Toen waren we nog met negen ~ door Rocor - 04-04-2008
Ik ben de jongste van de negen, een bende jonge mannen met veel zin om te leven, allemaal schoonbroers. We wilden werken en het ver brengen in het leven, we deden soms gek en hadden veel plezier. We hadden mooie vrouwen en die wilden ook wel… Nu zijn we nog met twee en we zijn 70 jaar, we willen nog wel, maar wat trager. Onze andere schoonbroers zijn overleden, vorige week hebben we nog een zwager begraven. Hij was 78. Ik heb voorgesteld om bij hem te waken ’s nachts, om zijn doodstrijd wat dragelijker te maken, het is een heel aparte gebeurtenis, ik heb gans de nacht naar zijn gezicht gekeken, in de hoop dat het nog goed kwam, goed wetend dat niets meer hielp.
Af en toe zijn lippen wat bevochtigen, af en toe eens tegen hem praten in de hoop dat hij zou antwoorden. Ook luisteren naar zijn korte ademstoten, vier zakjes met middelen aangesloten in zijn magere lichaam, om een beetje comfortabeler de wereld te verlaten. Comfortabel het leven verlaten heet dat, ik heb er last mee. Hoe kan dat nu, comfortabel het leven verlaten. Men zal het over pijn hebben natuurlijk. Er is ook een zakje met vloeistof waarmee men u in subcoma houdt zodat ge niemand meer herkent, ook geen afscheid kunt nemen. Alles is toch al gezegd als ge elkaar 50 jaar kent.
Die nacht heb ik ervaren dat een mens ongelooflijk graag in leven wil blijven. Ons broer snakte 2 dagen en 2 nachten naar adem in zo een hels tempo dat het niet vol te houden is door een atleet in topconditie. En waarom? Om het heengaan toch nog wat uit te stellen, hij wilde blijven, hij gaf niet op. Om het sterven wat milder te maken kon hij nog een prikje krijgen met morfine. Toen is hij zacht ingeslapen in het niets. Hij had gevraagd om verast te worden en hem burgerlijk te begraven, wat natuurlijk werd ingewilligd. Het was sober maar aangrijpend en mooi. Het was een lieve man, ik heb nog enkele woorden als afscheid gezegd op zijn begrafenis en ook hoeveel we hem gingen missen. Aan de koffietafel is iedereen al een beetje ontspannen en worden er plezierige herinneringen opgehaald en wordt er al eens gelachen.
Ik ben heel verdrietig geweest en denk dan: nu ik ga er van profiteren, want het HEDEN IK, MORGEN GIJ komt verdomd dicht in de buurt … HEDEN GIJ, MORGEN IK
door Rocor, 04/2008 - van zijn blog geplukt http://blog.seniorennet.be/rocor/archief.php?startdatum=1207000800&stopdatum=1209592800
Ik meen Rocor te mogen tegenspreken. De onregelmatige ademhaling van een stervende zegt iets over de fase in het stervensproces, over de fysiologische toestand van het lichaam. Dat wij daar gemoedstoestanden als levenswil aan vastknopen is begrijpelijk maar dat is een interpretatie, voorbij de observatie.
https://encyclopedie.medicinfo.nl/stervensproces , http://www.palliatievezorg.nl/page_2208.html
|