Met mama naar de tentoonstelling van de 'Amateurkunsten'.
Mama is flink opgeknapt. Arsène en ik nemen haar mee naar de tentoonstelling, georganiseerd naar aanleiding van de Week van de Amateurkunsten. We hebben natuurlijk veel aandacht voor mamas schilderijen. Maar mama zegt het totaal niets. Ze kan zich helemaal niet herinneren dat zij diegene is die deze schilderijen maakte.
Slechts één keer blijft ze geïnteresseerd staan bij één van haar werken. Haar arm in de zij, bekijkt ze het doek kritisch. En wat vind je ervan? vraag ik haar. t Is mooi zegt ze. Ik wijs de naam Mies aan, onderaan het schilderij. Met deze naam ondertekende ze steeds haar werken, maar ook dat zegt haar niets meer. Ze is vooral opgetogen en blij met de doos lekkere Belgische pralines die ze krijgt aangeboden van het rusthuis, omdat ze aan de tentoonstelling heeft meegewerkt. Wat een leuke attentie! Ze kiest er meteen de grootste pralines uit en smult ervan.
Als we even later met ons drieën buiten op het terras iets gaan drinken, is ze in opperbeste stemming. Af en toe krijgt Arsène een schouderklopje, ze is blij dat hij er bij is. Mama lacht en ziet er gelukkig uit. En dat is het enige wat telt voor ons.
Van 24 april tot 4 mei worden de amateurkunstenaars in de schijnwerpers geplaatst. Voor die gelegenheid worden in heel Vlaanderen activiteiten georganiseerd.
Ook in het rusthuis hier worden de werken van bewoners en personeel tentoongesteld. Een prachtig initiatief, vind ik. Er werd ook aan mij gevraagd of mama wou deelnemen met haar schilderijen. Dat vond ik prima. Arsène en ik haalden nog enkele werken van zolder, die jammer genoeg door plaatsgebrek om ze op te hangen, daar staan opgestapeld. Enkele werken werden tijdelijk weggehaald van mamas kamer.
De deelnemers konden op 28 april, de centrale dag van het hele gebeuren, van 14 u tot 16 u trots hun werk tentoonstellen en gaven graag uitleg over hun hobby: kantwerk, tekenen, op zijde schilderen, pergamano, allerlei handwerk en bloemschikken. Hoewel mama er zelf niet bij kon zijn, - ze weet zelfs niet eens meer dat ze vroeger zo graag schilderde -, werden op die manier enkele van mamas schilderijen voor het eerst openbaar tentoongesteld. Arsène maakte vlug nog een kleine affiche met wat tekst en uitleg om uit te hangen bij haar schilderijen (klik op de bijlage).
Toen mij gisteren iemand feliciteerde met het werk van mama, was ik apetrots.
Arsène is aan de betere hand, mama herstelt goed. Oef! Het bleek bij mama dan toch geen blaasontsteking te zijn, maar een zware infectie van de luchtwegen.
Als ik rond vier uur in het rusthuis kom, vertelt mij de verzorgende dat mama net in bed is gelegd. Ze was al de ganse dag op, maar nu was ze plots heel moe. En als ik op mamas kamer kom, ligt ze inderdaad te slapen. Ze ziet er al stukken beter uit. En als ze even de ogen opendoet, herkent ze mij meteen: Oh zoete, zijde gij daar? Heb je een beetje water voor mij? Ik geef haar meteen wat te drinken. Plots krijgt ze een zware hoesbui. Ik heb een grote vlalling zegt ze met haar nog steeds zware en roestige stem. Ja, jehebt een grote valling, mama antwoord ik. Ja, een grote vlalling herhaalt ze. Ze beseft blijkbaar dat er iets niet klopt. De tranen zijn er weer, ze kijkt me hulpeloos aan: Ellen, ik kan niet meer knapen!Klappen help ik haar. Ja, ik kan niet meer knapen klinkt het verdrietig. Maar zo snel de tranen gekomen zijn, zo snel zijn ze ook weer verdwenen. En ze knaapt, onverstaanbaar voor mij, gezellig voort met een denkbeeldig iemand of iets, die bij haar in bed zit.
s Avonds eet ze flink haar drie boterhammen met kaas, een yoghurt en een kiwi. Ik ga met een gerust hart naar huis.