Tijdens mijn actieve jaren aan boord heb ik van dichtbij gezien met hoeveel koolhydraten en suikers desserts gemaakt worden.
Die desserts heb ik dag in dag uit geserveerd en ik heb gezien wat al die toegevoegde suikers op een paar weken tijd doen met een mens. Ook met jonge mensen, de junior-officieren, die door de aard van hun job toch voldoende lichaamsbeweging hadden. Over sommige senior-officieren zwijg ik best.
Zelf had ik lichaamsbeweging genoeg, de hele dag, want wij hadden geen enkel zittend jobke. Maar ik prijs me nog altijd gelukkig dat ik toen al geen zoetekauw meer was.
Dat onze lever de snelle suikers opslaat en omzet naar de stapelvorm ‘vetten’ wist ik al, maar ik heb het aan boord ook herhaaldelijk voor mijn ogen zien gebeuren. In een paar weken tijd kregen fitte jongens een gezet figuur. Lag het aan die jongens? Nee, het lag aan het typisch CMB menu, het menu van Prado, die man was toen bij de rederij het opperhoofd van het keukendepartement. Twee keer per week gebak als dessert had kunnen volstaan, elke avond is overdreven. De andere vijf dagen had een stuk vers fruit gemogen, zoals ’s middags na de lunch.
Maar 5 dagen op 7 twee stuks vers fruit per persoon is duurder dan wat bloem en suiker. Vandaar 7 dagen op 7 ’s avonds gebak of andere zoetigheid. Het reden was de dagprijs per persoon.
te gast bij Wim Helsen, Lara Taveirne met Iep van Joke Van Leeuwen
De ochtend na dat feestelijke etentje was Viegeltje vertrokken. Door het open raam de wijde lucht in. Naar het zuiden. Tine en Warre zochten onder de tafel, op de servieskast, onder het bed. 'Ze is weg,' zei Warre toen. 'Naar het zuiden, hè,' zei Tine. Ze wilde ook wel naar het zuiden. Maar ze hoorde bij het noorden. En in het noorden kon het best warm zijn, soms, als het niet koud was. 'Misschien komt ze een keer terug,' zei Tine. Warre liep naar buiten en tuurde naar de lucht boven het landschap. Even dacht hij dat hij Viegeltje nog zag. Maar het was een vlekje op de verrekijker.
als u begrijpt wat ik bedoel ~ door Rocor, 12/2009
Het medicijn doet meer kwaad dan goed. Hebt ge de bijsluiter al eens gelezen als ge iets mankeert? Eerst staat er waarvoor het dient, in één zin! Ge moet het ook gans uw leven innemen, anders gaat ge te vroeg dood. Dan staat er een epistel lang waar ge voor moet oppassen als ge het neemt want : het zou kunnen dat uw maag het medicijn niet verdraagt - niet meer innemen en naar de dokter gaan! als ge problemen hebt met de lever - niet aan beginnen, bij hart stoornissen – niet meer innemen en naar de arts gaan, als uw evenwicht uit evenwicht is - niet meer innemen, bij tandbloedingen zijn - naar de apotheker of arts. En zeker oppassen bij het autorijden!
‘Ja man!’, denk ik dan, als dat geen indekken is.
“Had u de nevenverschijnselen op de bijsluiter niet gelezen?” vragen ze als ge er aan doodgaat. Maar het voordeel van de twijfel is er toch ook nog? Stel dat ge het niet neemt en evengoed te vroeg doodgaat.
Ach ja, dit stond er ook nog: “Het zou kunnen dat u impotent wordt”. Wel, dan denk ik hé, dat veel mannen toch liever 10 jaar met opgeheven hoofd door het leven gaan dan 12 jaar met hangende pootjes. Als ge begrijpt wat ik bedoel.
te gast bij Wim Helsen, Adriaan Raemdonck met een tekst van Jan Cox, schilder.
Mijn eerste lezing van de Ilias gaat terug tot mijn veertiende jaar toen ik Grieks leerde op het Barleaus Gymnasium in Amsterdam. Toen ik nu de Ilias herlas, en dit van het eerste tot het laatste vers, overweldigde de monsterachtigheid en schoonheid van de oorlog mij. [...] Het duurde dertig jaar voor ik iets van de wreedheid en de wanhoop die ik in de oorlog heb meegemaakt visueel kon uitdrukken. Men treft er de ergste ijdelheid en de ergste onwaardigheid aan. Ik werd verbaasd door de grootsheid van de mensen, maar anderzijds evenzeer geschokt door hun boosaardigheid. Ik was getuige van de meest verbazende daden van zelfopoffering en de walgelijkste daden van perversiteit en wreedheid. [...] Er was solidariteit en wederzijdse hulp tussen vreemden en verraad binnen dezelfde familie. Nooit waren lelijkheid en schoonheid zo benadrukt. Liefde en haat waren één woord.
In 2002 was ik tijdens een contract aan boord 50 geworden. Hoe en of dat gevierd geworden is weet ik zelfs niet meer en dat is goed zo, 't zal zeker iets simpel geweest zijn. Toen we einde contact in België kwamen was ik dat hele verjaren al vergeten, er stonden anderen dingen op het programma.
Nadat we de jetlag eruit geslapen hadden en de bagage weggewerkt was voelde het appartement weer bewoond aan. We konden beginnen aan een aantal familiale verplichtingen en bezoeken.
We hadden LM's kant van de familie afgewerkt met een gezamelijke drink in een taverne. Aan mijn kant van de familie hadden we een avond getater van Tina doorstaan. Diezelfde week hadden we de deprimerende stiltes bij mijn ouders uitgezeten. En eindelijk, eindelijk! konden we naar Laura en D, naar een namiddag rustige gezelligheid met kabbelend gebabbel.
Toen LM en ik toekwamen vroeg Laura bijna onmiddellijk of we die week al bij Tina geweest waren en of we onze ouders al een bezoek gebracht hadden. Jaja, dat is afgehandeld, antwoordde ik. 'k Wou er nog aan toevoegen dat LM en ik die twee bezoeken zelfs al te boven gekomen waren maar iets maakte dat ik dat niet luidop zei.
Even later zag ik dat de tafel gedekt stond voor een flink aantal mensen. Tiens, dacht ik, ze verwacht volk, nuja, we zullen wel inpassen bij dat gezelschap zeker? Anders had ze ons niet gevraagd. En is was er tamelijk gerust in. Tot de bel ging en Tina zich binnen taterde. Iets later kwamen ook onze ouders toe. Daar ging de rustige namiddag waarop ik me zo verheugd had.
Na het aperitief bleek dat ik aan het hoofd van de tafel moest plaatsnemen. Aan het hoofd van de tafel? Aan de tafel van een ander? Tussen de glazen lag gouden strooisel met daarin het getal 50 vrijgemaakt.
Ik staarde naar het tafelkleed en vroeg : van wie komt dit idee? Van ons Ma en van Tina, zei Laura. En mijn hart zonk nog dieper. Ge had ze moeten stoppen Laura, ge kent mij toch beter dan dat. Maar dat zei ik niet. Ik was zo teleurgesteld dat mijn keel dichtsnoerde en dat ik tranen moest wegslikken. Kenden ze mij dan écht zo weinig? Kende zelfs Laura mij dan zo weinig?
Dat tranen wegslikken lijkt overdreven, maar Laura & D zijn zeer druk bezette mensen, en voor toen die ene keer dat ze écht tijd hadden voor LM en mij, werd onze tijd gekaapt door het duo doe-goeders, Tina en Ma. En Laura had dat laten gebeuren. Erger, ze had hun plan in praktijk gebracht, die feestmaaltijd. Die namiddag besefte ik dat zelfs Laura mij niet meer kende. Anders had ze zoiets nooit laten doorgaan.
Moet men dankbaar zijn voor iets waar men niet om gevraagd heeft? Voor iets dat zelfs liever helemaal niet had zien gebeuren of moeten meemaken? Nee.
Tijdens de moeilijke momenten aan boord had ik me opgetrokken aan bepaalde plannen, aan het ontwerpen van momenten aan de wal. Een gewone namiddag met Laura & D was een idee waaraan ik me kon recht houden, en dan dit … Nee, men moet niet dankbaar zijn voor iets waar men niet om gevraagd heeft.
Er was een enorm gevoel van verlorenheid die namiddag bij die pompeuze feestmaaltijd en de nep-opgewektheid. Laura had zich laten overtoeteren door Tina en Ma en ik besefte dat zij en ik de voeling kwijt waren.
te gast bij Wim Helsen, Ella Leyers met ‘A Moveable Feast’ van Ernest Hemingway
- "And then we'll walk down by the river and along the quais." - "Let's walk down the rue de Seine and look in all the galleries and in the windows of the shops." - "Sure. We can walk anywhere and we can stop at some new café where we don't know anyone and nobody knows us and have a drink". - "We can have two drinks." - "We'll come home and eat here and we'll have a lovely meal and drink Beaune from the co-operative you can see right out of the window there with the price of the Beaune on the window." - "And we're going to have all the books in the world to read en when we go on trips we can take them." - "Would that be honest"? - "Sure". - "My," she said. "We're lucky that you found the place." - "We're always lucky," I said and like a fool I did not knock on wood. There was wood everywhere in that appartement to knock on too.
"Wie was toch die Jamaicaanse vrouw die namens de Verenigde Naties kritiek had op Zwarte Piet ? Verene Shepherd leek uit het niets te komen, maar haar opmerkingen veroorzaakten in Nederland grote ophef. Shepherd is een van de vele onafhankelijke deskundigen die namens de Verenigde Naties onderzoek doen naar mensenrechtenschendingen. Deze deskundigen worden niet betaald en werken vanuit hun eigen land.
Specialisatie
Ze spreken niet rechtstreeks namens de VN, maar mogen binnen hun specialisatie wel onderzoek doen namens de VN. In het geval van Shepherd is dat racisme tegen mensen van Afrikaanse afkomst. Deze onafhankelijke deskundigen kunnen zelf besluiten waar ze onderzoek naar doen, meestal op basis van een ingediende klacht. Dan verzamelen ze een klein aantal andere deskundigen om zich heen en doen gezamenlijk onderzoek. Als ze het nodig vinden, dienen ze ook een rapport in bij de VN-Mensenrechtenraad in Genève. Er zijn op dit moment 51 van deze commissies binnen de mensenrechtenafdeling van de VN, de OHCHR, met 72 deskundigen die een mandaat van de VN hebben gekregen.
Klachten
In het geval van Zwarte Piet kwam er in 2012 een klacht binnen bij Shepherd, waar zij op reageerde. Drie onderzoekers sloten zich aan en samen schreven ze in januari (2013)een brief naar de Nederlandse regering. Die reageerde in juli.
In de Belgische krant Het Laatste Nieuws zegt Marc Jacobs, de Belgische vertegenwoordiger van UNESCO, dat Shepherd en haar commissie weinig voorstellen. "Zij zijn een soort consultants die een vooronderzoekje voor eigen gebruik doen, maar dan wel quasi-officieel vragen stellen aan de Nederlandse Staat."
Maar volgens Ravina Shamdasani, woordvoerster van de OHCHR, OFFICE HIGH COMMISSIONER HUMAN RIGHTS hebben onafhankelijke deskundigen als zij wel degelijk invloed. "Net als andere VN-organen worden hun rapporten via de officiële kanalen van de VN gepubliceerd en serieus genomen."
Sociaal historicus
Shepherd is een sociaal historicus en doceert sinds 1988 aan de Universiteit van West-Indië op Jamaica. Ook is ze hoofd van universitair instituut Gender en Ontwikkeling. Ze studeerde af aan de Cambridge Universiteit in Groot-Brittannië over slavernij en uitbuiting van mensen van Afrikaanse afkomst. Ze publiceerde diverse boeken over slavernij."
Ivm het Sint-&-Piet onderwerp vrees ik dat haastig-verontwaardigde ijver met Mevr Shepherd op de loop ging én dat haar opleiding als geschiedkundige haar danig in de steek liet.
Was ze op zoek naar naambekendheid? Had ze behoefte aan zelfprofilering? Dat zou kunnen.
Wie een beetje zoekt vindt al gauw op het Net dat het zwart van Zwarte Piet roet uit de schouwen is, dat het personage is, geen Afrikaan. Maar Mevr Shepherd is de geschiedkundige? Duur onderzoek, Mevrouw, voor iets dat wij hier al eeuwen weten. En dure propagandareizen voor een zaak die naast de kwestie is.
Jip & Janneke zijn ook zwart ... wat nu?
In het verlengde van wat de Jamaicaanse historica, professor Verene Shepherd meende te hebben ontsluierd :
‘als de goesting terugkeert vallen de oplossingen als rijpe peren uit de boom’van P²
Om die rijpe peren op te vangen staat hier een mandje gereed, en voor mezelf ligt er een helm naast. Een gele. Nu is het wachten op de goesting.
Efkes afstand nemen van een onderwerp of een probleem kan helpen, misschien komt er opnieuw goesting. In het achterhoofd komen dan celletjes in actie die de dingen herschikken en ordenen en daarna ziet het probleem er ineens hanteerbaar uit. Komt tijd, komt raad. Dat is het cliché. Want tijd doét niks natuurlijk, we moeten het wel degelijk zelf allemaal bedenken en beredderen. Dank zij die hernieuwde goesting.
De overdenking is een waarheid als een koe. Zou een koe weten dat zij symbool staat voor rake waarheden? Zoja, dan stoort die status het dier hoegenaamd niet, terwijl het toch een verpletterende verantwoordelijkheid is, symbool staan voor waarheden. Persoonlijk zou ik het niet kunnen, erkend zinnebeeld zijnde wat rustig gaan liggen herkauwen. Toch niet onder een perelaar.
m – HiH-12/2016, amper bijgewerkt want er zit een lijn in de redenering
Wat Sinterklaas heel lang gebracht heeft was een speculaas, wat chocolade en mandarijntjes. Of misschien waren het clementinnekes, ik kan die twee niet uit elkaar houden.
17j of 18j, op een dag had ik tijdens de les een hongertje en ik nam een zo'n oranje ding uit mijn boekentas. Ik had nog geen partje gegeten of de leraar Nederlands stond al naast mijn stoel. 'k Had er niet aan gedacht dat het aroma van de schil zeer ver draagt, dus hij had tot vooraan geroken dat iemand achterin efkes vitamines ging nuttigen. Het mandarijntje moest op de hoek van de lessenaar blijven liggen tot het einde van het lesuur.
Ook toen we niet meer thuis woonden vond mijn moeder het nodig om ons in de eerste week van december dit soort mondvoorraad te bezorgen, want wij kinderen leefden in de Wijde Wereld en het was Winter. Daarom kregen we zo'n pakje speculoos in blinkend, knisperend cellofaan met een strikje rond en een mandje oranje vitaminen.
Graag zou ik in de bloemetjes zetten: (het zijn er een paar)
De kapper van onze hoogbejaarde buurvrouw Marieke. Om de twee weken komt hij onze buurvrouw halen met de wagen. Marieke staat dan beneden te wachten in de gang. De kapper is stipt op tijd, dus lang moet Marieke daar beneden niet blijven rechtstaan.
Wanneer Marieke zijn wagen ziet voorrijden verheldert haar gelaat. De man mag nog zo stipt zijn, Marieke staat al beneden, zozeer kijkt ze uit naar het ritje en het bezoek aan haar kapper.
De kapper stapt uit, loopt de voortuin door, duwt onze zware voordeur open voor Marieke, helpt Marieke het dorpeltje af, luistert samen met haar of de deur wel in het slot klikt, biedt haar zijn arm aan, stapt met haar de voortuin uit, opent het portier van de wagen, helpt Marieke instappen en rijdt dan behoedzaam weg met zijn broze passagierster.
De Kapper vertelde ons dat Marieke al klant is bij hen sinds de tijd van zijn vader. Marieke heeft Deze Kapper (nu zelf opa) weten geboren worden. En zijn kinderen en kleinkinderen dus ook. "Dan is Marieke de mascotte van de zaak?" vroeg ik. 'Mascotte' vond hij een tamelijk oneerbiedig woord. "Marieke is zoals familie" verbeterde hij.
Kapper brengt Marieke ook terug thuis, en dan zien wij opnieuw, in omgekeerde volgorde, datzelfde hoffelijk ritueel, Marieke wordt geëscorteerd tot aan de lift.
De echtgenote van De Kapper krijgt geen bloemetje. Wanneer zíj Marieke komt afhalen, blijft ze gewoon achter het stuur zitten wachten tot Marieke op een of andere manier erin slaagt alle hindernissen te nemen tot ze zonder ongelukken in de passagiersstoel geraakt is. En of Marieke na de kapbeurt veilig de voordeur bereikt wacht zij zelfs niet af. Géén bloemetje dus voor mevrouw, enkel voor Meneer.
(We zijn streng-zuinig vandaag, zowel met bloemen als met hoofdletters.) ____
Verder: een bloemetje voor Elza, de bazin van café H.W.P in Antwerpen-Stad.
Elza brengt elke avond een kom vers gemaakte soep en twee boterhammen naar een overbuurvrouw. Regen, wind of vriesweer, rond 17h45 steekt Elza de drukke straat over om de soep en de boterhammen te bezorgen op de tweede verdieping aan de overkant. De buurvrouw 'leeft en denkt' in de jaren zestig, toen een liter soep nog 6fr koste. Elza ontvangt dus al jaren 3fr voor de dagelijkse kom soep. En een dankbare "merci kind". Sinds we overgeschakeld zijn naar euro ontvangt Elza 10 cent. Elza krijgt dus ook een boeket bloemen van mij. Alhoewel, misschien heeft Elza liever een bussel prei. Of selderij. Of allebei.
Wordt voor gezorgd Elza! ____
Verder: een bloemetje voor De Man die me de weg wees in de grote kliniek.
Hij was zo vriendelijk met me mee te lopen tot ik op de afdeling materniteit was. Daar ging ik mijn nichtje en haar fiere echtgenoot gelukwensen met hun nieuweling op deze planeet. "Hebt u hier een dochter, Meneer, of een schoondochter?" vroeg ik aan die vriendelijke man. "Een dochter van 24, Mevrouw." "Proficiat, Meneer, haar eerste kind?" "Mijn dochter ligt op oncologie Mevrouw." "Excuseer, Meneer, ik dacht..." "Graag gedaan" zei hij, en keerde terug naar de lift.
Ik keek hem na... Dappere Vader. Zijn dochter zo jong, zo ziek, en toch had hij me naar de afdeling 'nieuw leven' begeleid? Als ik het kon zou ik voor hen bidden, bloemen zijn niet voldoende. ____
Verder: Aan alle mensen die me de afgelopen jaren hielpen, ik had U toen-en-dan duidelijker moeten zeggen : "DANK U".
Duidelijk 'dank u' zeggen, niet zomaar iets mompelen van bedankt, dat was toen een voornemen en ik heb me daar sindsdien zo goed mogelijk aan gehouden, hoop ik. In alle talen die ik ken, inclusief lichaamstaal. Het is een grondmotief geworden: snel door intonatie, blik en glimlach laten horen dat ik het meen. Soms snel, omdat de situatie dat vraagt.
En sinds 2009 let ik er nóg beter op. De holle, formele beleefdheidsformules die we zo vaak horen (én lezen) probeer ik bewust te vermijden. Omdat een gemeend 'dank u' zoveel belangrijker is in de wisselwerking tussen mensen dan het hol, formeel bedankje.
Gobikamelen in wintervacht : niet echt aaibare knuffeldieren maar hun wol is wel topmateriaal.
In de winter van 2002 hebben LM en ik onszelf een Gobi dekbed cadeau gedaan. Zo’n dekbed is gevuld met Gobiwol van de langharige Gobikamelen uit de Gobiwoestijn in Mongobië Mongolië, vlak onder Siberië. Die dieren verdragen in de winter temperaturen tot -40°C. In de zomer hebben ze hun winterwol niet nodig. Daar maken de mensen van Mongolië dan nuttige dingen mee zoals dekbedden voor koukleumen over de hele wereld en in Ekeren.
Het dekbed is een lap van 2m60 breed. Groot genoeg om met twee de nacht onder door te brengen. Toen we het pas hadden wou ik weten of het waar was, dat van die wol. LM was wakker en stond op, en ik bleef liggen want ik wou die Gobi uitproberen. Het was hier geen -40° natuurlijk, maar ik wou toch dat hij de terrasdeur open zette. Wijd open. Ik zou blijven liggen onder de Gobi om te testen wat en hoe, want het sneeuwde. Dat leek me koud genoeg. Ik nam een boek, draaide me op mijn buik en trok de Gobi over mijn hoofd. LM verliet de kamer en had hoorbaar bedenkingen bij mijn test.
Het werd stil. Het werd kouder in de kamer. Dat voelde ik aan mijn neus. Ik trok de Gobi nog wat verder over mijn hoofd, tot hij afhing als een capuchon. Mijn neus bleef fris, maar werd niet koud. Verder bleef ik gewoon warm. Tenen, vingers, oren, alles oké onder de Gobi-tent.
Het was zo stil dat ik af en toe eens keek of het nog sneeuwde. Jawel, in alle stilte sneeuwde het feestelijk verder. Veel. En na een tijdje rook ik het. De geur van sneeuw. Heel fijn, heel subtiel, maar wel aanwezig. Ik stopte met lezen want die geur was een openbaring. Ik schoof het boek opzij en legde mijn hoofd op het kussen. Zo'n frêle geur, daar moet men van genieten wanneer die zich aandient. En ik viel weer in slaap van pure gelukzaligheid.
De prozaïsche ziel vroeg achteraf of het rook als water, want sneeuw is toch maar wat bevroren water? Neje! Vallende sneeuw ruikt als vallende sneeuw.
-----
Met Oudejaar lag er 's avonds een doosje naast mijn bord, L'Eau d'Issey van Miyake, een heel subtiel parfum. Mijn hart smolt. Het is niet de geur van vallende sneeuw, maar het is de beste benadering die een neus kan bedenken.
Veel later las ik de ontstaansgeschiedenis van dat parfum. Iets met calone, watermeloenen. Dat heb ik hem niet verteld. Als watermeloenen uit de lucht zouden vallen dan is dat geen milde witte bui maar een rood bombardement. Dat beeld klopte niet met al het voorgaande.
Gisterenvoormiddag zaten LM en ik hier in het bureautje te palaveren en in de verte, in de straat die we vroeger niet konden zien omdat er ooit bomen stonden, zag ik de Sint lopen. Met achter hem Zwarte Piet. Nog een echte ZwP.
- Kijk! de Sint! riep ik. Toen LM zich omdraaide om uit het raam te kijken waren de heilige man en zijn assistent uit het zicht verdwenen. LM vindt het kind in mij nog af en toe charmant, maar niet zomaar tijdens zijn monoloog over zijn treurnis omdat in de Formule 1 zijn favoriet gestopt is als piloot.
- En toch liepen ze daar! Kijk! Nu weer!
De Sint was blijkbaar iets in de auto vergeten en samen met Piet stonden ze daar iets aan te doen.
- Blijf kijken! dwong ik LM.
Want een favoriet in de autokoers of niet, dit hier ging over de goedheilige man Nicolaas. En die is van een gans Andere Orde.
ZwP nam uit de auto wat nog nodig was en de Sint volgde hem weer naar het adres van zojuist. Toen ik hem van hier uit tussen twee geparkeerde wagens zag langslopen zag ik weer die flits van wit-en-rood in het lang. Dat liegt toch niet? En dan die mijter. Eerlijk gezegd, 'k denk dat LM een beetje sjaloes is dat ik als eerste de Sint gezien heb en niet hij.
iemand heeft nog géén Canvas-profiel aangemaakt? Wat een ellende! Toen ik het las verslikte ik mij van puur ongeloof.
Sinds januari vorig jaar vraagt de VRT om een profiel aanmaken. Waarschijnlijk moeten onze profielen dienen voor hun statistieken, 't is dus een formaliteit, ze vragen geen familiegeheimen of pincodes. Enkel het geboortejaar en de postcode, de gebruikelijke rimram dus. Waarschijnlijk heeft het iets te maken met de regio en de leeftijdsgroepen van de kijkers. Dat willen ze in kaart brengen. Meer is het niet.
Bij een eerste bezoek meldt men zich als "nieuwe gebruiker". Vanaf dan, en alle volgende keren, volstaat het de link naar het Winteruur-gesprek aan te klikken. Heel die procedure ben ik toen vlot doorgekomen en ik heb ze nog eens getest op LM. Zoals ik heeft LM dat inschrijven toen overleefd en zonder letsels doorlopen.
Vervolgens stuurt de VRT u een mail met daarin een linkje om uw profiel te activeren. Linkje aanklikken. Klaar, uw profiel is actief. Vanaf nu werkt op het blog de link naar het Winteruur-gesprek vanzelf, gewoon aanklikken. Probeer maar : https://www.vrt.be/vrtnu/a-z/winteruur/4/winteruur-s4a17/ ~ 09min50 Voor ondertiteling rechts onderaan het schermpje de =-knop aanklikken.
Buiten Winteruur op Canvas biedt uw nieuw verworven profiel toegang tot veel andere VRT-programma’s, namelijk de programma's die ge niet kunnen kijken hebt omdat bvb een huisgenoot de afstandsbediening gegijzeld hield & houdt. Waaruit volgt : laat-u-niet-beknotten, maak dat profiel aan.
Ivm Wim Helsen : hij haalt graag clownerijen uit, maar als interviewer is hij integer.
Die man heeft een enerzijds en een anderzijds of meer zijden, hij is veelzijdig. Dit is het vierde seizoen dat ik bekijk en documenteer en Helsen manipuleert de studiogast niet. Laat u aub niets wijsmaken. En of hij 'theatraal' is? We zijn al een tijdje meerderjarig hé? Wel, als meerderjarig zelfstandig denkend persoon kijkt & oordeelt men zélf. En nu kan dat, dank zij uw profieltje én het kan op een tijdstip dat het u schikt. Het VRT-profiel en de computer ontvoogden ons van de afstandsbediening.
Eerlijk gezegd had ik nooit gedacht dat ik bovenstaande lijnen zou schrijven.
de rest van mijn pleidooi
Soms denk ik dat Helsen ergens een schuifschakelaar heeft zitten waarmee hij naar zijn zevenjarige ik glijdt en dan moeiteloos weer terug komt. Een beetje kinderlijk, een beetje 'onnozel'. Misschien is het een pose, maar dan is ze heel goed gebracht want hij komt me als oprecht over. Candeur, is het woord dat me te binnen schiet wanneer ik hem onwennig zie worden.
Winteruur vind ik een heel geschikt programma. Over woorden en tekst in kleine hapjes om te proeven van een stroming of een oeuvre. Helemaal mijn meug, die kleine hapjes. Het oeuvre van een kunstschilder bekijkt men ook per werk, per stuk. Eén hapje per keer.
randinformatie
Wanneer ik met de teksten van de studiogasten bezig ben, raak ikzelf de tover kwijt. Een paar keren de gebrachte tekst herlezen, het origineel ergens zien te vinden, want de versie die Canvas geeft is soms niet volledig, randinformatie erbij halen, opzoeken of die klopt (de jaartallen & de namen soms!), kopiëren, plakken, de opmaak op 't blog in het oog houden, het geheel nakijken … Het filmpje een tweede keer bekijken (een verplichte dubbel, voor mezelf). Hopen dat ergens een kernzin uitspringt als Canvas die niet geeft in de inleiding. Eventueel een derde keer kijken. Gaandeweg wordt de aflevering triviaal. Het wordt banaal materiaal, zo ’s morgens vroeg in wintertijd. Het gedoe wordt puur redactioneel werk, maken dat ik het verzonden krijg en klaar. Als ik nu eens enkel de Canvas-link inzond, zou dat niet gemakkelijker zijn?
En dan plots zie ik het weer: ik serveer graag te lezen. Dat beetje afwerking moet erbij : een blaadje illustratie, een paar snippers informatie, een schijfje documentatie. Leeshapjes! Natuurlijk! Natúúrlijk is al dat nachtelijk gedoe geen verloren moeite.
maar nog altijd geen profiel aangemaakt?
De 75 afleveringen van vorig winterseizoen zijn dus ergens wél verloren moeite geweest omdat … omdat de huisgenoot wegzapt bij het gezicht van Wim Helsen en bij voorbaat voorbijgaat aan het stuk tekst, aan de mogelijke inhoud van het programma.
En zo ook voor de 18 afleveringen van dit seizoen? Als meerderjarig en zelfstandig denkend persoon kijkt & oordeelt men zélf. Waarom u laten beknotten? Kom, maak nu dat profiel maar aan.
een spiegel tegen het alleen zijn -van zijn blog geplukt-
een spiegel in de kamer waar iedereen in kijkt je ziet je evenbeeld je voelt je dan eenzamer het is of het dan lijkt dat je je niet verveelt
big ietie 16/11/2016
Wow! Dat is een heel rake schets. Mijn hoed af.
" je ziet je evenbeeld je voelt je dan eenzamer het is of het dan lijkt dat je je niet verveelt "
Dat deed me denken aan De Spiegel (1989) van Carmiggelt. Dat stukje gaat ongeveer over hetzelfde – een spiegel tegen de eenzaamheid, of tegen het alleen zijn, een spiegel om daarin een beetje beweging te zien, al is het de eigen beweging. Op het Net vind ik de tekst niet terug. Gelukkig werd deze monoloog verfilmd. Martine Bijl brengt een verhaal van een tippelaarster, over haar onvermogen om alleen te zijn. Daardoor papt ze aan met de meest foute mannen, oa met een psychopaat.
Ze vertelt over de 51 dagen die ze moest uitzitten in de gevangenis wegens tippelen. Ze had de proces-verbalen weggemoffeld. In de cel had ze een kleine spiegel op haar tafeltje gezet. Tijdens het eten zag ze in dat spiegeltje haar handen bewegen. Zo had ze even de illusie dat er iemand mee aan tafel zat. "het is of dat het lijkt dat je je niet verveelt" deed me daaraan denken. Het spiegeltje werd haar afgenomen.
Wat het filmpje volgens mij zo pakkend maakt is dat het personage niet klaagt of jammert. Met rustige stem doet ze relaas, vertelt ze wat er gebeurd is.
De kronkelpaden van een leven, minimalistisch beschreven door Carmiggelt en zonder smuk vertolkt door Martine Bijl, een meesterlijke combinatie.
Werk af waar je mee bezig bent, voor je aan iets nieuws begint, want je zet best maar één stap per keer. van P²
Bij mij lukt dat niet. Langs geen kanten. Toch niet als het over schrijven gaat.
Er komt een idee binnenwaaien, ik geef het een werktitel + een zoekterm voor het archiefje, ik zet een paar lijnen als staketsel en ik sla het ding op in de map 'in de maak'. Daar blijft het idee liggen rijpen tot ik er verder kan of wil aan werken. Of tot wanneer ik het nodig heb.
Teksten één voor één afwerken, volledig uitschrijven, het zou me gewoon niet lukken. Langs geen kanten. Zonder mijn map 'in de maak' kan ik niet. Daarin zitten teksten in verschillende stadia van voltooiing, zoals werkstukken in een atelier liggen of hangen.
Bij sommige stukken moet de lijm drogen, bij andere moet de vernis uitharden. Ondertussen doet men verder met iets anders, ofwel met een definitieve afwerking, ofwel zet men iets nieuws op poten.
Zo gaat dat hier met teksten ook. Eén stap tegelijk, ja, maar de richtingen kies ik niet zelf. Die worden bepaald door de teksten zelf, door de opgaven die komen aanwaaien, én door de correspondentie. Soms gaat correspondentie plots voor en moet al het andere wijken en wachten. Teksten, mails, het heeft allemaal zijn tijd nodig.
Gelukkig is er LM. Hij doet graag de boodschappen en hij kookt graag. En wie ben ik om hem dat genoegen te ontzeggen ...
Het zal in 1999 geweest zijn. Nicky & ik hadden elke dag van 18h tot 19h service in de bar. Happy hour. Dat bestond toen nog. Onder het toeziend oog van de capt hemzelve, natuurlijk.
Het was het uur van de straffe verhalen. Over andere schepen. Nooit over het eigen schip. Verhalen zijn lijk fruit. Verhalen moeten eerst omvang en kleur krijgen eer ze plukrijp zijn en dan pas kunnen ze geserveerd worden. De sterke verhalen over andere schepen hadden dat proces al doorgemaakt. Er werd al eens gelachen tussen 18h en 19h. Soms gingen de verhalen over situaties. Soms gingen de verhalen over notoire figuren, mensen die met de jaren levende legendes geworden waren, door hun aard en hun karakter.
Op een keer ging het over Chef LdG. Hij is West-Vlaming en de West-Vlamingen hebben binnen de koopvaardij dezelfde reputatie als de Ardennezen : harde werkers maar eigenzinnig. Zeer eigenzinnig. LM en ik hebben een keer of drie gevaren met Chef LdG en terwijl iedereen, zelfs capt DM, op zijn hoede was voor die man, slibberde ik overal door, ik deed alsof ik zijn humeurschokken niet merkte. 'k Zorgde er wel voor dat LM zijn typwerk ruim intijds en correct werd afgeleverd. En met ruim intijds bedoel ik 12 hrs op voorhand. Harde werkers gelijk LdG appreciëren dat soort dingen.
----- Eigenaardig hoe ik, ook in de pre-LM periode in de smaak viel bij grote, struise, buikige gradés. Mogelijk omdat ik er zo belachelijk onschadelijk uitzie. 'Elk nadeel hep se voordeel'. Waarschijnlijk kon ik hen amuseren omdat ik niet tot hun departement hoorde. Met die kleine kakkerlak van de pantry kon men al eens babbelen en lachen. Iemand van hun eigen departement had zich zoveel gegoochel niet moeten veroorloven. In een vorig leven ben ik mogelijk nar geweest. -----
Later, toen ik LM vergezelde en geen bemanningslid meer mocht zijn, enkel scheepsgezel, werd ik een titske voorzichtiger met dat soort evenwichtsoefeningetjes. Bon. Chef Laurent, de baas van LM, was dus ook zo'n zwaargewicht dat me wel goed kon verdragen. Plezierige momenten mee meegemaakt. Hij lachte nooit voluit. Hij keek weg en trok eens met de mondhoeken. 'Klein spook', dacht hij dan, of zoiets. Het was zo ongeveer de nonkel-nichtje relatie.
En op die avond, aan de bar op dat ander schip, ging het gesprek over hem. Het ene verhaal bracht het andere mee. Chef Laurent was al van veterane leeftijd, dus ieder van de aanwezigen had wel eens met hem gevaren of had verhalen over hem gehoord. Iemand wist te vertellen dat hij ongeveer met pensioen ging.
Na het zoveelste lachsalvo gaf de captain teken dat het tijd werd om aan tafel te gaan. Tijdens het afruimen zei ik met een zucht vol nostalgie : "Ach ja … Tonton Laurent …" Er viel een loden stilte en de gezichten bevroren waar ik bij stond. "Is LdG uw nónkel?" Ik keek op en zag wat mijn zucht had aangericht. Ontsteltenis : als zij het nichtje is van LdG dan gaat ze hem dit alles vertellen ! "Eh, nee, ik ben geen nichtje, ik noem hem nu maar efkes zo omdat hij en ik eigenlijk …"
Maar niemand geloofde me nog. Ze vonden me het eerste half uur aan tafel zelfs een beetje een onderkruipster, omdat ik verzwegen had dat LdG mijn nonkel was. Maar LdG wás helemaal niet mijn nonkel. Niks geen familiebanden. Ik had het woord tonton (ome, nonkel) enkel gebruikt om aan te geven dat die bullebak mij soms kon verdragen. Dat was alles. Een toffe kaptein wordt soms papasan genoemd, awel, een toffe chef noem ik tonton … meer is dat niet.
Pas bij het dessert was het min of meer uitgeklaard. Al bleven de meningen verdeeld of chef LdG wel 'nen toffe' kon genoemd worden. Tja. Het leven aan boord heeft zo zijn momentjes.
te gast bij Wim Helsen, Stefan Brijs met De tuinman en de Koningin - Ramón J. Sender
In de winter van 1936 was ik met mijn broer Manuel op everzwijnenjacht in Aragón. We waren te paard en spraken over de politiek. 'Als de fascisten in opstand komen en winnen,' zei hij, 'schieten ze van ons beiden mij het eerst dood.' Hij zei het glimlachend, zoals men al te ernstige dingen wel meer zegt. Kort daarop brak de burgeroorlog uit en de fascisten behaalden de overwinning in de provinciehoofdstad waar hij burgemeester was. Er kwamen twee politieagenten bij hem thuis. Ze zeiden: 'We hebben opdracht u te arresteren. U moet weggaan, we zullen zeggen dat we u niet gevonden hebben.' Mijn broer Manuel antwoordde: 'Ik heb geen reden om te vluchten. Ik ga niet. Jullie kunnen me arresteren als jullie willen.' Zijn auto stond met benzine gevuld in de garage en vijftig mijl verder lag de Franse grens. […] Mijn broer vond het edeler te blijven en het gevaar onder de ogen te zien met zijn rustige glimlach van 'honnête homme'. Een week later werd hij zonder vorm van proces doodgeschoten.
In 1997 besloot LM dat er een woonst gekocht moest worden. Liefst terstond, want er was iets gunstig met de rentevoeten. En toen vouwde hij de krant dicht. Die rentevoeten nam ik zeer serieus en dezelfde namiddag nog startten we onze zoektocht.
Eerst hadden we weer een kompas nodig, want huizen zoeken doet men met een kompas omdat mijn grootvader (langs moederskant) ooit gezegd heeft tegen mijn ma dat ze op zoek naar bouwgrond een kompas moest meenemen. Om te weten waar de woonkamer kwam te liggen. Aan de zuidkant. En om te weten waar de zuidkant ligt, heeft men een kompas nodig. Hoogstens zuidwest, maar dat was al een toegeving.
Nu kijkt men op Google Earth hoe een gebouw of terrein georiënteerd ligt, maar toen was het nog met een kompas te doen.
Het vorig kompas had ik uitgeleend aan Tina en zij wist het niet zo direct te vinden. Mogelijk lag het bij haar dochter, zei ze. In Frankrijk! Jamaar, ze had nooit gedacht dat wij dat kompas nog eens zouden nodig hebben en vermits ginder in het zuiden al eens een bergwandeling gemaakt werd … het ene flauw excuus na het andere. Kortom, ze had het kompas niet meer en ze kon er niet snel aan geraken ookni.
Nieuw kompas gaan kopen dan maar, want ik wou het geen tweede keer meemaken dat iemand ons probeerde wijs te maken dat de namiddagzon binnen scheen in een woonkamer die pal oost lag, zoals vijf jaar eerder toen we op zoek waren naar een huurappartement.
LM was toen geneigd het vrouwke nog te geloven ook, om redenen die niks met zuid of zuidwest te maken hadden. Ze zag er 'vriendelijk' uit, vond hij, dus geloofwaardig. Al goed dat ik toen mijn kompas op de vensterbank kon leggen : oost. Er kwam enkel 's ochtends zonlicht binnen. Ze zag er 'leugenachtig' uit, vond mijn windvaantje, niet zo vriendelijk meer dat medammeke.
Vandaar, eer we op zoek gingen naar een koopappartement, moesten we een kompas kopen. Maar dit keer geen duur stuk meer. Een gewoon kompasje weet ook het noorden liggen. Op de Statielei in Mortsel zouden we dat wel vinden, desnoods bij 't Bazarke dacht ik. Toen was die winkel nog een gezellig gedoe, niet zo'n gestroomlijnd geval.
We hadden tamelijk wat boodschappen te doen en we splitsten op. LM de ene kant van de lei, ik de andere en toen ik bij de bakker buiten kwam, bedacht ik dat ik al eens in die speelgoedwinkel kon gaan vragen naar een kompas.
Nee, dat hadden ze niet, maar kompassen waren besteld, want er was de laatste tijd weer vraag naar. Goed, dat wist ik dan alvast. Het was april, de jeugdbewegingen waren hun zomerkampen aan het plannen en vandaar die vraag naar kompassen natuurlijk. Meende ik te begrijpen in al mijn onnozelheid.
Want wat bleek achteraf, LM was een kwartier eerder in diezelfde winkel ook al gaan vragen naar een kompas. Dat bedoelde die man met 'de laatste tijd', twee vragen binnen de vijftien minuten. Geen van ons twee had bij de ijverige man een kompas gereserveerd want later was niet goed genoeg, we wilden het nú, vandaag, heute. LM en ik zijn langs de meneer zijn uitstalramen geslopen, de Statielei uit, op weg naar elders want wij wouwen & zouwen dezelfde dag nog een kompas om onze zoektocht naar een koopappartement te kunnen beginnen.
Waar we die dag het kleinood gevonden hebben weet ik niet meer, maar een tien dagen later hadden we wel dit appartement beet dat op alle punten, min één, voldeed aan onze wenslijst. De oriëntatie van het gebouw was helemaal wat we wilden : de woonkamer pal zuid gelegen. Het enige probleem was dat het gebouw er nog niet stond. Maar dat bleek een détail. De papieren werden getekend en we konden met een gerust hart vertrekken voor het volgend contract op zee. Het kompas werd opgeborgen, want aan boord gebruikt men voor de navigatie groter en beter.
Gisterenavond kreeg ik een magnifiek filmpje in de mailbus, muziek met beeld. Maar de animatie is géén tekenfilmpje. Eerst een woordje uitleg over die beeldvorming.
Line Rider (wikipedia)
Line Rider is een Flash-computerspel. Het was oorspronkelijk gemaakt voor examendoeleinden door Boštjan Čadez, een student in Slovenië. Het werd een internetfenomeen in oktober 2006.
De basis is : men tekent een of meerdere lijnen met de muis waar dan een klein poppetje op een slee op kan rijden. Maar het poppetje kan wel snel van z'n sleetje afvallen !
De maker heeft gezegd dat hij het spel meer een speeltje dan een spel vindt, omdat er namelijk geen duidelijk doel is.
Ook al lijkt het spel zo simpel, toch zijn er erg veel ingewikkelde parcours ontworpen waar loopings en andere stunts bij zitten. Veel mensen hebben er een filmpje van gemaakt en het op YouTube gezet, onder andere.
Onderstaand kunststuk is dus gemaakt met als gereedschap het Line Rider-spel, met alle beperkingen van dat spel, door iemand die zich DoodleChaos noemt. Het werk nam meer dan drie maanden in beslag. Het filmpje werd 23/10/2018 op You Tube gezet en telt nu al meer dan 1,6 mio bezoeken.
klank aanzetten: https://www.youtube.com/watch?v=vcBn04IyELc 04min25 – let op het noodlottig parcours "I spent over 3 months synchronizing a line rider track to Beethoven's 5th drawing everything by hand. There is no animation happening here. Any time a character leaves the screen they are being directed by unseen lines to the next location. This is not the full length of the piece. I spliced together parts to make it possible for me to finish the project in a practical amount of time. I don't think my sanity could handle 3 more months of this melody. Thanks again to Conundrumer for technical support for supporting multiple riders."
Drie maanden werk om (binnen de regels van Line Rider) een parcours te ontwerpen van vier minuten, om vier minuten muziek in beeld te brengen. Het volledig Allegro con brio duurt ongeveer 08 minuten, dat is 2 x langer dan het filmpje.
Wie zelf eens wil proberen een parcours te tekenen om een poppetje te laten sleerijden zonder dat het onbedoeld de afgrond intuimelt : https://www.linerider.com/ . Succes gewenst. Niet zo simpel hé. Daarom noem ik het ontwerp van Mr of Mevr DoodleChaos geniaal.
te gast bij Wim Helsen, Tiny Bertels met Envoi van Mohamed El Bachiri
Als ik niet had meegemaakt wat ik heb meegemaakt Als niemand me ooit het woord had gegeven Als niemand me ooit de kans had gegeven om te spreken. Had je nooit gehoord wat ik te zeggen heb.
Ik, metrobestuurder, Was een moslim zoals zovelen, Die je niet hoort, Die je niet ziet Maar die o zo talrijk zijn.
PS ~ do-29/11 : bij het zien van de ontroering van Tiny Bertels bij Wim Helsen kreeg ik plots het onbehaaglijk gevoel 'dit is acteerwerk', dit is propaganda voor een of andere zaak. Dit gesprek moet de boekskes halen … Mijn zussen en ik zijn grootgebracht door twee acteurs en geloof me, ook al zijn ze met iets anders bezig, den theater is nooit ver weg. Bekijk het gesprek nog eens en laat weten of ik overdrijf.