Gisteren was het hier niet te doen. Hier. Op dit stoeltje en aan dit klavier. Niet te doen. Om de hoek zijn verbouwingen bezig.
Er werd gekapt en gedrild en geboord en ik werd er oren-dul van. Het geluid weerkaatste tegen de achtergevels en krijste tegen onze ramen. Lawaai = Hoofdpijn Al mijn hersenhelften decibelden door elkaar en mijn oogbollen trilden tot pijnlijke pudding. Mijn schrijfantennes gingen in rood alarm en werden totaal onbruikbaar. Weg denkvermogen, weg alle ideeën, en ik was hier ook weg. ’k Ben mijn heil gaan zoeken vooraan in het appartement. In de woonkamer was het relatief stil. LM had bezigheden in de keuken en daar was het werkelijk rustig, maar bij voorbereidend keukenwerk kan meneer geen bezoek gebruiken. Terug naar de woonkamer dan maar.
Achteraan verjaagd door lawaai van de buren, vooraan niet welkom in de planning van LM. Op de sofa ging ik mijn lot liggen overdenken.
’k Heb heel de situatie blauwblauw gelaten, en ik heb geslapen. Hoofdpijn wegslapen, altijd nuttig. Als slapen lukt. Het lukte.
20h : Het eten was lekker en zomers kommerloos, als neus naar de eerste dag van de herfst.
Eten en weer slapen, bekomen en nieuwe krachten opdoen, en vanmorgen stonden mijn schrijfantennes weer op groen : m – HiH-09/2016, bijgewerkt -
|