tientallen jaren niet meer . Spijtig
,want alle muggen vroren dood .
In Antwerpen kapten we met een bijl , de in het ijs
vastgevroren eenden en ganzen los , niet om ze op te eten , maar om ze
te verzorgen ,want de beesten waren uitgeput van de honger .
In het begin werd het schip getrokken door een
of twee paarden . Later installeerden we een dieselmotor .De
verlichting werd gedeeltelijk,verzorgd door nikkel-cadmium batterijen
,die Walter , een van mijn kozens soms overboord smeet als ze uitgeput
waren . Dat vond ik een verspilling en een watervervuiling. De oom van
Alida , de echtgenote van Walter , had een graanzuiger in de haven
van Antwerpen. De laatste keer dat ik dat reuzenschip met
al zijn installaties bezocht ,lag hij ziek te bed met
een stoflong van al dat overgepompt graan. Hij is daaraan gestorven.
We kochten toen ook onze eerste radio ,op een dikke
,platte " pil " , die naast de radio lag , en later natuurlijk op de
nikkel-cadmium batterijen De verlichting werd
aanvullend verzorgd door gezellige petroleumlampen , ook vooraan
, in de woonst van de zetschipper die we als hulp in dienst hadden
.
In Antwerpen gingen we alle weken ,samen met de
familie van de zetschipper , minstens twee keren naar de cinema . Toen
was er overvloed van keuze in de vele cinema's in de stad.
Iedereen aan boord kon goed zwemmen ,want we beseften dat dit nodig kon zijn in noodgevallen . Toen ik nog zeer klein was , had mijn moeder mij over- boord gesmeten , zeggend " hij moet zo snel mogelijk leren zwemmen zoals zijn broers". Ik was toen bijna verzopen. Dat dit alles nuttig was , is achteraf gebleken , toen bij het laden van ijzererts , de kraanman niet oplette , en het midden van het schip , met alle luiken open , had
volgestouwd . Het schip is toen in het midden doorgebroken en gezonken
. Weken lang heeft het toen in de droogdok in Antwerpen gelegen , om de
twee helften terug aaneen te lassen en te riveteren . De verzekeringen
hebben bijna alles betaald , en alhoewel dit jaarlijks een zeer kostelijke grap was , is geble- ken dat het geen luxe was , bij meerdere verzekeringen een polis te betalen . Het is inderdaad zo,dat geen enkele verzekering het risiko wil nemen , een schip volledig te verzekeren .
Als klein manneken stond ik op de achterplecht , toen
mijn nonkel Raymond , de broer van ons ma riep " Willy ,laat eens het
anker neer " . Terwijl de ankerketting afrolde , kreeg ik de kapstan
waaraan het hele geval vasthing , door wegslaan , op het hoofd tegen de
slaap . Ik ben toen als een steen tegen het achterdek gevallen en kwam
een kwartier later weer bij . Toen ik de ogen opende stond heel de
familie met angstig doodsbleek gezicht over mij gebogen , met de
uitroep " oef , hij leeft nog ".
Sedert die klop op mijn hoofd , ben ik beginnen
schilderen ,eerst olie , dan acryl , dan aquarel en pastel . Het aantal
afgewerkte tekeningen en schilderijen bedraagt op dit ogenblik meer dan
200.
Willy /Schoten.
<>P.S. de voorbije 15 jaren schilderde ik aan 7 kunstacademies in het Antwerpse en stelde tentoon in het Kasteel van Schoten , de Abdij van Hemiksem , te Brussel ,het OCMW te Merksem en in diverse kulturele centra en kastelen van de randgemeenten rond Antwerpen . Zowel olieverf , acryl ,aquarel , als pastel .
Wie de bekende amusements-films en musicals gezien heeft met Fred Astaire en Gene Kelly ,heeft daarin onder de vele getalenteerde danseressen , Cyd Charisse zien optreden.
In de hierbijgaande folder , die U kunt bekijken door met de muis op de foto te klikken ,zitten behalve een aantal schilderijen over dansen,ook foto's en een paar affiches van Cyd Charisse in speelfilms ,vooral met Fred Astaire en Gene Kelly,zoals we die zien uithangen op de voorgevel van de bioscopen die zo'n film vertonen , en aan de ingang bij het loket en binnen in de zaal .
Dat is ook artistenwerk en in Antwerpen kennen we zelfs verzamelaars van dergelijke affiches , en we kunnen ze ook bewonderen in de inkomsthal van cinema Metropolis .
Danskunst gaat samen met schilderkunst en met muziek , het is een goed bijeen-passend trio.
Bij het verdwijnen van filmsterren zoals Fred Astaire ,Gene Kelly en hun vrouwelijke partners ,hebben we naar mijn gevoel , veel verloren.
Willy / mei 2005 __________________________________
16 Een gering aantal schilderijen van grote meesters
Enkele schilderijen van Laermans ,Marc Eemann , Kees van Dongen (83) , Derain (88) ,Fauvist , blue ,Fernand Leger (schilderde ook "de accordeon" ), nacht ,Pissarro.
Klik met de linker muisknop op de afbeelding , links van deze tekst hiernaast . Dan zult U met de pijl onderaan rechts, zes schilderijen van 20-eeuwse schilders kunnen overlopen en bekijken.
Vooraleer te klikken op de afbeelding ,a.U.b. ,leest U de hieronderstaande inleiding :
Geachte lezer / lezeres ,
Wanneer U vroeger door Uw ouders of één of andere
godsdienstleraar zoudt ingeprent zijn , dat naakt "
verkeerd , slecht en vulgair is " , dan vraag ik Umet aandrang de hierondervolgende tekst en vooral de daarbijgaande afbeeldingen van schilderijen over te slaan . Er staan andere hoofdstukken genoeg op deze site , die ,naar onze bescheiden mening , het lezen en bekijken waard zijn .
Wij menen , dat de belg en de Vlaming
gematigd genoeg is ,en vooral rijp en volwassen genoeg is ,om het
begrip "naakt en erotiek" op een objektieve en evenwichtige wijze te
benaderen . Het is alleen voor deze laatste kategorie van personen dat
dit hoofdstuk met zijn twee delen aan tekst en afbeeldingen bedoeld en
bestemd is .
Het aanbod Naakt in de schilderkunst
: vanwege de uitgebreidheid van het onderwerp , is het gesplitst in
twee delen , zowel wat de tekst als de schilderijen betreft . Als de
auteur (hij/zij) het schilderij gesigneerd had ,hebben we dat
natuurlijk laten staan,zoals ook eventuele referenties naar een website
. Als U klikt op de afbeelding ,kunt U om te beginnen 275 schilderijen bekijken.
Het aanbod van schilderijen over het
onderwerp " naakt en erotiek " is zo groot ,dat het moeilijk is een
keuze te maken uit de duizenden schilderijen ,zowel geschilderd door
mannen als vrouwen in de loop der voorbije eeuwen ,en dan vooral vanaf
het impressionisme , zonder enkele honderden megabytes opslagruimte op
de PC te overschrijden.
Bedenken we bijvoorbeeld , dat
Modigliani , om maar één schilder te noemen ,meer dan 1000 olieverf -
naakten schilderde en meer dan 400 aquarel-naakten . Sommigen doen
niets anders,ook vandaag . Zonder namen te noemen ,kan men
schilderessen en schilders aantreffen ,die bijvoorbeeld slechts twee
onderwerpen schilderen : bloemen en naakt . Als men vraagt waarom , dan
is het antwoord : " omdat dit
onderwerpen zijn die altijd verkopen ..... " . Een andere reden dat er
in de loop der tijden zoveel naakt is geschilderd , is natuurlijk dat
men in elke kunst-academie met een vijfjarige opleidings-cyclus ,vanaf
het derde jaar tot en met het vijfde jaar voortdurend (verplicht...)
naakt schildert ,naar levende modellen die meerdere dagen/avonden van
de week komen poseren . Zo verzamelt elke schilder-in-spe ,in feite een
ganse reeks naakt-schilderijen en tekeningen ,van deze laatste soms
drie tot vijf per sessie ,in de verschillende houdingen van het model
,dat geen uren ononderbroken kan stilzitten en verschillende poses
aanneemt .
Het is duidelijk dat ,wat onszelf op deze site
betreft , het hier gaat over aanvaardbaar naakt en erotiek , in de aard
van wat men aan de academie doet ,die niet aanstootgevend zijn en als kunst voor iedereen acceptabel zijn . En eventueel ook in de aard van hetgeen de Kamasutra toont , de Indische naakt-bijbel
met erotische tekeningen en schilderijen , evenals de Japanse
voorstellingen in dezelfde zin , en de muur-en wandschilderingen in het
na de verwoesting , terug zo goed mogelijk gerestaureerd en terug opgebouwd Pompei in Italie. Voegen we hier nog de mooie voorstellingen aan toe , op teruggevonden Egyptische vazen en ceramiek van meer dan 3000 jaar geleden . In deze vier vernoemde gevallen , wordt de "gemeenschap" tussen man en vrouw voorgesteld in verschillende houdingen ,>>>>> dit als verwittiging voor alle duidelijkheid .... ___________________
Naakt en erotiek in de schilderkunst . Deel I .
Naakt , ( en dan vooral naakte vrouwen ) is zonder de
minste twijfel ,het onderwerp dat het meest geschilderd is in de loop
van de kunst-geschiedenis.
Men heeft allerlei voorwendselen gezocht om de
vrouw zo naakt mogelijk voor te stellen : eerst de godinnen uit de oude
mythologieën ,vaak in gezelschap van een of andere god ,vervolgens de
heilige maagden , dan de vrouwen in de oosterse harems ,vrouwen die
een bad aan het nemen waren ,vervolgens de drie gratieën ,of
venussen ; vroeger zelfs drie naakte heksen ; de twee oude
mannen die de jonge (naakte ) vrouw begeren en lastig vallen , en ga zo
maar door. Een mozaïek , opgegraven in Volubilis , een vroegere
Romeinse stad in hetgeen nu centraal Marokko is , stelde een naakte
vorstin voor in een boot , geroeid door drie naakte meisjes , terwijl
rondom de boot 4 naakte nimfen dartelden.(vondst overgebracht naar
Tanger) . Zo zijn er tal van andere mozaïeken gevonden in Sicilië
,Andalusia , Cordoba , de Griekse eilanden...
Het klikken op de volgende Link geeft toegang
tot nog eens 325 of 600 schilderijen volgens de keuze die U
maakt op de bladzijde die verschijnt . Klik na een der twee
afgebeelde mogelijkheden gekozen te hebben,op "view",en daarna op een
icon van een schilderij op de bovenste lijn die zichtbaar wordt .Daarna
kunt U met de pijltjes werken:rechts om naar de volgende
schilderij te gaan en links naar de voorgaande.Indien U een snelle
browser heeft ,kunt U op de tweede lijn hieronder klikken , die
de 600 schilderijen opent ,maar dat zal enkel goed lukken met een
recente PC met zeer snelle processor.
Wanneer U op de volgende Link klikt , kunt U nog eens 398 andere schilderijen bekijken : (eerst
zal U rechts gevraagd worden naam en e-mail in te vullen,maar als U
geen interesse heeft in de desbetreffende site, kunt U daar elke lijn
willekeurig invullen met een willekeurig email adres met bv. als
paswoord blablabla en dan zult U op een werkelijk interessant
aantal schilderijen terechtkomen,nochtans ook soms vrij expliciet
zoals sommige afbeeldingen uit de "kamasutra-indische sex-bijbel ".
De mens verschilt slechts 2% of minder ,van sommige aapsoorten . Deze en andere dieren lopen altijd naakt , of althans beschermd door een pels ,een beharing , een vacht ,een gevederte , een pantserplaat , enz . Maar elk dier loopt met de geslachts-organen bloot , door iedereen te bekijken .
De mens loopt bijna altijd gekleed . Godsdiensten
hebben ons ingeprent dat naakt lopen verkeerd is. Ze hebben ons
opgezadeld met allerlei onterechte vooroordelen , daarbij gesteund door
moralisten . In het bijbelverhaal over Adam en Eva ,moesten deze na het
eten van de verboden appel ,hun naaktheid bedekken en er zich over
schamen .
Miljarden mensen heeft men op deze wijze gestresseerd
en psychisch mishandeld door hen onnodige schuld-gevoelens in te
prenten ,als ze iets " verkeerd" deden , doordat er naaktheid aan te
pas kwam.Aan naakt is men de betekenis gaan toekennen van " verleiding
", reden waarom bijvoorbeeld in de islam,de vrouwen hun gelaat moeten
bedekken , of nog veel verdergaand , met de " burka " hun ganse lichaam
,en zich nooit in badpak mogen vertonen , terwijl de mannen met deze
zelfde religie volop het vrouwelijk (bikini-) naakt kunnen
en mogen bekijken ,dat in onze zwembaden elke zomer aan hen
vertoond wordt . Omdat ze daar blijkbaar niet tegen opgewassen
zijn ,werd het zwembad van Brasschaat daarvoor gesloten.Dus het
naaktbegrip heeft ook nog de discriminatie van de vrouw opgeleverd .
De
bijbel redeneert ook zo , want als Bathseba een bad neemt in de harem ,
dan gluurt de koning met een begerig oog , door een spleet in het
gordijn,naar haar bekoorlijk lichaam , en dat zal verstrekkende
gevolgen hebben .
Gaan we nochtans verder in de geschiedenis terug ,
naar de vôôrbijbelse perioden ,dan zien we " schaamteloze "
voorstellingen van vrouwenlijven ,met althans naar onze smaak ,
overdreven vormen ,zoals wanstaltelijk gezwollen buiken , borsten en
billen,hetgeen er op wijst dat het hier niet te doen was om de
voorstelling van schoonheid , maar van het voortplantings-
en-vruchtbaarheids- ideaal , zoals trouwens ook de reuzenpenissen , die
in allerlei gebruiksvoorwerpen zoals keramische potten en houten
versieringen verwerkt waren . De betekenis was : " laten we ons
voortplanten , laten we baren en laten we daardoor werkkrachten
voortbrengen om voedsel te ontginnen en te oogsten , anders verhongeren
we " . Het ging dus over het voortbestaan van het ras , de clan , de
stam , het volk . De reden hiervoor was ook dat men in die tijd niet
lang leefde , door allerlei ziekten waarvoor geen geneesmiddelen
bestonden , en geen dokters om ze voor te schrijven en toe te
dienen.Iedereen stierf rond 20-jarige leeftijd , denken we bijvoorbeeld
in een latere periode aan de Egyptische Farao Toutenchamon , op nog
vroegere leeftijd gestorven, 19 jaar,alhoewel nu schijnt bewezen te
zijn door scanning van de beenderen van zijn mummie ,dat hij vermoord
werd door een rivaal , die zijn echtgenote wou , hetgeen ook nog gelukt
is . Hij trouwde met Toets weduwe en werd zelf Farao.
Men is een schoonheidsbeginsel beginnen vastknopen
aan naakt , in de Griekse en Romeinse tijd , waarbij men geen
onderscheid maakte tussen mannen-en vrouwen-lichamen .Bij de ene
(wand-) schilder ( in Pompei ) wordt Andromeda keurig gekleed en
Perseus geheel naakt voorgesteld , en bij de andere ( in het Palazzo
Vecchio te Florence) Andromeda geheel naakt en Perseus gekleed. De man
werd kompleet met zijn geslachtsdelen voorgesteld en schaamtegevoel
daarover was geen onderwerp waar drukte werd over gemaakt
Later werd Napoleon als naakte held afgebeeld en
Goethe , Beethoven en Victor Hugo , prijken op een voetstuk buiten ,
als naakte standbeelden .De illustere figuren hebben geslachtsdelen van
beperkt formaat , in tegenstelling tot goden en veldheren uit de
Griekse periode met een mannelijkheid in erectie , die soms vanonder
een tuniek uitkomt en een hengst jaloers zou maken .In die
Grieks-Romeinse tijd kon een heer van stand , ook zijn vermaak zoeken
bij slavinnen , en het is misschien daardoor ,dat gaandeweg de
artistieke smaak , de vrouw mooier is gaan vinden dan de man .Homerus
sprak bij herhaling over de godin van de liefde Aphrodite " met haar
mooie billen " . Mooie en grote borsten komen pas later in de mode .
De Romeinen hebben het ook heel gewoon gevonden , net
zoals de Indiërs ,om " de
geslachtsdaad " af te beelden op allerlei keramische
vazen en op olie-lampjes ,op medailles ,en op huishoudelijke
voorwerpen. Vaak komen taferelen voor ,waarin de naakte vrouw
voorgesteld wordt ,begeerd door een vriend van haar echtgenoot , die
juist afwezig of op reis is.Het gevolg is dat hier en daar ( niet
alleen door de koningen van onze huidige landen) onechte
dochters "geproduceerd werden" . In feite werden in
de Arabische Moslim-landen dergelijke toestanden vermeden door de man
toe te laten , officieel met meerdere (4?) vrouwen te huwen .Dat lijkt
ons zeer positief om " onechte " verhoudingen te vermijden. Het
belgisch Personen-en Familie-Recht , onderwezen in de Faculteit van de
Rechten aan onze universiteiten , heeft ook trachten tegemoet te
komen aan de sukkelaars , jongens en meisjes , die als "bastaard" uit
zo een "onechte" relatie geboren worden , door hun meer rechten
te geven .Sociaal en menselijk , zeer verdedigbaar .En waarom moet een
weerloos kind in sommige gevallen opgroeien , zonder zijn/haar vader te
kennen ?
Ook het naakt samenzijn van lesbische vrouwen werd
meermaals geschilderd .Kan men aan dit alles aanstoot nemen wanneer het
de dagelijkse realiteit is , waarvoor sommigen vroeger de ogen sloten ,
en anderen deze toestanden dan weer openbaarden ?
In de christelijke kunst ,maken de traditionele naakten ,plaats voor naakte "
martelaars" . Opeens is naakt onzedig , een "zonde des vlezes " en dus
verderfelijk .Een lichaam kan niet " zuiver " zijn ,tenzij door
volledige "kuisheid ". Voor het overschilderen van voorstellingen ,
bestemd voor kerken,werden schilders aangesteld , die naakte
geslachtsdelen moesten wegwerken ,door er bedekkingen over te
schilderen .Teruggevonden kopieën van de oorspronkelijke werken , tonen
deze onzin aan .
Het psychisch onheil dat de katholieke kerk door haar
"naakt is onkuis ,slecht en verderfelijk " bij jong en oud heeft
aangericht , kent geen weerga , door het opwekken van
gezondheidsschadende schuldgevoelens . De kruistochten
grepen deze motieven aan ,om inboorlingen in andere
ontdekte landen en continenten uit te roeien als " naakte goddelozen
en zondaars " . Deze overweging geldt ook vooral
voor de spanjaarden ,die na de ontdekkingsreizen van
Christophorus Columbus , ganse kulturen in Zuid-Amerika vernietigd
hebben. Per dag werden soms 2000 inboorlingen vanop het paard
(paarden bestonden niet in Latijns Amerika , ze werden ingevoerd) met
het zwaard afgeslacht. Hun vrouwen waren " dankbare
naakte oorlogstrofeeën" , en al de prachtige gouden kunstvoorwerpen die
de Spanjaarden buit maakten , werden tot goudstaven hersmolten voor de
toenmalige heerseres , de koningin van Spanje. Op die manier is
prachtig kultureel mondiaal kunst-erfgoed ,voor eeuwig verloren gaan .
Naakt moest bedekt worden , eerst door een vijgenblad
, daarna door lendendoeken of andere verzinsels in tekstiel . Of de
naakten moesten achter één of andere struik in de natuur staan , anders
riskeerden ze " de hel".
Gelukkig zijn er kunstenaars die zich in de loop der
tijden aan al deze zinloze conventies niet gestoord hebben, beginnend
met Michelangelo , Leonardo da Vinci en vele anderen na hen , die
realistisch ,weergavegetrouw en ongeremd wilden schilderen en
beeldhouwen . De vele kulturele revoluties , hebben de mens
gaandeweg bevrijd van het juk van kerk en moraal-predikers . Er zijn
nochtans nog genoeg personen die in de kerkelijke
regels-voorschrijvers- en heersers blijven geloven , dat hebben we
gezien bij de begrafenis van de paus in Rome en alles wat daar rond
draaide .De vrijdenker laat zich niet meer onderdrukken door al degenen
die door al hun opgelegde beperkingen , in feite alleen uit zijn op het
uitoefenen van macht . " Gehoorzaam aan de door mij
opgelegde regels ,anders zult ge " boeten " . De juist gestorven paus
bezocht zes keren Mexico. Waarom? Nog niet zolang geleden moesten de
Mexicanen bij het luiden van een of andere kerkklok , op hun
knieën geknield in de straat gaan zitten , en een kruis slaan.Deden ze
dat niet , dan werden ze door kontrolerende politie en soldaten met de
kolf van het geweer tegen de grond geslagen. Dit zijn geen verzinsels ,
ik verbleef onder meer in Mexico , Cuba en Bolivië . Men heeft aan de
bevolkingen in alle Zuid-Amerikaanse landen , met bruut geweld
, doding , foltering en uitroeiing , de zogezegde " christelijke
moraal en waarden " opgedrongen , met al de daarbij horende
schuldgevoelens ten aanzien van "naakt".
De heksenvervolgingen in de jaren 1600 tot 1800 zijn een ander goed voorbeeld van hoe godsdiensten de oorspronkelijke menselijke waardigheid kunnen
vernietigen , in dit geval door het vermoorden door verbranding en
verdrinking ,van een ontieglijk aantal onschuldige vrouwen , soms naakt
geschilderd op een bezemsteel vliegend ,of in gezelschap van een duivel '.
De hooggeplaatste vertegenwoordigers van de kerkelijke inquisitie woonden met sadistisch genoegen de zelf-uitgedachte procedures bij ,waarbij spiernaakte vrouwen in diepe onder-grondse kelders gemarteld werden , tot ze "bekenden",met de vuurdood tot gevolg .Ook daar bestaan schilderijen over , niet alleen van de verbrandings-of verdrinkings-dood ,maar van vrouwen die aan koorden onderste boven ,naakt aan balken opgehangen werden en tegelijkertijd gegeseld, of naakt op houten tafels liggend , aan handen en voeten gebonden, met draaiwielen ,de ledematen uitgerokken werden tot de spieren scheurden, terwijl via een grote trechter in hun mond, water uit een grote kruik gegoten werd , tot hun maag barstte .Er werd trouwens voldoende hard op de gezwollen buik geslagen , om dit proces te bespoedigen en te doen slagen . Over deze wreedheden,begaan door "christenen", bestaan er voldoende gedetailleerde getuigenissen en beschrijvingen in oude geschriften , die deze toestanden voor waar gebeurd , staven .
Gaandeweg hebben de schilders , naakten in alle
mogelijke omgevingen voorgesteld , niet alleen tussen bloemen , of in
een bad , of voor een spiegel ,of gedeeltelijk gekleed zoals " naakt in
een pels " door Rubens , viool of piano spelend ,naakten op een fiets
of op de rug van een paard , en bv. door Delvaux , in een
spoorwegstation. Waarom niet ? De tijd is voorbij dat naakt een
"mysterie" was , ergens verborgen in een kamer achter gordijnen.
Klik met de muis op de hiernaast staande afbeelding om een aantal Dadaisme-schilderijen te bekijken. Indien de oplading te traag zou verlopen, klik dan op de alternatieve Link : http://www.shutterbook.com/albums/willyacke/8953//
Dadaisme of de absolute onzin , vertrekkend van tabula rasa. (na 1917)
Sommigen wilden komaf maken met de voorgespiegelde ideale toestanden van vaderlandsliefde , moed , opoffering , godvruchtigheid ,nationalisme , kapitalisme,die allen in diskrediet vielen , door een revolte tegen deze gevestigde waarden.
Dada is de revolte van de ongelovigen die menen dat ze helemaal aan niemand een "staatsburgerlijk goed gedrag " verschuldigd zijn .Het is een protestbeweging zonder een bepaald programma,zonder discipline en moraal ,waarbij men de burgerlijke facade met de konventionele maskers wil doen vallen .De mensen zijn skeptisch geworden ,en niet meer geneigd in oorlogen ,waarvan ze er al genoeg gezien hebben , te gaan vechten en te sneuvelen voor idealen waarmee ze niets te maken hebben,en waar ze toch de zin niet van verstaan.
Ze houden onder meer in 1921 een internationale expositie ,het "salon Dada " in Parijs en Zürich , waar voor het eerst ook collages te zien zijn , een soort bijeengeplakte ,gemonteerde totaalkunst van onder meer Max Ernst .Men kan aan sommige dada -artisten sensatielust en twijfel verwijten ,en een primitieve verhouding tot de omringende werkelijkheid .Er is wel een sociaal en ideologisch engagement ,een revolutionair subjectivisme ,een metafysische greep naar het irrationele .
Duchamp is waarschijnlijk de meest bekende schilder uit het dadaisme ,samen met Picabia .
Abstract betekent het verlies van de stoffelijkheid .Abstractie kan alleen nog maar een produkt zijn van de geest , geen voorstelling meer van een werkelijk tafereel .De abstracte schilderkunst begint in 1910 en hecht meer waarde aan een innerlijke belevenis dan aan de omringende wereld .De abstracte schilderkunst toont een uitgesproken neiging tot reductie en vereenvoudiging .Gecompliceerde ensembles zijn verdwenen . In sommige gevallen doet de voorstelling denken aan de uitvergroting van een detail uit een schilderij of uit een of andere struktuur .Het is geen toeval dat abstracte kunst opgekomen is na de psycho-analyse en het onderzoeken door de psychologie , van het onderbewuste als recentere tak van de wetenschap , het irrationele boven het instinctieve .
Vasili Kardinski had in Moskou rechten en economie gestudeerd en vluchtte uit Rusland voor het Stalinisme,vervolgens uit Duitsland voor Hitler.Kardinsky wordt in Frankrijk genaturaliseerd ,en weigert nog menselijke scenes af te beelden. Hij schrijft een boek " Über das Geistige in der Kunst " ,waarin hij stelt dat de mensen dusdanige positivisten zijn , dat ze enkel erkennen wat meet-en weegbaar is ,en de rest voor gevaarlijke onzin houden .Als ze de wereldse-tafereel-titel van een schilderij niet in het werk herkennen ,doordat het zeer "onduidelijk " is ,zijn ze pijnlijk teleurgesteld .
129 Mondriaan Boomstudie 1913 130 131
Voor Kardinsky was de muziek ,zoals deze van Igor Strawinsky ,een voortdurende bron van inspiratie .Aan de hand daarvan kultiveerde hij in zichzelf het spirituele , de verinnerlijking .In 1912 publiceert hij te München het boek " Improvisaties " waarin hij schrijft " dat hij tot het inzicht gekomen is dat de schilder moet emanciperen van de rechtstreekse afhankelijkheid van de natuur , en zijn geest moet kultiveren , onafhankelijk van het ontvangen van uiterlijke en uitwendige indrukken .Weten en kunnen zitten reeds binnenin ons ". Hij gaat , eveneens te München, naar de ten-toonstellingen van der blaue Reiter met onder meer schilderijen van Arnold Schönberg , die daarna alleen nog muziek zal componeren en spelen .In 1914 komt het tot een scheiding tussen hem en Gabriele ,een schilderes die in der blauwe Reiter exposeerde ; hij keert terug naar Rusland en huwt er de generaalsdochter Nina Andrejevskaja.Hij geeft les , richt 32 musea op in gans Rusland,wordt vice-president van het College voor Schone Kunsten , en hoogleraar aan de universiteit van Moskou. In deze stad leefde toen ook Kasimir Malevitsj die enkel schilderde met de grondelementen cirkel , vierkant,driehoek en kruis ,en schreef " dat hij zich daarbij innerlijk losmaakte van elke sociale en materialistische tendens , want elk sociaal gevoel komt voort uit honger.Gewone kunst wordt dus voortgebracht door de maag, terwijl abstracte kunst wordt voortgebracht door het verstand " .Malevitsj werd in 1919 professor aan de academie voor beeldende kunsten te Moskou .
132 133
Gemeenschappelijk aan alle abstracten , zoals ook Mondriaan , is dus ,dat ze in feite een wereld wensen zonder natuur , dat is in lijnrechte tegenstelling met de impres-sionisten , die ze ,zoals Kardinsky, beschouwden als vijanden.Ze geven wel benamingen als "boom" , "landschap" ,enz. aan hun schilderijen , maar men ziet enkel driehoeken,rechthoeken,cirkels,streepjes ...geschilderd met een beperkt kleurenpalet ,fundamentele kleuren , praktisch zonder mengingen.
In het Musée d Art Moderne te Parijs vindt men abstracte schilderijen van de Tchecoslovaak Kupka (1958) en van de fransman Delaunay ,van Pollock en Gorky.
De klassieke kunst is gehecht aan de vorm , de romantische kunst aan expressie en sterke kontrasten zoals de moord op Marat , door Louis David (1748 -1825) . Zijn schilderijen zijn nauw verbonden met het toenmalig maatschappelijk leven .Antoine-Jean Gros schildert kleurrijk na spontane hartstochtelijke opwellingen ,met composities die een dramatische indruk nalaten . Zijn onevenwichtig gevoelsleven speelt hem trouwens dermate parten ,dat hij in 1835 zelfmoord pleegt . Ingres (1780-1867) is ook inpasbaar in deze periode , door het introduceren van " deftig naakt " , zoals zijn baadster van 1808 en het Turkse bad van 1863 .
184 185 186 187
De Romantiek valt in feite samen met gebeurtenissen in de 18e eeuw ,met schilders zoals Prudhon (1758-1823) , die sterk beïnvloed wordt door de ideeën van zijn tijd , namelijk gevoel ,emotie en de expressie daarvan ,d.w.z. menselijke gevoelens vertolkend , daarbij echter de zoetigheid vermijdend. Zelfs als hij dramatische themas behandelt ,doet hij dit nog met een ondertoon van melancholie, zachtheid , zelfs sentimentaliteit ,in tegenstelling tot de smakeloze voorstellingen uit andere vorige tijdsperioden.
De schilders David (Fr) en Goya (Sp) behoren tot dezelfde groep als Prudhon. Goya,geboren 1746 , buigt zich over een lijdende mensheid , gekwetst in ziel en lichaam. Hijzelf wordt in 1792 doof .In zijn schilderijen legt hij zijn angsten , tragiek en nachtmerries neer ,na de mystieke ,zowel geklede als naakte Maja geschilderd te hebben .De esoterische schilderijen van William Blake (1757 -1827) zijn uitvindingen van de geest .
188 189 190 191 192
Eugéne Delacroix schildert met hartstocht natuurgetrouwe taferelen ,zoals " de dood van Sardanapal " en " de sultan van Marokko " . De felheid van indrukken , soms tot het overdrevene toe , wordt gangbaar .Deze buitensporigheid vindt men ook in de literatuur en in het toneel terug van Victor Hugo en Shakespeare , die er niet meer voor terugdeinzen gevechten en zelfs misdaden op het toneel voor te stellen , maar dan wel op een dergelijk spectaculaire manier als in vorige eeuwen ondenkbaar was .
De zintuigen worden geprikkeld en de fantasie aangewakkerd.De beeldspraak en de symboliek van de vorige eeuwen worden vervangen door het gebeuren zelf,bijvoorbeeld bij het uitbeelden van moordpartijen of , het met behagen voorstellen van het doodschieten van mensen,een gevolg van negatieve sociale toestanden. ( onder andere :Goya).Er wordt op een vurige manier geput uit onbarmhartige bronnen van inspiratie.De tragiek van deze gespannenheid , waarin de schilders zichzelf met passie storten ,is,dat een aantal van hen ,en niet alleen de hierbovenvermelde Gros , op jonge leeftijd sterven , door zelfmoord te plegen. De spontane , hartstochtelijke krachten die ze in zichzelf voelen opwellen en die ze met scheppingsdrang en ongekunsteldheid vertolken in hun schilderijen , worden hun eigen ondergang .Ze beelden hartverscheurende tonelen af , waarin schipbreukelingen op een vlot elkaar opeten .( " la méduse " door Géricault ).Ze hebben zich gewaagd aan improvisaties die uit de hand gelopen zijn . Door reizen naar landen zoals Marokko , Turkije ,Algerije ,e.a. , wordt ook het " oriientalisme " geboren , waarin de exotische romantiek van taferelen in zonnige straten en rijke interieurs van de moslim-landen , en toestanden in harems , wordt voorgesteld . De sultan die slechts te kiezen heeft uit zijn 250 vrouwen en hen bekijkt terwijl ze aan het baden zijn in zijn luxueuse paleizen,doet de verbeeldingen op hol slaan .
193 194 195 196 197 198 199 200
Als een gevolg van het slechts aanwezig zijn van 1 enkele man in een dergelijk gezelschap ,schildert Gustave Courbet in 1866 , twee lesbische vrouwen , goed " lijfelijk " aanwezig , en tederheid suggererend als gevolg van eenzaamheid en het ontbreken van een natuurlijke partner . Courbetvoert daardoor ook oppositie tegen de zeden-prekerij van de bourgeoisie onder Louis-Philippe. Millet revolteert ook tegen deze hogere klasse door de gewone werker voor te stellen , bv. in zijn "drie vrouwen op het veld" . Millet is zelf in 1814 uit boerenouders geboren . Daumier ,van arme afkomst ( zijn vader was glasbewerker ) ,schildert in 1857 " de prentenverzamelaar " ,en kan door zijn spontane techniek reeds beschouwd worden als een voorloper van de moderne kunst .Hij maakte ook gravures .
Deze eeuw kenmerkt zich door rationalisme onder Lodewijk XIV in Frankrijk . Daarna weet dit land zich onder het imperialisme van Napoleon ,als kulturele macht in Europa te handhaven .Boucher schildert allegorieën en Watteau (1684-1721) , pastorales .
Fragonard (1732-1806) schildert " galante " onderwerpen ,die door sommigen als decadent ervaren worden , zoals " de twee vriendinnen " .Maar zowel Fragonard als Boucher(1703-1770) , zeggen dat ze schilderen volgens " de essentie van de latijnse geest en opvattingen " .
Jean-Etienne Liotard (1702-1789) schildert portretten. Chardin (1699-1779) schildert huishoudelijke taferelen. In de letterkunde gaan Voltaire (romantisch) , Diderot (dramatisch), - Kant- , de meer materialistische weg op in hun schrijven .
115 116 117 118 119
Engeland , is de gezworen vijand van Frankrijk maar heeft schilders zoals Thomas Gainsborough (1727-1788) [die schilderde in de stijl van Rubens die hij bewon-derde], die ook in Frankrijk gegeerd zijn .In het engelse karakter steekt door de humor , ook een sterk kritische zin , die soms in de schilderijen tot uiting komt .
Duitsland en Oostenrijk hebben juist een dertigjarige oorlog en een Turkse invasie achter de rug. In Italië hebben Canaletto (1697-1768)s schilderijen over Venetië opgang gemaakt.Sommigen verwijten hem ,dat hij teveel details weergeeft in zijn stadsgezichten .Guiseppe Crespi (1665-1747) schildert met een diep menselijke realistische stijl ,zoals "de vrouw aan de afwas ".
De bescheiden Piero Longhi (1702-1785) schildert met glans en kleur,sober maar nooit hoogdravend .
120 121 122 123
In Engeland verdient William Hogarth , van eenvoudige afkomst ,geld met portret-schilderen met een goede clair-obscur techniek. Reynolds (1723-1792) schilderde 2000 portretten ,de meesten in een voortgezette-barok-stijl . Dat Reynolds zo produktief was , verklaart men door de grote reislust van deze schilder die verbleef in Portugal , Gibraltar,de Balearen , Rome (-> 2jaar) ,Florence,Parma.... In de Italiaanse steden behield hij een onuitwisbare herinnering aan het coloriet van Veronese , Titiaan en Coreggio.
In de meeste andere landen sluimert de kunst of staat ze ,zoals in Rusland en Skandinavië nog in haar kinderschoenen of wordt er te sterk beïnvloed door het buitenland , zodat iedere eigen nationale kunst-ambitie verlamd wordt .
03 Muziekinstrumenten in de schilderkunst. ---------------------------------------------------- Klik met de muis op de afbeelding om 100 schilderijen te bekijken .
De muziekgeschiedenis verloopt parallel met de geschiedenis van de schilderkunst ,met juist dezelfde jaartallen en dezelfde perioden , zoals de Renaissance , de Barok ,de Romantiek , enz .
Sommige schilders waren verslaafd aan muziek , en in die eeuwen dan vooral aan klassieke muziek ,en dat is goed te zien aan de schilderijen in de bijgaande foto-map met dezelfde naam . De schilderijen zijn niet genummerd en ook de perioden zijn niet vermeld . Muziekinstrumenten zijn reeds voorgesteld geweest in bijna archeologische tijden , zoals bijvoorbeeld bij de Egyptenaren .
In de moderne tijden hebben kubisten zoals Braque en Picasso ook muziek-instrumenten geschilderd . Braque bijvoorbeeld : de viool , de guitaar , de klarinet , het orkest (met 3 man) ,en enkele instrumenten samen . Picasso schilderde onder meer de viool . Muziekinstrumenten vinden we bijgevolg voorgesteld in alle tijdsperioden en in alle stijlen .
Muziek verzacht de zeden ! ( Willy Acke )
P.S.
Jarenlang heb ik de Jazz-bands en hun concerten geschilderd in Antwerpen : tientallen: In :
1)Café Hopper , DeWaelplaats ( schuin tegenover het Koninklijk Museum)
2)in de cafetaria (CAMU) van het hierbovenvermeld museum. Daar werden sommige van de door mij gemaakte schilderijen gedrukt en aan de wand uitgehangen of gegeven aan gegadigden en liefhebbers.
3)Café De Muze , dichtbij de Grote Markt
4)Café Buster op een hoek van een straat die uitkomt op de Grote Markt
5)Pianobar , Grote Markt
6) Arenberg Schouwburg
7)Dockx Hotel , Noorderlaan , schuin tegenover cine-complex Metropolis
8)Rataplan in Borgerhout
9) Hotel De Roos (nu:Jachthotel?) niet ver van de grote markt ,waar op de eerste verdieping de Spaans-Belgische vereniging vergaderde en voordrachten gaf.
10)enkele andere , in randgemeenten rond Antwerpen,waar concerten in open lucht gegeven werden op pleinen in Wilrijk ,Hoboken,Deurne,Stuyvenberg,om er maar enkele te noemen .In Deurne bijvoorbeeld schilderde ik mijn muzikale vriend ( ik speel zelf piano als beginneling) , de Argentijnse guitarist Carlos Diaz ,die toen begeleid werd door Mieke , die dwarsfluit speelde . (onder meer Braziliaanse samba's van Jobim ,prachtig ).
Ik schilderde steeds in gemengde techniek , dit is vooral met acrylverf omdat die snel droogt , gekombineerd met aquarelverf , gouache , en in water oplosbare olieverf . Het komt er namelijk op aan snel te werken ,want de orkesten spelen ( op de meest diverse uren beginnend , soms 10u30 's morgens , 13u of 16u 's middags , 20 u of 22u 's avonds .Het aantal uren dat ik soms tot 2 uur 's nachts geschilderd heb , is niet meer te tellen ....) slechts twee uren ,met een onderbreking van 20 minuten . De afgewerkte schilderijen gaf ik in praktisch alle gevallen gratis weg aan de orkestleider , en ze werden dan op de website van het orkest gezet , of gedrukt op de cover van hun CD's. Ik heb van hen ook een massa CD's gratis gekregen : tientallen . Die orkesten waren duo's , trio's ,quattuors , quintetten ,sextetten. Deze laatste , soms nog met een zangeres erbij ,was het maksimum dat ik aankon ,om er nog een afgewerkt schilderij van te kunnen maken op die beperkte tijd . Vergeten we niet dat ik alle personen eerst in snelle potloodschets teken , samen met hun instrumenten , en aan elk een bepaalde plaats toeken op het schilderij , zodat ze er nog allen goed uitkomen. Dan wordt het moeilijk vanaf 4 personen en meer,om het schilderij nog behoorlijk af te werken.
Tot slot is nog te vermelden , dat het niet evident is , te schilderen in een drankgelegenheid. Er is wat goede wil nodig vanwege de uitbater , om dit te dulden,verdraagzaamheid vanwege het aanwezig publiek ,alsook een portie aanpassingsvermogen vanwege de schilder . Alhoewel ....sommigen mij aanspreken in de straten , in supermarkten , in café 's ,personen die ik mij nauwelijks herinner ,die zeggen " Ah Willy , ik heb u weer zien schilderen ,in ...... en het was de moeite van het bekijken waard " . Zo ziet men maar ....
Door de wegenwerken ,niet alleen op de Antwerpse ring ,maar overal tegelijk ,ook in alle randgemeenten , zijn deze aktiviteiten de voorbije maanden stil gevallen . Ik schilder voorlopig nergens meer , omdat ik er niet meer geraak , tenzij met veel moeite ,tijdsverlies , gevaar op de weg , en als men ergens aankomt is er nergens parkeerplaats en mijn krijgt er nog een boete bovenop , als men zijn auto ergens probeert te zetten. Het wordt hoog tijd , dat we al de gemeenteraden en stadsraden die voor deze chaos zorgen , er bij de volgende verkiezingen buiten stemmen en eruit schoppen. En door al dat gedoe , verliezen de uitbaters en kleine zelfstandigen , klanten die niet meer tot bij hen geraken . Zo is het hierboven vermelde café Buster op de grote markt , nu gesloten en bestaat niet meer.
In de jaren 1930 kende de mensheid een krisis door de grote werkloosheid .
Deze toestand verbeterde er niet op , door de
uitvinding van een ganse reeks machines , die weliswaar het
arbeidsproces lichter maakten , maar deze mechanisering veroorzaakte
nog meer werklozen.De angst voor de machine en de vertechnisering
groeide alom .In het dagelijks leven werd iedereen ermee geconfronteerd
: telefoon , elektrisering der spoorwegen , ontstaan van voorheen niet
bestaande telecommunicatie-middelen , radio en televisie , renwagens ,
autos (vóór 1930 was er 1 auto per gemeente ...) ,vervanging van de
paarden.De vooruitgang in de natuurwetenschappen ,verdrong in de
geesten , het vroegere religieus en meta-fysisch denken door een strikt
positivistisch denken en gedragspatroon , en een materialistisch
wereldbeeld .Deze veranderingen grepen ook in op de privacy van de
gezinnen thuis ; het gehele dagelijkse leefpatroon werd anders . De
oorlog van 1914-1918 , de Russische revolutie van 1917 hadden nog diepe
sporen nagelaten , met toestanden die geschilderd werden door post
-expressionisten zoals Otto Dix , George Grosz
en Käte Kollwitz . Op de kunst-scene uitte het wegvallen van het
geestelijke , het menselijke ,zich door een reaktie die een nieuw
bewustzijn trachtte in het leven te roepen ,een symbolisme ,een ersatz
als vervanging van het onmenselijk geworden puur
realistisch-plat-materialistisch leven ( Karl Marx ), namelijk , het
sur-realisme ,waarvan gezegd werd , dat ook het onderbewustzijn
betrokken werd bij het voortbrengen van kunst .Men wil de
psycho-analyse , op kreatieve wijze beoefenen zoals beschreven door
André Breton en anders dan dat Sigmund Freud dit doet in de periode
1918-1921 .
Men kan stellen dat het surrealisme zijn bloei
gekend heeft in de periode tussen 1920 en 1940 ,met als wens ,het leven
na de eerste wereldoorlog te veranderen. Breton,die in 1916
werkte in een ziekenhuis ,(en daarna nog medische studies deed en arts
werd),wordt beïnvloed door de ideeën van een psychiater-neuroloog , en
schrijft in 1928 een boek over de poëtische kracht van de waanzin
,nadat hij gewonde frontsoldaten gezien en verpleegd had , die gek
werden , of een leven lang getraumatiseerd bleven ,verscheurd door
hetgeen ze meegemaakt hadden.Breton schrijft poëzie en gedichten over
hetgeen hijzelf en de verpleegden in hun dromen hebben gezien
,afschuwelijke , verwarde beelden , die hij begint te schilderen .In
1975 wordt hierover een boek gepubliceerd : "la naissance de laventure
surrealiste ". Daarin verheerlijkt Breton ook de communistische ideeën
van Trotsky , zonder twijfel als reaktie op de rol van de
duitsers in wereldoorlog I .
Hij was lid van het comité des "Antifascistes "zodat
sommigen het surrealisme ook zien als "Art Révolutionnaire ". Als
voorlopers en wegbereiders van het surrealisme , vermeldt men Gustav
Klimt , Kardinsky , Pablo Picasso , Paul Klee , Marc Chagall en Giorgio
de Chirico .
Zoals de benaming het zegt ,drukt de kunstenaar zich
in deze kunstvorm uit onder druk ( ex-pressie = naar buiten brengen
onder pressie ) , d.w.z.op een krachtige manier , dus niet noodzakelijk
op de gebruikelijke evenwichtige wijze. Harmonie kan dus vervormd
worden tot wanordelijk verstoorde harmonie met vloekende kleuren
,eventueel hallucinante voorstellingen , met een dosis benadrukkingen
van situaties die aan de gewone schilderkunst vreemd zijn , zoals
in het schilderij de schreeuw van de Noor Edvard Munch.
In Duitsland laat Nolde zich opmerken , en in Oostenrijk Oskar Kokoschka. Bij
ons deed de Oostendenaar James Ensor , zijn duit in het zakje ,net
zoals te Gent ( St. Maartens Lathem), Constant Permeke .
101 de
schreeuw
102 Ensor : de
maskers
103 Ensor Pierrot
104 Pierette door Beckmann
1925
105 Beckmann Papegaai
Grillig realisme kan voorgesteld worden , met een
aangrijpende uitdrukkingsvorm. Parallele stromingen die samen met het
expressionisme opkwamen , waren het kubisme , het fauvisme en het
futurisme , die allen hun bakermat in Frankrijk en Italië hadden. Het
expressionisme daarentegen vindt zijn oorsprong in Noord- en
Centraal-Europa: de Scandinavische landen , Duitsland en Oostenrijk
.Vandaar komt ook het erotisch expressionisme met Klimt , Schiele en
Beckmann. De kring van de schilders , die men de expressionisten
heeft genoemd was voornamelijk samengesteld uit de groep van de "
Brücke " en enkele schilders uit de kring van
de " Blauwe Reiter " .Daar ontstaat in
München een duitse reaktie op franse opvattingen,waarbij een optische
beleving van bv. Een landschap , verandert in een lyrische. De
romantische naam der blauwe Reiter is ontleend aan de titel van een
almanak voor eigentijdse kunst ,waarmee Kardinski en Klee in 1911
begonnen waren . Het expressionisme is het tegendeel van het afgeronde.
Het is stekelig , venijnig , gebeten , onconventioneel ,wild ,
asymmetrisch, boosaardig . Themas zijn : rebellie ,geweld ,
meedogenloze zelfanalyse ,waanzin , primitieve wildheid , verschrikking
, schaamteloosheid , uitbarstingen , grimassen , erotiek .De bedoeling
was , verstikkende regels te doorbreken en het vermoeide en het
vermoeiende dagelijks gebeuren , nieuw leven in te blazen , door de
levende werkelijkheid te verrijken met fantasie .
Als voorlopers van het expressionisme ,kan men Goya
vermelden , ook Dürer en Jeroen Bosch en er is verwantschap met hetgeen
we Felicien Rops hebben zien presteren . ( museum Rops te Namen ) .
106
Rops
107
108
109 110
Het expressionisme is vooral een noodkreet van jonge
mensen in de ellende van hun bestaan , verscheurd door verlangens ,
angst en door de te enge moraal die hun door een maatschappij van
bovenuit voorgehouden en opgedrongen wordt . Het is de kreet van de
eenzamen , in sommige gevallen bijna krankzinnigen , in de periode 1905
(Rouault) tot 1930, waartoe ook Chagall en Modigliani in Parijs mogen
gerekend worden .
De " Jugendstil " ,benaming afgeleid van het
Münchense weekblad "Jugend " , had invloed op impressionistische werken
van Kokoschka en Kardinski.
111 Munch : straat in
Noorwegen
112 naakt met hemd door Modigliani 1919
113 boerenvrouw met kind : Alfaro Siqueros
1924
114 Macke Meer
Matisse
was twee jaar ouder dan de schilder Georges Rouault , die hij in een
schildersatelier leerde kennen .Matisse is beginnen schilderen toen hij
,ziek , bij een oom logeerde .Deze bezocht met hem de musea te Arras ,
Rijsel en Cambrai . In 1952 werd te Cateau-Cambrésis , een Matisse
museum geopend .. De slogan van Matisse was : " hoe eenvoudiger ,hoe
duidelijker " .
79 80
Men noemt Matisse in verband met het fauvisme
, met als kenmerken ,de accen-tuering van de zuivere kleur en de
vereenvoudiging van de tekening.De indeling van de ruimte op een
schilderij , stoort zich niet meer aan de perspektivische regels , waaraan
we gewend zijn.Het wezenlijk bestanddeel is de kleur , maar dan wel op
een speciale manier ,met stippeltjes aangebracht.Men tekent
beeldvlakken " ont-sprongen uit inspiratie " ,met daarop verstrooide
voorwerpen .Kleuren verspringen van oranje naar blauw , van groen naar
rood , op een wilde manier. (-> les
fauves ).De bedoeling is , taferelen een spontane uitdrukking te
geven , waarbij zoveel mogelijk zuivere kleuren gebruikt worden.
Rouault
(1871-1958) voelde zich verwant met zwervers ,
boeren,weggemaaiden in een opstand,lichtekooien en
verschoppelingen , en hij " wierp zijn gevoelens daar-omtrent ,op het
doek " .Hij had zijn vakmanschap geleerd in scholen voor Schone en
Decoratieve kunsten .
81 82
Kees Van Dongen had een voorliefde voor feesten en mondaine gelegenheden , misschien
omdat hij een ellendige jeugd achter de rug had.Rond 1920 schilderde
hij een groot aantal portretten van politieke figuren , toneelspelers
,academici ,personen uit de mondaine wereld ,en uit de rosse buurt in
Rotterdam, en hij maakte daarover soms grappen. Geboren te Delfshaven
in Nederland ,had hij grote moeilijkheden toen hij te Parijs eens wou
schilderen , omdat hij geen woord frans verstond noch sprak. Meisjes en
zeelieden interesseerden hem meer dan machines . In nacht-kroegen
maakte hij schetsen, die hij voor 5 franse francs aan liefhebbers
verkocht , alsook aan humoristische bladen die verschenen in
Montmartre. Picasso " leende " hem een van zijn vriendinnen , Fernande
Olivier ,als naaktmodel (geschilderd met groenachtige tinten),omdat hij
wist dat Van Dongen geen geld had om modellen te betalen .Zijn andere
geschilderde vrouwen hebben roodgelakte nagels ,geverfde ogen
,fonkelende juwelen ,glinsterende japonnen .Oorspronkelijk was hij
landschap-schilder in Nederland ,maar in Frankrijk schakelde hij over
naar cirkus-en music-hall taferelen met uitzinnige kleuren.Na een reis
naar Egypte,schilderde hij opnieuw landschappen .Hij schilderde ook in
Cannes , Deauville en Venetië .
83 84
Dufy
,geboren in le Havre ,uit een muzikale familie , is zijn leven lang
door muziek beïnvloed tijdens het schilderen .Hij schilderde orkesten
en stillevens met muziek-instrumenten en partituren.In 1905
installeerde hij zich in Montmartre . Als groot kolorist kon hij met
scherpzinnig gezette lijnen een onthullend schouwspel tevoor-schijn
toveren , zowel in olieverf als in aquarel .Hij maakte ook kartons voor
een tapijtweverij , en hield zich ambachtelijk met keramiek en
lithografie bezig .In 1963 kreeg hij een galerie in het Louvre ,nadat
hij ook reeds in de Verenigde Staten , na wereldoorlog II (1940-1945) ,
tentoongesteld had .Hij overleed in 1953 .Zijn werken zijn verspreid
over musea te Parijs , Nice en Le Havre
.
85
André Derain
studeerde voor ingenieur , toen een medestudent (Linaret) hem meenam
naar het Louvre om er enkele kopieën te maken .Hij ontmoette er De
Vlaminck en Matisse , en begon zelf te schilderen ,waardoor zijn
studies in het water vielen.Hij gebruikte op een systematische manier
,zuivere kleuren , dus verschillend van de onstuimige manier ,die hij De Vlaminck
deze had zien gebruiken . Roden en gelen overwegen bij Derain , sober
en matig .De oorlog 1914-1918 liet een diepe indruk op hem na .Hij
zonderde zich af ,maakte gekleurde etsen , schilderde decors voor Les
Ballets Russes,maakte gipsmodellen en in brons gegoten mooie meisjes en
renwagens .Op 10 september 1954 stierf hij door een ongeval .
86 87 88
Fernand Léger
bezit vaste esthetische en sociale overtuigingen ,die hij uitdrukt in
zijn schilderijen ,mozaïken ,gebrandschilderde ramen en polychrome
beeldhouw-werken .Hij maakt aanplakbiljetten en muurversieringen .Zeer
jong nog ,sterft zijn vader ,zodat hij opgevoed wordt door zijn moeder
en oom. Hij studeert voor architekt.Na zijn militaire dienst wordt hij
zo ziek ,dat zijn oom hem ter genezing naar het zonnige Corsica
stuurt,en daar begint hij te schilderen , brekend met ver-ouderde
methoden.In 1911 exposeert hij op het Salon des Indépendants. Als de
oorlog in 1914 uitbreekt ,verlaat hij Parijs en maakt als nieuwe
vrienden : mijnwerkers ,polderwerkers , timmerlui en smeden. Hij
schildert de lichtinval op de koperen loop van een kanon en maakt
kennis met allerlei nieuwe machines die in die jaren opduiken. Na de
eerste wereldoorlog ontmoet hij de bouwmeester Le Corbusier ,werkt mee
aan een blad Lesprit moderne , maakt decors voor de opera ,componeert
het Ballet Mécanique , en ontwerpt muurcomposities voor de
tentoonstellingen in 1925 en 1937.Hij versiert de grote zaal van de UNO
in New York , en maakt wandtapijten en keramieken.
Hij sterft in 1955,waarna zijn weduwe een museum liet bouwen te Gif-sur-Yvette.
89 90
Picasso
heeft een beslissende invloed op de schilderkunst uitgeoefend
,verwarring gezaaid , nieuwe wegen geopend , verrast en daarna
gerustgesteld.Hij was een bezieler , die tegen Jean Cocteau zei :
" ik zoek niet , ik vind " . Het woord fantasie is een te zwakke
uitdrukking om zijn talent te verklaren . Picasso is in 1881 te Malaga
(Sp) geboren uit een vader van gemengde Andalusische en Castiliaanse
afkomst,en een moeder , wiens naam hij heeft aangenomen van een uit
Italië afkomstige familie.Zijn vader was tekenleraar in Barcelona ,de
hoofdstad van Catalonië .In 1904 vestigt hij zich definitief in
Montmartre.Hij schildert eerst vrij klassiek ,zoals " de moeder en het
kind ", daarna kent hij tot 1915 een blauwe, roze,groene
kubistische en expressionistische periode .De spaanse burgeroorlog
grijpt hem diep aan ,en hij schildert Guernica,tentoongesteld op de
wereldexpositie van 1937 in Parijs .
91
92
93
De grote variëteit van de werken die hij geschilderd
heeft , ook op keramische vazen , wordt door de kunstkritici verklaard
door zijn wispelturigheid van geest , zijn liefdeservaringen met
minstens 8 vrouwen , zijn politieke opstelling , en een intens kontakt
met de toestanden in de wereld van die tijd . De data van zijn werken
vallen samen met perioden van vervoering voor een bepaald onderwerp,met
de daarmee gelijklopende scheppende aktiviteit.Die afwisseling
resulteert telkens in een andere uitdrukkingswijze .Hij is zowel
virtuoos als opstandig uitdagend origineel .
Georges Braque
schildert volgens de uitspraak van Apollinaire in 1913 , volgens een
volledig nieuwe kunstopvatting .Bracke zegt dat hij wel naar de natuur
schildert, maar dat hij " zich daarbij van het model heeft
losgemaakt ". De ontmoetingen tussen Bracke en Picasso
vanaf 1908 heeft Bracke in de richting van de kubistische
voorstellingen geduwd . Hij kende ook Dufy uit Le
Havre , en het fauvisme van Derain na diens ontmoeting met De Vlaminck
.Bracke voelde ook wel voor het impressionisme ,dat hij net zoals het
fauvisme liet vallen na een reis naar Antwerpen in 1907 , toen hij "
Les demoiselles d ' Avignon " van Picasso gezien had . Hij
schilderde van toen afaan met geometrische vormen ,waarin Matisse die
zijn doeken zag "kubussen ontdekte".Met Picasso bracht hij de zomer van
1911 en 1912 door te Céret , waar zich nu nog een uitgebreid Picasso
museum bevindt .In 1914 breekt hij met Picasso nadat ze samen
stillevens hebben geschilderd en collages gemaakt met vierkante en
ronde blokjes .In 1938 schildert hij nog een stilleven met mandoline
, in 1950 ruimetelijke schilderingen .Hij overlijdt in 1963.
94
Maurice Utrillo
s moeder ,Marie Valadon ,was schilderes .Ze was nog opgetreden als
cirkus-acrobate , en ze poseerde bij voorkeur naakt voor zo jong
mogelijke schilders omdat dit haar een kick gaf .Ze hing rond in de
café s en ateliers van Montmartre ,leerde er Degas kennen , en poseerde ook nog voor Renoir . Ze veranderde haar naam in Suzanne Valadon .
Utrillos vader was een dronkaard ,aan alcohol
verslaafd.Misschien daardoor voelde Utrillo zich als 14 jarig kind niet
thuis in de hem omringende omgeving.Hij had geen vrienden en droomde
enkel, om zich af te schermen tegen een voor hem vijandige
wereld.Daarom ook , schilderde hij het rustige landschap .
95 96
De dromerige Utrillo mislukte in zijn studies aan het
Lyceum ,en hij werd ,omdat hij niets meer te doen had ,en enkel nog
door de straten slenterde , door zijn moeder gedwongen om te gaan
tekenen en schilderen .Zijn troosteloosheid verdronk hij , want
hij werd zoals zijn vader , alcoholieker en op 17-jarige leeftijd
onderging hij een ontwenningskuur in een ziekenhuis.Ondertussen
ontmoette hij de schilders Modigliani , Sisley en Pissarro
, en tot 1908 schilderde hij met dikke verf , landschappen ,min of meer
door de twee laatst vermelde impressionisten beïnvloed . Er zijn
serene landschappen bij ,maar ook tragische ,waarin hij zijn wanhoop
uit-drukt .Voorbijgangers in de straten zijn slechts figuranten met
karikaturale vormen . Hij schilderde ook naar gewone
prentbriefkaarten .Tussen 1911 en 1914 reisde hij naar Bretagne en
Corsica , om daar te schilderen. Suzanne Valadon scheidde van haar
echtgenoot en hertrouwde met een schilder die even oud was als haar
zoon Utrillo ,waarna hevige twisten tussen beide mannen uitbraken
.Suzanne kocht een vervallen kasteel in Beaujolais en arrangeerde in
1935 nog een huwelijk tussen haar zoon Utrillo en een van haar
vriendinnen.Van dan afaan schilderde Utrillo nog enkel kathedralen en
kapellen in een " mystieke" bui.
Modigliani Amadeo werd te Livorno (It.) geboren in 1884 uit een rijke familie , waarvan de grootvader , bankier van de paus was . Hij was een zwak kind , waardoor
hij zijn studies moest afbreken ,en hij begon te tekenen en te
schilderen als vrije tijdsbesteding .Zijn familie liet hem lesgeven
door een landschapsschilder uit Livorno.Vanaf 1902 verbleef hij te
Florence waar hij aan de School voor Schone Kunsten studeerde .Daarna
vindt men hem terug in Rome ,Veneti en Frankrijk .In Montmartre zocht
hij vertier bij drinkebroers , hetgeen hem aanspoorde om portretten te
schilderen,met een zekere melancholie ,onder invloed van de drank .Hij
had nog enkel belangstelling voor het vrouwelijk lichaam.Hij vestigde
zich in Mont-parnasse onder invloed van Picasso en Van Dongen ,en
schilderde in vijf tot tien jaren tijd vierhonderd schilderijen en
duizend aquarellen.
Sommigen die hij achteloos op papieren tafellakens in
restaurants maakte ,werden aan zeer lage prijzen verkocht. Met
virtuositeit , schilderde hij de portretten van zijn vrienden .Zijn
enorme werklust dankt hij aan een overmatig aantal vrouwen ,en drank
,waarbij een engelse dichteres (Hastings) hem zelfs hasjiesj leerde
roken .Men vraagt zich af , hoe hij midden van wanorde , de tijd heeft
gevonden om zoveel naakte vrouwen ,maitresses , en portretten (onder
meer van Picasso ,Jean Cocteau , De Vlaminck ,Kisling),in soepele
harmonie ,met stijl ,te schilderen .In 1917 werd hij verliefd op een
zeer jong meisje Jeanne Hébuterne ,die hij zwanger maakte ,terwijl ze
thuis bleef wonen bij haar ouders ,die zich sterk verzetten tegen de
verhouding met een oude dronkaard.Ondanks die tegenkanting werd in 1918
een dochter geboren.De schilder zette zijn nachtelijke uitspattingen in
kroegen voort en maakte Jeanne opnieuw zwanger . Hij stierf aan
tuberculosis in 1920 .Twee dagen na zijn overlijden ,sprong Jeanne met
haar ongeboren tweede kind uit het raam op de hoogste verdieping van
het ouderlijk huis .
97 98
Chagall Marc
s werken worden beheerst door zijn kinderjaren ,waarin hij als het
ware leefde in een ghetto ,namelijk zijn vaders winkel , waar enge
tradities hem door zijn familie werden opgedrongen,in Vitebsk,zijn
geboorteplaats in Rusland .Op zijn twintigste had hij aan de School van
Schone Kunsten niet de middelen om zich het nodige materiaal aan te
schaffen.Hij schilderde met aardkleuren naar het beeld van het grauwe
milieu waarin hij leefde.Dat veranderde toen een afgevaardigde van de
Doema hem naar Sint Petersburg zond,waar hij reprodukties zag van
Gaugain , Cézanne en Van Gogh en hij zijn eerste naakt schilderde
,namelijk Bella , zijn verloofde.In 1910 ging hij naar Parijs waar hij
in 1911 exposeerde .Zijn composities , opgedragen aan mijn
verloofde en aan Rusland getuigen van zijn gehechtheid aan zijn
geboorteland en aan zijn joodse jeugd aldaar . Enkele weken voor
het begin van de oorlog van 1914 verlaat hij Parijs terug naar zijn
geboortestad om daar te trouwen , na zijn eerste grote tentoonstelling
in Berlijn georganiseerd te hebben .In 1937 schildert hij " de
(Russische) revolutie ".Hij vestigt zich in Moskou, daarna Berlijn
en dan terug naar Parijs ,waar hij in Montparnasse woonde .Vanaf 1922
tot 1940 schildert hij een groot aantal doeken en in 1941 vertrekt hij
naar de VSA tot 1946 , maar vergeet Parijs niet ,waar hij tot 1966
verder schildert .
99
Gromaire Marcel had een voorliefde voor eenzaamheid.Hij schildert met doffe kleuren zoals Permeke
.Hij schildert kermessen en de vlooienmarkt ,boeren , bierbrouwers
,schippersvrouwen.Al jong tekent hij , en kan zich pas aan een academie
inschrijven na tegenstand geboden te hebben aan zijn vader die hem
rechten wilde laten studeren.Geboren in Frankrijk , reisde hij naar
Duitsland , Engeland , België en Nederland.Hij geeft les aan de Ecole
Nationale des Arts Décoratifs , schildert eerst kubistisch,later
honderden tekeningen naakt met het vrouwelijk lichaam als
onuitputtelijke bron .Voordat hij een doek schildert ,maakt hij
daarover voorafgaandelijk 20 pentekeningen.Niets wordt aan het toeval
overgelaten , en alles gebeurt ernstig zonder
improvisatie,doorwrocht . Hij is zowel portretschilder als
landschapsschilder , zowel met olieverf als met aquarel
In de jaren 1800 begon de bevolking in verschillende landen , en onder meer , toonaangevend in Frankrijk , zich bewust te worden dat wantoestanden en de slechte omstandigheden waarin de lagere klasse leefde en werkte , ook aan de kaak konden gesteld worden , niet alleen verbaal ,maar ook door tekeningen en schilderijen die aan het publiek konden getoond worden . Een en ander voerde tot een strijd tussen troepen van de regering en communards , waaronder arbeiders-vrouwen die een bittere klassenstrijd voerden .Honoré Daumier is een van de Franse schilders , die met zijn schilderijen daarop gewezen heeft .
(treincoupe 3e klasse) (46) en (46a) (47) strijd
Ambitieuze schilders zoals hij ,hoopten hun werken te mogen exposeren in het jaarlijks Parijse Salon ,maar de jury die de doeken daarvoor uitkoos bestond uit leden van de Académie des Beaux Arts,die enkel schilders met naam toelieten en geen plaats gunden aan andersdenkenden die een afwijkende stijl beoefenden. Onder de daartegen rebellerende groepen , bevonden zich de " impressionisten " met Claude Monet , Auguste Renoir , Paul Gaugain ,Van Gogh , die zich verstikt voelden door het intolerante fanatisme van de heersers die de touwtjes in handen hadden van het kultureel gebeuren.
Bekijkt U een dia-reeks van schilderijen van vooral Renoir , door op de volgende link te klikken:
Zowel in de kunst als in de literatuur bestond de voorliefde uit moraliserende taferelen , enkel leuke en deftige situaties , plezierige afbeeldingen met deftige sentimenten .Seksualiteit en de minder plezierige kanten van het leven , het uitbeelden van wantoestanden ,armoede en uitbuiting ,werden zorgvuldig vermeden .Maar in een reaktie , werd het deftige , serieus en respectabel klassiek schilderij ,ontleend aan de geschiedenis van Griekenland , Rome en de Oudheid ,vervangen door een zoutloos genre ,waarin andere inspiratiebronnen de schilders beïnvloedden , onder meer de gedurende eeuwen onderdrukte erotiek .Nu nam de artistieke vrijheid de bovenhand in een ongenuanceerde kunstenaarswereld , waarin de kunstenaar kon provoceren , om een reaktie uit te lokken .
Vroeger hadden naakte mannen en vrouwen geen schaamhaar , erotische lichaams-delen werden met de hand , een kledingstuk of een blad van een boom bedekt , hun tepels werden nauwelijks voorgesteld ,en ze hadden een bleke huidskleur die alle details verdoezelde . Daar kwam verandering in met mannen ,maar vooral vrouwen met weelderige vormen en huidskleuren van alle lichaamsdelen .In de literatuur werd deze trend gevolgd door de schrijvers Victor Hugo en Emile Zola , die daarvoor zelfs in de gevangenis had gezeten , beschuldigd van de overschrijding van de deftige seksuele normen. De vroegere geliefde onderwerpen van de respectabele academische kunst ,waren ook schilderijen met rozen , huisdieren ,vooral honden en katten ,elegante mooi geklede dames ,steeds vergezeld van kinderen of boven hun hoofd zwevende engelen ,en soms half ontkleed ,hetgeen in feite veel erotischer was dan hetgeen de impressionisten met spiernaakt begonnen af te beelden . Rubens had ook spiernaakt geschilderd naar dan wel nog op een deftige manier .als deel van een of ander historisch verhaal ,of zoals dat bij andere naakt-schilders uit vorige eeuwen het geval was , als deel van een bijbel-verhaal .
(48) Cezanne nudes- landscape
De leidende figuur van de academische school in Frankrijk ,was Jean Auguste Domique Ingres (1780-1867) die ideoloog en jurylid van het Salon was ,en zich op steriele manier verzette tegen de opkomst van nieuwe talenten zoals Eugéne Delacroix (1798-1863) die met passie , spontaneiteit en liefde voor de natuur en de prikkelende erotiek schilderde. Met zijn heldere kleuren en warme romantische elementen in zijn schilderijen ,bevrijdde hij zich uit het keurslijf van de zogezegde klassieke academische schilderkunst .Deze nieuwe beweging werd ook gevolgd door de sympathieke Gustave Courbet (1819-1877),die poneerde dat de schilderkunst zich uitsluitend met concrete en waarneembare zaken diende bezig te houden zoals het stadsleven , café-taferelen ,e.a. Zijn schilderijen waren daarom niet te modern of te proletarisch of in strijd met de menselijke waardigheid en de goede zeden .
De groeiende ontevredenheid tegen de principes van Ingres en andere conservatieven bereikte een hoogtepunt toen in 1863 , 3000 van de 5000 ingezonden doeken op het Salon geweigerd werden . Dit leidde tot dusdanige uitbarstingen en rellen dat de keizer Napoleon III , in persoon , vroeg de geweigerde doeken te mogen zien ,en besliste dat alle afgewezen kunstenaars hun doeken mochten exposeren in het " Salon des Refusés " in een ander deel van het gebouw , met schilderijen zoals " le déjeuner sur lherbe " van Edouard Manet die natuurgetrouw , een duidelijk niet klassiek naakte vrouw toonde die zich ontspande op de grasmat , in het gezelschap van twee geklede mannen .
het schildersatelier van Courbet (49) dejeuner sur l'herbe door Manet (50)
Het model is Victorine Meurent ,de linkse man haar familielid en de rechtse man is de broer van Manet
bellen blazen (51) door Manet De fluitspeler door Manet (52)
(53) Renoir : Portret van Frédéric Bazille 1867 Renoir Baadster (54) 1870
Renoir : les parapluies 1884 (55) , en jonge baadster (56)
Renoir : de lunch van de roeiers (57) , (57a) en (57b) pianoles
Constable (58) Bazille : het atelier van de schilder (59)
Pissarro : Norwood in de sneeuw 1870 (60) Toulouse Lautrec (60a)
In de periode na het Salon des Refusés , begonnen de impressionisten bijeenkomsten te houden , met als leidende figuren Claude Monet , Auguste Renoir , Alfred Sisley , Camille Pissarro ,Paul Cézanne . Hun voornaamste belangstelling ging in die periode uit naar landschapsschilderkunst , stukken die ter plekke , buiten werden geschilderd ,waarbij men het licht , de kleuren en de atmosfeer zoals die op dat ogenblik waren , zo natuurgetrouw probeerde weer te geven . Dit ging in tegen de academische opvatting van de donkere kleuren met een tijdloze indruk , gedetailleerd afgewerkt in een atelier ,en waarbij een landschap enkel als achtergrond diende . De impressionisten werden vervoegd door Edgar Degas , die balletdanseressen schilderde .
(61) koets bij het rennen Edgar Degas 1870 de dansklas door Degas 1874 (62)
Omdat alle vergaderingen plaatsvonden in Parijse cafés bestaan over danspartijen in cafés ook schilderijen van die groep en van andere schilders die zich bij hen aansloten . Tussen 1875 en 1886 organiseerden de impressionisten 7 eigen tentoonstellingen waardoor het publiek langzamerhand aan de nieuwe stijl begon gewoon te geraken , omdat het impressionisme als beweging geen uniform beeld opleverde ,maar talloze facetten van diversiteit vertoonde ,een brede scala van facetten en stijlen .Daaronder speelde Cézanne de voorloper van het kubisme en andere 20-eeuwse stromingen. Cézanne werd gesteund door Pissarro en Renoir ,hij was een beetje jaloers op de nieuwkomer Paul Gaugain en had als jeugdvriend , de schrijver Emile Zola
Gaugain was in 1848 geboren in Parijs ,maar zijn vader , journalist bij La Nation emigreerde voor 5 jaar naar Peru en stierf tijdens de reis .Toen hij 17 j was voer Gaugain als tweede stuurman op een koopvaardijschip tussen Frankrijk en Zuid-Amerika. In 1871 verliet hij , na zijn militaire dienst , de marine en werd effecten-makelaar met de steun van zijn oom . Met het daarmee verdiende geld kon hij trouwen met Mette Sophie , een Deens meisje dat als gouvernante in Parijs werkte , en hem de volgende 10 jaren , 5 kinderen schonk. Aan boord van de schepen had hij veel getekend , en de ontmoeting met Pissarro en de ontmoeting met de impressionisten zoals Corot van 1884 ,betekende een keerpunt waarbij Gaugain begon te schilderen Dégas kocht van hem zelfs enkele schilderijen. In 1884 ging hij met vrouw en kinderen naar Kopenhagen,waar de Deense familie van zijn echtgenote hem zeer vijandig bejegende. Met zijn tweede zoon Clovis keerde hij terug naar Parijs en liet Mette achter met de andere kinderen.Hij zou ze nooit meer terugzien. In 1887 vertrok hij naar Panama , dan naar het eiland Martinique en in 1891 naar Haiti .Terug in Parijs van 1893 tot 1895 , kon hij zich niet meer met het europese leven verzoenen en in 1895 verliet hij europa voorgoed om zich definitief in Haiti te vestigen. Hij trouwde er nog tweemaal met zeer jonge meisjes (13 jaar),waarvan ene nog een baby van hem ter wereld bracht, en hij stierf in 1903 aan exczema en een hartaanval .
Meer nog dan Gaugain , heeft Van Gogh zijn leven ,zijn sociaal engagement en zijn ellende op het doek gebracht. Dat sociaal engagement had hij van zijn vader , die dominee was te Zundert , Noord Brabant , waar zijn ooms kunsthandelaars waren. Werkend voor hun firma , ging Van Gogh van 1873-1874 naar Londen werken , waar hij verliefd werd op de dochter van zijn hospita , die reeds bleek verloofd te zijn .Deze teleurstelling stortte Van Gogh in een diepe religieuze krisis , en hij liep drie maanden stage aan evangelische school te Brussel.Daarna probeerde hij te werken in de mijnstreek van de Borinage in Wallonië ,maar na zijn pogingen om iedereen daar te bekeren tot het leiden van een christelijk leven , werd hij ontslagen. Hij vestigde zich weer in Brussel , waar hij lesgaf in anatomie en perspectief ,want hij had in zijn jeugd veel getekend.Van 1880 tot 1885 bestudeerde hij standaard-werken over kunst , en dat is dan zijn enige artistieke opleiding geweest. Hij werd hevig verliefd op zijn nicht Kee Vos , een weduwe met een zoontje,maar deze relatie liep op niets uit .In den Haag wonend , werd hij geholpen door zijn neef , Anton Mauve,maakte daar tenslotte ruzie mee ,en ging samenwonen met een prostitué , Sien die reeds een baby had en er een tweede verwachtte.Na twee jaar vluchtte hij weg ,naar de pastorij van zijn vader , die kort daarna stierf. Van Gogh kon zich van toen afaan nog enkel op zijn broer Theo verlaten . Al zijn relaties waren heftig , emotioneel , onstabiel, na met moeite aangeknoopte kontakten. Hij kleedde zich als landbouwer en ging toen de boeren schilderen te Nuenen in Nederland . Hij ontmoette Paul Gaugain ,waarna ze in 1888 gingen samenwonen te Arles in Frankrijk,in een gemeenschappelijke atelier-kamer ,maar maakte met deze alweer ruzie na korte tijd.
Op 23 december 1888 , viel Van Gogh ,Gaugain aan , en sneed zich die avond na een zenuwinzinking , een oor af . Van Gogh was lichtgeraakt en veeleisend ,en toen zijn broer Theo , die hem geldelijk onderhield , in 1890 trouwde en zijn echtgenote al het geld opeiste voor het huishouden , zag Van Gogh geen uitweg meer, liep het veld in , en schoot zich op 27 juli 1890 een kogel door het hoofd .
Cezanne de kaartspelers 1891 (63) Gaugain Hina Te Fa 1893 (64)
Gaugain drie Haitianen 1898 (65)
Gaugain (65a) , (65b),( 65c) en Van Gina Te Fatou 1893 (66)
Van Gogh de aardappeleters 1885 (67) Degas orkest van de opera (68)
Camille Corot (1776-1875) was een gewaardeerd landschapsschilder .De invloed van de engelse landschapsschilders , hield verband met het feit dat Pissarro en Monet tijdens de Frans-Duitse oorlog , een tijdlang in Londen hadden gewoond waar ze de schilderijen van John Constable ( 1776-1837) en William Turner (1775-1851) hadden gezien.
Constable: de hooiwagen (69 ) (won een gouden medaille op het Parijse Salon)
engelse stijl (70)
Tegen 1900 , waren er navolgers van het impressionisme in verschillende landen ,tot en met de dood van Claude Monet,de laatste grote exponent van deze kunst , in 1926 .
Wanneer een schilder een curve voorstelt op een klassiek , ofwel bijvoorbeeld abstract schilderij , is dat dan een dramatische werveling , die een gevoel uitdrukt , of een dynamische uiting van opgekropte energie, vertolkt door ingehouden spanning .of drukt de curve daarentegen een zekere (s-)loomheid uit , of zelfs een levensmoeheid ? Zovele vragen met evenveel antwoorden , afhankelijk van de ingesteldheid en de inspiratie van het moment waarop de waarnemer het schilderij bekijkt . De tegenhanger van een kromme , is in compositorisch opzicht , een scherpe hoek tussen twee lijnen ,die elkaar spanningsvol ontmoeten met een doordringende kracht .De lijnen kunnen bijvoorbeeld naar elkaar overhellende bomen voorstellen ,maar ook de hoek tussen het groeiende armpje en het lichaampje van een baby in de moederschoot , of een herder die steunt op zijn stok bij het leiden van een kudde schapen.Ze kunnen de geknakte mast uitbeelden van een vergaan schip t.o.v. het dek ,nadat het tegen een ijsschots te pletter is gelopen.De hierbovenstaande bedenkingen hebben vooral betrekking op vrij recente werken van kunstenaars die op hun schilderijen voorstellingen bedenken ,gebaseerd op composities met lijnen , krommen ,spiralen ,rechthoeken ,cirkels ,e.d.,kort samen-gevat : schilderijen uit " het modernisme " .
Bekijken we nu een eerste ander voorbeeld : "de slaap van de rede ,brengt gedrochten voort " ,geschilderd door de Spanjaard Goya . Het is een symbolisch werk ,waarin Goya duidelijk maakt , dat bewustwording , het proces van de fantasie tegenwerkt .
71 Ets in aquatint 1797 72
De menselijke figuur ,die de rede verpersoonlijkt ,slaapt , en Goya heeft deze toestand weergegeven in een ovale vorm , die passiviteit en berusting uitdrukt .
Boven deze curve ,heeft hij fladderende vleermuizen en uilen geschilderd , opgebouwd uit scherpe , hoekige vormen ,als verdierlijkte hoedanigheid van- en gestaltegeving aan- het geestelijk element in de mens. Zo zijn twee van elkaar gescheiden gevoelsgebieden aangesneden ,enerzijds het ronde menselijk kwetsbare en emotionele , anderzijds de hoekige vormen van het materiële . Dit is de dualiteit van licht en duisternis ,van de gekende wereld van het daglicht en de onbekende wereld van de diepe slaap en de droom ,zelfs het ocultisme ,de opwaartse en de neerwaartse beweging .
Een andere schilder ,William Blake ,is op dit thema ingegaan met zijn schilderij "de oude man " .
73 De bovenste helft van het schilderij stelt een cirkel voor , een uit de ruimte losgemaakte zon ,omgeven door roodachtig-oranje bestraalde wolken ,allen voorgesteld door krommen ,zoals de menselijke gedaante van de man zelf .
In het duistere gebied onderaan het schilderij , onderscheidt men enkel een grote donkere driehoek , die de compositorische tegengesteldheid uitbeeldt tussen de geestelijke wereld bovenaan , en de stoffelijke wereld onderaan .
Men zou dit kunnen vergelijken met de tegenstellingen vuur en water of lucht en zandige aarde . De naar omhoog gerichte punt van de donkere driehoek kenmerkt daarbij de opwaartse beweging , die in al ons streven aanwezig is ,maar ook het groeien van alle planten naar het licht toe . De zon is daarbij de centrale schijf van de compositie , onze schepper en levens- instandhouder volgens de aloude traditie van de indianen in Zuid-Amerika. De rol van de lucht als verspreider van de zaden van planten , wordt weergegeven door de wind die met kracht tegen de baard van de man blaast .
Als derde voorbeeld bekijken we "de schreeuw " door E. Munch ,waarin een krachtig kontrast tussen ovale vormen en rechte lijnen ,een bijna ondraaglijke spanning veroorzaakt .
74 Munch De Schreeuw 74a
Op en naast de brug domineren de rechte lijnen ,en in de zee en de lucht overheersen gebogen lijnen die onder vertikale of scherpe hoeken staan t.o.v. de rechte lijnen .De lijnen zijn nadrukkelijk ruw voorgesteld ,zodat ze de zintuigen bijna pijn doen.Dit kan ook gezegd worden over de ovaal-achtige vorm van het gezicht met een door pijn , angst of overdreven luid lawaai , verwrongen gelaatsuitdrukking en wijd geopende mond .De vertikaal geplaatste handen schieten naar omhoog uit het gebogen lichaam ,en schermen ofwel de oren af , of ondersteunen een gekweld hoofd .Alleen de twee figuurtjes aan de linkerkant van het schilderij , brengen enige rust teweeg in kontrast met de gepijnigde hoofdfiguur ,die met haar stille schreeuw de omgeving doet sidderen .Dit is een disharmonie ,omdat er geen binding is tussen de figuur op de voorgrond en de twee op de achtergrond.Daardoor ontstaat een druk , een pressie , de ex-pressie van de op dat ogenblik tegenstrijdige gevoelens .
75 Watteau
Bekijken we als vierde voorbeeld "de liefdestoonladder " van Watteau , waarvan de compositie zich op het eerste gezicht baseert op een eenvoudige driehoekige vorm.Deze verleent stabiliteit aan het schilderij met een stevige horizontale basis.Binnen de grenzen van de driehoek heeft Watteau een spanning tussen de twee hoofdfiguren geschapen door ze naar elkaar te laten toebuigen. Wanneer men de middellijn door de guitaar van de man begint te volgen ,kan men het schilderij ook op een andere basis-wijze bekijken ,namelijk met de driehoek verstoord tot een diagonaal die de guitaar volgt en een andere diagonaal , getrokken van de linker bovenhoek naar de rechter onderhoek , tussen de twee figuren door . Zo kan men verder gaan ontleden ,waarbij men tot de vaststelling komt ,dat het schilderij kan beschouwd worden als geometrisch opgebouwd uit een reeks ruiten en driehoeken ,waarbinnen de verschillende elementen van de afbeelding geplaatst zijn .
76 Watteau en hoedenmaakster : ontleding 77 Hoedenmaakster
Vijfde voorbeeld : " de hoedenmaakster " door Dégas .een schilderij dat zich-herhalende vormen toont , vormpatronen met contouren .De meest voorkomende aflijning , is deze van de cirkelvormige hoeden.Maar de afbeelding zit ook vol met andere rondingen : de boezem van de vrouw , haar rok ,de afgeronde hoek van de kist waarop de paarse hoed rust ,enz.Bovendien munthet schilderij uit door de plasticiteit van de licht- en schaduw-werking .
Als zesde en laatste voorbeeld , onderzoeken we de invloed van het gebruik van kleuren in een schilderij van Van Gogh : " Café-terras bij avond " .
78 Van Gogh Café-terras
Kleur spreekt ons gevoel aan , zoals de warme kleuren rood ,geel , die maken dat we ons opgewekt voelen , terwijl de koude kleuren blauw ,paars , groen ,grijs , ons deprimeren en emotioneel afremmen .
Rood is een opdringerige kleur ,die een gevoel kan doen ontstaan van opwinding, drama,agressiviteit,opwaarts gerichte spanning.De rode kleur zal de plaats waar ze geschilderd is ,meestal een voorgrond , naar voor trekken , terwijl blauw ,paars en groen ,zwart , het tafereel naar achter doen bewegen ,naar achter doen wijken . Claude Monet heeft deze techniek herhaaldelijk toegepast in al zijn bloemen-schilderijen ,waaronder bijvoorbeeld "het klaprozenveld". Daarin laat hij ook alle kleuren kontrasteren met hun komplementaire kleur: rood met groen, blauwmet oranje en geel met paars. Van Gogh heeft met roodachtige tinten zijn café-terras met stoelen ,naar voor getrokken , terwijl hij met een zeer donkerblauwe achtergrond , de sterrenhemel en verafgelegen gebouwen in de straat ,praktisch zwart geschilderd , heeft doen terugwijken .Merk daarbij het perspektief op ,dat vakkundig niet alleen toegepast is op de gebouwen ,maar ook op de menselijke figuren .
De twee gestalten rechts ,die de straat oversteken ,zijn groter voorgesteld dan de twee figuurtjes achteraan in het midden .
178 ,179 De Emmaüsgangers .
------------------------------------------
Caravaggio schildert een verhaal uit de bijbelse geschiedenis , waarin na zijn herrijzenis , Jezus op de weg van Jerusalem naar Emmaüs , twee van zijn discipelen ontmoet . Het schilderij toont het ogenblik waarop diezelfde avond hij zich aan hen openbaart tijdens het diner , door het breken van het brood . Het wordt de twee mannen plots duidelijk dat hun dode leermeester is teruggekomen . Hun verbazing is adembenemend weergegeven , terwijl de herbergier verbijsterd , en niet begrijpend , toekijkt . De rechts gestilderde discipel reageert het theatraalst . Zijn uitgestrekte armen herinneren aan de kruisiging . Deze houding kontrasteert met de even plotse ,maar minder heftige reaktie van de links geschilderde discipel.
Caravaggio schildert in het midden een jeugdige , baardloze Christus ,omdat hij afstand genomen heeft van de angsten en het lijden tijdens de kruisiging en volgens het evangelie zou verschijnen in een andere gedaante . Te midden van rijke , donkere kleurtonen en de omringende schaduwen , baadt zijn gezicht in het licht , dat van links komt , de gebruikelijke positie van de lichtbron in de schilderijen van Caravaggio .
De naar voor gebogen herbergier staat in de lichtstraal ,maar zijn schaduw valt niet op de centrale hoofdfiguur ,maar op de muur ,samen met de schaduw van de linkse discipel , waarmee Caravaggio bedoelt dat niets of niemand zijn hoofdfiguur in de schaduw kan stellen .
250 , 251 : Goya : de derde mei 1808
---------------------------------------------
De derde mei 1808 is een schilderij dat gewijd is aan de gewelddadige onderdrukking en de daaropvolgende massa - executies van Spaanse burgers , die op 2 mei 1808 in opstand waren gekomen tegen de Franse bezetters .
In het vuurpeleton zijn de soldaten afgebeeld als bijna gezichtloze automaten Hun lichamen zijn met elkaar verbonden als een of andere vernietigings-machine.Ze staan bijna onmogelijk dichtbij hun slachtoffers , hetgeen de gewelddadige en tragische aard van het tafereel benadrukt . De aandacht wordt speciaal gericht op de man die met uitgestrekte armen op zijn knieën zit en op het punt staat doodgeschoten te worden.De gezichten van de lotgenoten rondom hem drukken wanhoop en doodsangst uit.Goya schept hier het wrede beeld van een slachthuis ,waarin het bleke hemd van de geknielde man weinige ogenblikken later zal doordrenkt zijn met rood bloed .Op de voorgrond ligt reeds een dode man met gezicht in een plas bloed . Hij is in perspectief getekend met zichtbare verminkingen in het gezicht en zijn uitgestrekte armen duiden op een laatste smeekbede , zoals de armen van het nog levende slachtoffer dat weldra deel zal uitmaken van de stapel dode lichamen op de grond .
Toen koning Ferdinand VII in 1813 weer aan de macht kwam ,stuurde Goya hem een verzoek tot " het herdenken van deze belangrijke en heldhaftige akties en taferelen van onze opstand tegen de tiran van Europa " .
62 Het ontstaan van de melkweg 1580 door Jacopo Tintoretto
Gaius Julius Hygienus , een bibliothecaris van keizer Augustus in de eerste eeuw voor Christus , verklaarde het ontstaan van de melkweg als volgt :
" de oppergod Jupiter had een voorliefde voor sterfelijke vrouwen .Eén van hen ,Alcmene , schonk hem een zoon met de naam Hercules . Toen zijn eigen echtgenote , de godin Juno , eens een dutje aan het doen was , drukte hij de baby Hercules tegen haar borst om hem van de melk van de onsterfelijkheid-wording te laten drinken . De godin werd wakker en sprong verschrikt op .Bij die beweging spoten de melkdruppels in het firmament ,waar ze meteen in sterren veranderden . Juno beval daarop aan twee slangen de geadopteerde baby te vermoorden ,maar het jongetje was inmiddels al onsterfelijk geworden en zeer krachtig door het drinken van de melk , en hij wurgde de slangen ".
De Venetiaanse kunstschilder Jacopo Rubusti , beter gekend als Tintoretto , had een voorliefde voor theatrale effekten . Toen Tintoretto , in Venetië , tussen 1578 en 1580 , de melkweg schilderde , had hij het erg druk met het uitvoeren van allerlei schilderijen in staatsopdracht .Alleen met behulp van assistenten ,kon hij aan de grote vraag naar zijn werken voldoen . De melkweg heeft hij echter helemaal alleen geschilderd , en wel twee keer.Toen de National Gallery in Londen het olieverfschilderij in 1972 restaureerde, bleek dat zich onder het verfoppervlak een eerste versie bevond ,met dezelfde voorstelling maar snel en impulsief geschilderd , dus niet zo mooi uitgewerkt.Waarschijnlijk is de reden voor de overschildering van deze oorspronkelijke versie te zoeken in het feit , dat nog vóór de voltooiing van dit eerste schilderij , als potentiele koper , keizer Rudolf II ten tonele verscheen , die besloten had kunst te gaan verzamelen .Deze koper stelde toen de hoogste kwaliteitseisen aan het "fabeltjes-schilderij ,waarbij Jupiter een kleine Bacchus tegen de boezem van Juno houdt " .Hercules werd dus hier Bacchus (de drinker ) genoemd , en het schilderij kreeg een plaats in het keizerlijk paleis te Praag .
Praag werd in 1648 door Zweedse troepen veroverd , en de soldaten namen de schilderijen van Rudolf II mee als oorlogsbuit . Hierdoor werd het schilderij over een derde van zijn oppervlakte beschadigd . Een schets die de keizerlijke hofschilder Jacob Hoefnagel te Praag van Tintorettos schilderij maakte ,laat zien hoe het doek er oorspronkelijk uitzag .Op die schets is onderaan ook een tweede naakte vrouw te zien , die waarschijn-lijk Jupiters geheime minnares Alcmene voorstelt , want ze is geschilderd in een aardse omgeving .Ze ligt op de grond tussen lelies , die zouden ontstaan zijn door verloren gegane, niet ten hemel gerichte , maar naar de aarde neervallende melkdruppels . Deze variant op de legende ,komt voor in een Byzantyns traktaat over plantkunde dat in 1538 in Venetië gepubliceerd werd , dus nog vóór Tintoretto zijn schilderij maakte , maar waarin hij het motief voor zijn inspiratie zou gevonden hebben , en hij schilderde de climax van deze legende, namelijk het moment dat de naakte Juno ligt te slapen op een wolken-bed , hoog in de hemel ,en een verschrikte beweging maakt op het ogenblik dat Jupiter de baby met zijn mond tegen haar borst duwt . De schilder kende ook een dokter , die in het bezit was van een medaille , waarop het wapenschild van zijn familie stond , en waarop Hercules aan de borst van Juno afgebeeld was ,inclusief sterren en lelies.Deze dokter had ook natuurkunde en sterrekunde ge-studeerd .Hij was steenrijk geworden door de verkoop van allerlei drankjes , en had Tintoretto verschillende schilderijen laten vervaardigen , zoals gebleken is uit meerdere teruggevonden kwitanties .Daarop is de ijdele dokter , die ook een borstbeeld had laten vervaardigen op de facade van een kerk ,waarvoor hij duur betaalde ,vereeuwigd met zijn door Tinto-retto voorgestelde kop op een aantal schilderijen over de heilige Marcus
De eerst geschilderde versie van de Melkweg ,was klaarblijkelijk ook besteld door deze dokter , tot de in 1576 gekroonde keizer Rudolf II op-dook , die zich op staatsieportretten graag liet afbeelden met leeuwenvel en knots , de attributen van Hercules . Het kostte de keizer dus niet veel moeite als heerser en overheerser, het schilderij van de oorspronkelijke besteller , de dokter , af te snoepen . In 1583 verliet hij Wenen ,en trok zich in Praag terug in het koninklijk paleis , als rooms-duitse keizer , die behalve drie Tintorettos ,ook schilderijen verzamelde van Dürer en Titiaan .De keizer is nooit getrouwd en had geen nakomelingen . Hij hield van het "visueel genot bij het bekijken van schilderijen " .Hij liet ook een sterrenwacht bouwen , vlakbij Praag , voor het bekijken van de sterren -hemel ,nadat hij de theorie van Johan Kepler (eveneens te Praag ) over de telescoop had bestudeerd .Rudolf II werd aldus bekend als bevorderaar van kunsten en wetenschappen .
69 Caravaggio schildert Judith en Holofernes : de onthoofding van Holofernes
De ware naam van Caravaggio was Michelangelo Merisi ,geboren in 1571. Bij een siciliaanse kunsthandelaar moest hij oorspronkelijk drie koppen van mensen ,per dag schilderen , in ruil voor wat eten ,vooral rauwe groente , in een Lombardisch dorp ,bij Bergamo .In 1590 vertrok hij naar Rome.
Aan het einde van de 16e eeuw , de periode waarin Caravaggio zijn schilderij in Rome maakte , stonden in deze hoofdstad veel aktiviteiten in het teken van de gewelddadige strijd tegen ketters .Het was de tijd van de contra-reformatie. De katholieke kerk probeerde de gebieden terug te veroveren ,die in de eerste helft van de 16e eeuw,afvallig waren geworden. Engeland ,Zweden en delen van de Nederlanden ,Frankrijk , Duitsland en Zwitserland ,hadden de ideeën van Luther en Calvijn overgenomen .Ze erkenden de pauselijke autoriteit niet langer en betaalden ook geen be-lastingen meer aan Rome . De verzamelde kerkvertegenwoodigers , slaagden er in geestelijke vernieuwingen door te voeren , en van de kerk een slagvaardige organisatie te maken .Het bestuur van de kerk werd in Rome gecentraliseerd en de religieuze orden kregen meer macht,vooral de jezuïten die op militaire wijze , ketters simpelweg uitroeiden .Dit gebeurde ook in Parijs waar in 1572 duizenden hugenoten werden vermoord omdat ze het geloof van hun koning niet aannamen .De protestantse vorsten moesten er ook aan geloven , ze werden vogelvrij verklaard , en katholieke religieuze fanaten brachten hen om het leven , waaronder Willem van Oranje , en Hendrik IV van Frankrijk . Elizabeth I van Engeland overleefde een aantal aanslagen .
Een bekoorlijke , rijke weduwe , had haar rouw afgelegd .Judith was voor veel godsdienstfanaten , het lichtend voorbeeld van de moordenares op ketters,waarbij ze gevoelloos en vastberaden te werk ging. Eén van haar slachtoffers , Holofernes , moest stervan , omdat hij " heiden " was ,die de joden wilde dwingen een Assyrische koning , in plaats van Jehova , te aanbidden . Op het ogenblik dat ze wist dat Holofernes zich bedronken had en weerloos op zijn bed lag uitgestrekt , drong ze zijn woonst (waarschijnlijk een tent) binnen , en met de woorden van " god van Israël , geef mij de kracht " , greep ze zijn zwaard en sneed hem de keel over . Daarna liet ze het zwaard nog tweemaal op zijn nek neerkomen tot ze het afge-slagen hoofd in haar handen hield en het overhandigde aan haar kamenier , zeggend " steek hem maar in de levensmiddelentas " .
Toen Caravaggio deze gebeurtenis in 1599 schilderde ,hield hij zich aan de beschrijving uit de bijbel , maar hij liet de kamenier niet buiten wachten,maar beeldde haar naast haar bazin af , omdat de gerimpelde huid van de helpster een welkom kontrast vormde met de perzikhuid van de executeerster .Caravaggio heeft als model voor deze laatste , zijn geliefde Lena gekozen , het meisje dat volgens een politieverslag uit 1605 ook wel als prostitué werkte op de Piazza Navona . Het is geweten dat veel geestelijken en pelgrims , met deze armoedige vrouwen het bed deelden in ruil voor wat " liefdadigheid " .In het heilige jaar 1600 telde Rome meer dan een miljoen bezoekers , waardoor de meisjes uiteindelijk toch een behoorlijk inkomen hadden ,overwegend dat er weinig andere mogelijkheden waren om geld te verdienen , want Rome kende geen handel of nijverheid.
Andere kunstenaars ,beeldden Judith af met het hoofd van Holofernes in de hand.Caravaggio toont echter het wrede ogenblik van de onthoofding zelf. Dit is niet ongewoon in die periode, waar elke kunstenaar op de markt hoofden kon kopen die vastgespijkerd tegen een houten wand , als souvenir aangeboden werden door de kerkelijke staat , die alle " bandieten " uitroeide , zon 27000 per jaar .Elke dag werden " verse " hoofden van pas onthoofden aangevoerd . Toen de 22-jarige Beatrice Cenci in 1599 onthoofd werd , wegens de moord op haar vader , stond Caravaggio erbij te kijken .Het hoofd werd daarna eerst voor het groot publiek tentoongesteld , liggend op een zwarte doek , en s avonds verlicht door twee fakkels , vooraleer het te koop aangeboden werd . Dit verklaart waarom Caravaggio gefascineerd raakte door onthoofdingen , waarvan hij er nog talrijke schilderde , onder meer in 1603 en 1608 . Waarschijnlijk is de geschilderde Holofernes een zelfportret,waarin hij zich op masochistische wijze identificeert met een slachtoffer van bruut geweld . Sommigen zeggen dat Caravaggio een sadist was . Hij weigerde te schilderen naar het schoonheids-ideaal van de Renaissance . De maagd Maria schilderde hij als een opgezwollen lijk , opgevist uit een rivier.
Vrouwen werden met gerimpeld gezicht en verweerde handen geschilderd . Hij heeft nooit een mooi naakt model geschilderd ,enkel geweld , behalve dan als uitzondering de Emmaüsgangers ".
Hij bracht twee personen om het leven door messteken en was steeds bereid om te duelleren en te vechten . Daardoor moest hij ,achtervolgd door de politie , Rome ontvluchten . Van toen af ,leed hij aan vervolgingswaanzin . In 1610 stierf hij in miserabele omstandigheden in ballingschap .
129 De dood van Marat 1793 door Jaques-Louis David
De Parijse journalist Jean-Paul Marat lag in zijn bad , waar hij verlichting probeerde te vinden voor een huidaandoening , en tegelijkertijd drukproeven van zijn krant verbeterde . Charlotte Corday , een jonge aristocratische vrouw uit de provincie , was op aanwijzing van Marat zelf , nadat ze aangebeld had , het huis binnengedrongen tot in de badkamer ,en ze bracht de man om het leven met een messteek . Dit gebeurde op 13 juli 1793.
Daarmee had de Franse revolutie er een martelaar bij , want Jean-Paul Marat was een van de populairste revolutionairen en hij werd vereerd door de armen voor wie hij het in zijn blad " LAmi du Peuple " = de Volksvriend , steeds weer opnam . De royalisten haatten hem echter , en iedereen wist dat hij verantwoordelijk was voor de septembermoorden , waarbij de gevangen tegenstanders van de revolutie massaal afgeslacht werden . In januari 1793 had hij ook een beslissende medestem uitgebracht over de executie van de koning . Jacques-Louis David had ook voor de executie van de koning gestemd . David was ook de regisseur van het feest van de revolutie , een groot propagandistisch spektakel waarbij de pracht en praal van de Renaissance tentoon gespreid werd . Al degenen die echter vroeger daartoe bijgedragen hadden ,waren er niet meer .De vorsten waren afgezet en onthoofd , de priesters waren verjaagd en alle kerken gesloten. David kreeg de officiële opdracht om van de moord op Marat een propaganda-schilderij te maken . Het werk van 165 cm x 128 cm is te bekijken in het Koninklijk Museum voor schone Kunsten te Brussel . De vermoorde journalist werd in een voormalige kerk opgebaard met ontbloot bovenlichaam , zodat iedereen de dodelijke wonde goed kon zien . De badkuip stond er , samen met de houten kist ,die hij als tafel gebruikt had , inclusief inktpot en ganzenpen. De voorwerpen werden als relikwieën behandeld en tijdens de rouwstoet weerklonk elke vijf minuten een kanonschot .
Veel schilderijen van David zijn bewaard gebleven . Hij werd zowel beïnvloed door de Renaissance als door de antieke kunst van de Romeinse oudheid .David had een voorkeur voor grote formaten en grootste gebaren.De compositie was monumentaal maar bijzaken liet hij weg .Door de grote afmetingen van zijn schilderijen kon het publiek ze ook van op afstand bekijken , en dat was in die periode ook wel de bedoeling om de volksmens artistiek gevoel bij te brengen en tegelijkertijd ,de propaganda - machine te dienen .
De moeder van de jonge Marat was een Zwitserse , en zijn vader was een monnik. Hijzelf studeerde medicijnen en natuurkunde ,en hij schreef een verhandeling over kleuren . Hij bleef ondanks hard werken , arm , en in 1774 , vijftien jaar vóór het uitbreken van de Franse revolutie , publiceerde hij in Engeland " de ketenen van de slavernij : over de gewetenloze uitbuiting van het volk door de vorsten " . In 1789 ,het eerste jaar van de revolutie , richtte hij de hierbovenvermelde Volkskrant op .Hierin schreef hij onder meer zeshonderd afgehakte hoofden zullen onze vrijheid en ons geluk garanderen , gericht tegen royalisten , profiteurs, bourgeoisie ,adel, en de rijken . Alhoewel Marat dus in de grond een fanatieke demagoog was geweest , schilderde David hem in de dood met de verheven gelaatstrekken van een deugdzame held .David had Marat de dag voor de moord nog bezocht en hij had het papier en de inkt op de provisorische tafel , de kist die voor de badkuip stond , nog goed in het geheugen . In werkelijkheid stond de badkuip voor een muur waarop zuilen geschilderd waren , maar David heeft in plaats daarvan gekozen voor een sobere , donkere achtergrond , zijn stijl huldigend om details weg te laten , en vooral om de aandacht van de kijker te concentreren op de hoofdfiguur.
Op de kist ligt een bankbiljet en een brief ,waarop te lezen is : " geef dit biljet aan de moeder van vijf kinderen , van wie de echtgenoot voor de revolutie gestorven is ". David heeft met opzet de houding waarin Marat met bengelende arm op een wit laken over de badkuip naar beneden overhelt , vergeleken met die van Christus , zoals deze laatste door sommigen bij de kruisafdoening geschilderd werd , alhoewel David zelf een ongelovige was , die eraan meegeholpen had , priesters te helpen executeren .
Het geschilderde mes , vooraan links op het schilderij , werd door de 24-jarige moordenares Charlotte de Corday , de dag daarvoor gekocht . Ze stamde uit een verarmd adellijk geslacht ,en was afgestudeerd aan een van de duurste kloosterscholen van het land. Haar vader en oom die priester was ,waren het land uitgevlucht , en haar verloofde en zijn broer waren door de revolutionnairen terechtgesteld . Ze hekelde de huichelachtige demagogen die zich met geweld de macht over de Republiek hadden toegeëigend . Hiermee bedoelde ze onder meer Marat " die ze reeds vier jaren beu was ". Vier dagen na haar arrestatie , werd Charlotte op het schavot onthoofd .De beul wilde haar het aanzicht van de executie besparen door een zwart doek over haar ogen te leggen , maar ze duwde hem opzij , en legde zelf haar hoofd in het gat onder de valbijl van de guillotine .
147 148 151 Eugéne Delacroix (1798-1863) : 1827 : de dood van Sardanapalus .
De Assyrische koning Sardanapalus had zijn hoofdstad drie jaar lang tegen de Aziatische vijand verdedigd , vertelt de Griekse schrijver Diodorus in de eerste eeuw voor Christus . Maar toen de Eufraat buiten haar oevers trad en de stadsmuur vernielde , gaf hij zich gewonnen .Hij liet in zijn paleis een reusachtige brandstapel oprichten , met de bedoeling al zijn goud en zilver te verbranden , alsook de complete koninklijke garderobe . Vervolgens sloot hij zijn concubines , eunuchen en zichzelf op in de ruimte die in het midden van de brandstapel was uitgespaard en leverde zichzelf en zijn paleis over aan de vlammen . Alles ,waaraan hij plezier had beleefd , moest verdwijnen . Hij was een onverantwoordelijke egoïst , die als übermensch besliste over het in de dood jagen van tientallen vrouwen en concubines , samen met hun kinderen , en op zijn grafsteen stond : " ik heb gegeten , gedronken , en mij met de vele vrouwen altijd goed vermaakt " . Hij overtrof al zijn voorgangers in luxe en luiheid , en smeerde zich dagelijks van kop tot teen in met cosmetica die zijn huidskleur lichter maakten. ( cfr . Michael Jackson ) .
De toen bijna 30-jarige Eugéne Delacroix , schilderde hem op een groot doek , 3,95 meter bij 4,95 meter , uitgestrekt op een reusachtig rood bed , dat van de linkerbovenhoek tot de rechter onderhoek van het schilderij loopt . Helemaal bovenaan links ligt Sardanapalus ,lui uitgestrekt op het bed , terwijl hij zich door een meisje met Indische of Turkse tulband laat bedienen , die op een schaal een karaf wijn draagt met bijbehorend glas waarin een vergiftigd poeder gestrooid is "om hem het sterven te verzachten " . Het draagtafeltje is versierd met de Egyptische gevleugelde zon .Het meisje weet dat ze in de vlammen zal tenonder gaan . Het schilderij werd gemaakt voor het Parijse Salon van 1827/1828 , met de kenmerken van de Romantiek , hier een combinatie van erotiek en dood . Een doodsorgie wordt afgebeeld , waarin een donkere Nubiër zijn zwaard tot aan het handvat ramt in het paard van een aanvaller . De naakte vrouwen zijn al dood of staan op het punt doodgestoken te worden . Rechts bovenaan brandt het aangestoken vuur en brengt grote rookpluimen voort . Sardanapalus kijkt ongeïnteresseerd naar het spektakel , wel beseffend dat het zijn laatste momenten zijn . Hij toont hiermee opnieuw een totaal gebrek aan sociale en ethische normen , als voormalig absoluut heerser .Men weet ook dat deze aristocraat zich overgaf aan incestueuze relaties met de vele meisjes onder zijn groot aantal kinderen "met onrembare wellust en zinnelijkheid ,ziek van genotzucht " .
Eugene Delacroix heeft als typische romantische schilder gevochten tegen een bekrompen en materialistische maatschappij ,van mensen die de roemrijke veldtochten van Napoleon hadden meegemaakt , en die zich tevreden stelden met het tellen van hun geld , maar die zich daarbuiten verveelden .Delacroix zelf was een emotioneel , en hij heeft deze nuchteren door elkaar geschud met zijn hartstochtelijke taferelen ,en zijn hernieuwde belangstelling voor het exotische Oosten , de Oriënt : een niet - Europees fabel-en dromenrijk . In deze gedachtengang , heeft zonder twijfel de veldtocht of expeditie van Napoleon naar Egypte , een rol gespeeld , waar deze in 1798 een zege behaalde , vlakbij de pyramiden van Cheops . Dit leidde tot een belangstelling van vele kunstenaars , niet alleen Delacroix , voor dit nauwelijks gekende deel van de wereld . Ze schilderden ook de wreedheden , begaan tijdens de oorlog van de Grieken tegen de Turken , als verlangen naar verandering , om te ontsnappen aan het verstikkend maatschappelijk klimaat in Europa . Delacroix had reeds als schooljongen , tekeningen van Turken en hun harems gemaakt. In 1832 reisde hij , als begeleider van een Frans diplomaat , naar Marokko en Algerije. Hij schreef : " door hetgeen ik gezien heb , ben ik overweldigd en gefascineerd ". Delacroix hield ook van paarden .Hij tekende ze al vanin zijn jeugd en beelde ze af in zijn schilderijen , zoals onderaan links in het Sardanapolis schilderij : het paard is met zijn in staartjes gevlochten manen en zijn gouden versieringen bijna zo mooi gemaakt als een vrouw . Hiermee wordt ook verwezen naar het feit dat Sardanapolis zich soms verkleedde en optuigde zoals een vrouw , met kostbare sieraden en in vrouwengewaden . Het geschilderde paard symboliseert ook de onstuimigheid van de Arabische volbloed .
153 156 Adolph Menzel : Het fluitconcert van Frederik de Grote in Sanssouci 1850
Frederik de Grote , of Frederik II van Pruisen , was tussen 1844 en 1852 , erg geliefd als muzikant . Als fluitspeler , werd hij zelfs het middelpunt van een opera , getiteld : een legerkamp in Silezië .Het stuk ging in 1844 in premiere ter gelegenheid van de opening van het nieuwe konink-lijke operagebouw in Berlijn .Toen hij nog niet zo lang koning was , bracht Federik II eens incognito een bezoek aan Nederland. Omdat hij niet herkend wilde worden , deed hij zich voor als rondreizende fluitist. In een Amsterdamse herberg bestelde hij pastijtjes .maar de eigenares twijfelde of hij wel in staat zou zijn te betalen . Zijn metgezellen verzekerden haar , dat hun vriend een vertreffelijk muzikant was , en hij in 1 uur spelen , het geld voor het bestelde , kon betalen .De herbergierster vroeg Frederik toen iets te spelen ,wat hij ook deed . Ze raakte helemaal in vervoering door het spel , en begon meteen het gevraagde te bakken...
In 1850 begon Menzel het fluitconcert te schilderen . In 1852 was het voltooid en het hangt nu in de National Gallerie te Berlijn .De plaats van de handeling is het paleis Sanssouci te Potsdam , maar dan wel een honderdtal jaren vroeger ,rond 1750 . Om het schilderij te kunnen maken , heeft Menzel opzoekingswerk verricht in geschriften van adellijken , die Frederik II goed gekend hadden . Zolang de koning recht staat , mogen de gasten niet gaan zitten . Enkel de pianist zit neer aan de cembalo , een voorloper van de piano ,(zoals het clavecimbel ),en degene die de bladen van de partituur omkeert , of een quatre-main pianospeler . Alle anderen staan recht ,behalve enkele adellijke dames .Het zijn degenen die het geluk hadden , uitgenodigd te worden . Het was inderdaad een eer , voor een avondconcert in Sanssouci , uitgenodigd te worden . Iedereen kwam dan , ook degenen die zich niet voor muziek interesseerden , zoals de uiterst rechts geschilderde man ,die Pierre Louis Moreau de Maupertuis is, een wiskundige en geograaf die als eerste bewezen heeft , dat de polen van de aarde afgeplat zijn . Voltaire ( Frederik II sprak beter frans dan duits ! ) werd vroeger ook uitgenodigd , maar hij had de koning eens beledigd , en sedertdien mocht hij niet meer komen . Graaf Gustav Adolf von Gotter , die Pruisisch gezant te Wenen was , en daarna hofmaarschalk aan Frederik s hof ,staat met een pruik afgebeeld .Hij was vaak op reis om bijzondere missies te volbrengen .Frederik nodigde geen ministers of officieren uit op zijn muziekavonden , maar oude bekenden en vrienden , die overconversatietalent beschikten . Van zijn drie broers , met wie hij in geen goede verstandhouding leefde , is er ook geen spoor te bekennen. Ook zijn echtgenote ontbreekt , met wie hij gedwongen werd in het huwelijk te treden , door zijn vader Frederik Willem I . In feite leefden ze gescheiden , hij te Potsdam en zij in Berlijn ,en ze hadden dan ook geen nakomelingen . De vrouw onder de kroonluchter , is Frederiks zuster Wilhelmina die getrouwd was met de markgraaf van Bayreuth . In haar jeugd was ze een grote steun geweest voor haar drie jaar jongere broer , die erg leed onder de barbaarse strengheid van hun vader en de gevoelloze opleiding aan de militaire academie . Ze is de enige vrouw in zijn leven geweest voor wie hij een blijvende genegenheid koesterde . Wilhelmina had nog een zuster , Amalia die ongetrouwd bleef en overste werd van een protestants vrouwenklooster , dit door toedoen van Frederik II , die ze daardoor in feite van het hof verwijderde . Mendel schildert vier vrouwen ,waardoor de indruk ontstaat dat Frederik II op vrouwen gesteld was . Dit is onterecht , want de koning moest niet veel van hen hebben ,en had in tegenstelling tot de meeste vorsten in zijn tijd , geen minnaressen . Hij omringde zich bij voorkeur met intellektuele mannen. Over zijn hofdames sprak hij als over " akelige wijven die men van ver kon ruiken en waarvan de mooisten binnen de kortste tijd verdwenen door te trouwen " .
Tijdens het bespelen van de dwarsfluit , beheerste Frederik het instrument tot in de perfectie op gebied van toonvorming ,vingertechniek en voordracht . Hij componeerde zelf verschillende sonates . Zijn fluitleraar was Johann Joachim Quantz ,voor wie hij veel waardering had , en die voor hem driehonderd werken componeerde . Hetzelfde kon niet gezegd worden van Carl Philipp Emanuel Bach ,( één van zonen van Johan Sebastian Bach , in 1750 overleden) die hem begeleidde op de cembalo , een voorloper van de piano. Op het eerste zicht lijkt deze zich op de koninklijke solist te concentreren , maar de aandachtige toeschouwer kan zien dat zijn gelaatsuitdrukking afwijzend en neerbuigend is . Dit ligt aan de aard van Bach zelf , die in muzikaal opzicht geen andere mensen boven zich duldde , en dat ook liet merken . Alhoewel hij de koning 28 jaar begeleidde , werd hij veel minder betaald dan Quantz , of bijvoorbeeld een Italiaanse zangeres . Door een clausule in het kontrakt , verhinderde Frederik , dat Bach in een ander land een beter betaalde job zou zoeken. In 1767 lukte dat wel , en Bach mocht naar Hamburg reizen om daar Georg Philipp Telemann als muziekdirekteur op te volgen .
5 Enkele van de honderden vrouwen die schilderden.
Vrouwen , die schilderden in de loop van de kunstgeschiedenis . ----------------------------------------------------------------------------
Als
men zowel de schilderkunst , als de geschiedenis van de muziek
overloopt gedurende de diverse decennia en eeuwen ,krijgt men de indruk
dat enkel mannen schilderden.
Dit is te wijten aan de eeuwenlange achteruitstelling van de vrouw . Bedenken we bijvoorbeeld ,dat in ons eigen land , België , de vrouw pas stemrecht verworven heeft in 1952 . Ook nu nog wordt de vrouw 5% tot 15% minder betaald dan de man voor een gelijkaardige job , en dit afhankelijk van de leeftijd van de vrouw .
Het is ook bekend dat niet Einstein de
relativiteitstheorie uitgevonden heeft ,maar zijn eerste echtgenote ,
die een zeer bekwame licenciate in de wiskunde en in de
natuurwetenschappen was .De rest van zijn idee heeft hij gepakt uit
geschriften die binnenkwamen op het oktrooi-bureau in den Haag , toen
hij daar werkzaam was . Iedereen weet dat Einstein een minder dan
middelmatig student was aan de universiteit , toen hij studeerde
en regelmatig gebuisd was . Hoe een dubbeltje
rollen kan door de kortzichtigheid van degenen die verblind waren door
de schijn ,en niet de vrouw achter hem gezien hebben .
De
film-"thrillers" , met andere woorden , de "horror"-films
,gemaakt door Alfred Hitchcock , met " a spoon of
horror " , een lepel verschrikking , daarvan was het verhaal , het
scenario , de gehele opvatting , niet door hem geschreven en tot in de
details uitgewerkt , maar door zijn echtgenote . Hij stak dus de
pluimen op zijn hoed ,en ging met de eer en de roem lopen in de ogen
van de gehele wereld ,terwijl zijn vrouw alles uitgedacht
had , en zij de werkelijke motor achter het hele opzet was .
De zuster van Mozart die 80 jaar oud geworden is , terwijl Mozart zelf geen 40 jaar oud geworden is door een geslachtsziekte , zei " ik speelde veel beter viool dan hij ,maar bij onze optredens voor koningshuizen en andere adellijke gezelschappen ,werd altijd over hem gesproken , hij werd in het daglicht gesteld , en ik bleef in de schaduw ". Ze haatte de mannen en heeft nooit willen trouwen . Gelukkig bestaan er van de familie Mozart een aantal mooie schilderijen ,waar men de Mozart's dochter/zuster onder meer clavicord ziet spelen ,een voorloper van de clavecimbel en van de piano , in gezelschap van haar broer en haar vader .
De vrouwen zijn zich de voorbije jaren bewust geworden van hun waarde als kunstenaressen , en ze zijn beginnen boeken daarover publiceren . Tot nu toe heb ik er drie gevonden in onze bibliotheken maar ook op het internet komen nu talloze sites voor met schilderijen van vrouwen .
In een bibliografie zal ik alle geraadpleegde werken
vermelden over alle hoofdstukken betreffende de schilderkunst , die ik
op het ogenblik op de PaintingHistory- site aan het zetten ben . Dat
zijn dan zowel de talloze boeken over schilderkunst die men in bibliotheken als in Deurne en Schoten kan vinden en in de centrale bibliotheek te Antwerpen-stad , alsook de internet-sites , waar soms op 1 enkele site , duizenden schilderijen aangeboden worden .
Willy Acke , december 2004
P.S. Voor schilderijen door vrouwen , kijkt U ook naar :
04 Dansen in de schilderkunst . -------------------------------------
De Zuid-Amerikanen zeggen : "bailar es synonimo de vivir " : dansen is synoniem met leven . Dat hebben een groot aantal schilders , niet alleen in Latijns-Amerika , maar door de eeuwen heen in alle landen , vertolkt in hun schilderijen ,waarvan er in de foto-map met dezelfde naam slechts een handvol afgebeeld zijn . Bij de hierbijgaande afbeeldingen van schilderijen , zitten er ook twee fotos uit musicals , de fameuse dansfilms met Fred Astaire en Gene Kelly en hun gracieuze partnerinnen zoals onder meer Cyd Carisse , die met beide vernoemden in verschillende films danste . Naar dergelijke fotos of film-uittreksels kan men ook schilderijen maken . Dat is dan natuurlijk weer een andere stijl ,dan zelf een danspaar uit te denken en op doek te zetten ,of naar dansende paren als modellen te schilderen in een ballroom of danszaal .
/ W.A.
P.S. Deze schilderijen zijn niet genummerd , en ook de periode in de kunstgeschiedenis is niet vermeld , net zoals bij de rubriek "schilderende vrouwen door de eeuwen heen ".
De Renaissance is de uitloper van de Gothiek , die zelf volgde op de Romaanse kunst. Renaissance kunst betekent in feite " herboren kunst uit een nieuwe tijd ".
Het schilderij heeft niet langer een dienende funktie ,maar daagt de kijker uit met meer perspektief en gedurfde afmetingen , portret als de juiste weergave van het individu en beginnende landschapschilderkunst als juiste weerspiegeling van de natuur. In Italië gebeurt dit onder meer door Botticelli en in de Nederlanden door de gebroeders Van Eyck , Rogier van der Weyden , Memling en Jeroen Bosch ,deze laatste als schepper van spookachtige beelden en kreupele bedelaars .De duitsers worden zich van de nieuwe stijl bewust door de reizen van Albrecht Dürer (1471 -1528 ) naar Italië ,vooral naar het progressieve Florence . Het was de tijd dat oud duits en oud nederlands sterk op elkaar geleken .Ook de Italiaanse architectuur en beeldhouwkunst scheerden hoge toppen met mooie voorstellingen van het menselijk lichaam en daaromheen gedrapeerde gewaden en toga s ,met krachtig gemodelleerde driemensionele massa s .
Voor het eerst werd over de Rinascitá,de wedergeboorte van de kunst gesproken , waaronder niet een verwijzing naar de klassieke oudheid werd bedoeld,maar een nieuwe ervaring van de werkelijkheid naar het model van de reeds in 1350 verschenen Decamerone van Giovanni Boccacio . Giotto sprak over de herontdekking van de wereld en de mens ,de ruimte en het landschap.Leonardo Da Vinci voegde er aan toe , dat de natuur niet alleen moest afgebeeld worden ,maar in volmaaktheid moest getoond worden ,perspektief inbegrepen ,d.w.z. niet ontoelaatbaar mocht vereenvoudigd worden,maar voorgesteld naar de juiste zintuigelijke waarneming .Ook met mensen , afgebeeld met hun echte afmetingen en met het zelfbesef dat ze unieke persoonlijkheden waren ,niet meer de vernederende dwerggestalten waarmee ze in de middeleeuwen geschilderd werden om hun landheren te plezieren die hen als bezit mochten beschouwen. De wereldlijke schilderkunst van de middeleeuwen bestond vooral uit muurschilderingen in burchten ,kastelen en voorname stadhuizen ,waarbij de verf a secco ,d.w.z. op een reeds gedroogde kalkpleisterlaag , werd aangebracht .
Venetië en Toscana ( met Rafaël :1483-1520 ) , volgden Florence , zoals vele andere steden ,in de ommezwaai van het theocentrisch wereldbeeld naar een anthropo-centrisch wereldbeeld ,met de mens als middelpunt .
Pierro della Francesca 01 Giovanni Bellini 02
Gent en Brugge waren nijverheids-en handels-centra met internationale faam . Rogier van der Weyden (1400 -1464 ) verwierf in die tijd bekendheid .
Het Gentse altaarstuk dat bij ons begonnen was door Hubert Van Eyck ,werd na zijn dood in 1426 , afgewerkt in 1432 door Jan van Eyck ( + 1441 ) .Volgens Vasari (1550) was het Jan van Eyck , die de olieverftechniek had "uitgevonden " . Deze bewering was onjuist , alhoewel er in die tijd meer geschilderd werd met verf op basis van eigeel dan van olie , als bindmiddel .
03 04 05 06 07 08
Terwijl de Italianen de details vaak ,zonder te veralgemenen ,ondergeschikt maakten aan de grote vorm van het geheel , gaven de Vlamingen uit die tijd een overvloed weer van nauwkeurig bestudeerde details .Dit geldt ook voor de 15e eeuwse noord-Nederlandse schilderkunst waarbij het schilderen op houten panelen zich in de 16e eeuw tot een zelfstandig genre zou ontwikkelen ,met naast de vele landschappen , het stilleven . Voor noord-Nederland klopt de stelling , dat de Renaissance de grote kulturele verdienste van de gegoede burgerij was .
Samengevat ,kan men stellen,dat de Renaissance zich kenmerkt door de overtuigende afbeelding van lichaam,ruimte en landschap met juiste detailleringen .
Renaissance en Manierisme .
______________________
De verandering van het wereldbeeld door de vooruitgang in de natuurwetenschappen en de grote ontdekkingsreizen ( ontdekking van Amerika ,Oost-Indische Compagnie,... ) ,de politieke en sociale onrust ,de profane meditatie tegenover het religieuze , de stellingen (protestantisme) verkondigd door Luther ( + 1546 ) ,roept spanningen op , die in de schilderkunst worden weerspiegeld . Leonardo da Vinci introduceert vloeiende kleurovergangen inplaats van afgelijnde kleuren . Michelangelo volgt zijn spoor. Titiaan,Tintoretto,Giorgione en Veronese in Venetië , verbinden in hun prachtige schilderijen ,mens en natuur zoals nooit tevoren. In duitsland munten Dürer ,Holbein ,Grünewald ,Cranach en Altdorfer uit door kwaliteit en diversiteit . Hetzelfde kan gezegd worden van El Greco in Spanje . In de Nederlanden excelleert Pieter Breughel . Met de hierboven vernoemde grootmeesters in de late renaissance tot het jaar 1600 ,is de Europese en in het bijzonder de Italiaanse kunst ,een nieuwe weg ingeslagen door detaillering van de compositie en de monumentale schaal van de figuren.
09 10 11 12
Voorlopers en voortrekkers waren Piero della Francesca ( + 1492 ) en Giovanni Bellini ( + 1516 ). Titiaan (1490 - 1576 ) bestudeerde het werk van Leonardo da Vinci en van Rafaël . Voordat de duitser Dürer naar Italië reisde in 1507 ,maakte hij vooral houtsneden en kopergravures .Daarna sloeg zijn voorkeur voor deze lijntechnieken om naar het oplossen van contouren , en het moduleren van kleur.
Er ontstond een uitwisseling tussen noord en zuid , waarbij schilders uit de Nederlanden ( ook Rogier van der Weyden ) naar Milaan , Venetië , Florence en Napels trokken ,hetgeen zich in hun schilderkunst weerspiegelt ,maar ook Italiaanse meesters , ofschoon in beperkter mate , noordwaarts trokken ,een verkeer van kunstenaars dus in beide richtingen.Ook de Franse koningen en hoven nodigden Italiaanse kunstenaars uit om daar een tijdje te komen werken.
Vasari spreekt over Michelangelos " maniera " ( = werken met goede manieren , ook bij de overweldigend tastbare schilderijen op het plafond van de Sixtijnse kapel) , een term , het "manierisme " die doorgewerkt heeft tot in de barok ,waarbij gelet werd op het niet overschrijden van bepaalde esthetische grenzen in de door de kunstenaar geschapen ruimtelijke voorstelling , bestemd voor het kritisch oog van de toeschouwer .Men maakte echter ook voor het eerst afbeeldingen met picturale middelen , die de voorstelling bedrieglijk deed lijken (bv. een trap die niet eindigt..) , de zogenaamde " trompe-l oeil " .
Het ontstaan van een nieuw wereldbeeld was ook het gevolg van de ontdekkingen in 1409 door Christoforus Columbus,en van de vier ontdekkingsreizen naar Honduras en Zuid-Amerika van de Florentijn Amerigo Vespucci (1451-1512).
Vasco da Gamma (1460-1624) slaagde er over zee in , Indië te bereiken.In het derde en vierde decennium van de 16e eeuw wordt het nieuwe continent Amerika nauwkeuriger onderzocht en vanaf 1528 dringen de Spanjaarden vanuit Mexico diep binnen in Noord Amerika.In 1534 bezetten de Fransen , Canada.
De Pool Nicolaus Copernicus (1473-1543 ) bewijst dat de aarde bolvormig is en rond de zon draait ,idee overgenomen door de Italiaan Galileo Galilei (1564-1642) die ervoor in de ban van de kerk geslagen wordt , welke blijft volhouden dat de aarde een platte schijf is en het centrum van het heelal .
Michelangelo da Caravaggio (1537-1610) kombineert beweging , vormgeving en kleur ,net zoals Michelangelo Buonarroti (-> " de schepping ",:fresco in de Sixtijnse kapel) en Rafaël (1483-1520) . Leonardo da Vinci (1452-1519) schildert het laatste avondmaal en vele andere figuratieve schilderijen ,zoals ook Giorgione en Andrea del Sarto :
13 14 15 16 17 18 19 20
Correggio (1489-1534) schildert taferelen met vrouwelijk naakt in een natuurlijke omgeving van bomen,struiken en landschappen,zoals Tintoretto (1518-1594).
Titiaan (1473-1576) doet hetzelfde ,maar schildert ook rijkelijk aangeklede " voorname " vrouwen ,zoals "la bella " (1536).
Vermeldenswaardige niet- Italianen ,zijn Albrecht Dürer (1471-1528) die ook zelfportretten schilderde ,een uitzondering in die tijd ,Hans Holbein de jonge (1497-1553),Quentin Massys (1465-1530) traditioneel volgens oud-Nederlandse invloeden schilderend ,Lucas Van Leyden (1494-1533) en Maerten Van Heemskerck (1498-1574).
Pieter Brueghel de oude (1525-1569) was een meester in de uitbeelding van de menselijke dwaasheden met schilderijen zoals " de blinde leidt de blinde " , zijn " spreekwoorden " ," luilekkerland ",maar ook zijn gekende panelen met de toren van Babel , de oogst en jagers in de sneeuw ,waarin we hem leren kennen als aanschouwelijk landschapschilder .
El Greco (1541-1614) schilderde eigenhandig levensgrote figuren met plastisch gemodelleerde gestalten en een verfijnd kleurengebruik , zoals Titiaan .
21
In 1600 vertrekt bij ons de 23-jarige Peter Paul Rubens (1577-1640) naar het zuiden om er een dynamische overgangsfiguur te worden tussen de late Renaissance en de Barok .
Lee de Forest (1873-1961) Inleidende beschouwingen.
Strikt genomen , begint het tijdperk van de elektronica , in 1883 ,door
de uitvindingen van Edison . Zich inspannend om de koolstofgloeidraad
in zijn gloeilamp een langere levensduur te geven , sloot Edison dit
filament binnenin een metalen omhulsel ,dat achteraf de plaat of anode
zou worden in de diode van Fleming .Nog vóór Fleming ,had Edison
ontdekt , dat wanneer er een positieve potentiaal werd toegepast op de
plaat , en de negatieve pool van de batterij verbonden werd met de
gloeidraad , er stroom vloeide doorheen deze keten , maar niet meer
,wanneer men deze polariteiten omkeerde. Maar verder deed Edison niets
met de ontdekking van dit verschijnsel , "Edison-effect " genoemd , dat
hij wel neerlegde in een patent .Verder had hij het te druk met andere
ontwikkelingen op elektriciteitsgebied ,om zich nog verder in zijn
"effect" te verdiepen.
Lee de Forest.
Hier : Lee portret = collage van 4 fotos
Lee de Forest werd geboren in Council Bluffs ( Iowa/USA) op 26 augustus
1873 . Zijn moeder , Anna Margaret Robbins , was de dochter van een
Minister (zo genoemd: in feite een pastoor, hoog in aanzien) .
Toen hij nog maar zes jaar oud was , werd zijn vader , Henry Swift de
Forest , van oorsprong een Hugenoot , benoemd tot direkteur
van een school voor zwarten in Talladega , Alabama . Deze school werd
toentertijd genoemd "Vereniging van Amerikaanse missionarissen die
jonge negers opleiden tot geestelijke ".De ganse familie verhuisde naar
Alabama .Daar groeide Lee op ,oorspronkelijk door zijn vader
voorbestemd om dominee te worden ,zoals zijn grootvader.
De Secessie-oorlog was nog maar juist voorbij ,en het feit dat
vader deForest zich met "negers" bezighield was niet van die aard
om de sympathie te winnen van grote delen van de Alabama-bevolking.Op
school was ook Lee helemaal niet geliefd bij zijn medeleerlingen ,omdat
hij altijd op een goed blaadje wilde staan bij zijn leraars , en alles
deed opdat ze hem zouden loven en waarderen .Dit is een karaktertrek
die hem zijn gehele leven zou bijblijven . Hij voelde zich " beter dan
alle anderen",en daardoor werd hij weldra zonder vrienden "de
eenzaamste leerling van Alabama ".Hij stelde vroeg belangstelling in de
wetenschappen en vertelde later aan iedereen die het wilde horen,dat
hij zijn eerste dollar had verdiend ,door het opnieuw verzilveren
van de vorken en lepels van het keuken-couvert van een buurman . Op
13-jarige leeftijd bouwde hij als vervolg op deze ervaring , een
apparaat om grotere voorwerpen te verzilveren. Tegelijkertijd ontwierp
hij een stoom-locomotief , veel groter dan een speelgoed-trein , en een
fornuis met blaasbalg , om er metalen mee te smelten op hoge
temperatuur.
Lee mocht aan de Yale universiteit studeren voor werktuigkundig
ingenieur , en hij verwierf dit diploma in 1896.In 1897 werd hij
verplicht als soldaat zijn militaire dienst te vervullen,tijdens de
Spaans-Amerikaanse oorlog .In 1898 behaalde hij een doctoraat (Ph.D.)
met een proefschrift over de weerkaatsing van de electromagnetische
(Hertze) golven , die de uiteinden verlieten van evenwijdig gespannen
metalen draden .Dit onderwerp hield verband met de draadloze
radio-telegrafie ,een onderwerp waarvoor hij reeds vanin zijn jeugd
begeesterd was . Reeds op 16-jarige leeftijd had deForest aangekondigd
dat hij uitvinder wou worden . Deze ambitie groeide nog na het verlaten
van de universiteit , en weldra verwierf hij als uitvinder , faam en
fortuin ,met Nikola Tesla als zijn idiool.Hij heeft ook steeds gezegd
dat Marconi en Edison ,voor hem een bron van inspiratie waren .
Lee de Forest verwierf als uitvinder ,180 patenten op zijn naam .Zijn hoop op een Nobelprijs ging echter nooit in vervulling .
Wel heeft na de tweede wereldoorlog,de toenmalige president van de VSA
,Dwight D. Eisenhower,hem ter gelegenheid van de vijftigste verjaardig
van de uitvinding van de triode, warme persoonlijke groeten gestuurd.Ze
luidden : "door U als uitvinder ,zijn de moderne radio , televisie en
radar , werkelijkheid geworden .Moge je nog vele jaren voor de boeg
hebben ,om de vruchten van Uw werk en arbeid te plukken en er
voldoening aan te beleven ".
Hier figuur 1956
Loopbaan.
Als afgestudeerde van de Yale universiteit,kreeg Lee een baan bij
Western Electric in Chicago ,met een aanvangswedde van 8 dollars per
week.Het werk lag eigenlijk niet in de lijn van zijn universitair
doctoraat,want hij moest opzoekingswerk verrichten op dynamo s .
Omdat hij niet veel verdiende ,en hij zijn huishuur moest betalen
in Chicago waarnaar hij verhuisd was , probeerde hij wat geld bij te
verdienen met de vertaling van technische artikels. Daarmee richtte hij
thuis een klein laboratorium in , en om de kosten van het dagelijks
leven te kunnen betalen kocht hij geen kleren en geen schoenen meer ,
en liep er steeds verwaarloosd bij.Een professor van het "Armor
Institute of Technology " was dit te weten gekomen en bood hem
aan ,drie uren les te geven aan dat instituut ,waarvoor hij dan de
ganse week mocht beschikken over het laboratorium van deze
inrichting.
Omdat het hem niet beviel voor anderen te moeten werken,en omdat de
radio-telegrafie hem boeide ,wou Lee een eigen radio-systeem ontwerpen
dat losstond van de patenten die Marconi verworven had .Hij wou
daarvoor een eigen bedrijf stichten ,maar had daarvoor in feite niet de
nodige commerciële basis-opleiding .Bij Western-Electric vond zijn
streven naar nieuwe radio-ontwikkelingen geen weerklank , en zijn
oversten zegden " Luister eens , deForest ,nooit zult ge een
goede telefoon-ingenieur worden ,want gij lijkt er niet geschikt voor.U
kunt beter opstappen , en doe dan maar uw eigen goesting , en
alles wat u belieft , maar dan niet meer op onze kosten ". Lee
nam deze belediging letterlijk.Zijn volgende werkgever had een
radio-telegraaf ontworpen en daarom voelde Lee zich daar beter thuis .
De Wall-Street- financier Smythe die wel wat in hem zag , financierde
hem , en in 1900 nam deForest een patent op een nieuwe hoogfrekwent
detector die hij de "responder" noemde .Dit was een elektronische
detector ,een soort relais waarin zeer kleine hoogfrekwente stromen
,een veel groter vermogen kontroleerden,afkomstig van een plaatselijke
bron. De responder was het deForest s eerste patent .Hij hoopte
daarmee enkele Marconi-patenten te omzeilen .Hij startte een eigen
bedrijfje met een genaamde Freeman als vennoot ,maar toen ze voor de
Marconi Company een schip-naar-kust verbinding moesten verzorgen ,bleek
hun zender niet verder te reiken dan 4 kilometers.
Na deze mislukking hielp (opnieuw) Smythe , hem een nieuw bedrijf te
starten : " deForest Wireless Telegraph Company", alweer met Freeman .
In 1903 kreeg hij van een groot dagblad de opdracht een
telegrafie-bureau te installeren ,hetgeen een snelle overseining van
het nieuws mogelijk maakte. In Engeland mocht hij om dezelfde reden een
radiodienst oprichten om beter verslag te kunnen uitbrengen over de
Russisch-Japanse oorlog .Ook konden Lee en Freeman hun
produkten verkopen aan het Amerikaans leger en de zeemacht,en ze
verdienden goed geld aan de bouw van een radio -verbinding tussen
Costa-Rica en Panama .
hier figuur 1904 en 1904a
Men schat dat deForest aldus op 30-jarige leeftijd ,reeds een
kapitaal had opgebouwd van 1 miljoen dollars .Nog 90 andere
verbindingen stonden op het programma,maar deForest kon de problemen
niet aan en verkocht het bedrijf in 1907 . Met dat geld richtte hij
de " deForest Radio Telephone Company " op ,met een startkapitaal
van 2 miljoen dollars . Ondanks aankopen door de Zeemacht ,
reklame-uitzendingen in 1908 vanop de Eiffeltoren in Parijs , en het
uitzenden van de Caruso Opera in januari 1910 , ging het bedrijf
failliet in 1911.
Tot overmaat van ramp werden in mei 1912 , twee medewerkers van
deForest , opgesloten in de gevangenis , wegens frauduleuze reklame
-praktijken .
De triode.
In 1849 had W.R. Grove , ge-experimenteerd met twee in een glazen buis
ingesloten platina-electroden,die verhit werden , terwijl hij een
hoeveelheid gas doorheen de buis joeg.Hij wou met deze proef de
elektrische geleidbaarheid van verschillende soorten gassen meten .In
1853 vond de Fransman Becquerel ,dat in een dergelijke opstelling ,een
elektrische stroom beter geleidt in de ene zin door het gas in de buis
,dan in de andere zin. De Duitser Wehnelt ontdekte in 1902 dat bepaalde
alkalische oxiden , electronen konden uitzenden wanneer ze verhit
werden.( cfr. ook : de "wehnelt" in de latere kathodestraalbuizen) .
Verder bordurend op deze opzoekingen ,was Lee deForest er van
overtuigd ,dat twee metalen elektroden ,verhit in een
bunsen-brander,konden gebruikt worden als radio-detector.Hij speelde
met het idee van een " lichtboog-detector ".Hij onderzocht de
invloed van een hete vlam op twee platina-electroden. Ze werden
in de antennekring van een radio-ontvanger (voor zover men daarover
reeds kon spreken) geplaatst.Eén der plaatjes was bedekt met een stukje
chloorkalk. Parallel met deze kring schakelde hij een stroombron
of een "B" (= booster-) batterij ,in serie met een
hoofdtelefoon.Hij stelde een gelijkrichting vast , en een geringe
versterking. Hij besefte echter snel , dat het gebruik van een vlam,een
praktische uitvoering van deze schakeling in de weg stond
.
Figuur Vlam met daarnaast
fig. Vlam1
Nadat Fleming in 1904 de diode had uitgevonden,dacht De Forest ,dat
binnenin een glazen omhulsel , een geïoniseerd gas moest ingesloten
worden om de werking van de diode te verbeteren .Hij dacht daarbij ,dat
een voldoende grote hoogfrekwente spanning , de gasontlading in gang
zou zetten,zodat het systeem dan zou werken als een detector ,op
dezelfde wijze als de gekende Branly coherer,waarvan de weerstand zeer
sterk veranderde op het ogenblik dat er aanstotende electromagnetische
golven op vielen. O.W.Richardson had echter reeds in 1903 verklaard
,dat een gasontlading in een twee-electroden-opstelling ,niet nodig was
,wegens de thermionische emissie door de gloeidraad in een diode.Koppig
als hij was , hield De Forest vol , dat hij toch een gasontlading wou
veroorzaken in een diode , door een derde electrode aan te brengen
binnen het glasomhulsel , die de gasontlading in gang zou zetten of
"triggeren".Hij wou daartoe een ingangsspanning toepassen tussen deze
nieuwe electrode en de gloeidraad .
Het plaatsen van hetgeen later een stuurrooster zou genoemd worden ,
binnenin de lamp , verliep in stappen.Eerst had De Forest een stuk
zilverpapier rond de diodelamp gewikkeld , en probeerde daarmee
de electronenstroom te sturen.Daarna plaatste hij binnenin de lamp
,tegenover de gloeidraad , een tweede plaat ,rechttegenover de reeds
bestaande anode :
Figuur
begin
Vervolgens zocht hij de beste plaats voor dat nieuw element , en kwam
tot het besluit dat deze electrode het best zou opgesteld worden in de
electronenstroom tussen de gloeidraad en de oorspronkelijke anode ,maar
dan wel in geperforeerde vorm , dus voorzien van gaatjes , om ,zoals
hij zei : " de ionen door te laten en te kontroleren ". Hij nam kontakt
op met een lampen-vervaardiger ,een genaamde mijnheer Condless , die
deze derde electrode uitvoerde onder de vorm van een in zigzag-vorm
gewikkelde metalen draad ,met een totale oppervlakte van 15 vierkante
centimeters . De eerste aldus vervaardigde triode-lampen sneuvelden
reeds na 3 minuten , maar dit was lang genoeg om aan te tonen ,dat een
geheel nieuwe , revolutionaire buis was tot stand gekomen ,die
als veel gevoeliger hoogfrekwent -detector kon dienen , dan de
Fleming-diode en de kristal-detectoren.Deze buis was geen eenvoudige
gelijkrichter meer ,maar een demodulator (begrip dat toen nog niet
bestond) voor radiogolven.Candless zou er in de periode tussen 1907 en
1913 , meer dan 800 exemplaren van verkopen aan allerlei
experimenteerders en radio-amateurs.
Hier
figuur vroeg met daarnaast figuur 1906
Toen bleek dat de nieuwe buis , eerst "audion" en later "triode"
genoemd , interessante eigenschappen vertoonde,ook zonder gasvulling
,groeide de aandacht daarvoor , zelfs door David Sarnov ,eerst
medewerker , daarna direkteur van RCA (Radio-Corporation of
America). Sarnov (1891-1971) was geboren in Rusland .In 1900
waren zijn ouders geëmigreerd naar de Verenigde Staten en daar was hun
zoon kranten beginnen verkopen in de straten van New York . Op
15-jarige leeftijd bracht hij het tot telegrafist in een
postkantoor.Met het verdiende geld begon hij elektriciteit te studeren
en hij zou zich later ontpoppen tot elektronen-buis specialist in een
"vacuum tube department " en "sound-engineer ", en na de opkomst van de
halfgeleiders , als " solid state physicist " in de
elektronica-afdeling van het sterkstroom-bedrijf General Electric . In
1931 zou hij daar meehelpen aan het bouwen van radio-ontvangers met
trioden. Van 1946 tot 1948 was hij vice-president van RCA en in 1960
werd hij General Manager van dit bedrijf ,dat in 1986 zou opgekocht
worden door General Electric (G.E.) .
Hier foto Sarnoff1 en daarnaast gedenkplaat
De Forest had voortdurend op zijn hoede moeten zijn , om geen inbreuk
te maken op het Fleming patent dat in het bezit was van de Marconi
Company . Fleming had trouwens vanaf de bekendmaking van de uitvinding
door De Forest , de uitvinding van deze laatste aangevochten onder het
motto " deze charlatan is een plagiaat-pleger, en een bedrieger " . Hij
verloor echter het proces voor de Rechtbank . De Forest zei : "deze man
probeert mij de uitvinding van de eerste interessante vacuum-buis af te
nemen , en op zijn naam te doen plaatsen . Als dat niet overdreven is "
. Wij moeten toegeven dat beiden zeer verdienstelijken
waren ,waaraan de gehele audio-visuele -en telecommunicatie
-wereld bijna alles te danken heeft , en die beiden op hoge
leeftijd ,als pioniers de geschiedenis zijn ingegaan.
Hier figuur buizen
De versterking , een geheel nieuw verschijnsel.
De triode werd in 1906 uitgevonden (octrooi aangevraagd in oktober
1906) en gepatenteerd op 15 januari 1907 (U.S. patent 841387,toegekend
voor het "device for amplifying feeble electric currents "). De Forest
voegde er nog aan toe ,dat "de uitgangsstroom wordt gekontroleerd door
een electrode die zelf geen merkbare stroom trekt ".
Hier fig original met daarnaast 1907patent
Een ander patent " deForest Nr 879532 , een jaar later neergelegd ,
toont de sturende electrode in de vorm van een rooster tussen de
kathode en de plaat . Dit patent beschrijft de schakeling echter
slechts als een detector . De vroege geschiedenis van de
elektronenbuis-versterker zit dus vol verrassingen en onduidelijkheden.
Merkwaardig genoeg , publiceerde Ambrose Fleming , de grote
tegenstander van Lee , op het einde van 1907 , een foto van het
deForest audion ,met de volgende korte beschrijving : " deForest
oorspronkelijke audion-lamp uit begin 1907.
De volledige hoogte van de lamp,de basis waarin ze vastgeschroefd wordt inbegrepen , bedraagt 3,75 duim " .
hier figuur 1907 met daarnaast of
daaronder figuur 1908 brevet en figuur audio 1 of audion2
of audion3 naar keuze voor
beste afdrukresultaat .
Op 22 januari 1908 werd de triode in Frankrijk gebreveteerd onder de
benaming " triode-detector-en versterker van Lee de Forest , brevet
386.426 ".
Dat deForest in die periode de triode had uitgevonden,werd in die tijd
door niemand gewaardeerd . Men noemde ze "een waardeloos ding , dat
bovendien voor minstens de helft was afgekeken van Reginald Fessenden
,die daarop reeds een patent genomen had ". Ze
werd aanvankelijk beschouwd als een ander soort hoogfrekwent detector
dan de kristal-detector,en de diode van Fleming , en niet meer of niet
minder.
Op 30 oktober 1912 gaf De Forest in de Western Electric Co. Labs te New
York ,samen met zijn vriend John Stone ,een demonstratie over zijn
audion . Hij deed het zelfde , eveneens in 1912 , voor de toenmalige
Bell Telephone Labs . In 1912 werkte Lee , zijn "cascade -idee " uit ,
hetgeen inhield dat hij verschillende trioden in serie boven elkaar
plaatste ,en de ganse reeks met een hogere kathode-anode-spanning
voedde. Bij een andere opstelling koppelde hij de
uitgangswisselspanning van een vorige triode , aan de
stuurrooster-kathode ruimte van de volgende triode via een
transformator ,enz. tot hij een grote versterking bereikt had van de
ingangs-wisselspanning van de eerste buis .Een dergelijke
versterkers-keten bleek essentieel te zijn voor lange
afstands-communicatie op telefoonlijnen .
De Forest deed verder niets met zijn "audion" , en concentreerde
zijn inspanningen op radio-telefonie. Hij was inderdaad in de
jaarwisseling van 1909 tot 1910 benoemd tot hoofd van de "Radio
Telephone Company" in New York .
hier figuren 1910Opera en 1913 naast elkaar
Het is slechts nadat opzoekingen vanuit de industrie in 1912 en 1913
aantoonden dat de triode ook kon gebruikt worden als versterker en
oscillator,dat ze opgang maakte .Zodra de industriële produktie van de
triode aanving , volgden de brevetten elkaar op ,zoals een brevet ,in
1912 neergelegd door Western Electric , het engels brevet 1.113.149 van
25 oktober 1913, het frans brevet 467.747 van 27 januari 1914 (dus op
het einde van de eerste wereldoorlog) overgenomen door het Deutsche
Gesellschaft für drahtlose Telegrafie mbH .
Hier figuur 1914 brevet met daar naast figuur eerste
Aanvankelijk had de triode een zo geringe versterking ,dat ze slechts
weinig verschilde van de diode.De versterking vergrootte echter
merkelijk toen 5 jaar na 1906 , Edwin Howard Armstrong een
regeneratieve-of terugkoppelings-schakeling uitwerkte.De positieve
terugkoppeling maakte het mogelijk een gevoelige ontvanger voor
radio-golven te bouwen ,alsook een niet-mechanische signaalgenerator
voor telegrafie-signalen.De hoogfrekwente spanning werd in faze
teruggekoppeld van de anodekring naar de roosterketen van de
triode,waardoor haar versterking enorm toenam,en Armstrong er zelfs een
oscillator mee kon maken (patent van 22 september 1912 , ook neergelegd
in Engeland ).
Alhoewel Edwin Armstrong de uitvinder was van deze eerste oscillator
met triode , en van de positieve terugkoppeling ,eiste De Forest , dat
de patenten daarvan op zijn naam zouden overgeschreven worden ,een zaak
die hij in hogere aanleg won voor de Rechtbank ,en die hij met de steun
en de hulp van de machtige AT&T in 1917 nog eens extra liet
bevestigen door de Rechtbank , dit tot groot ongenoegen van
alle radio-ingenieurs in Amerika , die terecht vonden dat Armstrong
zeer groot onrecht was aangedaan. Slechts in het begin van de eerste
wereldoorlog 1914-1917 ,kwam op de deuren van de radio-cabines op de
Amerikaanse schepen , de benaming "radio" voor . In het nu nog steeds
zeer conservatieve Engeland , bleef men tegen alles in , het woord
"wireless" gebruiken.
De gerechtszaak tegen Armstrong had de Forest veel geld gekost ,
omdat ze door de traagheid van het gerecht aansleepte van 1914 tot 1917
met nog in-beroep-procedures tot in 1934 . De Forest verloor er al zijn
(weinige) vrienden door ,die er hem van beschuldigden ,reeds
gedurende vorige jaren , op een oneerlijke manier ,de originele
ideeen van anderen gestolen te hebben ,om ze dan voor te stellen als
nieuwe uitvindingen , zoals hij reeds in 1902 gedaan had met de
"electrolytische detector " die hij gezien had tijdens een bezoek aan
het atelier van de uitvinder Reginald Fessenden. (zie Fessenden
hierboven onder : "de versterking,een geheel nieuw verschijnsel ".)
Om al de gerechtskosten te kunnen betalen , verkocht de Forest een
riante villa die hij gebouwd had op de oever van de Hudson rivier in
New-York . Armstrong was zodanig teleurgesteld door het verlies van het
proces , dat hij er nog twintig jaar onder leed ,en tenslotte zelfmoord
pleegde in 1954 .
Hier figuren 1916 of 1916a met daarnaast figuur vroeg1
Na Armstrong werden andere veel gebruikte oscillatoren ontwikkeld (de
Colpitts en de Hartley oscillator bv.) door E.H. Colpitts die
werkte bij de Bell Labs en L.Hartley ,tewerkgesteld bij
Summit . P.H.Pierce had reeds op 16 november 1912 ,nadat hij Edwin
Armstrongs oscillator had bestudeerd , de kristal-oscillator
uitgevonden. Ondertussen had Lee de Forest als eerste in de
radio-geschiedenis "honingraat "-spoelen gemaakt met Litze-draad ,
spoelen met grote zelfinductie en geringe eigen-kapaciteit , die ook
konden gebruikt worden als gekoppeld spoelenpaar in
terugkoppel-schakelingen .
In 1916 deed Lee mee aan de verkiezingscampagne in de strijd tussen
Wilson en Hughes. Hij zond daarbij uit met een radio-zender die
geïnstalleerd was op High Bridge te New York .In 1920 deed hij
hetzelfde met de zender KDKA en WWJ ( the Detroit- News-station)
. En in 1920 mocht Lee een andere versie van zijn zenders opbouwen in
een radio-station te San Francisco .
Hier figuur 1919 ,1920 ,1920tijdens radio-uitzendingen en
lee de forest
(=1929)
naast of onder elkaar
Lee de Forest werd op 8 januari 1930 verkozen tot president-voorzitter van de IRE (Institution of Radio-Engineers).
In 1932 ,zou Harry Nyquist van de Bell Telephone een verder
gevorderde theorie over de terugkoppeling (feedback) ontwikkelen , die
ruime navolging vond (met Nijquist diagrammas).
Hier figuur 1920a met daarnaast figuur 1930
Verdere ontwikkelingen.
Dat de triode kon versterken ,was van grote betekenis voor de telefonie ,
waarvan de lijnen en kabels slechts telefoongesprekken ( cfr. Graham
Bell , uitvinder van de telefoon) konden overbrengen over een beperkte
afstand , en daarna verzwakt , gedempt en onverstaanbaar werden .
AT&T (American Telephone and Telegraph Company) kocht van
deForest , voor 50000 dollars alle rechten op voor het gebruik van de
triode in radio-telegrafie,in repeaters en in radio-telefonie (voor
deze laatste rechten kreeg De Forest nog eens 250000 dollars).Ook
Western Electric sprong op de triode-kar en bracht in 1915 een
triode HF- versterker uit voor radio-uitzendingen over lange
afstand.Western Electric bracht tegelijkertijd twee laagvermogen
ontvangst - trioden uit .Tijdens het vervaardigingsproces werd de anode
, die twee uitwendige aansluitingen had ,elektrisch opgewarmd gedurende
het luchtledig pompen ,zodat door de warmte ,de gassen
verdreven werden en een beter vacuum bereikt werd. Voor toepassingen in
zenders ,plaatste men soms 18 buizen in parallel teneinde een groter
vermogen te bereiken .
figuren demonstratie en verscheidene en various naast elkaar of onder elkaar .
Met de triode-technologie werd op 18 oktober 1913 de eerste
telefoon-repeater geïnstalleerd tussen Baltimore en New York. De eerste
trans-oceanische radio-telefonie kwam in juli 1914 tot stand ,
"transcontinentale telefonie " genoemd .
De eerste telefoonlijn tussen New York en San Francisco werd geopend op
15 januari 1915. Er werd daarbij gebruik gemaakt van deForest s audion
als eerste grootschalige toepassing van de electronika.
Hier figuren naast of onder elkaar 1916c ,1916d
Wanneer de triode van deForest als detector gebruikt werd , werkte ze met 22,5 volt batterijen , en ze kostte 18 dollars.
Aan diverse toepassingen van het gebruik van de triode ,werden
verbeteringen aangebracht door Irving Langmuir van General Electric en
Ph.D. Herald Arnold van Western Electric . Deze laatste had in november
1912 , in alle toepassingen van de triode , de blocking-kondensator
laten verwijderen die Lee deForest voor sommige schakelingen had
aangebracht tussen het stuurrooster en de kathode.Een veel betere
werking van de versterker was daarvan het gevolg .Arnold had reeds
daarvoor opgemerkt , dat een eventuele gasvulling van de triode
(oorspronkelijk idee van Lee ) er de werking alleen maar kon van
verslechten .Hij had tijdens de werking van de triode, een blauwe
schijn van een gas-ionisatie opgemerkt ,en was daar niet gelukkig over
.Hij toonde de juistheid van zijn opvatting aan , door de triode extra
goed leeg te pompen met een vacuum pomp die hij daarvoor speciaal uit
Duitsland had laten overkomen ,en er bijkomend , een
"getter" in aan te brengen.Dit was een nieuw idee van hem , om de
laatste restjes gas en lucht binnen het glazen omhulsel te laten
opslorpen door een stof die tenslotte als een glanzende
metaalfilm neersloeg op de binnenkant van de glazen ballon. Een veel
betere triode was het gevolg van zijn ingrepen .
De meeste volwaardige triode-buizen ,werden gefabriceerd tussen 1950 en
1960. Als uitzondering geldt de 300B -triode , die reeds in 1935 op de
markt gebracht werd door Western Electric.
Hier figuur 1920a met daarnaast figuur koptelefoon
Tot besluit : het privé-en huwelijksleven , en Lees latere jaren.
1)Lee was een grote opera-liefhebber,maar bovendien een gedreven
schrijver .Vooral in het begin van zijn wetenschappelijke loopbaan
schreef hij veel geïllustreerde poëzie zoals "Moonlight on the Hudson
",maar ook honderden brieven naar zakenlui,naar de uitgevers van
populaire tijdschriften aan wie hij technische artikels zond over
de beginnende elektronica,zoals ook wetenschappelijke artikels naar
wetenschappelijke tijdschriften ,persoonlijke brieven (vooral naar het
andere geslacht ), film-scripts , en hij hield een dagboek bij. In 1950
publiceerde hij een auto-biografie , getiteld : "De vader van de Radio
".
De meeste van deze schrijvens en publicaties kan men vandaag bekijken
in het Perham Foundation Electronics History Museum .
Hier figuur boeken over Lee
2) Lee was niet alleen opera-liefhebber,maar ook muziekliefhebber.Hij
schreef naar wie het wilde lezen , dat de radio-telefonie , en
de radio-omroep uitstekende middelen waren , om muzikale ontspanning
binnen te brengen bij de families thuis en muziek daar te leren
waarderen.
In 1907 zette hij deze ideeën kracht bij door de stichting en
oprichting van de " deForest Radio-Telephone Company " . Hij
schreef daarover : " weldra zal het mogelijk zijn , op grote schaal
naar opera-muziek te luisteren ,verspreid door radio-zenders , die door
mijn Radio-Company zullen kunnen geplaatst worden in het Metropolitan
Opera House ,en op de hoogste verdieping van andere culturele plaatsen
,met een antenne op het dak daarvan . Hetzelfde geldt voor andere
steden dan New York , waar men niet alleen naar gewone muziek , maar
ook naar kerkmuziek en voor de microfoon gegeven voordrachten zal
kunnen luisteren ". In 1910 zond hij vanuit de Metropolitan Opera
,het rechtstreeks opgenomen opera-gezang uit van Enrico Caruso ,
teneinde dit audio-medium te populariseren.
Hier figuur 1921 met daarnaast of daaronder 1915 piano
3)Lee was viermaal getrouwd. Dat hij deze toestand met zijn
uitvindingen kon kombineren , was volgens zijn omgeving te danken aan
het feit dat hij een " gezonde , sterke, robuuste man " was .De vraag
kan gesteld worden , waarom een vrouw ervoor kiest ,mee te
gaan met een man die dag en nacht werkt als industrieel en free-lance
werker , met nadenken ,vorsen en experimenteren bezig is,en die zelfs
meerdere huwelijken achter de rug kan hebben.Het eerste huwelijk vond
plaats in 1906 en de gelukkige (?) heette Lucille Sheardown.Dit
huwelijk eindigde in een scheiding na minder dan een jaar. De tweede
verbintenis kwam er in 1907 met als bruid Nora Blatch , die notabene de
schoondochter was van een gekende voorvechtster van meer rechten voor
de vrouwen:Elisabeth Cady Stanton . Lee verwekte een kind bij Nora
,die ingenieur was , en zich door de overname van de ideeen van
Cady Stanton tot vrijgevochten vrouw verklaarde. Ze zei : als ingenieur
kan en wil ik niet leven in de schaduw van een andere ingenieur ,al is
het mijn echtgenoot Lee .In 1911 gescheidden ze.In 1912
hertrouwde Lee met de zangeres Mary Mayo , en dat is niet verwonderlijk
wanneer men vaststelt dat Lee via zijn radio-uitzendingen vaak in
kontakt kwam met vrouwelijke artisten.Uit dit huwelijk dat 15 jaar
standhield , werden twee kinderen geboren.
Hier figuren familie 1 en familie 2 naast elkaar of onder elkaar
De vierde en laatste echtgenote heette Marie Mosqu . Ze was een
Hollywood-ster uit de tijd van de stomme film .Deze films werden
nu dankzij de Forest voorzien van klank . Lee was op deze
leeftijd reeds een rijke man door de miljoenen dollars die zijn
uitvinding van de triode en al zijn initiatieven van gestichte
"companys " , hem hadden opgebracht , en hij verhuisde naar Hollywood
.Hij zou daar de laatste 30 jaren van zijn leven doorbrengen ,zich
toeleggend op technische vindingen , die ogenschijnlijk weinig met
radiotechniek te maken hadden,zoals de ontwikkeling van
geleidingssystemen voor precisie-bommen ,en het toevoegen van een
gesynchroniseerde geluidsband aan bioscoop-films , een procedé dat hij
reeds in 1920 uitvond ,en dat gedemonstreerd werd in theaters tussen
1923 en 1927,maar waar hij slechts in 1959 een Oscar voor kreeg van de
Academy of Motion Picture Arts and Sciences . Het opschrift luidde :
"Academy Honorary Award to Lee de Forest for his Pioneer Invention
,which brought Sound to the Motion Picture .
Hier figuur oscar met daarnaast film en film1
In de bioscoop-projector bracht hij een sterk geconcentreerde lichtbron
aan , die een lichtstraal zond doorheen een geluidsband van heldere en
donkere strepen op de beeldjesfilm. Dit gemoduleerd licht viel op een
fotocel ,gevolgd door een geluidsversterker,waardoor de lichtvariaties
werden omgezet in klankveranderingen.Hij noemde dit : conversie van
licht in audio .Hij ontwikkelde Audion-diathermy apparaten voor
medische toepassingen ( genezing door warmte-bestraling) ,en tijdens de
tweede wereld-oorlog 1940-1945 deed hij militaire research voor
de Bell Telephone Laboratoria .
hier figuur 1944 met daarnaast diathermie
Van Marie Mosqu (hij was reeds grijs in gezelschap van deze
jongere echtgenote ) zei hij , dat dit het gelukkigste van zijn vier
huwelijken was.
Hij stierf op 87-jarige leeftijd te Hollywood op 30 juni 1961. Marie
overleefde hem en liet hem begraven op het San Fernando kerkhof
te Mission Hills , Californië .
hier figuur graf
Naschrift .
In 1947 werd door de Bell Labs bekend gemaakt , dat Brattain , Bardeen
en Shockley , drie fysici , de transistor uitgevonden
hadden. Het is duidelijk dat aan deze uitvinding hard gewerkt was
tijdens de jaren 1940-1945 van de tweede wereldoorlog , om
elektronische uitrustingen , te dragen door soldaten,en mee te voeren
met vliegtuigen ,lichter te maken .
William Shockley (1910-1989) was bij de Bell Labs beginnen werken in
1936 . Er bestaan foto s van hem , gefotografeerd met Lee de Forest .
hier foto Shockley
Geraadpleegde werken :
1) Some Beginnings of Applied Electronics, uit The Microwave Journal ,april 1946
2) Pioneers / Lee De Forest , last of the great inventors ? ,door
W.A.Atherton ,in Electronics World-Wireless World , november 1989
3) The American President hails doctor Lee de Forest , uit Radio-and Television News , juni 1956 .
4) Electronics History before 1930 , uit Radio-and High Frequency,1957.
5) Lee de Forest , uit Straling , veertiende jaargang ,nummer 10 ,blz 249.
6) Birth of the Electron Tube Amplifier , door F.B.
Llewellyn van Bell Telephone Laboratories , in Radio&Television
News , maart 1957 .
7) A propos de l histoire des telecommunications , door Jean Baudot ,
in Revue des Ingénieurs Belges , 1985 : 7(3) .
8) Lee de Forest ,van bunzenbrander naar Audion-buizen ,uit Geschiedenis van de Wetenschap voor de Timmerman ,mei 1961 .
9) Elektrische geleiding in gassen , Revue des Ingénieurs Belges ,1985:7(3) .
10) Electron (tijdschrift van de Veron) , tweede jaargang , nummer 4 ,
april 1949 : Lee de Forest
11) Lee de Forest , in Radio & Television News , juni 1956
Ambrose Fleming ( 1849 - 18 april 1945 : werd 95 jaar oud )
Klik op de foto hiernaast om alle in de tekst aangeduide afbeeldingen te bekijken
Hier foto s Fleming1 naast ofwel Fleming2 of Fleming3
Fleming
is de engelse ingenieur , die de diode uitgevonden heeft , de eerste
radiolamp ooit , die de weg heeft geopend naar het ontstaan van de
radio-ontvangers -en zenders. Gepatenteerd in 1904 , werd ze toen
"thermionische lamp" genoemd , of "vacuum diode" , de "kenotron "
,of de "twee-elektrode-gelijkrichter ".
Hier
naast elkaar
:
1888
,
1889
,
lamp1
Fleming droeg bij tot de foto-metrie (meten van de
licht-intensiteit), de draadloze telegrafie , elektrische meetmethoden
,de ontwikkeling van de elektronica .Hij is de auteur van meer dan 100
wetenschappelijke publicaties en boeken . Daaronder : " The
alternate current transformer " (1889,1892) [ de oorspronkelijke studie
voor de IEE ,is bewaard in the Institute for Electrical
Engineers te Londen ], " The principles of electric wave telegraphy "
(1906) , " The propagation of electric currents in telephone and
telegraph conduction " (1911), " Memoirs of a scientific life "
(1934) .Op het gebied van elektrische (sterkstroom-) machines ,kennen
we van hem de linkerhandregel voor motoren en de rechterhandregel voor
generatoren ,waarbij de middelvinger ,de wijsvinger en de duim onder
rechte hoeken gespreid gehouden , de richting (en zin) van het veld ,de
stroom en de kracht aanduiden.
Hier figuur "handregels "
Hij
was raadgever van de Edison Electric Light Company ,van de
Marconi Wireless Telegraph Company ,Swan , Ferranti , Edison
Telephone Co.,en een populaire universiteits-professor zoals
Lecturer aan de universiteiten van Cambridge en Nottingham ( professor
of physics and mathematics ) en U.C.L. (University College London) . In 1929 werd hij voor zijn talloze verdiensten tot ridder geslagen , zodat hij zich van dan afaan "Sir ..." mocht noemen .
Het interessante leven van John Ambrose Fleming . Hij
werd geboren te Lancaster , Engeland ,op 29 november 1849 , als oudste
zoon van zeven kinderen , uit het gezin van de " congregatie-pastoor "
James Fleming en zijn echtgenote Mary-Anne .( Deze
familie-eigenschap zou tot gevolg hebben dat Fleming later in
verschillende katholieke kerken , zoals in Sint Martin in the Fields
,preken mocht houden , en dit tot na zijn gepensioneerde leeftijd .) De
familie van zijn moeder was afkomstig van Swanscombe in Kent , en
was pionier op het gebied van de vervaardiging van Portland cement .In
1854 verhuisde de familie naar het noorden van Londen , waar Fleming
het grootste deel van zijn jeugd doorbracht en ook de overige 70 jaar
van zijn aktief leven zou doorbrengen . Zijn vader stamde af
van een lange lijn Schotse voorvaderen van Vlaamse (Flemish ->
Fleming ) oorsprong , en had enige moeite hem in toom te houden en op
een klassieke manier op te voeden .Reeds op jeugdige leeftijd vertoonde
Fleming tekenen van grote intelligentie. Op 10-jarige leeftijd ging hij
naar een private school ,waar hij bijzonder geinteresseerd was in
meetkunde.Hij was de laatste van de klas in Latijn,en koos daarna ,
wegens zijn belangstelling voor wiskunde, voor universitaire
studies.Reeds op 11-jarige leeftijd , had hij gezegd dat hij ingenieur
wilde worden en hij had thuis een eigen werkplaatsje , waar hij
modelschepen bouwde, motoren, en een zelfontworpen fototoestel ,
waardoor ook een levenslang durende belangstelling voor
fotografie ontstond. Op zijn dertiende verjaardag gaf hij aan de
University-College-School , te West End , Londen , een voordracht over
elektromagnetische verschijnselen . Aan dit zelfde University
college,studeerde hij wiskunde onder de leiding van A.de Morgan en
G.Carey Foster.Na twee jaren studie ,verliet hij deze inrichting wegens
geldgebrek , en hij aanvaardde een job bij een scheepsbouwer in Dublin
.Dit werk beviel hem echter niet ,en reeds na enkele maanden gaf hij
het op en vond een andere baan bij de Londen Stock Exchange ,waar hij
gedurende twee jaren werkte . Als gevolg daarvan zou hij later ,
als leraar ,aan zijn studenten zeggen ," dat ze toch tenminste een
elementaire kennis moesten opdoen over hetgeen zich afspeelt in de
financiële wereld,teneinde geld te verdienen ,samen met een
optimistisch en vertrouwend publiek . ".In 1870 behaalde hij het
diploma van Bachelor of Science aan UCL.Daarna studeerde hij chemie aan
de Koninklijke Mijnschool . Terwijl hij werkte , volgde hij in 1870
avondlessen om zich te vervolmaken en vanaf januari 1871 kreeg hij
gedurende 18 maanden een baan als leraar aan de Rossall school , waarna
hij met het verdiende geld , terugkeerde als student chemie aan het
Royal College of Science in Kensington .Daar schreef hij een
wetenschappelijke verhandeling over "de voltaïsche batterij "
,gepubliceerd in de Proceedings van de Physical Society of London ,
hetgeen in die tijd een grote eer was die hem tebeurt viel .In 1874 gaf
hij les aan het Cheltenham College , opnieuw uit geldnood.Hij
correspondeerde met James Clerk Maxwell , professor aan de Cambridge
Universiteit . In 1877 kreeg hij een studiebeurs van het Sint Johns
College te Cambridge ,en studeerde hij elektriciteit en
magnetisme bij professor James Clerk Maxwell aan de Universiteit te
Cambridge, waar hij zijn doctoraat in de wetenschappen behaalde
(D.Sc.). Op dat ogenblik was hij al 28 jaar oud .Hij had de lessen van
Maxwell gevolgd, die vaak zo hoogstaand en moeilijk waren , dat Fleming
soms als enige student in de klas zat.Hij mocht daarna gedurende een
jaar ,in Cambridge werken als demonstrator van experimenten , voor
ingenieursstudenten in de mechanica .In 1881 werd hij gedurende een
jaar als professor in de wis-en natuurkunde aangesteld aan de
hogeschool-faculteit te Nottingham . Op dat ogenblik , dat de
elektrische verlichting voor het eerst in de belangstelling kwam
te staan van het groot publiek ,werd hij ook nog in dienst genomen door
de Edison Electric Light Company te Londen,een betrekking waarin hij de
daaropvolgende tien jaren zou blijven werken.Als raadgevend ingenieur ,
werkte hij plannen uit voor de elektrische verlichting van een groot
aantal steden , en loste samen met de stadsbesturen de problemen op ,
die daaromtrent ontstonden. Hij ontwierp als eerste , de
elektrische verlichting aan boord van schepen , en installeerde er
elektrische machines. Aan de wal bouwde hij hoogspannings-onderstations
, die voor het eerst werkten met wisselstroom .Fleming voelde zich
sterk aangetrokken door de fysica en werd door het University College
London (UCL) uitgenodigd daarover en over elektrische
ingenieurs-praktijken , een lessenreeks te komen geven .In 1885 vroeg
men hem daar een departement voor electrical-engineering (in een eerste
faze: "departement van elektrische technologie " genoemd) uit de grond
te stampen en hij werd daarin aangesteld als professor , een taak
die hij de volgende 40 jaar zou vervullen .Dit departement was op dat
ogenblik enig in zijn soort , en hij schreef er een veel gelezen boek
,over "telegrafie met elektrische golven ".Hij was bekend door zijn
grondige kennis van wisselstroom-metingen , en van het ontwerpen van
transformatoren .In 1899 werd hem , bovenop zijn professoraat aan de
universiteit, aangeboden , raadgever te worden bij de Marconi Company.
Marconi realiseerde in 1899 de eerste radio-uitzending met Morse
signalen (draadloze telegrafie) over het Kanaal tussen de engelse
en de franse kust. Marconi noemde van dan-afaan zijn bedrijf ," de
Marconi Wireless Telegraph Co Ltd ".De draadloze telegrafie stond toen
nog in haar kinderschoenen ,alhoewel Marconi er vanuit het Marconi
zendstation te Poldhu in 1901 in slaagde een eerste radio-bericht over
de Atlantische oceaan tussen Engeland en de Verenigde Staten van
Amerika over te zenden . Hiervoor maakte hij gebruik van de
radiozender die voor hem door Fleming ontworpen was .
Hier figuur "poldu "
Vóór
hem/hen hadden sommigen geprobeerd hoge frekwenties op te wekken
met speciaal daarvoor ontworpen wisselstroom-generatoren ,maar met deze
alternatoren bereikte men zelden frekwenties boven de 10 kHz .De
radiolamp was toen nog niet uitgevonden en een vonkenzender werd
gevoed door een 25 paardenkracht generator , aangedreven door een
dieselmotor .De antenne was 60 meter hoog opgehangen en werd in serie
gevoed met de sekundaire spoel van een transformator die Fleming voor
dat doel berekend had. Daarvoor had hij twee hoogfrekwente spoelen
evenwijdig met elkaar geplaatst,zodat ze magnetisch gekoppeld waren. De
uitzending gebeurde op een frekwentie die door Fleming (te hoog )
geschat werd op 500 kHz (hetgeen hij pas in 1935 bekend maakte ) , dus
op de grens van hetgeen we nu de overgang tussen de middengolf en de
lange golf noemen .Ook alle schepen zouden daarna uitgerust worden met
zenders-ontvangers ,werkend rond dit frekwentiegebied. Het is pas later
dat men de frekwenties zou verhogen.Merken we op dat er in 1901 nog
geen ontvangers bestonden , om de uitgezonden signalen op een
behoorlijke wijze te decoderen .De door de Fransman Branly in 1890
uitgevonden coherer die eerst de veranderlijke weerstand van
ijzervijlsel gebruikte , onder de invloed van aanstotende Hertze golven
,was de enige , zeer ongevoelige detector voor hoogfrekwente
signalen,waarmee men nog wel enkele punten en strepen kon waarnemen van
het opgepikte telegrafie-signaal.(enkele jaren later ook op de hoogste
verdieping van de eiffeltoren in Parijs door ingenieurs van de
toenmalige Bell-Telefoon ) . Achteraf zou hij vervangen worden door een
soort punt-kontakt halfgeleider -diode , waarbij de punt van een
wolfram-of-tungsteen-draad drukte op een galénesteen,dit is
galliumsulfide.
Hier figuur "detector "
Meer over Poldu : Marconi
was reeds in 1894 begonnen , de experimenten van Heinrich Hertz te
herhalen .Hij was gefascineerd door de Hertze golven en door de
uitvinding van de dipool-antenne door Hertz. Natuurlijk interesseerde
hem ook de commerciele kant van het eventueel draadloos uitzenden en
ontvangen van telegrafie-signalen met de toen pas uitgevonden
Morse-code. In 1896 slaagde hij erin een afstand van 2,5 kilometer te
overbruggen door boven de aarde een vertikale kwart -golflengte-antenne
op te stellen , die nu nog altijd " de Marconi
-antenne " genoemd wordt.
Hier figuur "1896 "
In
Engeland werd toen op zijn aanwijzingen , een dergelijke vaste
verbinding geïnstalleerd tussen het eiland van Wight , en Bournemouth
(1897) die op 22 kilometer van elkaar verwijderd lagen. Hij werkte
daarbij op een lage frekwentie in de HF-band , rond de 300 kHz.
Hier figuur "zender1"
In
1900 vatte hij het idee op om een transatlantische overzending te
proberen te verwezenlijken .In 1901 dacht hij daarbij aan
frekwenties tussen de 182 kHz en 500 kHz. Tenslotte koos hij in
Poldu voor 272 kHz en in oktober 1902 begon hij daarvoor een groot
antenne-systeem te bouwen,met reusachtige houten masten ,61 meter hoog
.Daaronder groef hij radiale metalen draden in de grond ,als
tegengewicht , die elk 305 meter lang waren . In 1904 experimenteerde
hij met een pyramidale ( soort regenscherm-discone-) antenne , die
bestond uit 400 metalen geleiders.In 1905 bouwde hij te Glace Bay in
Canada,een 55 meter hoge vertikale antenne met topcapaciteit die
bestond uit 200 horizontaal gespannen metalen draden. De uitzendingen
in telegrafie werden verwezenlijkt met een door hem gebouwde
vonkenzender.
De diode : de eerste radiolamp ooit . We kunnen
hier beter spreken over "lamp", dan over het later gebruikte woord
"buis ".In 1883 maakte Edison zich zorgen over een zwarte koolstoflaag
die zich aan de binnenkant van zijn gloeilampen afzette .Teneinde deze
neergeslagen film te minimaliseren , had hij een metalen plaat
ingesmolten tussen de gloeidraad en het glazen omhulsel . Daarop verder
zoekend , had hij de positieve klem van de batterij die het filament
voedde , aangesloten op de uitgangsklem van de plaat , en opgemerkt dat
er een kleine stroom vloeide doorheen de plaatkring ,gemeten met een
galvanometer .Hij stelde ook vast , dat wanneer hij de plaat met de
negatieve pool van de gloeidraad-batterij verbond , er geen stroom
vloeide in de plaatkring.
Hier figuur "diode " met onder andere de stroom-spanningskarakteristiek
Dit
verschijnsel wekte ,eveneens in 1883 , de belangstelling van Fleming
.In 1884 reisde hij naar de Verenigde Staten en ontmoette daar Edison
en bezocht de Edison laboratoria . In een verhandeling die hij in 1890
publiceerde bij de Royal Society , merkte hij op , dat wanneer hij de
Edison-lamp voedde met een wisselstroom in plaats van met gelijkstroom
, de wisselstroom werd omgezet in gelijkstroom. Hij noemde dit :
"gelijkrichting " (rectification) .Het is slechts 14 jaar later , dat
hij deze vinding publiek maakte , door er in 1904 een patent op te
nemen , waarin hij de aldus gebruikte lamp , de "
oscillating valve " noemde , later bekendgemaakt onder de
benaming " thermionic valve " of "thermionic diode ".De
serieproduktie daarvan werd door de Marconi - maatschappij aangevat.
Hier figuur "lamp" , met daarnaast figuur "dioden"
Hij
stelde vast dat de gelijkrichting ook plaats vond op hoge frekwenties ,
en daarmee was de radio-detector geboren , die de coherer van Branly
zou vervangen. Zijn opzoekingswerk concentreerde hij in 1896 op
kathodestralen , en drie jaar later werd hij aangesteld als
wetenschappelijke raadgever aan de Marconi Wireless Telegraph
Company.Daar duidde hij aan , welk materiaal en welke opstelling men
moest gebruiken voor de eerste overzending van telegrafie-signalen over
de atlantische oceaan in 1901 .Als Marconi-raadgever had hij ook
nog tijd genoeg om parallel daarmee te werken bij de National Telephone
Company en de Ediswan Electric Light Company , betrekkingen waarin hij
andere ervaringen opdeed .
De uitvinding van de diode. ---------------------------------- Fleming
vertelde hoe hij de diode had uitgevonden : "In 1882 , kwam ik als
raadgever van de Edison Electric Light Company te Londen , in
aanraking met de vele problemen die de toenmalige gloeilampen
opleverden , en ik begon de fysische verschijnselen die daarmee gepaard
gingen te bestuderen met al de middelen die in die tijd ter beschikking
stonden. Het viel mij op , dat de gloeidraden braken bij de geringste
schok , en dat het glas van uitgebrande lampen ,verkleurd was.Daarbij
viel mij op dat er telkens een lijn over het zwart uitgeslagen of met
een metaalfilm bedekt glas liep , die niet verkleurd was, net alsof
iemand er met een vingernagel inwendig zou op gekrast hebben . De niet
verkleurde figuur had de vorm van de speld-vormige gloeidraad,waarbij
opviel dat het niet gebroken gedeelte van de gloeidraad gewerkt had als
een scherm tegen het bombardement van het inwendige van het glas door
de koolstofmoleculen of door verdampt metaal van de gloeidraad. Ik
besloot daaruit dat de verkleuring van het glas ( die het
lichtrendement van de lamp verminderde) zou kunnen tegengaan worden
door op de plaats waar het glas het meest gebombardeerd werd , een
metalen plaat op te stellen tussen glas en gloeidraad .Deze plaat
bracht ik met een afzonderlijke verbinding naar buiten het glas van de
lamp en ik begon proeven uit te voeren door een potentiaalverschil toe
te passen tussen de (metalen) gloeidraad en de plaat.Ik stelde daarbij
tot mijn verbazing vast dat een milliamperemeter enkel een stroom
aanduidde , wanneer de negatieve klem van de gebruikte batterij aan de
gloeidraad lag en de positieve klem aan de plaat, maar niet omgekeerd.
Daaruit besloot ik dat het mogelijk moest zijn met deze "thermionic
valve" een wisselstroom gelijk te richten , een begrip dat in die tijd
nog niet bestond ." Hij schreef hierover een brief naar
Marconi,omdat hij sedert 1899 ook als raadgever in dienst was bij de
Marconi Company , zonder zijn professoraat aan de UCL ( University
College London) te moeten opgeven . Wanneer hij een wisselspanning
tussen gloeidraad en plaat toegepaste , duidde de amperemeter een
kontinue stroom aan,doordat er telkens slechts een halve golf ,(steeds
aan de zelfde zijde van de tijdsas=enkelvoudige of
één-alternans-gelijkrichting ) , van de aangelegde wisselspanning werd
doorgelaten. Het open-blijvend gedeelte in de tijd , kon hij opvullen
door een kondensator parallel te schakelen met zijn buis , die achteraf
de diode genoemd werd met een kathode (in het begin de gloeidraad ,
later een afzonderlijke cilinder rond de gloeidraad) en een anode , de
toegevoegde plaat . In het geval van een metalen filament of metalen
kathode , gaf deze een elektronen-stroom af , die aangetrokken werd
door de positieve plaat .Hij patenteerde zijn vondst op 16 november
1904 .
hier figuur "patent "
Het was in oktober 1904
dat Fleming ,zoals hij zelf zei , "een goede inval "had.Hij wist dat
meters en telefoons te traag waren om hoogfrekwente spanningen en
stromen te registreren en als gemiddelde waarde , nul aanduidden.
Denkend dat een gloeilamp met warme gloeidraad (die elektronen uitzendt
door verstoring van de molekulaire struktuur,vooral als de gloeidraad
of kathode,aangesloten wordt op de negatieve pool van een
batterij=teveel aan elektronen , en de plaat of anode aan de positieve
pool=tekort aan elektronen), stroom in slechts 1 richting en zin zou
doorlaten ,speculeerde hij er op dat dit ook wel zou gelden voor
hoogfrekwente stromen en hij vroeg aan zijn assistent G.B. Dyke , dit
idee uit te testen . Het werkte, en een maand later schreef Fleming
naar Marconi ( in wiens dienst hij toen als raadgever werkte) "ik heb
hoogfrekwente trillingen kunnen ontvangen op een antenne , met niets
meer dan een spiegelgalvanometer (die de gelijkgerichte hoogfrekwente
stroom aanduidde , met een zich verplaatsend lichtpunt op een
muur ,namelijk de punten en strepen , die hij met een kleine boogzender
,met morse-sleutel uitzond) en mijn gewijzigde gloeilamp ". Deze
vinding bracht hem financieel geen voordeel , want Marconi nam het
patent (Fleming patent 803684 van 13 november 1905) over en
vervaardigde enkele dioden.
Hier figuur 1905
Enkele
jaren later , produceerde H.H. Dunwoody van de Lee De Forest Wireless
Co ,in de V.S.A. ,de kristal detektor , een belangrijke rivaal voor de
Fleming/Marconi diode.Er werd van toen af ,onderzoekingswerk verricht
op de gelijkrichtende eigenschappen van kristal-strukturen zoals
carborundum,galena ( = lood-sulfide) en silicium , die superieure
detektoren bleken te zijn . De kristal-detektor was een zet van Lee De Forest tegen Marconis dominantie van het radio-gebeuren in die tijd.
Hier figuur "radio" met daarnaast figuur "1910"
Fleming
kreeg voor zijn uitvinding pas in 1921 de grootste onderscheiding , de
"Goud-Medaille", hem toegekend door de Royal Society of Arts , in
Londen .Dat dit zo laat gebeurde , is toe te schrijven aan het feit dat
de uitvinding van Fleming een gelijkenis vertoonde met een patent dat
reeds in 1883 door Edison was genomen voor een gloeilamp met metalen
plaat , die een gelijkenis vertoonde met die van Fleming , maar waar
een rechtbank in 1920 Fleming gelijk gaf op het gebied van de
oorspronkelijkheid van zijn uitvinding.Vroeger had hij reeds de Kelvin
Medaille gekregen,de Faraday Medaille van de Institution of Electrical
Engineers , en de Franklin Medaille van het Franklin Institute in
Philadelphia , USA. Hij ging slechts op 77-jarige leeftijd met pensioen
.In 1929 , twee jaar na zijn pensionering (hij ging in Devon wonen in
1926 in het rustig stadje Sidmouth, waar hij nog bijna 20 jaar
doorbracht in de kuststreek met een rustgevend zicht op water en zee )
werd hij tot ridder geslagen voor zijn bijdragen aan de elektriciteit
en de elektronika. Tijdens zijn pensionering hield hij van lange
wandelingen en fotograferen ,maar wist hij ook nog niet van ophouden en
hij werd president van de toen gestichte "Television Society", waar in
die tijd de eerste schreden werden gezet op het gebied van de
ontwikkeling van de televisie . Fleming werd 95 jaar oud , maar was
op het einde van zijn leven stokdoof ,een familietrek , waaronder ook
zijn zuster leed . Hij stierf op 18 april 1945 , dus op het einde van
de tweede wereldoorlog .Hij kreeg een memorial in de Saint Johns
-College kapel .Hij was tweemaal getrouwd , maar zonder
afstammelingen.Zijn eerste vrouw ,Clara Ripley , stierf in 1917 , maar
zijn tweede,Olive Franks ,met wie hij huwde op 84-jarige leeftijd,
overleefde hem.
Enkele beschouwingen over licht , door Ambrose Fleming. In
het midden van de 19e eeuw wist men dat licht een bron was van energie
, doordat men een stuk papier of sprokkelhout in brand kon steken ,
door daarop zonnestralen te concentreren met een convergerende
lens.Bovendien wisten Fresnel,Thomas Young , Brewster , Hamilton ,
Stokes , en later Kelvin ,dat licht een periodische trilling was , en
dat lichtstralen konden afgebogen en gebroken worden .Ze kenden ook het
begrip interferentie , dat ons leert ,dat twee lichtstralen die met een
gepast fazeverschil worden samengesteld (bv. in tegenfaze), elkaar
kunnen opheffen en duisternis produceren .Bovendien wisten ze dat licht
gepolariseerd is .Men nam aan dat licht een weerstand ondervindt
,wanneer het de ruimte , die voorgesteld werd als een
mechanisch-elastische materie , doorstraalt . Dit laatste bleek
onjuist te zijn , toen in 1865 het wetenschappelijk genie James Clerk
Maxwell ten tonele verscheen met geheel andere hypothesen . Maxwell
stelde , dat licht een "diëlectriciteits-koëfficient " had , met waarde
1 ( = er ) , een begrip , waar nog nooit iemand van gehoord had , en
dat deze ook bestond tussen de twee metalen platen van een kondensator
, met waarden ,verschillend van 1 , afhankelijk van de aard van de
isolatie tussen die platen .Hij stelde dat de aanwezigheid van dit
diëlectricum , een " verschuivingsstroom " veroorzaakte , wanneer men
een potentiaal-verschil tussen die platen toepaste .Die
verschuivingsstroom , die gepaard ging met elektrostatische
veldlijnen , bestond zelfs in het luchtledige, dus ook in de
hogere luchtlagen boven de aarde .Op dezelfde wijze als hij een
diëlectriciteitskonstante definieerde , bepaalde Maxwell ook de (
magnetische ) permeabiliteit , een andere konstante , niet meer in
verband met elektrische , maar met magnetische veldlijnen ,en ook
gelijk aan 1 ( = mr ) in het luchtledige . Maxwell bewees
wiskundig , dat licht bestaat uit twee loodrecht op elkaar
staande trillingen , die een "vlakke golf " vormen , die zich
volgens een vektor loodrecht op dat vlak , voortplant in de ruimte ,met
een snelheid gelijk aan 1/Öer. mr ( 1 , gedeeld
door de vierkantswortel uit het produkt epsilon r , maal mu r ) ,
waarin aan er en mr zodanige waarden werden
toegekend , dat deze berekening een lichtsnelheid van iets minder dan
300000 kilometers per sekonde opleverde . Hij was dus de eerste in de
wereldgeschiedenis , die draadloze golven beschreef , die zich in de
ruimte konden voortplanten , de basis , zoals later zou blijken , voor
alle radio - en televisie - zend- en ontvangst- technieken . In 1864
stuurde Maxwell deze beschouwingen naar de "Royal Society of Londen ",
getiteld "Dynamical Theory of the Electro-Magnetic Field ". Men moest
daarna nog 23 jaar wachten , tot Heinrich Hertz in Duitsland ,
experimenteel electromagnetische golven opwekte , met een lagere
frekwentie , dus een grotere golflengte dan het licht .Merken we
terloops op , dat al het pionierswerk , dat in die periode plaatsvond ,
steeds gebeurde op de zogenaamde korte golven of
meter-tot-centimeter-golven: door Hertz in 1888, door Morse in 1894 ,
door Marconi in 1896,door Braun in 1899 . In de tijd van Hertz ,
Kirchoff , Bunsen , Faraday , had men ook reeds vastgesteld dat
ultraviolet licht , licht is met een hogere frekwentie ,dus een
kleinere golflengte , dan violet licht , en dat het bepaalde gassen
ioniseert , waardoorheen het gestraald wordt . Dit ioniseren , bestaat
er in , dat elektronen losgeslagen worden uit de atomen . Men stelde
vast dat dit ook gebeurde ,wanneer lichtenergie viel op de in die tijd
juist ontdekte alkali - metalen ,cesium en rubidium , alsook op kalium
en zink .Dit vergde in het toen gangbaar cgs-stelsel een energie van 3
billi-ergs , dat is 3.10-12 ergs per sekonde .Dit foto -
elektrisch effekt zou weinige tijd later gebruikt worden voor de
vervaardiging van fotocellen , en nog later voor de fabricage van
televisie-opnamebuizen .Het feit , dat men sprak over de beïnvloeding
van atomen door licht , deed een tweede interpretatie van de
lichtstroom ontstaan , namelijk de "corpusculaire " versie , die licht
beschouwde als een stroom van kleine met energie geladen deeltjes , de
fotonen , ook "quanta" van energie genoemd , die insloegen op de
bestraalde materialen .Met verschillende afmetingen , kunnen de quanta
verschillende hoeveelheden energie bevatten . Zo bevatten de fotonen
van rood licht , minder energie dan de fotonen van violet en
ultraviolet licht , maar de rode fotonen zijn talrijker dan de
violette. Deze laatsten veroorzaken foto-elektriciteit , hetgeen de
rode fotonen niet kunnen , namelijk vrijmaking van elektronen uit
fotografische platen en films ( die in het licht van rode lampen
ontwikkeld en bekeken worden ! ). Ultra-violet licht vernietigt door
zijn sterke straling ook schadelijke bacterieën , een eigenschap
waarvan men gebruik maakt in de biologie . Er bestaat een betrekking tussen de energie E en de frekwentie f van het licht: E = f.h waarin h de konstante is van Planck met waarde 6,55.1027. Geel licht heeft een
frekwentie van 5. 1014 en een geel foton heeft een energie van
32,5/1013 of 3,25 billi-ergs ,zoals Fleming nog in het vroegere cgs -
stelsel berekende .Een violet foton bezit tweemaal zoveel energie
als een rood foton.De energie van een X-straal foton is 25000 maal
groter dan van een geel foton ,zodat de blootstelling van het menselijk
lichaam aan X_stralen , uiterst gevaarlijk is . Deze krachtige stralen
vernietigen de menselijke huid . Alle fotonen planten zich met
dezelfde (licht-)snelheid van 300000 km/sek. voort doorheen de ruimte
.Een foton heeft een zekere massa of gewicht,dat bekomen wordt door
zijn energie te delen door het kwadraat van de lichtsnelheid .Indien e
de foton-energie is ,uitgedrukt in ergs ,dan is e/9. 1020 de
massa in gram .Indien een geel foton een energie heeft van 3,25
billi-ergs ,dan is zijn massa in gram (3,25/1012).(1/9.1027)=
3,61/1033. Daaruit kan men berekenen hoeveel fotonen er voorkomen in 1
kubieke centimeter ruimte ,gevuld met helder geel licht. Overwegend dat
de energie van een geel foton 3,25/1012 erg is ,moeten er in 1 kubieke
centimeter ruimte , 14 miljoen fotonen voorkomen ,die zich in deze
ruimte voortbewegen met de lichtsnelheid.Omdat een lichtstraal een
elektromagnetische golf is met maksima en minima ,komen de meeste
fotonen voor op plaatsen waar de elektrische en magnetische veldsterkte
het grootst zijn .De golf zelf bevat weinig energie ,omdat deze in de
fotonen zit.In de nul-doorgangen van de golf zitten er geen fotonen en
geen elektrisch en magnetisch veld. Men kan een vergelijking maken
tussen het licht en fysische stoffen.Deze laatsten zijn opgebouwd uit
chemische atomen die bestaan uit een proton en er in banen
ronddraaiende electronen. In een waterstofatoom is het proton
1840 maal zwaarder dan het elektron. Onze zon verbrandt elke minuut 240
miljoen ton waterstof om licht en warmte te produceren ,en ze doet dat
reeds 3,5 miljard jaar lang .(Hoelang nog ?).Zoals reeds opgemerkt
wordt het zonlicht uitgestraald onder de vorm van kleine pakketten
energie , licht-quanta genoemd. Een tungsteen-atoom van het
tungsteen-metaal dat in elektrische gloeilampen gebruikt wordt ,is 184
maal zo zwaar als een waterstof-atoom en zijn gewicht is 338540 maal
dat van een waterstof-electron . Een foton van geel licht weegt slechts
1/300000-ste deel van een waterstof-electron.Bijgevolg heeft een
licht-foton bijna geen massa in vergelijking met waterstof en zeker
niet in vergelijking met tungsteen .Wanneer een atoom straling uitzendt
,gebeurt dit met een geheel aantal fotonen of quanta.Wanneer een atoom
straling opslorpt , neemt het daarentegen slechts 1 enkel foton op.
Wanneer de energie van het foton onvoldoende is om het atoom te
ionizeren,dan zal het atoom dat foton niet absorberen . ( ziedaar de overwegingen , gemaakt door Fleming , tijdens de eeuwwisseling 1800-1900).
Naschrift. Het
volgend artikel over pioniers,in dit tijdschrift , beschrijft de
prestaties van Lee De Forest , die de triode uitvond.Hierdoor
kwam een kettingreaktie op electronica- gebied op gang , onder
meer door de uitvinding van een reeks oscillatoren . In 1905
patenteerde De Forest zijn twee elektroden-buis .Hij noemde deze diode
, een "audion".Fleming vond dat zijn idee gestolen was en beschuldigde
De Forest van plagiaat,waarna een bitter gevecht volgde voor de
rechtbank. Fleming verloor het proces .In oktober 1906 voegde Lee De
Forest een derde elektrode toe aan zijn diode,waardoor de eerste triode
geboren was , die hij patenteerde in 1907 . Er waren drie batterijen op
aangesloten in plaats van één of twee (gloeidraad-batterij
en plaatkring-batterij , ofwel in plaats van deze laatste , een
wisselspanningsbron) , zoals bij Fleming het geval was.Hij noemde ze
nog steeds "audion", waardoor verwarring ontstond met zijn
audion-diode.
Hier figuur "Philips "
Tien jaar
later waren tal van schepen met een niet te kleine tonnemaat ,
uitgerust met radio zend-en ontvangstapparatuur.( de Marconi-Fleming
radio-ontvanger met buizen , waaronder speciaal ontworpen lampen , door
Fleming besteld bij de Edison fabriek,en door hem gepatenteerd op
25 januari 1908) Na 1918 werden in de lampen , thorium-gloeidraden
gebruikt, die , ofschoon ze op een lagere temperatuur verwarmd werden ,
een vijfmaal hoger rendement hadden dan wolfram-draden of met
ferro-alkalisch-metaaloxide , bedekte gloeidraden . In 1913 werden
de oscillatoren uitgevonden als opwekkers van ongedempte trillingen,en
wel op drie plaatsen tegelijkertijd : in Engeland door Franklin, in
Duitsland door Meissner , en in de V.S, door Armstrong.Kort daarna
zouden de modulatoren van deze trillingen het daglicht zien , onder
meer ook (FM) door Armstrong,waardoor het hele radio-gebeuren nog meer
op gang getrokken werd. In 1915 verschenen de superheterodyne en de enkele-zijband transmissie op het toneel .
Geraadpleegde werken :
1)On the nature of light , door Sir Ambrose Fleming , D.Sc. , F.R.S. , in Television , November 1931 en tweede deel idem in Television for december 1931. 2)John Ambrose Fleming: The Birth of Electronics, door W.A.Atherton,in Electronics World + Wireless World , Aug.1990 3)
J.A.Flemimg: "The Thermionic Valve and it s developments in
Radiotelegraphy and Telephony ",uit The Wireless Press Ltd.,1919 4) Department of Electronic & Electrical Engineering-University College London ,Torrington Place ,Londen. 5) De electronenbuis : tachtig jaar , uit Philips/MBLE publicatie ,1990 6) De vijftigste verjaardag van de uitvinding van de electronenbuis door Sir. Ambrose Fleming , uit de Radio Revue , 1960 . 7) On the nature of light , part I + Part II , door Sir.Ambrose Fleming, D.Sc. , F.R.S ., Electronics World + Wireless World , 1985 8) Internet : electronic concepts door Jerrold H. Krenz. 9) Internet :Science and Society Picture-Library (Science Museum) 10) Internet : Antentop , door John.S.Belrose 11) Internet : From coherer to DSP , door M.Lemme en R.Menicucci. 12) Fleming : uit EBU Technical Review ,spring 1995 , door Lemme & Menicucci .
( Klik met de muis op het hiernaaststaand schilderij, om de
afbeeldingen te bekijken , die behoren bij de hierondervolgende tekst )
.
Henry wordt beschouwd als de voornaamste Amerikaanse
natuurkundige van de 19e eeuw . Zijn brede belangstelling ging uit naar
elektriciteit , magnetisme en scheikunde.Hij heeft belangrijke
bijdragen geleverd aan de elektriciteits-theorie. De eerste was de
ontdekking van de zelfinductie , de tweede de bouw van een praktische ,
goed werkende elektrische telegraaf , en de derde de bepaling van de
trillende natuur van bliksemschichten , in het
kader van sterrekundig opzoekingswerk .Hij ontwierp ook een elektrische
motor .
afbeelding Henry1 ( 2 portretten naast
elkaar)
Henry werd geboren op een kleine boerderij te Albany ,in de staat New
York, als zoon van Ann Alexander Henry (1760-1835) en William Henry
(1764-1811) ,die beiden vanuit Schotland naar Amerika waren geëmigreerd
op 16 juni 1775.
Zijn grootvader ,Joseph Hendrie , heeft er zich altijd tegen verzet ,
dat hun Schotse achternaam Hendrie , veranderd werd in Henry .
Zijn vader , die een onvermogende en straatarme dagloner was ,
stierf , toen Henry nog een jong kind was. Door de armoede van het
gezin , was er van
naar school gaan geen sprake , en het kind moest werken op de boerderij .
Zijn moeder stuurde hem op dertienjarige leeftijd in de leer bij
een uurwerk-maker , en een zilversmid .Hij deed dit werk zeven jaar
lang.Hij werkte ook als hulp-bediende in een winkel.In die tijd
verbleef hij , als de vrije ogenblikken het hem toelieten
, bij zijn grootmoeder , die in een dorp (Galway) woonde , op 50
kilometer van Albany .Als huisdier , had hij een konijn , dat hij goed
verzorgde.
Niets onderscheidde de jonge Henry ,van de kinderen van dezelfde
leeftijd in zijn omgeving, die zoals hij , een opleiding en opvoeding
ondergingen , door aanraking met de praktijk , waarin ze tewerkgesteld
waren .Henry was sterk geïnteresseerd in theater-opvoeringen , en hij
overwoog gedurende een zeke-
re tijd , om professioneel acteur te worden. Hij schreef theater-stukken en
speelde daarin zelf een rol , in het kader van een aktieve groep theater -
amateurs .Hij had zichzelf leren lezen en schrijven , en de avonduren
besteedde hij aan het verslinden van romans , en het lezen van boeken
over de populaire toepassingen van experimentele scheikunde ,
sterrekunde , weerkunde en filosofie .Over scheikunde , had hij ook een
boek gekregen van een genaamde Robert Boyle , die eens bij zijn moeder
op bezoek geweest was en die later faam zou verwerven als beroemd
scheikundige . Hier bestaan gelijkenissen met het leven van Michael
Faraday , die eveneens uit een zeer arme familie stamde , en als kind
tewerkgesteld was bij een boekbinder, waar hij las in een in te binden
boek over scheikunde , hetgeen de verdere loop van zijn leven zou
bepalen , door zijn interesse voor wetenschap op te wekken .
Tijdens zijn zelfstudie,las Henry ook een boek over het leven van
Ampére en over een rudimentaire elektro-magneet , die gebouwd was in
Europa . Daardoor gefascineerd , vatte hij in 1819 (tot 1822) [hij was
toen 22 jaar , dus een veel oudere leerling dan zijn klasgenoten waar
hij bijzat ] studies aan in een private secundaire school , en hij
volgde ook avondlessen over het gebruik van de Engelse woordenschat,over meetkunde en mechanica.
Tussen 1823 en 1826 , mocht hij als assistent , een professor in
de natuurkunde en de scheikunde aan de Albany Academie ( New York ),
helpen bij het uitvoeren van proeven in zijn natuurkundig laboratorium.
Dit gaf hem de gelegenheid , verder te studeren op het gebied van de
wetenschappen en de wiskunde, en hij volgde daarover alle mogelijke
kursussen aan deze Academie waar hij ook een tijdje mocht werken als
bibliothecaris .
afbeelding
Henry2 (glasraam)
Hij mocht natuurkundige demonstraties voorbereiden , alles daarvoor
klaar zetten in het laboratorium ,de demonstraties soms zelf uitvoeren
en aan de studenten daarover uitleg geven .Hij vond dit een
fantastische job . Zijn vroegere interesse voor theater-optredens ,
droeg bij tot zijn populariteit als gewaardeerde demonstrator , door
het vleugje dramatiek dat hij in zijn uiteenzettingen verwerkte .In
feite wou hij verder studeren voor geneesheer,
maar geldgebrek noopte hem ertoe ,gedurende een korte tijd te werken in de
openbare diensten van New York-stad ,als hetgeen men in Amerika
ingenieur noemt , en daarvoor hoeft men niet noodzakelijk een
ingenieurs-diploma behaald te hebben .In dat kader nam hij deel aan een
project voor het aanleggen van een nieuwe weg tussen de Hudson-rivier ,
en het Erie-meer .
In 1826 , hij was toen 29 jaar oud ,kon hij kiezen tussen drie
werkaan-biedingen:het helpen aanleggen van een kanaal in Ohio,
beheerder van een mijn in Mexico of een loopbaan in het onderwijs .Hij
koos voor het laatste , vooral omdat hem in die periode een baan werd
aangeboden als professor in de wetenschappen en in de wiskunde , aan de
Albany Academie die hij dus reeds goed kende . Men noemde deze funktie
in die tijd ook professor in de filosofie.Het is daar (tussen 1826 en
1832), dat Henry , zonder op de hoogte te zijn van de experimentele
ontdekkingen van Faraday , en na het bijwonen van een demonstratie over
Oersteds ontdekking van de invloed van een elektrische stroom op de
afwijking van een magneetnaald , zijn proeven uitvoerde over
elektromagnetische inductie. Daarbij maakte hij gebruik van
elektro-magneten waarover de legende zegt , dat hij daarbij
geïsoleerde geleiders gebruikte , van elkaar gescheiden ,door de
isolerende droge haren van zijn toekomstige echtgenote . Hij zou , als
mooie man met blonde haren en blauwe ogen , met deze Harriet
huwen en bij haar drie dochters krijgen , Mary , Helen en Louisa .(drie
andere kinderen stierven in het kraambed , wegens de onvolmaaktheid van
de verloskunde in die tijd) .
Oersted had de magnetische uitwerking van elektrische stromen waar-
genomen , maar hij had er nooit een praktische toepassing mee gemaakt .
William Sturgeon had in 1825 , te Londen , de eenvoudige magneet van
Ampere verbeterd , door een stroomvoerende draad te wikkelen rond een
hoefijzer-achtige staaf , nadat hij deze laatste bedekt had met een isolerende
vernis .In 1827 toonde Henry een magneet , die 14 kilo ijzer kon opheffen.
In 1829 demonstreerde hij aan de Albany Academie , een verbeterde
hoefijzermagneet , waarbij een spoel uit geïsoleerde draad op een
metalen drager gewikkeld was . Door de geleider te isoleren , in plaats
van (enkel) de magnetische kern ,kon hij de windingen van de
wikkeling veel dichter ( en in groter aantal ) tegen elkaar leggen .
Bovendien polijstte hij de twee polen van de magneet , en voegde een
armatuur toe aan de luchtspleet , om de magnetische kring te sluiten .
Een verdere verbetering werd aangebracht , door de magneetspoel met
meerdere lagen te wikkelen .
afbeelding Henry3 (magneet)
Hij eksperimenteerde zowel met magneten , gewikkeld met weinig windin-
gen draad van grote diameter , doorvloeid door een grote stroom , als met
een groot aantal windingen dunne draad , die een kleine stroom voerden.
In een andere proefneming , wikkelde Henry twee afzonderlijke spoelen
op dezelfde magnetische kern . Hij had aldus een eerste transformator
ontworpen . Eén spoel bestond uit slechts enkele windingen dikke geïso-
leerde koperdraad , waarboven een laag isolerend linnen , gedrenkt in de
olie , werd aangebracht. Daarboven wikkelde hij de tweede spoel , die
bestond uit een groot aantal windingen dunne draad . Op deze wikkeling,
werkend als primaire ,kon hij een hoge wisselspanning toepassen ,waarbij
de sekundaire dan een lage spanning bij grote stroomsterkte afleverde aan
een weerstand-belasting .De gloeilamp was op dat ogenblik nog niet uitge-
vonden ,anders had hij kooldraadlampen als belasting kunnen gebruiken.
Hij kon de transformator ook omgekeerd gebruiken , een lage spanning
bij grote stroom toepassend op de ene wikkeling als primaire , en een hoge
spanning bij lage stroomsterkte doorheen een verbruiker ,afnemend over de
spoel met het groot aantal windingen dunne draad .
In Albany bouwde hij een grote elektromagnetische hoefijzermagneet ,waar-
bij acht spoelen , gewikkeld met elk 18 meter draad , in serie of in parallel
konden geschakeld worden , en waarmee hij een gewicht van 325 kilo kon
opheffen , een merkwaardige prestatie voor die tijd .Hij werd toen ook
gevraagd door Penfield Iron Works , om voor hen elektrische magneten
te bouwen en te ontwerpen .Deze industrie-reus ,legde toen een haven aan
voor goederen-transport en noemde deze als eerbetoon aan de toen reeds
befaamde Henry , "Port Henry ". Uit die tijd stammen ook proeven ,waarbij
hij elektrische energie omzette in mechanische , b.m.v. een elektrisch motortje van eigen ontwerp .
afbeelding
Henry_motor
In 1832 ( tot 1846) , hij was toen 35 jaar oud ,werd Henry aan de
Princeton Universiteit (deze was vroeger het College of New Jersey )
aangesteld als professor in de "Natuurlijke Filosofie ", dit is
een term die vroeger gebruikt werd voor professoren in de wetenschap en
in het bijzonder in de fysica .
Hij verdiende 1000 dollars per jaar en kreeg een huis ter beschikking
om gratis in te wonen .Hier heeft Henry een tijdlang samengewerkt met
zijn schoonbroer Stephen Alexander , die professor Sterrekunde was ,
bij het observeren van zonnevlekken .
In die tijd publiceerde hij artikels over capillariteit ,
fosforescentie , de warmte van zonnevlekken ,de aurora ,geologie ,
mineralogie , architektuur, geluid , ballistiek ,sterrekunde
,elektriciteit en magnetisme , waaronder het aardmagnetisme .Hij gaf
over deze onderwerpen ook lessen .
Hier konstrueerde hij zijn grootste elektro-magneet , die na
bekrachtiging , een gewicht van 1800 kilo kon opheffen . ( hij zou dit
eksperiment later herhalen aan de Yale Universiteit ) .Met deze zelfde
grote magneet , toonde hij het verschijnsel van de elektro-magnetische
induktie aan . Hij wikkelde er een spoel op van geïsoleerde koperdraad
, 15 meter lang , en daarnaast een kleinere spoel ,waar over de klemmen
,een galvanometer aangesloten werd. De klemmen van de grote spoel
werden aangesloten aan de twee droge platen van een Volta-batterij .Op
het ogenblik dat Henry dit stel platen onderdompelde in een bokaal met
verdund zuur , sloeg de naald van de galvanometer zon 30 graden uit ,
aanduidend ,dat er een e.m.k. geïnduceerd was in de secundaire
wikkeling.Na een korte tijd , keerde de naald terug naar uitslag nul
.Op het ogenblik dat het stel platen uit het verdund zuur geheven werd
, sloeg de naald van de galvanometer uit in de tegenovergestelde zin .
Henry noemde dit nieuw ontdekt verschijnsel : zelf-inductie.Het deed
zich voor , wanneer in een magnetische spoelkring , de stroom plots
onderbroken werd , en was in staat , in een secundaire wikkeling een
zodanig hoge e.m.k. te verwekken , dat tussen de klemmen ervan ,
uitgevoerd als stiften , een vonk oversprong ( principe van de klos van
Rhumkorf) . Hij definieerde de zelfinductie van een spoel als L = n.
dF/di waarin n het aantal windingen is van de spoel , en dF
de fluxverandering rond de spoel , ontstaan door de stroomverandering
di in de windingen van de spoel . De elektromotorische kracht , die
geïnduceerd werd in een sekundaire spoel met zelfinductie L ,
definieerde hij als e = - L.di/dt , dus groter wordend ,als
de stroomver-andering di in een kortere tijd dt gebeurde . Het
min-teken wijst op een tegen-elektromotorische kracht , die zich verzet
tegen het snel opkomen van de stroom in een inductieve keten , en ook
tegen het snel verdwijnen ervan .
Deze proeven bezorgden Henry internationale faam vanaf 1831. Deze zou
nog groter geweest zijn ,indien Henry zijn vindingen in een
wetenschap-pelijke verhandeling zou gepubliceerd hebben , hetgeen hij
uit bescheiden-heid niet deed .Henry heeft aldus een aantal resultaten
van zijn opzoekingen niet openbaar gemaakt en daardoor de prioriteit
over zijn ontdekkingen verloren . Hij patenteerde zijn uitvindingen (
die hij nog vóór Faraday gedaan had ) niet , omdat hij niet op
winstbejag uit was. Hij wou enkel " de voor-uitgang van de
wetenschap , en het plezier dat nieuwe ontdekkingen hem bezorgden ".(
"the most prominent idea in my mind , is that of stimulating the talent
of our country to original research , and thus to enlarge its base " ).
Afbeelding Henry_2
(proefopstellingen)
Daardoor wordt een deel van zijn opzoekingswerk toegeschreven aan
Michael Faraday ,die in Engeland op gelijkaardige gebieden
research deed , en de resultaten daarvan wel publiceerde en
octrooieerde , vanaf 1832 ,
in het bijzonder over het verschijnsel " inductie" . ( geen zelf-inductie ) .
Henry breidde de proeven van Faraday uit , door te eksperimenteren met
twee spoelen ,die op een zekere afstand van elkaar geplaatst ,elkaar
beïnvloedden . Deze wederwerking noemde hij " wederzijdse inductie " ,
niet wetend dat Faraday die term reeds gebruikt had in een
publicatie , waardoor deze "mutual inductance " -vinding toegeschreven
wordt aan Faraday en niet aan Henry. In 1838 publiceerde Henry daarover
dan toch een studie , getiteld : "over de inductie van een secundaire
stroom ,op een afstand ". Hij had twee spoelen gebruikt met een grote
diameter ,namelijk 1,20 meter , waarbij een secundaire spoel in dunne
draad gewikkeld ,zich op meer dan een meter afstand bevond van de
primaire . De spoelen bevatten geen ijzeren kern , en dit eksperiment
bewees , dat men ook op afstand een e.m.k. kan induceren in een
secundaire . Deze proef werd uitgebreid ,door een helper als waarnemer
, metingen te laten verrichten aan de klemmen van de secundaire spoel ,
deze keer opgesteld in de aanpalende kamer. Men kan hier dus reeds
spreken over een elementaire vorm van een telecommunicatie-systeem ,
vijftig jaar vóór de uitvinding van de draadloze straling en ontvangst
van elektromagnetische golven , met de halve golf dipool van de
Duitser Heinrich Hertz .
Veel later , in 1851, zou Henry aantonen , dat het overslaan van een
twee centimeter lange vonk tussen twee metalen stiften , op 10 meter
afstand daarvan , een magneetnaald deed uitwijken .Hij trok de vonken
met een elektriseermachine die opgesteld stond in de hall van de
universiteit , nadat een van zijn studenten , reeds in 1844 , hem
gesuggereerd had , dat een dergelijk "vonkenverschijnsel " wel eens een
voortgeplante golf zou kunnen veroorzaken "op een verwonderlijk grote
afstand ".
Op een geheel ander gebied , had Henry in Albany , een telegraaf
gebouwd, die werkte op het einde van meer dan een kilometer draad .Op
het ene uiteinde was een batterij geplaatst , en op het ander ,
een anker ,dat zich kon bewegen tussen de polen van een
hoefijzer-magneet. Op het ogenblik dat deze bekrachtigd werd , draaide
het anker in een horizontaal vlak , zoals in één der uitvoeringen
van hetgeen men nu een elektromagnetisch relais noemt ,en raakte in
deze stand een bel , in feite ene der eerste goed werkende elektrische
bellen. (en de uitvinding van het relais is dus in zekere zin ook
aan Henry toe te schrijven ).
Dit was het prototype van deze opstelling . Een later gewijzigde
uitvoering , liet toe , punten en strepen te trekken op een papierlint
dat afrollend voort-bewogen werd . De punten-en streepjes-kode , maakte
van deze opstelling , een eerste praktische telegraaf .In 1836 bouwde
hij een telegraaf , waarmee
hij van de campus van de Princeton Universiteit , informatie kon zenden naar
zijn huis , en omgekeerd . Gelijkaardige proeven werden uitgevoerd
door Samuel Morse , de uitvinder van het morse-alfabet voor de telegrafie,
die Henry geraadpleegd had , en diens wetenschappelijke publicaties
gelezen had . Morse bouwde toen veel ingewikkelder
telegraaf-mechanismen en
wordt internationaal erkend als de ware uitvinder van de moderne telegraaf.
Henry heeft toen nog getuigd ten gunste van Morse , in een proces dat
deze laatste voerde voor de rechtbank , tegen een genaamde
OReilly , toen beiden op hetzelfde ogenblik poogden de uitvinding van
de telegraaf te patenteren.
Ook de Engelse professor Wheatstone ( gekend voor "de brug van
Wheatstone ") had op deze verdienste aanspraak gemaakt , en
probeerde de claim van Morse , op de originaliteit van de vinding
, te ondermijnen.
( Wheatstone wordt beschouwd als de opbouwer van het Brits telegraaf -
netwerk ) .
Nochtans had Henry van de Universiteit , de toelating gekregen om , met
behoud van zijn volle wedde , studiereizen te maken in het buitenland , en
hij had daarbij in 1837 Wheatstone ontmoet . Ook Faraday , had met
hem over zijn telegraaf gesproken ,en hij had bij die gelegenheid in
Engeland ook een ganse reeks inkopen gedaan van wetenschappelijke
instrumenten die hij meenam naar Amerika , waar deze klaarblijkelijk
niet verkrijgbaar waren .
In 1842 magnetiseerde Henry stalen naalden , door een batterij van Leydse
flessen doorheen een spoel rond de naalden , te ontladen . Hij
bestudeerde de invloed van bliksemschicht-ontladingen op de uitwijking
van de gemagne-tiseerde stalen naalden , en ontdekte dat
bliksemschichten ,zelfs op verre afstand , de naalden verder
magnetiseerden , soms met een tegengestelde polariteit . Dit deed hem
tot het besluit komen , dat een bliksemschicht-ontlading , een trillend
verschijnsel is. Bij deze opzoekingen gebruikte hij het stalen dak van
zijn laboratorium , waaraan hij een geleidende draad had vastgesoldeerd
,als antenne , en ontvangstplaats op de campus van de Princeton
Universiteit .
James Smithson , een Engelse chemist en mineralogist , die nooit de Verenig-
de Staten bezocht had , liet nochtans als nalatenschap , aan de toenmalige
regering van de USA , een half miljoen dollars na , voor het oprichten van
een wetenschappelijk instituut . Dit geld werd door het Congres aanvaard in
1846 , en het Smithsonian Instituut werd daarmee in Washington D.C.
op-gericht ,met die benaming , om hulde te brengen aan de milde
schenker Smithson.
In 1846 aanvaardde Henry , de betrekking van eerste sekretaris van het pas
opgericht Smithsonian Instituut , in feite een direkteurs-post die hij
tot aan zijn dood in 1878 , bekleedde met het instellen van een
praktijk ,waarbij metereologische veranderingen , dus
weersvoorspellingen , doorheen het ganse land verspreid werden via de
telegraaf . Dit leidde ,later , in 1891 tot de oprichting van het U.S.
Weather Bureau .Hij gaf ook wetenschappelijk advies aan tal van
goevernementele diensten , en aan de technische adviseurs van de
toenmalige president Lincoln . Er bestaat zelfs een schilderij , waarop hij
in het gezelschap van president Lincoln , samen met andere wetenschappers,
afgebeeld staat . Onder zijn leiderschap , werd een traditie van continue
research gestimuleerd , in het bijzonder aangemoedigd op het gebied van
de sterrekunde , de plantenkunde , de anthropologie ,metereologie en geo-
fysica .
afbeelding Henry 4 ( schilderij met Lincoln)
In 1867 werd hij president van de Nationale Academie voor Wetenschappen
en van de Amerikaanse Associatie voor de vooruitgang van de wetenschap-pen.
Het Smithsonian Museum is nog steeds een aantrekkingspool voor vele
bezoekers , een aanrader om dit te gaan bekijken , en de schrijver van
dit artikel bezocht het ook , en zag er onder meer , de moon-lander
capsule waarmee Armstrong op de maan landde en ervan terugkeerde . Ook
de raket die hem lanceerde staat voor de ingang van het Museum
.Een brand die in 1865 uitbrak in het Smithsonian Instituut ,
vernielde al Henrys vroegere studies.
2 afbeeldingen (schilderijen) naast elkaar : Henry5 (1872) en Henry (1873)
Toen hij in 1878 stierf , werd zijn begrafenis bijgewoond door de president
van de Verenigde Staten en al zijn belangrijkste medewerkers , door talrijke
leden van het Congres , en door talloze wetenschappers uit alle windstreken.
In 1893 werd op een bijeenkomst van het Internationaal Congres der
Elektrotechnici in Chicago , als eerbetoon , de henry ( geschreven met
kleine letter , omdat het hier niet gaat over een persoonsnaam) vastgelegd
als internationale eenheid van magnetische inductie .
Willy Acke
Geraadpleegde werken :
1) Founding Fathers of the Electrical Science : Joseph Henry , door Bern
Dibner , in Proceedings of the I.R.E.E of Australia , November 1968 .
2) The Joseph Henry Papers Project , Smithsonian Institutional History
Division , op internet .
3) Joseph Henry , op internet (geen auteur vermeld ) .
4) Henry , op internet (geen auteur vermeld )
5) Adventures in Cybersound : Henry , Joseph , op internet .(geen auteur vermeld).
6) Pioneers : Joseph Henry , door Tony Atherton , in : Electronics and
Wireless World , september 1989 .
Klik met Uw muis op de foto , om de afbeeldingen
te bekijken die behoren bij deze tekst .
Fig.1 (Kirchoff1)
Kirchoff wordt gerangschikt onder de meest vooraanstaande fysici van de
19e eeuw ,en als een van de uitvinders van de spectroscopie.
Bij de electrotechnici is hij vooral bekend door zijn twee wetten van Kirchoff
die hij reeds in 1845 formuleerde , toen hij nog student was ,en die
betrekking hebben op de stromen en de electromotorische krachten in
elektrische
netwerken . Hij was ook student van Gauss.
Gustav Kirchoff werd als zoon van een Rechter geboren op 12 maart 1824
in Königsberg ,Pruisen , hetgeen nu Kalingrad heet in Rusland
.Zijn moeder heette Johanna Henriette Wittke , en de familie was
welstellend en vermogend genoeg om Gustav te laten studeren. Hij was
eerder klein voor zijn
leeftijd , tenger van gestalte ,en in zichzelf gesloten ,zonder veel te praten .
Zijn ouders wilden hem laten studeren aan de Albertus Universiteit te
Königsberg , in 1544 gesticht door Albert , de eerste Hertog van Pruisen.
Zoals zijn twee oudere broers doorliep Kirchoff eerst de klassen van
het Kneiphoofse Gymnasium , dat hij met een eindgetuigschrift verliet
in 1842 om chemie te studeren aan de Albertus Universiteit . Onder meer
Franz Neumann en Jacobi , gaven er les . Neumann legde zich als een der
eerste vorsers , toe op het verschijnsel van de magnetische inductie
,zoals de Engelse Joseph Henry , geboren in 1797 .
Kirchoff publiceerde een verhandeling over rechte en cirkelvormige
geleiders. In dit werk , vinden we een studie over het
doorstromen van een vlak ,
door een elektrische stroom, in het bijzonder een cirkelvormige.Deze studie
werd ondernomen op aansporing van Neumann , en mondde uit in een
doctoraats-thesis .Ze bevat (1845 toen hij nog student was te
Königsberg) reeds de twee vergelijkingen , die nu gekend zijn als de
twee wetten van Kirchoff , namelijk :
n
n
n
Som Ik =
0
en
Som Ui = Som Rk .Ik
k=1
i
=1
k=1
De eerste regel of stroomwet , stipuleert dat de som van de stromen in
een knooppunt van een elektrisch netwerk gelijk is aan nul , of anders
uitgedrukt ,dat de som van de stromen die het knooppunt verlaten ,
gelijk is aan de som van de stromen die naar het knooppunt toevloeien
.Dit is tevens de wet van het behoud van de elektrische lading : ze
verschijnt niet plots en ze verdwijnt
niet plots , en er is geen blijvende opstapeling in een bepaald (knoop-)punt
van een netwerk . Deze wet geldt ook voor vloeistoffen in de hydraulica.
De tweede regel of spanningswet , zegt dat de som van de spanningsvervallen
in een lus van een netwerk (spanningsvervallen over weerstanden ,
konden-satoren en spoelen ,veroorzaakt door de stroom die erdoorheen
vloeit ) gelijk
is aan de som van de elektromotorische krachten of spanningen (= e.m.k.s
in serie met hun inwendige weerstand) , die in die lus werken .
Deze twee wetten gelden zowel op gelijkspannings- als op wisselspannings-
gebied ,zowel wat de generatoren betreft (gelijkspannings-en
wisselspan-nings-generatoren , zelfs gemengd door elkaar voorkomend in
hetzelfde netwerk ),als de weerstanden , of in het geval van aanwezige
kondensatoren en spoelen , de reaktanties van deze laatsten op de
werkfrekwentie , d.w.z. de kapacitanties en de inductanties. Deze wet
betekent ook dat de energiebronnen die werken in het netwerk ,hun
energie zien omzetten in dissipatie , door opwarming van de weerstanden
van het netwerk ,aangezien de reaktieve elementen enkel een
blindvermogen opleveren .Met enige aanpassing kan men de wetten van
Kirchoff ook toepassen op magnetische kringen en ketens .
Sommigen zeggen dat hier enige bescheidenheid geboden is , en dat men
beter zou spreken over de wetten van Ohm-Kirchoff ,omdat ook George-
Simon Ohm (1787-1854) op deze materie gewerkt had , zodat men de
wetten van Kirchoff kan beschouwen als een uitbreiding of een veralge-
mening van de wet van Ohm . Deze laatste had zelfs aangetoond , dat
de snelheid van een elektrische stroom die doorheen een koperen draad
vloeit , de lichtsnelheid benadert . Hij had ook de topologie van
netwerken bestudeerd , in verband met de in die tijd , aangelegde
telegrafie-netten .
Fig2 (Kirchoff2 (Ohm)
George Ohm was in 1787 te Erlangen in Duitsland geboren ,en deed eerst
opzoekingswerk op de door de Italiaan (graaf) Alessandro Volta ,
uitgevonden elektrische cel .Hij legde daarbij de belangrijke
betrekkingen vast tussen stroom , spanning en weerstand ,en over de
analogie tussen elektriciteits-
stromen en warmtestromen ,en publiceerde zijn opvattingen daarover
reeds in 1827 . Levend in armoede, werden zijn verdiensten tenslotte in
1849 erkend , toen hij als professor werd aangesteld aan de
Universiteit te München .
1847 was een belangrijk jaar voor Kirchoff. Hij studeerde af te Königsberg
en trad als gediplomeerde onmiddellijk in het huwelijk met Clara Richelot ,
4 jaar jonger dan hem .Ze was de dochter van Friedrich Richelot , zijn
professor in de wiskunde. Het paar verhuisde nog hetzelfde jaar naar
Berlijn .Het was een woelige tijd , waar in verschillende deelstaten
van de Duitse Confederatie gevochten werd, ook in andere landen ,
bijvoorbeeld in Frankrijk , waar te Parijs , Louis-Philippe afgezet
werd , tijdens een bloedig oproer in 1848 . Met Clara , had Kirchoff
twee zonen en twee dochters , en hij stond in voor een groot gedeelte
van hun opvoeding , nadat Clara in 1869 stierf . Hij hertrouwde in 1872
met Luise Brömmel uit Goslar in Heidelberg.
De invloed van Franz Neumann , toen prof. in de Wiskundige
Natuurkunde , maakte , dat de jonge Kirchoff zich volledig op
fysica toelegde , en in 1848 , als privaat docent in Berlijn aan
de slag kon (van 1848 tot 1850 , zeer slecht betaald , praktisch
onbezoldigd).
Kirchoff publiceerde in 1848 een verhandeling over " Systemen die
gedeel-telijk uit niet-lineaire geleiders bestaan " , en een jaar later
in 1849 : "het
afleiden van de Ohmse wetten, toegepast op de theorie van de Electrostatica".
Het is waarschijnlijk geen toeval , dat deze publicatie in 1849 verscheen ,het
jaar dat de verdiensten van George Ohm erkend werden door zijn benoeming
aan de Universiteit . In hetzelfde jaar schreef Kirchoff nog een verhandeling
over "het bepalen van de konstanten , waarvan de sterkte van elektrische stromen afhangt ".
Later , in 1857 publiceerde hij een geschrift over "de beweging van de
elektriciteit in geleidende draden ". Daarin stelde hij , zoals Ohm ,
"dat de elektriciteit zich in draden voortplant , op een gelijkaardige
manier zoals een lichtgolf zich in de ledige ruimte voortplant , en dat
de weerstand van een draad vergelijkbaar is met de weerstand die
warmte-geleiding ondervindt " . In diezelfde periode , hadden ook
Poggendorf en Wilhelm Weber , studies gedaan over de voortplanting van
licht in de ruimte en ze waren tot dezelfde besluiten gekomen .( in de
huidige stand van zaken , weten we dat golven zich in elektrische
kabels voortplanten met een snelheid van ongeveer 200000 kilometer per
sekonde , terwijl de lichtsnelheid iets minder dan 300000 km/s
bedraagt ) .
In 1850 vertrok Kirchoff als buitengewoon professor in de fysica naar
Breslau .Daar deed hij opzoekingen over de vervorming van elastische
platen ,verder bordurend op een theorie die daarover door Poisson
ontwikkeld was , en op de differentiaal-vergelijkingen van Navier
.Tijdens zijn verblijf te Breslau , ontmoette Kirchoff , Robert Wilhelm
Bunsen (1811-1899) ,die daar tijdens het academie- jaar 1851-1852 was
aangesteld als professor in de scheikunde .
Fig3 (Kirchoff3)
Bunsen was de zoon van een professor moderne talen aan de Universiteit van
Göttingen , en hij studeerde in 1830 aan diezelfde universiteit af met een
doctoraat in de chemie .Hij kreeg nog een studiebeurs om gedurende drie
jaren rond te reizen , en bezocht daarbij zoveel mogelijk fabrieken en onder-
zoeks-laboratoria , zoals dat van Gay-Lussac in Parijs . Hij deed onderzoek
op het gebied van de organische scheikunde , dat hem een oog kostte , wan-
neer een afgeleide van arsenic , cadocyl cyanide ,ontplofte .Hij bleef zijn
gehele leven geinteresseerd in geologie , en reisde daarvoor naar IJsland
om de temperatuurveranderingen in het water van IJslands grootste
geyser te bestuderen .Bunsen verbeterde ook de samenstelling en werking
van een aantal chemische cellen , die in die tijd ontwikkeld waren .Vanuit
die periode stamt de ontdekking van de Bunsen batterij en de in al onze
chemische laboratoria gekende Bunsen brander .Daarmee verhitte hij
verschillende metalen en zouten tot ze een gekleurde vlam afgaven .
Beiden werden goede vrienden ,en in 1854 overhaalde Bunsen ,die vanaf
einde 1852 weer doceerde aan de Heidelberg Universiteit , Kirchoff , om
naar Heidelberg te verhuizen .Meer dan twee decaden werkte Kirchoff
daar als professor in de fysica ,en researcher aan de Universiteit .
Hij begon ook een vruchtbare samenwerking met Bunsen , en deelde diens
sociaal leven in een kring van vrienden , verzameld rond Helmholtz .In die
tijd onderzochten ook Wilhelm Weber en Rudolf Kohlrausch het gedrag
van elektrische stromen , en in Engeland maakte Maxwell bekend ,dat
licht een elektromagnetisch verschijnsel was .Kirchoff zou trouwens later
in Engeland verkozen worden tot Fellow of the Royal Society of
Edinburgh (1868) en tot Fellow of the Royal Society (1875) in
het kader van honours
awarded to important mathematicians , and excellent teachers of
theoretical physics in a period of expanding scientific horizons .
De aanleiding tot het gemeenschappelijk onderzoek , ging van Bunsen uit.
Bunsen en Kirchoff samen , zijn de vaders van de spectrum-analyse . Bunsen
was begonnen de kleuren te ontleden ,die ontstonden bij het verhitten en ver-
branden van chemische stoffen in de gasvlam van zijn Bunsen brander.
Hij gebruikte daarbij eerst filters uit gekleurd glas ,maar op
aandringen van Kirchoff daarna een prisma , dat de lichtstralen in
spectraallijnen op een wit vlak projecteerde. Ze bestudeerden ook de
lichtstraling en de chemische samenstelling van de zon , en stelden
vast , dat natrium voorkwam in de sterren .Kirchoff was de eerste die
uitlegde dat de donkere lijnen die voorkomen in het zonne-spectrum ,
veroorzaakt worden door de opslorping van bepaalde golflengten op het
ogenblik dat het licht doorheen een gas passeert .Wanneer het gas
verhit werd , zond het licht met diezelfde golflengte uit . In 1859
publiceerde Kirchoff ook een verklaring voor de donkere lijnen in het
zonne-spectrum , die toen ook opgemerkt waren door Josef von Fraunhofer
( de zogenaamde Fraunhofer lijnen) , weer door ze toe te schrijven aan
absorptie .Hij schreef in de maandelijkse mededelingen van de Berlijnse
Akademie : "ter gelegenheid van het door Bunsen en mijzelf uitgevoerd
onderzoek op een spectrum van gekleurde vlammen,en een studie
over Fraunhofer lijnen in de zonne-atmosfeer en in flikkerende sterren
,menen wij een bijdrage te hebben geleverd aan de oplossing van
astrophysische vragen .." .Bunsen was specialist in het scheiden ,
identificeren , en meten van scheikundige substanties .Beiden kwamen
tot de vaststelling dat elke chemische substantie haar eigen uniek
patroon van spectraal-lijnen vertoont , een belangrijke ontdekking voor
de chemische analyse . In 1860 ontdekten ze daardoor een nieuw element
dat nog niet voorkwam in de tabel van Mendeliev (Dimitri Mendeliev was
op dat ogenblik een jonge , beginnende scheikundige ), namelijk het
alkali-metaal cesium en het jaar daarop in 1861 , nog een ander nieuw
element , rubidium . Ze ontwierpen ook een prima werkende spektroscoop
,gebaseerd op de prismatische ontleding van lichtgolven :
fig4 ( Kirchoff4)
Daardoor werd een nieuw tijdperk ingehuldigd voor het vinden van
nieuwe chemische elementen. De eerste vijftig waren gevonden door chemi-sche reakties of door elektrolyse .
Kirchoff interesseerde zich ook voor de thermodynamica en de elasticiteits-
theorie , en zoals dat vaak het geval is , bij veelzijdige vorsers , wekte dit
enige naijver op bij tijdgenoten .Zo had Stephan Boltzmann enige kritiek op
Kirchoffs opvattingen over de opslorping en uitzending van
straling door lichamen , toegepast op de mechanica en de
hydrodynamica . In 1862 publiceerde Kirchoff een studie over " de
straling van zwarte lichamen ", een belangrijke stap in de ontwikkeling
van de quantum mechanica .Hij gebruikte daarbij zo zuiver
mogelijke substanties .
In 1870 schreef hij een verhandeling "over de theorie van het in een ijzeren
lichaam geïnduceerd magnetisme , in het bijzonder door de elektrische
stroom in de windingen van een spoel uit geisoleerde draad , rond een
ijzeren ring " .
Aansluitend daarop schreef hij in het kader van hydrodynamisch
onderzoek : "over de krachten , welke twee oneindig dunne lichamen in
een vloeistof , op
elkaar uitoefenen ".
In 1875 werd Kirchoff kreupel door een ongeval .Hij moest al zijn
experi-menteel werk stopzetten , en bracht de volgende jaren door in
een rolstoel.
In 1877 publiceerde hij nog een studie over " de theorie van de
kondensator " in het maandblad van de Berlijnse Akademie voor
Wetenschappen , tegelijkertijd met William Thomsons studie over
"de theorie van de bewe-ging der elektriciteit in telegraaf-draden
onder de zee en onder de aarde " .
Hij vestigde zich opnieuw in Berlijn, waar hij in 1875 nog een
leerstoel was aangeboden in de Wiskundige Natuurkunde , en
bekleedde deze tot het jaar dat hij stierf , namelijk op 17.10.1887 .
Tijdens de drie jaren tussen 1875 en
1887 , gaf hij een vierdelig werk uit , waarvan hij de kopij binnenbracht in
1876 , die gedrukt werd onder de benaming :"Vorlesungen über
mathematische Physik " .In 1882 waren van zijn hand reeds de "Gesammelte
Abhandlungen " ( = verzamelde werken) verschenen , nadat hij in Parijs , in
1881 , als afgevaardigde van Duitsland , het Elektrisch Congres had bijge-
woond .
Willy Acke
Referenties :
1) Gustav Robert Kirchoff , zum Gedächtnis .Elektrotechnische Zeitschrift 58
-Jahrgang , Heft 44 , 4 November 1937 .
2) Gustav Robert Kirchoff , Wikipedia encyclopedie , op internet .
3) The chemical archievers : Robert Wilhelm Eberhard Bunsen and Gustav
Robert Kirchoff , op internet . ( geen auteur vermeld ) .
4) A little History about Ohm , op internet .( geen auteur vermeld ) .
-
Oliver Heaviside (1850 - 1925 ) Klik op deze foto van Heaviside ,om de andere afbeeldingen te zien.
Heaviside
----------------- Oliver Heaviside wordt "a magnificent spirit " genoemd in de
literatuur , en is een van de bijzonderste figuren uit de geschiedenis
van de Britse wetenschap . Zijn critici noemden hem
een sarcastische , excentrieke man , een genie die geen vat had op de
alledaagse dingen in het leven . Volgens hem "was de ontwikkeling van
de wiskunde , te wijten aan de vooruitgang van de fysica ".Hij was een
wiskundige-natuurkundige door zelfstudie , van wie de ontdekkingen ,
telefonie op grote afstand mogelijk maakte . Hij verzette zich tegen
het gebruik van 4p in tal van uitdrukkingen in het
CGS-stelsel. ( nu niet meer gebruikt en vervangen door het MKS - of
Giorgi -stelsel ) .
Hij paste als eerste , de complexe getallen toe , op de studie
van elektrische ketens.Hij was een der eersten (1880) die het begrip
"negatieve weerstand " ( belangrijk voor het verklaren van de
werking van oscillatoren ) gebruikte , en vektor-wiskunde, onder
meer voor het vereenvoudigen van de vergelijkingen in de
elektromagnetische theorie van Maxwell . Samen met de vektor-algebra ,
zegt men dat de begrippen "reactantie ", "impedantie ", "inductantie "
,"capacitantie " ," admittantie","permittiviteit ",
"susceptantie ", "resistiviteit ", en "attenuatie " of verzwakking , in
de wisselstroom-theorie , van hem afkomstig zijn . Hij was de eerste
die het begrip huid- ( skin-) effekt op hoge frekwenties in
metalen geleiders vaststelde en verklaarde .Hij ontwikkelde een
eigen "operational calculus " , revolutionair voor de 19e eeuw ,
die ook vandaag nog suksesvol toepasbaar is , voor het op eenvoudige
wijze oplossen van moeilijke , zuiver wiskundige problemen ,en op
lineaire natuurkundige problemen , waarin discontinuïteiten voorkomen
.Hij bestudeerde ferro-elektrische polarisatie .Hij paste de
Laplace-transformatie en de Fourier- transformatie toe op de analyse en
oplossing van elektrische schakelingen , de oplossing van
differentiaal-vergelijkingen , en op de berekening van
elektromagnetische ketens , alsook op de banen , die planeten aan het
firmament beschrijven .Een van zijn belangrijkste ontdekkingen ,was het
bestaan van een radiogolven-weerkaatsende laag in de hogere atmosfeer
boven de aarde . Hij voorspelde de toename van de massa van ladingen
die zich met grote snelheid voortbewogen , vooraleer Einstein
juist hetzelfde deed met zijn relativiteitstheorie . Velen twijfelen
trouwens aan de genialiteit en de zogezegde vindingen van
Einstein , die waarschijnlijk afkomstig zijn van zijn echtgenote , die
licenciate in de fysica was , en van de ideeën , die hij gelezen
en ietwat gewijzigd , " meegenomen " heeft , toen hij op het
octrooi-bureau werkte in den Haag , Nederland.
Heaviside , of een leven , vol zelfstudie .
Oliver Heaviside werd op 18 mei 1850 geboren te Camden , een
randstad van Londen , als vierde zoon van Thomas Heaviside en Rachel
Elisabeth West . Zijn moeder was afkomstig uit Taunton .De familie aan
de kant van de vader ,was oorspronkelijk afkomstig uit Stockton-on-Tees
.Zijn vader , diens broers en twee nonkels , waren hout-graveerders .
Zijn vader was bovendien aquarellist : hij schilderde met waterverf .
Van deze kunstenaars had Oliver enig artistiek talent geërfd , en
vanaf de leeftijd van elf jaar , maakte hij tekeningen , die helemaal
niet onverdienstelijk zijn , zoals blijkt uit de weinige
teruggevonden , zoals de hieronderstaande afbeelding met paarden :
zie tekening 1861
Zijn familie behoorde tot de lagere sociale klasse uit het Victoriaanse
Engeland , en wie het boek over Oliver Twist , door Charles Dickens ,
en de gelijknamige film gezien heeft ,begrijpt hoe moeilijk de gewone
mensen het in die tijd hadden . De vooruitgang op het gebied van de
toen pas uitgevonden fotografie ,bemoeilijkte het leven van de
houtgraveerders , en dit kan verklaren dat de familie naar Londen
verhuisde in 1849 . Oliver ging naar de "Camden House School " en op
zijn 15e levensjaar won hij , na het afleggen van een eksamen , de "
Natural Science " prijs .
Als kind , kreeg Oliver de rode koorts , die een
gedeeltelijke doofheid veroorzaakte , en deze handicap zou hem zijn
leven lang blijven achtervolgen .Daardoor voelde hij zich in
zijn jeugd ongelukkig ,ook door de moeilijke relaties met andere
kinderen .Zijn schoolresultaten waren nochtans goed .Zo was hij
in 1865 , de vijfde van alle klassen van de school ,met samen 500
leerlingen .Gedesillusioneerd door zijn moeilijke omgang met anderen ,
verliet hij nochtans op 16-jarige leeftijd de school , en hij begon aan
zelfstudie .Later zou hij schrijven : " het is schokkend te moeten
vaststellen met welke onnozele en nutteloze begrippen , bewijzen en
zogezegde preciese logica , de scholen , de hoofden van de leerlingen
volproppen . Dit alles is verloren tijd .De jongeren moet men
gewoonweg leren logisch te redeneren , en ze mogen niet verplicht
worden al deze onzin van buiten te leren ".
Zijn ouders waren niet vermogend genoeg om hem aan een
universiteit verder te laten studeren , en tot hij midden in de
20-jaren oud was , studeerde hij , daarin door hen gesteund en
aangemoedigd , s nachts bij het licht van een petroleumlamp in zijn
kamer , waarvan overdag de luiken gesloten waren , om geconcentreerder
te kunnen werken . Omdat hij niet wilde gestoord worden , werden zijn
maaltijden voor de deur van zijn kamer neergezet . Als
ontspanning fietste en wandelde hij graag , rookte pijpen met sterke
tabak , en luisterde naar muziek , voor zover zijn gehoor dit toeliet .
Hij was geheel-onthouder van alcoholische dranken . Hij studeerde
elektriciteit , andere talen zoals Deens en Duits , en hij leerde de
Morse-code . Daaruit besloot zijn oom (door te trouwen met de zuster
van zijn moeder ) Charles Wheatstone ( gekend voor zijn "brug van
Wheatstone ") die hem hielp en bijstond met raad , dat hij er
goed zou aan doen ,telegrafist te worden . Oliver volgde die raad op ,
en zocht een betrekking in Denemarken als telegrafist. Van 1866
tot 1871 vond hij werk bij de Deense "Cable and Great
Northern Telegraph Company " ,waar hij snel vooruitgang boekte . In
1871 keerde hij terug naar Engeland om er te gaan werken
bij de " Newcastle-Jutland submarine cable " en de "Great
Northern Telegraph Company " die gespecialiseerd waren in
onderzeese traffiek .Zijn broer Arthur werkte bij de Post in Newcastle
,en samen eksperimenteerden ze met duplex-telegrafie . Zijn eerste
gepubliceerd artikel , verscheen in the English Mechanic , in
1872 ,wanneer hij 22 jaar was . Hij werkte nog steeds als
chief-operator in Newcastle .Een jaar later publiceerde een bekend
wetenschappelijk tijdschrift , "the Philosophical Magazine ", een
artikel van hem , over hoe men de brug van Wheatstone het
best kon gebruiken , om metingen op elektrische schakelingen uit te
voeren . Hij werd toen opgemerkt door Maxwell , die Olivers
bijdragen aan de vooruitgang van de elektriciteit , vermeldde in de
tweede oplage van zijn "Treatise on Electricity and Magnetism " . Toen
Heaviside dit werk las , werd hij er zodanig door gefascineerd , dat
hij zijn job als telegrafist opgaf , om Maxwell s theorie
grondig te kunnen bestuderen , alhoewel hij toegaf dat hij er
niet alles van verstond . Hij vereenvoudigde de 20 vergelijkingen met
20 veranderlijken van Maxwell , en verving ze door vier vergelijkingen
met twee veranderlijken . Vandaag noemt men deze nog steeds "de
vergelijkingen van Maxwell ", waarbij niemand schijnt te weten , dat
men ze beter "de vergelijkingen van Heaviside " of van
"Maxwell-Heaviside " zou noemen , hetgeen een eerlijke vorm van
erkentelijkheid zou zijn . Heaviside heeft daarmee een niet te
onderschatten dienst bewezen aan degenen die , op een nog begrijpelijke
manier , het elektromagnetisme proberen te doorgronden .
tabel : Maxwell
In de tabel staan de vergelijkingen van Maxwell in
zogenaamde Gaussiaanse eenheden ,die gebaseerd zijn op het
vroeger gebruikt CGS -stelsel . E is de elektrische
veldsterkte en B de magnetische induktie . H is de magnetische
veldsterkte en c de lichtsnelheid , ongeveer gelijk aan 299790 km/sek .
De konstante 4p kan men uit de uitdrukkingen laten verdwijnen door een
schaalverandering . Ze komen in feite voort uit de beschrijving van een
bol waar in het midden een puntbron staat , van waaruit een
elektromagnetisch veld vertrekt met de loodrecht op elkaar staande
komponenten E en H . Het laten verdwijnen van de 4p , noemt men
rationalisatie . Heaviside-Lorentz eenheden zijn gerationaliseerde
Gaussiaanse eenheden , net zoals de Giorgi - of MKSA eenheden , die de
CGS eenheden , die nu niet meer gebruikt worden , vervangen hebben . De
tabel met de formules wordt uitvoeriger verklaard in een afzonderlijk
hoofdstuk over Maxwell .
Tussen 1880 en 1887 ontwikkelde Heaviside de operationele
vektor-algebra ,met de bedoeling differentiaal-vergelijkingen die
voorkwamen in de theorie van de elektrische schakelingen , op een
eenvoudige manier op te lossen . Hij verving de differentiaal -
operator d/dx door p (soms D , gelijk aan de s in de
Laplace - transformaties ) , hetgeen hem toeliet een
differentiaal - vergelijking om te vormen tot een gewone algebraische
vergelijking . Later hebben Gibbs en Bromwich , deze werkwijze
overgenomen en bekend gemaakt , onder meer in "the Proceedings of the
Royal Society "
Heavisides Methode
Bekijken we een typisch voorbeeld van de Heaviside methode
voor het oplossen van een vergelijking met de Laplace
transformatie :
2s__________ = L(f(t))
(s + 1)(s2 + 1)
voor een uitdrukking in funktie van de tijd : f(t) = -e-t +cos t + sin t.
Via een aantal eenvoudige , gemakkelijk te leren algebraïsche stappen , zet
de Heavisides methode , systematisch een quotient van veeltermen
a0 + a1s + · · · +
ansn
b0 + b1s + · · · +
bmsm
(waarin s ook p kan genoemd worden )
om in de Laplace getransformeerde L(f(t)) van een
f(t) funktie . Hierbij wordt verondersteld dat a0, .., an,
b0, . . . , bm konstanten zijn en dat het quotient der veeltermen
een limiet heeft , die streeft naar nul , wanneer s = 1.
De Heaviside Stap Functie H(x)
figuur step1
De Heaviside stap functie H(x) (soms theta(x) of u(x) genoemd )
is een discontinue functie , eveneens bekend onder de
benaming " eenheid stap functie" en bepaald in het
interval
H(x)= 0 voor x<0; ½ voor x=0
en 1 voor x>0
Ze wordt onder meer gebruikt in kontrole-systemen in de regeltechniek .
In de wiskunde definieert men de UnitStep[x] soms
uitzonderlijk met H(0) = 1 in plaats van de
conventionele definitie H(0) = 1/2.
Soms treft men ook een afgekorte voorstelling aan : H_c(x)=H(x-c)
De Heaviside stap-funktie is de integraal van de Dirac delta funktie .
De Fourier transformatie van de Heaviside stap functie is gegeven door de Kronecker
delta functie : delta(k) .
Heavisides opladen van telefoonlijnen en telegraafkabels met spoelen ,een revolutionaire vooruitgang .
Een van de belangrijkste verdiensten van Heaviside , is het op
regelmatige afstanden in serie plaatsen met elektrische lijnen en
kabels , gebruikt voor telefonie en telegrafie op grote afstand, van
"oplaad-spoelen ". Op 3 juni 1887 verscheen van hem in "the Electrician
" (een wetenschappelijk tijdschrift , dat van hem 500 bladzijden
artikels publiceerde tussen 1882 en 1887) een artikel over
"Electromagnetic Induction and its Propagation " .. Hij
benadrukte dat inductantie een belangrijk concept is , bij het gebruik
van telefoonlijnen en kabels , en dat men door het inductief opladen
van deze kabels ,door er spoelen mee in serie te plaatsen , de werking
sterk zou verbeteren, en de golfvorm van de overgestuurde
telefoon-signalen , niet meer zou vervormd worden , en ook minder
verzwakt . Over lange lijnen overgezonden , werden inderdaad de
verschillende frekwenties die in een telefoongesprek voorkomen , op een
verschillende manier verzwakt , en ze kwamen op verschillende
tijdstippen aan op het punt van bestemming , waar ze weer samengesteld
werden tot een onverstaanbaar geheel.Met spoelen kon met het kapacitief
verzwakkend effekt van de eigen kapaciteit van de lijn compenseren .Dit
was een mijlpaal in de ontwikkeling en de vooruitgang op gebied van
telefoon-netwerken .Heaviside had alle ontwikkelingen op dit
gebied op de voet gevolgd , en zo schreef hij in The Electrician
: " Sir William Thomson s theorie over onderzeese kabels ,
is prachtig geformuleerd , en ik feliciteer hem voor zijn
eksperimenten waarop hij zijn theorie baseerde " . In deze publicatie
van 1887 gaf Heaviside voor het eerst aan , onder welke
voorwaarden men volgens hem ,met in serie geplaatste spoelen ,
informatie , zonder signaal-vervorming kon overzenden op elektrische
kabels . Hij heeft dit idee nooit gepatenteerd , waardoor het op naam
gekomen is van de Amerikaan Prof. Michael Pupin van de
Columbia Universiteit , die Heaviside gelezen had en het idee wel
octrooieerde in 1904 . Men spreekt daarom over "de pupinisatie van
telefoonlijnen " , waarbij Heaviside groot onrecht wordt
aangedaan , want het idee was van hem . Ook George Campbell van
AT&T (American Telephone and Telegraph ) paste die techniek toe ,
na de papers van Heaviside gelezen te hebben , zonder dat deze laatste
daarvoor van deze machtige telefoonmaatschappij ooit een vergoeding
gekregen heeft . In 1888 en 1889 publiceerde Heaviside twee artikels
over de vervorming die elektrische en magnetische velden ondergaan ,
rond een lading die zich beweegt doorheen een midden met grote
dichtheid.In 1889 was Thomson ,alias Lord Kelvin , president
geworden van het Institute of Electrical Engineers , en hij heeft
Heaviside in zijn openings-speech beschreven als " een autoriteit
op het gebied van de telecommunicaties , een man die met zijn
opzoekingswerk op het gebied van kabels en van electromagnetische
golven , het verste van ons allen is doorgedrongen in de
ontrafeling van deze materies ". Deze zelfde Thomson ,was vermaard door
zijn welgekende "telegraaf vergelijkingen " uit de transmissie-lijn
theorie ,maar in zijn speech gaf hij toe ,dat hij daarbij helemaal geen
rekening gehouden had met zelfinductie en inductantie .
In 1891 werd Heaviside verkozen tot "Fellow of the Royal Society
", een grote eer in die tijd , en erkend als eminent specialist van
lange-afstand telegraaf - en telefoon-systemen .
Zijn werk in Paignton en Bradley.
In 1889 verhuisden zijn ouders naar Paignton in Devon , en Oliver ging
met hen mee en bleef bij hen wonen . Men weet dat hij zich rond 1892
verder interesseerde voor
wiskunde , operationele vektor-algebra , en elektromagnetisme .
In 1892 verschenen van zijn hand twee boeken "Electrical
Papers ", in de jaren 1893 tot 1912 gevolgd door nog eens drie
volumes over "Electromagnetic Theory ".Heaviside heeft altijd de
indruk gehad , dat de werkelijke waarde van zijn werk(en) niet
gewaardeerd werd door degenen die mooie algebraïsche oplossingen
verkozen boven zijn revolutionaire opvattingen over elektriciteit
en elektromagnetisme.
Charles Heaviside , zijn vader , bezat na de verhuis , een muziekwinkel
, die uitgebaat werd door Oliver s broers Frank en Charles junior . De
ganse familie was muzikaal , en Oliver speelde aeoleaanse harp ,
en ocarina , dat is een klein , porseleinen langwerpig ei-vormig
blaasinstrument .
De twee ouders van Oliver steunden hem tot hij rond de 45 jaar oud was
, en tot zijn moeder stierf in 1894 en zijn vader in 1896 . Na de dood
van zijn ouders , verhuisde hij in 1897 naar Bradley View in Newton
Abbot .Hij was ongehuwd en woonde van 1897 tot 1909 in , als
betalende gast , bij een genaamde Miss Way . De weinige keren dat hij
buiten kwam ,vooral om te fietsen naar het Pomeroy kasteel , maakte hij
sarcastische opmerkingen tegen de jongeren , hetgeen hem geen
vriend maakte van die jeugd , die daarna soms stenen en rotte appels
gooiden naar de gesloten luiken van zijn studeerkamer .In die periode
kreeg hij vaak bezoek van G.F. Fitzgerald , een natuurkundige , die
vond dat Oliver briljante ideeën had , maar die reeds overleed in 1901
. "Oliver bewonderde de schoonheid van de zuivere wiskundige theoremas
, toegepast op de fysica en de mechanica ", volgens Fitzgerald .
De voor radiogolven weerkaatsende E -laag in de ionosfeer
Op 12 december 1901 had de italiaan Guglielmo Marconi , voor het
eerst radio-seinen over de Atlantische oceaan gestuurd , zonder te
kunnen verklaren waarom ze , zich in rechte lijn voortplantend , niet
verloren gingen in de atmosfeer, door de ronde vorm van de aarde .
Nochtans had de Austro-Hongaar Nikola Tesla , op 3 juli 1899 ,
aangekondigd, dat hij een weerkaatsende laag op 100 kilometer hoogte
vermoedde , waardoor in feite de propagatie van Marconi s signalen kon
verklaard worden .
In 1902 kondigden de Amerikaanse elektrotechnische ingenieur Arthur Edwin Kennely
(1861-1949) en Oliver W. Heaviside , onafhankelijk van elkaar (
Heaviside twee maanden na Kennely ) het bestaan aan van een laag
geioniseerd gas ( waar ionen en elektronen in voldoende hoeveelheid
voorkomen ) , hoog in de atmosfeer , die radiogolven toelaat de ronding
van de aardoppervlakte te volgen . Door deze Heaviside-Kennely ( of
Kennely-Heaviside) -laag , ook E -laag genoemd , worden radio-signalen
weerkaatst , en kunnen ze zich rond de aardbol verplaatsen
en voortbewegen , zonder verloren te gaan in de hogere luchtlagen van
de atmosfeer . De vraag kan hier objektief gesteld worden ,
wie de eerste was , als verdienstelijk vorser , om deze E-laag te
vinden : Tesla , Kennely of Heaviside , en of ze werkelijk niet van
elkaar geweten hebben , en geen enkele publicatie van de andere ,
daarover gelezen hadden .
Nikola Tesla (1856-1943)
Zoals men daarna ook F1 (200 km) en F2 (300 tot 400 km) lagen zou
vinden en benoemen , maakt de E laag deel uit van de zogenaamde
ionosfeer op een hoogte tussen de 100 kilometer en de 400 kilometer
boven de aardoppervlakte , en ze weerkaatst en buigt straling op
langere golflengten af , terwijl ze de zeer korte golven doorlaat die
dus verloren gaan in de hogere luchtlagen . Door meervoudige
weerkaatsingen tussen de aarde (of de zee) en de E , F1 en F2 lagen in
de ionosfeer,kunnen radiogolven zich ver voorbij de zichtbare horizon
voortbewegen . Deze voortplanting of propagatie is sterk
afhankelijk van het uur van de dag en nacht , de seizoenen en de
zonnevlekken-aktiviteit . Hierdoor kan de kwaliteit en de sterkte
van de ontvangst op grote afstand , DX genoemd , op vrij korte tijd
veranderen . Deze weerkaatsing door een ionosfeer , die werkt als een
spiegel , maakt ook , dat men als het ware over het hoofd springt (
"skip") van ontvangst-stations , die dichtbij de zender liggen , maar
niets ontvangen van de uitzending op een bepaalde frekwentie door deze
zender . Dit verschijnsel treedt op wanneer de zogenaamde
grondgolf of rechtstreekse golf , uitgezonden door de zender ,
opgeslorpt wordt door een aardoppervlakte met een slechte
bodemgesteldheid ,en de weerkaatsing op de ionosfeerlaag gebeurt onder
een vrij grote hoek ,zodat de weerkaatste golven niet steil genoeg
terug naar beneden komen om nog de ontvangstantenne van een
dichtbijgelegen ontvangststation te treffen . De juistheid van de
vooropstellingen door Heaviside en Kennely , werd bevestigd door
metingen van de Britse wetenschappers Edward Appleton (in 1924 , 1 jaar
voordat Heaviside overleed in Torquay) en M.A.F. Barnett in 1925
.Appleton had reeds in 1923,radio-impulsen , vanop de aarde , vertikaal
naar boven gestuurd , en de tijd gemeten tussen de naar boven gaande en
de teruggekaatste impulsen . Uit de natuurkundige uitdrukking
afstand = snelheid maal tijd , werd de hoogte van de weerkaatsende laag
gemeten .In Amerika werd in 1926 een andere bewijs-methode toegepast
door de Amerikanen Gregory Breit en Antony Tuve.De Breit-Tuve
recorders , worden vandaag nog wereldwijd gebruikt voor het meten
en registreren van de toestand van de weerkaatsende lagen in de
ionosfeer . De stralings-theorie van de duitser Max Planck ( zie : Max
Planck Institut , Dortmund , in Duitsland) heeft dan samen met de
studie van die hogere luchtlagen , geleid tot het ontstaan van de
radio-astronomie in 1932 .Heaviside had ook een verband gelegd
tussen elektromagnetische straling , uitgaande van de zon , en de
aantrekkingskracht van de zon op de aarde. De invloed van de zon op
radio-propagatie verandert , door zonne-uitbarstingen van plasma ,
en doordat de zon een cyclus vertoont , waarbij de noord-en
de zuidpool van de zonnebol , om de 11 jaar van plaats verwisselen ,
een verschijnsel dat men nog niet heeft kunnen verklaren .
De latere jaren .
Het zou een vergissing zijn , te denken dat Heaviside gelukkiger werd
door de erkenning die hij op het einde van zijn leven , uit
verschillende wetenschappelijke kringen ontving . In 1905 ,
bijvoorbeeld , kende de Universiteit te Göttingen , Duitsland , hem een
ere-doctoraat toe , voor het geheel van zijn opzoekingen .Integendeel
werd hij , met het verstrijken der jaren ,steeds verbitterder . Vanaf
1908 was hij beginnen sukkelen met zijn gezondheid , en stond hij
er ook financieel zeer slecht voor , zodat hij geld moest lenen dat hij
niet kon terugbetalen . In 1913 was hij lid geworden van "the
British Association for the Advancement of Science ". In dat jaar was
hij pas hersteld van een ernstige ziekte . In 1920 was Heaviside nog
steeds zo arm , dat een aantal Amerikaanse ingenieurs en natuurkundigen
, geld inzamelden , om hem van een inkomen te voorzien . Er werd toen
beslag gelegd op het huis van zijn ouders en op dat in Torquay
,waar hij naar verhuisd was in 1909 , na een armoedig leven vol
tegenslag en dat hij ondertussen met een lening gekocht had, maar
vanaf 1921 wou geen enkele bank hem nog geld lenen . " The Institute of
Electrical Engineers " zond hem van dan afaan , regelmatig cheques van
100 engelse ponden . De "Institution of Electrical Engineers " (IEE) ,
kende hem de bronzen "Faraday-medaille " toe , "voor het
herschrijven van de theorie der telecommunicaties ".Dit laatste
gebeurde in 1922 , toen hij reeds 72 jaar oud was .Deze medaille is
bewaard en kan nu nog bekeken worden in het gebouw waar de Londense
afdeling van de IEE gevestigd is .
De woonst in Torquay , was hem in 1909 aangeboden geweest door een
vriend , en hij leefde daar in de volledige afzondering , zijn dagen
slijtend met theoretisch opzoekingswerk . De muren van de kamers in het
huis , hingen vol met reproducties van wetenschappelijke artikels .
Vanuit dat huis heeft hij gecorrespondeerd met researchers uit
verschillende landen , waaronder ook met Heinrich Hertz , en met
professoren van de Oxford universiteit , die hem "de
kluizenaar in een caviteit (=hol[te]) " noemden , omdat hij
zich opsloot in een verwaarloosd huis dat geen enkel normaal
comfort bood .De buren vonden hem een zonderling , omdat ze , de
weinige keren dat hij buiten kwam om een wandeling te maken , zijn rood
haar zagen , en zijn stekende ogen die volgens hen de kinderen bang
maakten , en opmerkten dat zijn vingernagels met zorg gemanicuurd
waren , en geverfd met een roze , glanzende lak .Noodzakelijke
boodschappen werden voor hem gedaan door de plaatselijke politieman ,
die met zijn fluitje door de klep van de brievenbus blies om zijn komst
aan te kondigen.Olivier leed de laatste jaren aan een steeds erger
wordende doofheid , waarbij ook zijn reukzin niet meer werkte
.Einde 1924 vond de politieman -boodschapper , hem
bewusteloos op de grond van zijn kamer , en hij stierf op 75-jarige
leeftijd , op 3 februari 1925 . Hij werd in Paignton begraven bij zijn
ouders .
Zijn voornaamste publicatie , is het vierdelig werk over " Electromagnetic Theory "
waarvan het vierde volume onafgewerkt bleef door zijn onvoorziene
dood .In deze boeken staan de theoretische beschouwingen vermengd
met een vleugje humor en filosofie .
Willy Acke
figuur Tesla ( 4 foto's)
Tesla- naschrift .
Nikola Tesla ( 9 november 1856 - 7 januari 1943 ) was een
tijdgenoot van Marconi . Hij heeft meer dan 100
uitvinders-patenten en 900 brevetten op zijn naam staan. Er bestaan
fotos , waarop men Tesla samen ziet met Edison ,de voormalige koning
van Joegoslavië , Einstein ,de schrijver Marc Twain en de
stichter-direkteur van de Amerikaanse sterkstroom-industrie-reus ,
Westinghouse .
Nikola Tesla is in de loop van de geschiedenis , de enige werkelijke
rivaal geweest van Thomas Alva Edison , met wie hij trouwens een korte
tijd heeft samengewerkt . Edison kon echter geen echte uitvinders naast
zich verdragen en het is vooral wanneer Tesla zich op
wisselstroom -vindingen begon toe te leggen , dat Tesla afhaakte en
Edison , die een fervente aanhanger van gelijkstroom was ,
verliet .
Tesla werd in 1856 in het toenmalig Oostenrijk-Hongaars gebied ,
te Smiljan , Kroatië geboren ,uit een familie waarvan de vader een
orthodoxe priester was , afkomstig uit Servië . Hij studeerde voor
ingenieur aan de Technische Universiteit van Graz ,Oostenrijk en aan de
Universiteit van Praag in Czecoslowakije . Zijn belangrijkste
uitvinding is de inductiemotor of asynchrone motor . Het is een feit
dat hij daarvoor inspiratie gezocht heeft bij de gelijkstroom-dynamo ,(
uitgevonden door de belg Gramme ) , die hij eerst liet draaien als
motor , en daarna omvormde tot wisselstroom-motor. Dit gebeurde toen
hij slechts 16 jaar oud was , maar de eigenlijke industriële produktie
van zijn inductiemotor , vond slechts plaats vanaf 1888 .In 1891 werd
hij staatsburger van de Verenigde Staten .Het was de periode , waarin
de duitser Wilhelm Roentgen , de X- stralen ontdekte.(1895).De
Amerikaan Alexanderson had juist de wisselstroom-generator uitgevonden
, maar Tesla ontwikkelde van deze alternator een geheel eigen
versie .In de loop van zijn leven vol geniale ontdekkingen , waaronder
ook het bestaan van de weerkaatsende E-laag in de ionosfeer , kreeg hij
drie Nobel-prijzen , waarvan één samen met Edison .Hij is bijna 75 jaar
oud geworden
.
Referenties , geraadpleegde werken :
1) Pioniers , door W.A. Atherton , in Electronics & Wireless
World , 1947 : Oliver Heaviside , the champion of inductance .
2) Oliver Heaviside -the man , door M.K. Hobden , in Electronics & Wireless World , augustus 1987 .
3)Heaviside , een onbegrepen genie , door J.J. O Connor en E.F. Robertson , op internet .
4) Alan Heather : Oliver Heaviside ( op internet ).
5) Oliver Heaviside , door Willem Van Der Bijl , in the new Grolier multimedia Encyclopedia .
6) Eric W. Weisstein. "Heaviside Step Function." uit MathWorld ,
1999 CRC Press LLC, Wolfram Research, Inc.
7) Heaviside-Lorentz -units in the Maxwell equations ,
door J. B. Calvert , 9 oktober 2002 , in Physics
8) Tesla -Wardencliffe project archives .
Klik op de afbeelding , om de figuren te bekijken ,
die behoren bij de hieronderstaande tekst :
Heinrich Hertz( 22 feb. 1857 - 1 jan .1894 ) afbeelding1 : Hertz1 ( 4 fotos) Voorwoord : In 1886 en 1887 voerde Hertz , die de voornaamste voorloper (
zonder dat hij het zelf wist ) van de radio mag genoemd worden en
vooral van de antennes , zijn vermaarde laboratorium-proeven uit , die
het hem mogelijk moesten maken , de juistheid vast te stellen van de veronderstel- lingen door de Engelse Maxwell gemaakt , dat lichtgolven identiek zijn aan elektromagnetische golven .Faraday had ontdekt , dat gepolariseerd licht , dat doorheen een plaatje dik glas straalt , een draaiing ondergaat als het plaatje in een magnetisch veld gebracht wordt. Hij toonde daarmee aan dat er een verband bestaat tussen elektriciteit en magnetisme .Helaas had Faraday geen kaas gegeten van wiskunde, maar Maxwell zoveel temeer. Hij toonde aan dat een elektrisch veld een magnetisch veld opwekt en omgekeerd, en dat elektrische en magnetische velden dus niet afzonderlijk kunnen bestaan. Ze houden elkaar in leven , en Maxwell beschreef zuiver wiskundig , hoe deze velden zich zouden behoren te gedragen . Hij definieerde ook het begrip verschuivingsstroom in een diëlektricum , dat voor het eerst
te berde gebracht was door Ampere .Maxwells vergelijkingen voor de
vrije ruimte ,leidden tot differentiaal-vergelijkingen zoals die reeds
bekend waren uit de theorie van het geluid , door Simeon Denis Poison
in 1820 . In feite heeft Maxwell de Poisson golfvergelijkingen als
voorbeeld genomen , om aan te tonen dat vlakke elektromagnetische
golven , transversaal gepo-lariseerd zijn , net zoals lichtgolven
.Hertz bewees proefondervindelijk dat elektrische golven ,zich zoals
lichtgolven ,rechtlijnig voortplanten en kunnen weerkaatst en gebroken
worden . Hij ontwierp een oscillator met een golflengte van 5,5
meter , dus een zodanig hoge frekwentie als niemand hem ooit tevoren
had voorgedaan . Deze zeer hoog-frekwente trillingen (decametrische
golven of VHF-gebied) dreef hij in een verbeterde uitvoering van zijn oscillator nog op tot in het ultra-hoog- frekwent gebied (UHF) , met namelijk een golflengte van 0,6 meter. Als erkentelijkheid aan deze grote onderzoeker , heeft de internationale wetenschappelijke gemeenschap aan het aantal trillingen per sekonde , de benaming hertz toegekend als eenheid van frekwentie.( in plaats van het amerikaanse cycles ) . In 1875 beschreef Hendrik Antoon Lorentz de voortplanting van golven in een kristal ,en de straalbreking ervan ,volgens de
wet van Snellius .In 1888 maakte de Austro-Hongaar Tesla een toestel ,
een soort transformator waarmee hij Hertze golven kon
uitzenden.In 1890 bouwde Branly een coherer , dit is een toestel
waarmee hij Hertze golven kon opvangen en detecteren , en in 1896
verwezenlijkte de Italiaan Marconi draadloze telegrafie op grote
afstanden .Het radiotijdperk was begonnen .
Hertz : een kort , maar inventief leven .
Heinrich Rudolph Hertz werd geboren in Hamburg , Duitsland , op 22 februari 1857.Hij
was de oudste zoon van Dr. G. Hertz , een advocaat die daarna rechter
werd en vervolgens senator . Hij behoorde tot een familie van
invloedrijke en suksesvolle handelaars. Zijn moeder , was de dochter
van een geneesheer , en de afstammelinge van een lange lijn
Lutheriaanse ministers , die allen op hoog kultureel niveau hadden
geleefd en gewerkt .Tijdens zijn middelbare schooljaren , maakte
hij op een eigen schaaf- en draai-bankje , natuurkundige instrumenten ,
en een galvanometer. Hij was zo goed in handwerk , dat zijn leraars
tegen zijn moeder zegden : "laat hem toch vakman worden ". Na zijn middelbare studies studeerde Hertz op 20-jarige leeftijd te München . Hij dacht er eerst over , om ingenieur te worden. Zijn vader was er mee akkoord
gegaan dat hij architect zou worden of ingenieur.Maar na twee
jaren studie in die richting , voelde hij zich gegrepen door de zuivere
natuurwetenschappen . In november 1877 schreef hij aan zijn
ouders een lange brief over zijn toekomst-plannen : "Ik ben werkelijk
beschaamd om het te zeggen , maar ik moet wel : ik verwaarloos op het
ogenblik mijn professionele studies , omdat ik aanvoel , dat ik slechts
een tweederangs ingenieur zal worden . Daarom wil ik mij nu
concentreren op de studie van de natuurwetenschappen . Ik vraag U
, mijn vader ,mij in deze beslissing te willen steunen , veeleer
dan mij één of ander advies te geven .U hebt mij nooit een stroobreed
in de weg gelegd , en ik denk dat u ook nu akkoord zult gaan met deze
wetenschappelijke studies ". Hertz veranderde dus van studierichting
aan de Universiteit en het Technisch Instituut ,en bracht bij zijn
studie van de wiskunde en de mechanica, veel tijd door in het
laboratorium voor fysica . In oktober 1878 , verhuisde hij naar Berlijn
om daar te gaan studeren bij de professoren Helmholtz en Kirchoff .
afbeelding 2 : Helmholtz_portret en Helmholtz_postzegel naast elkaar
Helmholtz
had reeds in 1847 aangetoond , dat elektrische trillingen kunnen
opgewekt worden in L-C (zelfinductie-kapaciteit)- ketens,maar hij had
er geen bevredigende uitleg kunnen aan geven. Enkele jaren later , in
1853 , kon William Thomson dat wel , door een duidelijke uitleg te
verstrekken over elektrische schommelingen in gesloten kringen . In
1865 publiceerde de Engelse geleerde Maxwell een uitstekend theoretisch
werk over de verspreiding van elektrische en magnetische golven
doorheen geleiders , en in de ruimte , gevolgd door On
Electromagnetic Waves in Air , and their Reflection .
Hertz schreef aan zijn ouders : "de professoren (Helmholtz en Kirchoff) zijn giganten , en ik ben nu echt gelukkig ".Helmholtz was een veelzijdig genie. Hij onderwees fysiologie , anatomie , natuurkunde en wiskunde. Zijn ontdekkingen omvatten de meting van de snelheid waarmee een impuls
zich doorheen de zenuwen voortplant, de bewegingen van
geluidsgolven,en het samenvallen van twee hoorbare trillingen tot een
samengestelde onhoorbare , de wet van het behoud van energie , de
theorie van de kleuren-cirkel (belangrijk voor de latere
kleuren-televisie), de uitvinding van de ophthalmoscoop , een
instrument dat nu nog gebruikt wordt door opticiens om fouten van de
ogen vast te stellen ,akoestische harmonie , enz .
In 1880
behaalde Hertz zijn Doctoraat in de Wetenschappen , hetgeen toen
Doctor in de Filosofie (van de mechanica) genoemd werd . In oktober
van dat jaar werd hij aangesteld als assistent van Helmholz , door
wiens raadgevingen hij gestimuleerd werd . Deze samenwerking duurde
drie jaar tot 1883 , jaar waarin hij aan de Universiteit van Kiel mocht
beginnen als Docent in de Theoretische Natuurkunde.Hij begon toen
grondig de elektromagnetische theorie over het licht te
bestuderen,openbaar gemaakt door Maxwell. In april 1885
werd hij bevorderd tot Professor in de Experimentele Natuurkunde , en
hij begon toen les te geven (tot 1889) aan de Technische Hogeschool te
Karlsruhe . In 1886 , hij was toen 29 jaar ,huwde hij daar met de
dochter van de professor (aan dezelfde instelling) in de geodesie ( =
studie van de aardkunde , de aantrekkingskrachten , de wederwerking
tussen aarde en maan , de weersomstandigheden en de evolutie van het
klimaat op aarde , enz.).Het huis van de jonggehuwden werd de
ontmoetingsplaats voor hun medewerkers ,en hun talrijke kulturele
gespreksavonden . Het was in Karlsruhe , dat Hertz , opzoekingswerk
begon op het gebied van de voortplanting van elektrische golven .
Vooraleer hij daarin ver genoeg gevorderd was ,werd hem in 1889
aangeboden , de juist overleden , befaamde Professor Clausius , op te
volgen aan de Universiteit te Bonn. Hij aanvaardde deze betrekking van
Professor in de Natuurkunde, en was aldus op slechts 32-jarige leeftijd
gestegen tot een topfunktie in de academische wereld ,die velen op
slechts veel latere leeftijd met moeite bereikten .
Spijtig
genoeg , heeft hij van deze suksesvolle loopbaan slechts gedurende een
korte tijd kunnen genieten , want in de zomer van 1892 werd hij ernstig
ziek , volgens de toenmalige dokters in de geneeskunde ,( die in die
tijd nog niet ver gevorderd was ) , door een chronische
bloedvergiftiging , te wijten aan het niet verzorgen van een oude
kaakontsteking , die aan het zweren was gegaan . Aan hevige pijnen
lijdend , is hij daaraan op 1 januari 1894 gestorven . Hij zou
bijna een maand later , 37 jaar geworden zijn .In een afscheidsbrief ,
gedateerd 9 december 1893 aan zijn ouders , schreef hij : " Als er
mij werkelijk iets overkomt , moet ge niet treuren , maar een weinig
fier op mij zijn , omdat ik tot de uitverkorenen behoorde , die maar
kort leefde , maar toch genoeg leefde . Ik heb dit noodlot niet gewild
, maar nu dat het mij getroffen heeft , moet ik er maar in berusten ". Onder zijn verzamelde werken , vindt men een verhandeling over de funda- mentele elektromagnetische vergelijkingen van Maxwell , waardoor hij hulde brengt aan zijn voorloper , die hem inspireerde . Een ander werk handelt over " elektrische golven en hun uitbreiding ". Hij beschrijft ook de invloed , die ultra-violet
licht heeft , op een elektrische ontlading . In feite gaat het over de
bevrijding van elektronen uit een materie , die getroffen wordt door
U.V.-licht ,met een gasontlading tot gevolg. En zoals Röntgen het zou
aantonen ,had Hertz ook al vastgesteld " dat zekere stralen (
kathodestralen) in staat waren , dunne metalen platen te doordwarsen ,
zonder er de struktuur van aan te tasten ". Hij schreef een
boek over "die Prinzipien der Mechanik " , nog met grote moeite
afgewerkt tijdens de maanden van zijn ziekte , en enkele maanden na
zijn dood gepubliceerd. Hierin staat een voorwoord van Helmholtz , die
de auteurs leven en werk schetst en hem posthuum looft voor zijn
prestaties .
Het streven en het opzoekingswerk van Hertz
Met betrekking tot het gedrag van lichtgolven , was Newtons theorie over het corpusculair karakter daarvan , in de vroege jaren 1800 , gevolgd geweest door de golf-theorie van Young en Fresnel , die vooropstelden dat het licht zich door- heen de ruimte voortplant in de vorm van longitudinale en transversale golven. Maxwell en Pointyng spraken over golven , die zich in twee loodrecht op elkaar staande vlakken , met de snelheid van het licht voortplantten volgens de Poynting- vektor . Hertz heeft daar jaren later op voortgeborduurd en aangetoond dat licht , een fosforescerende oplichting kan verwekken in vaste-toestand middens , en ook in vloeistoffen . Men kan dit trouwens waarnemen aan de oppervlakte van
zeewater , " das leuchten " , bij het vallen van de avondschemering
.Ook de optica kreeg door al deze opzoekingen , een ferme duw vooruit .
Vastgesteld werd dat elektromagnetische velden aanwezig waren in de
isolatie ,het diëlectricum , ( benaming die in die tijd voor het
eerst gegeven werd ) rond metalen stroomvoerende geleiders , en tussen
de twee platen van een kondensator , waar het magnetisch veld
altijd samengaat met een elektrisch veld , en er steeds loodrecht
opstaat.Hertz geloofde daardoor , dat er een rechtstreeks verband
bestond tussen licht , elektriciteit en magnetisme . Daarop zoekend ,
vond hij , dat het vlak waarin licht gepolariseerd is , verdraait ,
wanneer het onderworpen wordt aan een magnetisch veld . ( analoog met
de opzoekingen van Faraday) . Vanaf 1886 , was hij een lange reeks onderzoekingen begonnen , over elektrische trillingen , voortkomend uit de interesse , die Helmholz in 1879 bij hem gewekt had , door te suggereren , dat hij door een dergelijke studie een prijs kon winnen , voorgesteld door de Berlijnse Academie der Wetenschappen . Daarvoor moest hij een gedeelte van de theorie van Maxwell bewijzen , namelijk het verband tussen diëlektrische
polaristatie , en elektromagnetische straling , een project dat hij
vroeger reeds aangevat had , maar verlaten had ,wegens het niet
voorhanden zijn van schakelingen , die trillingen met een voldoende
hoge frekwentie konden opwekken .
Toen hij tijdens zijn voorlezingen te Karlsruhe , twee platte spiraalvormig gewik- kelde spoelen gebruikte , dicht tegen elkaar opgesteld , en derhalve met elkaar magnetisch
(inductief) gekoppeld zoals in een transformator , stond hij tijdens
een demonstratie verbaasd over het feit dat het zo gemakkelijk was ,
tussen de klemmen van de secundaire spoel , vonken te trekken , op het
ogenblik dat een geladen Leidse fles werd ontladen doorheen de primaire
.
afbeelding 3 : Hertz2 : Leidse Fles
Een
Leidse fles werkt als kondensator , die in bepaalde omstandigheden ,
door ontlading in de eigen zelfinduktie van haar elektroden ,een
uitstervende trilling kan teweegbrengen . Een trage trilling ,want de
eigen kapaciteit van de fles is te groot . Als dat met een dergelijke
trage ontlading mogelijk was , dan veronderstelde hij , dat het
effekt veel groter zou zijn , indien hij daarvoor snellere ontladingen
kon gebruiken , en hij monteerde daarvoor op de uitgangsklemmen van een
klos van Rhumkorff twee korte messing-staven , in het verlengde
van elkaar eindigend op een koperen bolletje , met daartussen een
onderbreking , dus een luchtspleet , om daarin vonken te laten
overspringen.
afbeelding 4 : klos van Rhumkorff en schakeling Rhumkorff naast elkaar
Door
de opstelling in hun verlengde , met de lucht van de luchtspleet als
diëlectricum , hadden de twee staven een geringe
zelfinduktie , en een kleine kapaciteit , als waren het twee
dunne platen van een kondensator .Ze vormden dus een elektrische
trillingskring , met kleine L en C , die door de getrokken vonken in de
luchtspleet , aangestoten werd , en daardoor op hoge frekwentie aan het
trillen ging . De Amerikaan , Joseph Henry ,had reeds aangetoond , dat
de ontlading van een kondensator ,in bepaalde gevallen kon plaatsvinden
in de vorm van gedempte trillingen , en William Thomson ( ook Lord
Kelvin genoemd) had in 1853 de befaamde formule opgesteld van de
periode van een elektrische trilling in een L,C trilkring :
T = 2p.ÖL.C sekonden ( tweemaal pi , vermenigvuldigd
met de vierkantswortel uit het produkt L maal C ), waarin L de
zelfinductie was in henries , en C de kapaciteit in farads.Deze
berekening werd in 1859 geverifieerd door Federsen, die er
eksperimenteel in geslaagd was oscillaties op te wekken ,met een
frekwentie van rond de 100000 trillingen per sekonde. Geen enkele
alternator , kort voor die periode uitgevonden door Alexanderson ,noch
een roterende schakelaar , was er in gelukt een wisselspanning met een
dergelijke hoge frekwentie voort te brengen . Maar Hertz wilde meer ,
en afgaande op de vooropstellingen van Maxwell , had hij
een hoogfrekwente oscillator gebouwd , die hij , met variaties ,
trillingen kon laten voortbrengen , met een golflengte gelegen tussen
enkele meters en 30 centimeters ,dus het gebied van de korte golven .
Hij wou hiermee een voldoende hoge e.m.k. induceren in een
sekundaire , waarvan hij de vorm nog niet vastgelegd had , om vonken
over haar klemmen te kunnen trekken . Over dit opzoekingswerk
publiceerde hij in mei 1887 een verhandeling "over zeer snelle
trillingen ". Om deze trillingen op te vangen , stelde hij een detector
voor , die bestond uit een 2 millimeter dikke koperdraad , gebogen in
de vorm van een rechthoek ( van 75 cm x 75 cm , resonerend op een
golflengte van 4 maal 75 cm = 3 meter,gemonteerd op een houten raam uit
droog hout ) .Door wijzigingen in de lengte van de draad , vond hij ,
dat hij enkel een goed resultaat bereikte , wanneer deze sekundaire
keten ( zijn " resonator ") in resonantie afgestemd was op de
frekwentie van de primaire .Dit was het geval bij een draadlengte van
drie meter ,als halve golf , zodat de volledige golf 6 meter was ,
hetgeen overeenstemt met een frekwentie van 50 Megacycles .
afbeelding 5 Hertz resonator 1 ( dat is de figuur met R , L1,L2 ,V en O)
De
klos van Ruhmkorff R laadde de metalen kogelvormige ladingselementen L1
en L2 op , waardoor vonken in de luchtspleet V getrokken werden , die
een voldoende straling verwekten om in de luchtspleet van de
ontvangstlus O , minuscule vonkjes te doen overslaan . ( proeven
in 1884/1885)
Nochtans verving hij achteraf de vierkante lus
,definitief door een cirkelvormige ( een idee van Helmholtz ),
met 70 centimeter diameter , overeenkomend met een golflengte van pi maal 0,7 = 2,2 meter , omdat de cirkelvorm gemakke- lijker
hanteerbaar was . Hij had de cirkelvormige draad gesloten op een
zeer kleine luchtspleet , waarvan de grootte instelbaar was met
een micrometer-schroef tot een grootte van een tiende van een
millimeter, met de bedoeling daartussen een vonkenboog te trekken
,veroorzaakt door de exciterende primaire kring.
De in de universiteit van Karlsruhe bewaarde ontvangstlus ,waarvan hierboven de foto , en die hij zijn cirkelvormige resonator noemde ,heeft een golflengte , die gelijk is aan 7,95 maal de diameter .
Hij
had dit alles met veel geduld uitgeprobeerd en vermeldde in zijn
publicatie daarover ,dat hij in de duisternis van een donker gemaakte
kamer ,zelfs op vrij grote afstand van de exciter met de klos van
Rhumkorff , vonken had kunnen waarnemen in de luchtspleet van zijn
cirkelvormige ontvangstspoel . Tijdens de waarnemingen , stelde hij vast , dat het vonken verbeterde door bestraling met ultraviolet
licht. Dit is een verschijnsel , hierboven reeds vermeld ,dat vandaag
verklaard kan worden met de Quantum-Mechanica van Schrödinger . Hij
voerde ook de afstand tussen de zender en de ontvanger
geleidelijk op tot 12 meter . Daarbij straalde , achteraf bekeken , zijn vonkenzender , rond de tien kilowatt vermogen
uit , bijzonder hoog voor die tijd , waarvan in de ontvangstspoel
ongeveer 1 watt overbleef , voldoende om een vonkje te trekken .
afbeelding 7 : Hertz resonator 2 (dat is
de figuur met de naast elkaar twee cirkelvormig getekende lussen en
de geinduceerde e.m.k volgens Maxwell)
De vonkjes waren microscopisch klein ,slechts een honderdste van een millimeter lang , en ze duurden een miljoenste van een sekonde , d.w.z. dat ze een frekwentie van
1 MegaHerz hadden . Deze frekwentie-aanduidende benaming bestond toen
nog niet , maar men zou ze later internationaal invoeren , als
eerbetoon aan het pionierswerk van Hertz . Niet alleen bestudeerde hij verschillende vormen van elektromagnetische
inductie tussen een primaire en een sekundaire , op een afstand van
elkaar gelegen , maar ook het begrip "afstemmen in resonantie " , hetgeen
hij na de proeven met zijn cirkelvormige spoel , ook deed met een
gestrekte draad .Nog in hetzelfde jaar 1887 spande hij twee
draden evenwijdig met elkaar , en stelde vast ,dat deze een halve
golflengte lang moesten zijn om in resonantie te kunnen trillen .
(primordiaal voor de goede werking van onze huidige antennen).Men noemt
een dergelijke draad een halve golf dipool of een Hertz-dipool ,
en hij heeft een revolutie teweeggebracht in de ontvangst-en
zendtechnieken in de telecommunicaties .
figuur 8 : overgang tot gestrekte draad
Hij ontdekte toen ook al , dat men een draad
van 3 meter lengte kon verkorten tot 2,6 meter , door de twee uiteinden
kapacitief te belasten met metalen elementen, hetgeen tientallen jaren
later zou toegepast worden in zend-en ontvangst-antennen om er de
fysische lengte van te verkorten .( ook in vertikale antennen met
zogezegde kapacitieve hoed ) . In november 1887 deelde hij de
resultaten van zijn opzoekingen mee aan de Berlijnse Academie .Een jaar
later , in 1888 , herhaalde hij de proeven , deze keer met twee
vertikaal opgestelde dipolen , waarachter hij een metalen parabolische
spiegel , samengesteld uit vertikale metalen stroken ,had geplaatst
,dus de voorloper van antennen voor radar , en van radiotelescopen. Hij
ontdekte dode gebieden in het verlengde van de as van de dipolen
, en bij de horizontaal geplaatste dipolen,zette hij de elektrische
krachtlijnen uit met krijt op de vloer . De sterkste krachtlijn stond
loodrecht op het midden van de dipool .
afbeelding
9 parabool-bundeling ( figuur met twee
parabolen waartussen horizontale rechte lijnen met daaronder
stralingsdiagramma)
De dipolen stonden in de brandlijn van de
parabolen . De zender werkte nog steeds met een klos van Ruhmkorff . De
proef lukte niet goed , omdat volgens Hertz , de afmetingen van de metalen spiegel ( men kende het woord reflector toen nog niet ) te klein waren , op de gebruikte golflengte .Volgens hem zou het met afmetingen van 4 tot 5 meter per metalen lamel , wel gelukt zijn . Later
heeft hij de proef hernomen met reusachtige parabolen , en een
generator op een tienmaal hogere frekwentie ( dus een golflengte van 60
centimeter ) die hij eenvoudigweg bekwam door de bolletjes op de
messing stiften van de klos van Rhumkorff, ter plaatse van de
luchtspleet weg te laten . De eigen kapaciteit van de trilkring werd
daardoor veel kleiner ,en toen lukte het eksperiment , "beter dan hij
verwacht had ". Hij zei dat hij elektrische krachtlijnen had
voortgebracht , "gebundeld zoals lichtstralen en warmtestralen ".Hij
heeft toen de gebogen reflector achter de ontvangst-dipool vervangen
door een vlakke metalen plaat . De meeste proeven werden uitgevoerd in een zaal van 14 x 15 meter , en zes meter hoog waaruit Hertz alle ijzeren pijpen en pijpen voor de gasverlichting had laten verwijderen
.Hij deed de proef in twee grote , aaneengrenzende laboratoriumzalen ,
waarbij het zend-en ontvangst-systeem zo ver mogelijk uit elkaar
geplaatst werden .( Hij is daarbij in een uiterste geval , tot een
onderlinge afstand geraakt van 25 meter ,daarbij aantonend ,dat
elektrische golven zich rechtlijnig voortplanten.) Nu bekwam hij
goede resultaten , zelfs wanneer de houten dubbele deuren tussen de
twee zalen gesloten werden . Plaatste men voor de houten deuren een
geaarde metalen plaat , dan was er geen ontvangst meer . Verving hij
die metalen plaat door parallel geplaatste metalen draden , vertikaal
opgesteld , dan ook niet , bij horizontaal geplaatste dipolen , maar
wel bij vertikaal opgestelde . Plaatste hij het rasterwerk van draden horizontaal , dan was er wel ontvangst bij horizontale zend-en ontvangst-dipolen , maar niet bij vertikaal opgestelde. Daarmee was bewezen dat de straling van een dipool gepolariseerd is ,en dat hij straalt in een voorkeur-vlak . Tevens was de afmeting van de zend- dipool , dezelfde als de afmeting van de ontvangstdipool , en beiden waren verwisselbaar . D.w.z. dat een zend-antenne ook als ontvangstantenne kan dienen en omgekeerd . Dit is de reciprociteitswet of het reciprociteits-theo- rema .
Om
aan te tonen , dat de Hertzse golven op dezelfde wijze worden gebroken
als licht , goot hij van zwavel en pek , grote prismas en lenzen
,waarvan sommigen meer dan een ton wogen .Ze hadden als
grondoppervlakte , een gelijkbenige driehoek met benen van 1,2 meter ,
en waren 1,5 meter hoog . In mei 1888 verscheen daarover van hem
de publicatie "Electromagnetische golven in de lucht, en hun
weerkaatsing ". Hij had door zijn proeven aangetoond dat
elektrische golven zowel door vlakke , als door gebogen metalen
oppervlakken , weerkaatst worden , op dezelfde wijze en volgens
dezelfde wetten van de straal-breking-en weerkaatsing , als deze welke
gelden voor lichtstralen ; dat ze gebroken worden als ze geleid worden
door prismas van paraffine , teer , hout , zwavel . petroleum , en
andere diëlectrische stoffen , en dat ze gepolariseerd worden , als men
ze stuurt doorheen een raster van parallele draden , en dat men ze kan
afbuigen .
afbeelding 10 : weerkaatsing en breking (met prisma) ( naast elkaar )
In
ieder opzicht gelijken de Hertzse golven op het licht , alleen
hebben ze een grotere golflengte , dus een lagere frekwentie . Zijn
metingen toonden wel aan , dat de elektromagnetische golven die
hij had opgewekt , zich voortplantten met de snelheid van het licht. De Berlijnse Academie achtte de onderzoekingen voldoende belangrijk ,en de stelling
waarvoor de prijs was uitgeschreven , voldoende bewezen , om
prijs aan Hertz toe te kennen , temeer daar hij nog een studie
geschreven had "over het experimenteel onderzoek van de
betrekking tussen elektromagnetische krachten , en over de
diëlektrische polarisatie in isolerende stoffen , in het bijzonder in
isolatoren voor elektriciteit ".Hij bewees door experiment , de
ekwivalentie tussen geleidingsstroom en verschuivingsstroom in een
diëlektrikum , uit de eerste vergelijking van Maxwell .
Hertz
was er nu meer dan ooit van overtuigd , dat men geen draden als
geleiders meer nodig had om informatie over te brengen , en dat men dit
kon doen door straling doorheen de ruimte , met een welbepaalde hoge
snelheid van de elektromagnetische golven , volgens de voorspellingen ,
gedaan door Maxwell . Zoals men in de akoestiek , waar de
geluidsgolven zich voortplanten met een snelheid van 300 meter per
sekonde , een patroon van staande golven kan voortbrengen en meten,
deed hij dat nu ook op hoge frekwenties , en bepaalde de positie van de
knopen en de buiken in het staande golfpatroon ,dat ontstaan was door
weerkaatsing en interferentie ( hetgeen hem reeds was voorgedaan door
Young en Fresnel ) tussen een invallende golf en een weerkaatste golf .
De volgende figuren a, b, c geven aan , hoe Hertz met een Lecherlijn , de buiken en knopen heeft gemeten van de elektrische veldverdeling , veroorzaakt door zijn oscillator . De Lecherlijn bestaat uit twee blanke koperdraden , 1 mm diameter of dikker , evenwijdig op een tiental centimeter van elkaar opgesteld . De veldsterkte in volt per meter vertoont een aantal maksima , buiken genoemd en een aantal minima , die in het uiterste geval nul zijn , knopen genoemd . De afstand tussen twee opeenvolgende knopen of twee opeenvolgende buiken , is een halve golf- lengte
van de bekrachtigende wisselspanning . Figuur a geeft de
princieps-opstelling aan van de door Hertz gebruikte Lecherlijn . Hij
sloot zijn generator in F , op de Lecherlijn aan via twee kondensatoren
AAen BB en verschoof een kortsluitstuk b langs de lijn , terwijl hij
het oplichten of uitdoven van het neonlampje g in de gaten hield .Stond
b in een knoop , en lichtte het neonlampje maksimaal op ,en dan
was de afstand tussen b en het lampje gelijk aan een aantal halve
golflengten , plus een kwart golflengte . De figuur b stelt de veldsterkte voor op de Lecherlijn en de figuur c de knopen , voorgesteld door vertikale rechte lijntjes , over de twee draden van de lijn:
Afbeelding 11 a b c Lecher
Verschillende lampjes-aanduiders kunnen de maksima en minima aanduiden. Een neon-lampje is daarbij aangewezen , omdat het geen belasting vormt van
de generator , maar heeft het nadeel dat het slechts plots
aansteekt bij een bepaalde doorslagspanning van zijn gasvulling, als
men het met zijn aansluitdraden , gelijkmatig over de twee draden van
de lechterlijn verschuift ( aan het einde van een houten
stok,bijvoorbeeld een bezemsteel , om door hand-effekt , de
veldverdeling niet te verstoren ). Een fietslampje (nog niet voorhanden
in die tijd), gemonteerd op een pvc-plaatje en met de twee kontakten
aangesloten op koperen gordijnklemmen , die men over de parallele
draden verschuift , geeft een geleidelijker aanduiding van de veld-en
spannings-verdeling in de verschillende punten van de lijn en is
daardoor wel nauwkeuriger als aanduider dan een neon-lampje . Men kan
vandaag zelf nog andere systemen bedenken met een magnetische koppellus
naar de twee draden , aangesloten op twee gelijkrichterdioden die een
micro-ampere-meter doen uitslaan ,enz., dus een detector,die ook weer
langs de lijn moet verschoven worden .Hertz heeft het in zijn tijd met
minder gesoftikeerde middelen moeten stellen., toen hij in 1890 de
metingen uitvoerde op zijn Lecher-leiding.
Zijn vindingen verspreidden zich in de wereld als een stroovuur , en in labora- toria in vele landen werden de proeven van Hertz herhaald . Het werd een tijd, rijk aan nieuwe vindingen , in 1895 , de ontdekking van de X-stralen , en in 1896 , van de radio-aktiviteit . Men vond ook "snellere trillingen ", namelijk infrarood
en ultraviolet licht .Nadat zijn proeven hem bekend gemaakt hadden,
schreef de Engelse wis-en natuurkundige Oliver Heaviside , in 1891 : "
drie jaar geleden wist niemand iets af over elektromagnetische golven .
Nu zijn ze , dankzij Hertz , overal aanwezig ".
Heinrich Hertz
bleef bij dit gehele gebeuren ,nederig en eenvoudig , steeds verwijzend
naar de verwezenlijkingen van anderen, die volgens hem "de weg hadden
geëffend voor zijn eigen onderzoekingen ,en vindingen , waar zijzelf
zeer dicht toe genaderd waren ". De waarheid was echter dat Hertz veel
te bescheiden was , want Volta , Coulomb , Ampére , Faraday en anderen
, waren blijven steken in verworven waarheden , zoals het begrip dat
elektriciteit niet beweegt in een geleider , en de ruimte of de lucht
niet kan doorkruisen , zich niet kan bewegen in diëlectrica, dat er
geen kringvormige elektrische stromen mogelijk zijn , dat elektrische
aantrekkings-en afstotingskrachten met oneindige snelheid gebeurden ,
enz. Faraday had in 1843 de inductie op afstand ontdekt ,menend dat ze
gebeurde met een oneindige snelheid ,maar het is pas in 1864 , dat
Maxwell een veel juistere kijk op al deze verschijnselen formuleerde ,
in zijn publicatie : " De elektro-magnetische theorie van het
licht ". Daarin had hij gesteld , dat men d.m.v. elektrische stromen , straling zou kunnen opwekken, met dezelfde eigenschappen van
licht.Hij beschouwde licht als een elektrische oscillator , waarvan de
trillingen zich door inductie , voortplanten in de ruimte.Terwijl
Helmholtz de ether had ver- geleken met een onsamendrukbare vloeistof, beschreef Maxwell hem als een polariseerbare
vaste stof .Hij had daarbij een aantal gedurfde hypothesen voorop
gesteld , waarvan er achteraf een groot aantal juist bleken te zijn ,
zoals het feit dat elektrische trillingen zich ook in diëlectrica
(zoals bijvoorbeeld in droge lucht ) kunnen voortplanten , en er
in isolerende stoffen ook magnetische en elektrische velden
kunnen bestaan , hetgeen juist is , zoals men kan vaststellen in het
diëlektricum dat de twee platen van een kondensator scheidt . Aan
deze vooropstellingen en veronderstellingen van Maxwell , werd in
die tijd nauwelijks aandacht besteed , ze werden met onverschilligheid , en in het beste geval met een welwillende glimlach onthaald . Immers , iedereen was er van overtuigd dat Fresnel reeds alle optische verschijnselen had verklaard , door zijn " elastische theorie " , zodat men geen behoefte had aan een daarvan verschillende uitleg , die er bovendien ingewikkelder uitzag .Nochtans had Maxwell de synthese gemaakt van licht en elektriciteit , hetgeen Fresnel duidelijk niet deed . Het is dan , dat de onderzoekingen van Hertz de doorslag gaven .
Willy Acke
Geraadpleegde referenties :
1) Heinrich Hertz zum 100 Geburtstag , door Franz M. Feldhaus , in ETZ-B ,Band 9 ,H2 , 1957. 2)
Heinrich Hertz , der Entdecker der elektromagnetischen Wellen ,
door Horst Rathe (Karlsruhe ), in ETZ-A , Band 78 , H7 , 1957 . 3) Heinrich Hertz (1857-1894) , eine Würdigung , door dr.P.Stoll , in STZ , 25 juli 1957. 4) Heinrich Hertz , Gedenkfeier in Karlsruhe aus Anlass der 100 Geburtstages , door Franz Wolf , in ETZ , Elektrotechnische Zeitschrift , Ausgabe A ,78 Jahrgang,Heft 7 , 1 April 1957 . 5) Nachweis der elektromagnetischen Wellen vor 100 Jahren , door Hans Severin (Bochum) in Bulletin Technique E.T.T. , nummer 11 , 1988. 6) Die Technik der kürzesten elektromagnetischen Wellen seit Heinrich Hertz , door Friedrich Wilhelm Gundlach ( Berlin) in ETZ-A , Band 78 , 1957 . 7) Hertz resonator explains modern oscillators , by Marc (onleesbaar) ,univ.prof., in Microwaves & RF , november 1985 8) Ontdekking van de radiogolven door Heinrich Hertz in 1888 , door Frans Bruin, universiteit van Beiroet , in RE , 1978-2 en 1978-3 . 9) Hertz , the discoverer of electric waves , door Julian Blanchard , in Procee- dings of the Institute of Radio Engineers . Volume 26 nummer 5 , Mei 1938 . 10)Il y a cinquante ans , Hertz découvrait les ondes de la radioélectricité , door Louis Houllevigue , in La science et la vie , 1942 , blz. 470 tot 480 .