Met Moederdag is het de traditie dat Arsène en ik samen bij mama op bezoek gaan. Vroeger werden we steevast die dag bij haar thuis uitgenodigd. Het was steeds een gezellige namiddag en avond. Nu moeten we voor het zoveelste jaar op rij met Moederdag naar het rusthuis.
Mama zit in de leefruimte. Ze wordt door ons alle twee uitgebreid gezoend en een gelukkige Moederdag toegewenst. Dat zoenen vindt ze, zoals altijd, weer heerlijk; de moederdagwensen gaan aan haar voorbij.
We nemen mama, in haar rollende zetel, meteen mee naar haar kamer. Daar ligt een geschenkje op haar te wachten dat haar voor Moederdag wordt aangeboden door het rusthuis. Ik toon haar het cadeau, pak het voor haar uit, vertel haar dat het een bodylotion is, dat ze toch wel heel lekker zal ruiken mama reageert niet. Ze kijkt me aan en zelfs met de flacon in haar handen, begrijpt ze niet waar ik het over heb. Als ik een kleurrijk truitje uit de kast haal, krijgt dat wel haar aandacht. Arsène en ik helpen haar in de nieuwe pull en ze glundert.
We gaan met mama, - in rolstoel -, wandelen in de tuin. Daarna gaan we naar de cafetaria. Eerst gaan we binnen zitten, dan zoeken we plekje uit buiten op het terras. Een drankje erbij en we hopen dat mama 'geniet' van haar Moederdag!
Wil je deze videoclip afspelen op volledig scherm, klik dan op het laatste icoontje (met de 4 pijltjes) onderaan rechts in de werkbalk van het filmpje. Met de Esc-toets op jouw toetsenbord bovenaan links keer je terug naar dit kleiner formaat.
Fragment uit het VTM-nieuws van zaterdag 7 mei 2011: Meer en meer jonge mensen worden getroffen door Alzheimer, een hersenziekte die het geheugen aantast. Er leven in ons land zo'n 8000 jong dementen. Zij stoten dikwijls op onbegrip omdat de meeste mensen dementie alleen met bejaarden associëren.
Sommige bewoners van mamas afdeling zitten in de leefruimte vóór de televisie, anderen zitten in hun zetel op een rijtje tegen de wand. Daar zit mama ook. Ik merk meteen dat ze voor haar doen wel alert is vandaag. Het lijkt alsof ze Clarysse, de dame die naast haar zit, de les aan het spellen is. Als mama klaar is, is het net of ze wacht op een weerwoord van haar buurvrouw. Ze kijkt zwijgend, maar streng de lieve dame aan. Clarysse laat dit alles gelaten over zich heen gaan en kijkt me lachend aan.
Als ik mama een zoen wil geven en ondertussen haar zetel uit het rijtje probeer te halen, wijst ze vermanend met haar vinger in mijn richting en zegt: En gij gaat u daar niet mee moeien! Mama heeft er niet eens erg in dat ik het ben. Oké, ik ga er mij niet mee bemoeien, antwoord ik, terwijl ik haar een kus geef. De kus doet wonderen: mama is de discussie al lang vergeten en kijkt me meteen glimlachend aan.
We gaan op ziekenbezoek, mama. We gaan eens kijken hoe het met Marcel is. Hij ligt nog steeds in bed en maandag moet hij terug naar het ziekenhuis, leg ik haar totaal nodeloos uit, want mama snapt helemaal niet wat er aan de hand is met Marcel. Hij werd een tijd geleden in het ziekenhuis opgenomen om een kleine ingreep te ondergaan. Een longontsteking en een daarop algemene verzwakking, gooide roet in het eten. Zijn behandelende arts nam geen risico en stelde de operatie uit. Tot tweemaal toe werd Marcel opgenomen in het ziekenhuis, tot tweemaal toe kwam hij terug naar het rusthuis zonder dat de ingreep was gedaan. Een verschrikkelijke tijd voor Marcel, die door de ziekte van Alzheimer niet eens meer kan zeggen hoe hij zich voelt, waar hij pijn heeft Een zenuwslopende periode voor zijn vrouwtje Karoline, die zich voortdurend afvraagt hoe het nu verder moet met haar man.
Ik rij mama met haar zetel de kamer van Marcel binnen. Hij zit rechtop in bed, ziet er wat beter uit en kijkt naar de televisie. Karoline, die probeert om toch steeds de moed er in te houden, en ik doen een babbeltje. Mama wordt meestal vrolijk van Karoline. Als ze Karolines stem hoort, gaat ze meestal aan het lachen.
Maar vandaag geeft mama ons, - en vooral mij,- af en toe een snedige opmerking. Moeilijk of totaal niet te verstaan weliswaar, maar door mamas stemintonatie en haar verontwaarde blik in ons richting, merken we wel dat ze het niet eens is met ons. Af en toe haalt ze naar me uit met plotse bewegingen. Mama is echt humeurig. Ik denk dat het de tijd van de maand is bij jouw ma zegt Karoline. Daar moeten wij dan vreselijk om lachen, maar mama blijft doodernstig.
Na het ziekenbezoek gaan Denise, die ook eventjes is langs geweest bij Marcel, en ik met mama in de rolstoel naar buiten. Mama is net daarvoor nog even met een verzorgende naar het toilet geweest, heeft een droge pamper aan en is weer in opperbeste stemming. Terwijl we op het terras van het rusthuis een drankje drinken, gaat mama weer lekker aan het knuffelen. Ze geniet zichtbaar van mij en van Denise.
Als het etenstijd is zegt Denise: Marcella,ik ben weg, waarop mama haar glimlachend antwoordt: Ja, kom we zijn weg! Dat doet toch weer een beetje pijn, want Denise en ik gaan weg, maar mama blijft daar achter. Ze zit klaar aan tafel voor het avondeten en Denise en ik staan op de gang naar haar te wuiven. Mama heeft ons meteen in de gaten, kijkt in onze richting, wringt haar arm van onder het voorgebonden servet en zwaait terug. Ze zegt nog iets en blijft lachend naar ons kijken. Dat is lang geleden zegt Denise verwonderd.
Donderdagnamiddag bij het boodschappen doen, kochten we voor mama orchideeën. Arsène en ik vonden het een leuk cadeautje voor Moederdag. Ik koos voor bloemen met de felle fuchsiakleur, dat zou mama zeker opvallen.
Als ik vrijdagmorgen naar mama vertrek om haar haar te doen en de was op te halen, neem ik de pot orchideeën mee. Mooie bloemen voor Moederdag, zeg lachend de hoofdverpleegster, die ik aan de lift tegenkom. Ik ben echt benieuwd of mama dat ook vindt. Ik haal er maar zelf de verpakking af en wil dan enthousiast het kleurig potje aan mama geven. Kijk eens mama, orchideeën. Voor jouw Moederkensdag. Hoewel ik haar de bloemen voorhoud, ziet mama ze niet. Ze kijkt dwars door de pot heen. Zelfs de fellekleur van de bloemen kan haar aandacht niet trekken. Mama kijkt me een beetje onbegrijpend aan als ik erover doorga hoe mooi die bloemen wel niet zijn. Ze staart me aan, blijft onbeweeglijk in haar zetel zitten en neemt de pot niet aan. Ze ziet de bloemen niet, punt uit!
Ik geef de orchideeën voor Moederdag een plaatsje op de vensterbank.
Het zonnetje schijnt woensdagnamiddag, maar de wind is zo fris dat ik toch met mama maar liever binnen blijf.
We zitten samen op haar kamer. Mama lijkt heel tevreden vandaag. Ze kijkt me glimlachend aan en ze praat druk tegen mij in haar Alzheimertaaltje. Mama wijst dingen aan die er niet zijn, maar ik ga volledig mee in haar leefwereld. Als ze overtuigd iets aanwijst wat ik absoluut niet zie en zegt Kijk, t is een schoontje, hé? , beaam ik dit meteen. Dat levert mij een tevreden en goedkeurend knikje op van mama.
En dan kijkt ze ineens dromerig in het niets. Mama is plots zó ver weg. Ze staart voor zich uit. We zitten dan gewoon stilletjes dicht bij elkaar. Zwijgend, afwezig, terwijl haar hand zachtjes speelt met mijn hand. Maar ook zonder woorden, geniet ik ervan om bij haar te zijn.