Inhoud blog
  • Wensballonnen
  • Spelling is totaal oninteressant
  • Actueel 2 - Academie, Unizo en Mulle
  • Iedereen tilt
  • Actueel 1 - Zwarte Piet, Onze Vader en 70 per uur
  • Onvermijdelijke mediastilte
  • Het vooruitzicht 1 - Frank Raes over EK 2016
  • Circus Ventoux
  • Voetbalarmoe
  • Belastingen
  • Tieltse Europafeesten, what's in a name?
  • Tieltse oorlogsmonumenten op stap
  • Wielergekte
  • Onderwijs, toen de dieren nog spraken ...
  • Verkleedpartijen
  • Kerkhofblommen
  • Windhanen van alle tijden
  • Kaars en bril
  • Mulle de Terschueren
    Zoeken in blog

    Anderszins
    Een eigenzinnige kijk op alledaagse feiten
    04-01-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wensballonnen

    Er is iets met wensballonnen aan de hand. Deze Thaise traditie is in heel wat steden verboden en waar het mag, is - na goedkeuring van een aanvraag - het aantal toegelaten ballonnen beperkt tot 20 en moet het oplaten ervan strikt voldoen aan een rist voorwaarden. Ik heb de indruk dat in onderwijsland het aantal opgelaten wensballonnen al een stuk voorbij de 20 zit, dus hoog tijd om wie er nog eentje oplaat flink op de vingers te tikken. Menslief, waarmee zijn we eigenlijk bezig? Ik dacht dat we het met de opsplitsing van een academiejaar aan de universiteit in perioden van 5 weken en telkens afgerond met examens, zo ongeveer hadden gehad, maar toch blijft de sector verbazen of in ontredderende herhaling vallen. Net voor de vakantie toverde een of andere magiër de nieuwste ballon uit zijn hoed: een voorbeeld dat navolging verdiende, bleek erin te bestaan dat lesgevers gaan socializen in de leraarskamer in de zin van gezamenlijk hun examens te verbeteren. Ik viel van mijn stoel. In het journaal zag je het zo gebeuren: allemaal bijeen, hapje en drankje bij de hand, gebabbel alom, gebrek aan concentratie maar vooral veel 'ambiance', wellicht alleen al door het vertellen van de zoveelste blunder van Jan Piet-Joris in een of ander proefwerk. Kosteloze teambuilding, nietwaar! Kortom, veel leuker dan eenzaam en alleen thuis aan je bureau te zitten puffen. Kom nou, dat konden ze toch niet menen. En een paar weken later komt er dan eentje pleiten voor anonieme examens in het hoger onderwijs ... Toch belangrijk voor het geval de heren professoren ook tot de vaststelling zouden komen dat groepscorrectie de sfeer in het notoire korps wel eens zou kunnen verbeteren. Gezellige olijkerd Rik Torfs was natuurlijk meteen tegen enige anonimiteit. Alsof je nu één docent zou kunnen verdenken van bevooroordeeldheid. Ga weg! Net toen dat ballonnetje aan het gezichtsveld onttrokken werd, daagde het volgende op, eentje dat in een baan om de aarde steekt, want dat hadden we eerder al gehad. Eindejaarsvakantie is voor veel studenten meer blokken dan feesten en die arme drommels in het hoger onderwijs kunnen toch wel - net als vorig jaar - niet alleen studeren, zeker. Weer gaan de deuren van kerken, kapellen, vergaderzalen en bibliotheken wagenwijd open voor het studerend volkje dat in de gewijde stilte van kot of studeerkamer geen poot vooruit komt en dus liever omringd door tientallen lotgenoten het studiepakket te lijf gaat. 'Ik ben dat zo gewoon van in het middelbaar', griende er eentje op de radio. Ocharme ... En weten dat al die stakkerds straks om de vijf weken blokkend mogen samentroepen. Of komt die wensballon niet meer terug? Kan het allemaal weer normaal, alstublieft?        

    04-01-2017 om 23:49 geschreven door art  


    >> Reageer (0)
    25-12-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Spelling is totaal oninteressant

    Krijg als (gewezen) leerkracht Nederlads maar eens zo'n titel in je nuchtere maag gesplitst op een winterse zaterdagmorgen, de dag waarop bovendien in Den Haag het Groot Dictee van de Nederlandse Taal op de Binnenhofagenda staat. Als ik in De Morgen van 17 december 2016 de uitspraken van Saskia De Coster en Hans Bennis, directeur van de Nederlandse Taalunie, erop nalees, dan word ik meteen overmand door een gevoel van diepe ontgoocheling maar evenzeer door onbegrip en zelfs enige boosheid. Ann De Craemer tracht de boot nog wat af te houden en trekt een mistgordijn op van 'niet voor maar ook niet tegen'.

    Ja, ik ben ontgoocheld, omdat het te grabbel gooien van de spelling een zoveelste toegeving is aan de toenemende nivellering en latverlaging op tal van domeinen, onder andere op dat van onderwijs. Spelling is voor het geschreven woord wat uitspraak is voor het gesproken. Ik vraag mij af of ons trio op dat vlak dan dezelfde 'normen' hanteert. Helemaal niet belangrijk, zwaar overschat, hinderlijke bijkomstigheid, schaf de spellingregels af, ... en meer van dat moois moet ervoor zorgen dat de spelling weldra uitgerangeerd wordt. Dat zal sowieso gebeuren, meent Ann De Craemer, die de sms-taal van de jongere generatie en de daaraan inherente spellingvrijheid binnen afzienbare spontaan ingeburgerd ziet. De Tieltse schrijfster blaast koud en warm door enerzijds het bestaan van spellingregels nog enigszins te verdedigen om er dan meteen bij te vermelden dat het huidige systeem met z'n vele uitzonderingen op de regels niet houdbaar zal blijken. Saskia De Coster en Hans Bennis daarentegen gaan er met de grove borstel door en willen simpelweg af van de spellingregels. Echt betreurenswaardig. Wie zich niet stoort aan spelfouten in de media, in onderschriften op tv, in proefschriften van studenten, in sollicitatiebrieven en verslagen, in romans en essays, ... die is mijns inziens niet goed bezig. Een dergelijke lamentabele houding manifesteert zich echter niet louter op het gebied van spelling maar blijkt in tal van maatschappelijke domeinen opgang te maken. Denk maar aan het verkeer, waar een flink deel van de burgers liever de wetten met de voeten treedt dan ze na te leven, ook al resulteert dat gedrag dagelijks in tal van ongevallen en in een massa menselijk leed. Vanaf 1 januari 2017 mag je in Vlaanderen slechts 70km/h rijden buiten de bebouwde kom. Meteen rijst bij een massa automobilisten meteen de vraag: en waarom? Omdat het zo in het verkeersreglement staat, luidt het eenvoudige maar voor velen onbegrijpelijke en niet te pruimen antwoord. Pannenkoek schrijf je met tussen-n. Waarom? Omdat de spellingregel dat zo voorschrijft ... En zo zijn er huur- en subsidiereglementen, voetbal- en schaakreglementen, school- en kiesreglementen, en noem maar op. Overal geldt dezelfde afspraak: de regels moeten nageleefd worden, dus ook als het over spelling gaat. Akkoord dat het nog wat eenvoudiger, verfijnder en logischer kan, maar de regels afschaffen? Nee, dat leidt gegarandeerd tot chaos. Iedereen herinnert zich beslist nog de clash tussen voorkeurspelling en progressieve spelling.

    Op één punt moet ik de drie critici wel gelijk geven: wie het Groot Dictee wint, is geen taalvirtuoos maar iemand met een fantastisch geheugen, iemand die alle probleemwoorden netjes van buiten heeft geleerd. Zoals eerder dit jaar een Nieuw-Zeelander die geen woord Frans kent, het wereldkampioenschap scrabble voor Franstaligen won, nadat hij gewoon de woordenlijsten gememoriseerd had.   

    25-12-2016 om 21:48 geschreven door art  


    >> Reageer (0)
    10-12-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Actueel 2 - Academie, Unizo en Mulle

    ** VALSE NOOT VOOR DE TIELTSE MUZIEKSCHOOL

    Het staat als een paal boven water: pedagogisch scheert de Stedelijke Academie voor Muziek en Woord hoge toppen. Maar de infrastructuur waarin dat muziekpedagogisch pareltje gerealiseerd wordt, toont tekorten en dat ontsnapte blijkbaar niet aan het alziend oog van de doorlichting. Het rapport vermeldt dat er geen opvang of wachtruimte noch toezicht is voor leerlingen en dat vergaderlokalen, bibliotheekruimte, berging, auditieruimten en klaslokalen voor samenspel, ensembles en kamermuziek ontbreken. Zestig dagen krijgen de Stad en de academie voor het opstellen van een verbeterplan, anders wacht een opschorting van erkenning. Maar schepen Mehuys is er gerust in: geen onoverkomelijke problemen, heet het. Wat zou hij zich trouwens zorgen maken met de lokalen van De Rinkel, de wijkdienst van de Politie, Mulle de Terschueren, VIVES en straks ook het Financiëngebouw achter de hand. Leuk toch, zo'n voorraadje. Maar waar blijft het strategisch plan om voor al dat moois een passende invulling te geven en de academie een algeheel positief rapport te laten verdienen? Blijven hopen is de boodschap.

    ** TIELTSE ZELFSTANDIGEN WILLEN MEER PARKINGS EN MINDER LEEGSTAND

    Unizo blijkt relatief tevreden over het reilen en zeilen bij de Tieltse zelfstandigen. De twee eisen - meer parkings en minder leegstand - die ze stellen, doen toch wenkbrauwen fronsen. Meer parkings, stelt de zelfstandigenorganisatie. Ik weet niet waar het schoentje nijpt. Met Patersparking, Collegesite, Maczekplein en de parking aan de Ringlaan zou ik eerder van weelde dan van tekort spreken. Maar ja, als koning klant steevast voor de deur van de winkel wil parkeren, dan krijg je natuurlijk een probleem. Toch vreemd dat Tielt nooit vergeleken wil worden met Roeselare of Kortrijk, maar het Shop-en-Go-systeem van die grote winkelcentra ziet men dan wel weer zitten voor een paar honderd meter Kortrijkstraat en Bruggestraat. En dan de leegstand. Tja, dat heeft Tielt toch wel aan zichzelf te danken. Eerst kijkt men de ketens buiten en dan klaagt men dat de vrijkomende panden niet ingevuld geraken. Af en toe is er eens iemand die ootmoedig toegeeft, dat de winkels van de Carrefoursite eigenlijk de Kortrijkstraat een boost hadden kunnen geven, maar ja, we wachten nog altijd op een plan voor de invulling van de Collegesite. Vraag is trouwens, gezien de huidige leegstand in het centrum, welke winkels binnen enkele jaren de Collegesite zullen sieren? Tielt heeft zijn klassiek toerisme met aandacht voor het rijke verleden van de stad en voor het huidig patrimonium overboord gegooid, inclusief publiekslokkend bezoekerscentrum. Wellicht is het dus ook tijd voor Unizo om het geweer van schouder te veranderen, kleinschaliger te gaan denken en de hoop op regionale uitstraling van het winkelcentrum definitief op te bergen. Ja toch?

    ** HUIS MULLE DE TERSCHUEREN BLINKT ALS VOORHEEN

    Beste schepen Simon Bekaert, met deze uitspraak toonde je je op de gemeenteraadszitting van 8 december toch wel een wereldvreemde stedeling, wat ik niet meteen van jou had verwacht. Huwelijken voltrekken, jubilea vieren en muziekles geven, dat is wat op heden in Mulle de Terschueren gebeurt. Dat is wat Mulle op vandaag doet blinken. Je hebt blijkbaar een paar decennia van culturele hoogconjunctuur van je harde schijf gewist. Mulle was met verkrotting bedreigd maar werd toen miraculeus gered. Eerst leek de Openbare Bibliotheek zijn intrek te zullen nemen - ik heb de plannen hier nog in mijn archief ter inzage - maar toen ontpopte Mulle zich tot florissant bezoekerscentrum. De dienst voor Toerisme beleefde hoogdagen in een koetshuis waar lokale en regionale parels geëtaleerd werden. Fietstoeristen konden in de hotelkamers op de verdieping overnachten en werden door een alomtegenwoordige conciërge in de (ontbijt)watten gelegd alvorens van een in de ochtendzon badend stadspark te genieten. Het herenhuis zelf bevatte beneden een trouw- en receptieruimte, boven werd een WOI-kamer inhoudelijk sterk gestoffeerd en de tuinzaal toonde zich de perfecte locatie voor prijsuitreikingen en kamerconcerten. De Europazolder herinnerde aan Tielts roemrijk Europees verleden en liet bezoekers kennismaken met de groei van de EU en de actuele connecties van de Stad met jumelagepartners en andere steden waarmee vooral vanuit onderwijsmiddens werd samengewerkt. In een tijdspanne van enkele jaren liep Mulle echter nagenoeg compleet leeg= van Europazolder tot conciërgerie, van dienst voor Toerisme tot Streekbezoekerscentrum. Tielt koos voor een ander soort toerisme: geen uitstallen van het eigen patrimonium en het eigen rijke verleden gekoppeld aan actuele tendensen, maar een aaneenrijging van feestelijkheden doorheen de zomer- en de winterperiode. Een dienst voor Toerisme heeft in de gegeven omstandigheden geen zin meer en werd daarom opgeslokt door het Vrijetijdsloket in de inkomhal van het stadhuis. Mijnheer de schepen, Mulle blinkt niet, Mulle staat quasi leeg. Gelukkig beschikt Tielt over een bruisend verenigingsleven dat blijft musiceren, acteren, dansen, exposeren, publiceren, ... want anders bleef er enkel nog onpersoonlijk en zielloos programmeren over. Zo is Tielt veranderd, Simon, maar dat had u blijkbaar niet gemerkt. Jammer.

         

    10-12-2016 om 22:57 geschreven door art  


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Iedereen tilt

    Politiek is een raar beestje. Van mijn wederhelft kreeg ik ooit carte blanche voor wat het invullen van mijn vrije tijd betreft, op één strikte en bindende voorwaarde: geen actief engagement in de politiek. Enkele decennia later ben ik haar daar nog altijd dankbaar voor. Chapeau voor wie zijn politieke nek wil uitsteken, er moet toch iemand het vuile werk opknappen, maar als je de politici bezig hoort, dan frons je toch meewarig de wenkbrauwen en zucht je: oef, gelukkig niet met mij. De scheldtirades in onze parlementen, het getier van Laurette Mitraillette, de verbale excessen in de debatten tussen Clinton en Trump, de verraderlijke coalities, de nefaste wansmakelijke slagen onder de gordel, het interne gebakkelei binnen de partijen en ga zo maar door. Het toppunt van dergelijke politieke waanzin situeert zich wellicht in 1994 in Tielt, toen niemand in de gemeenteraad nog zetelde voor de partij waarvoor hij/zij zes haar voordien was verkozen. Een aantal Open VLD'ers doen die grap nu nog eens over, zij het op beperkte schaal maar wellicht even doordacht en met het oog op macht. De uitgetreden liberalen die uitbazuinen dat iedereen telt - voor welke partij is dat niet het geval? - weten maar al te goed dat zij met deze zet de sleutel van de volgende gemeenteraadsverkiezingen op zak hebben. Wie straks de stad wil besturen zal met die nieuwe groep rekening moeten houden. CD&V zal na zes jaar vagevuur met geen andere traditionele partij scheep willen gaan. Of krijgt een van de 'verraders' toch clementie? Haalt CD&V de absolute meerderheid - maar dat is niet zo simpel, zoals in 2012 al gênant duidelijk mocht blijken -, dan kunnen ze de rollen omkeren en de hele reutemeteut van hetzelfde laken een broek geven en solo de stad in handen nemen. Halen ze die meerderheid niet, dan moeten ze in coalitie gaan en dan staat 'Iedereen telt' natuurlijk met open armen te trappelen om mee aan de macht te komen. Wat als ... ? We kunnen hier alle mogelijke veronderstellingen opperen, maar in 2018 kan politiek zich weer eens dat rare beestje van altijd tonen, onze verwachtnigen weer eens op de helling zetten, en politiek Tielt weer eens tilt laten slaan.       

    10-12-2016 om 21:17 geschreven door art  


    >> Reageer (0)
    26-11-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Actueel 1 - Zwarte Piet, Onze Vader en 70 per uur

    * Zwarte Piet

    Sta me toe eens te schaterlachen als ik het gedoe rond Zwarte Piet, Roetpiet, Kleurpiet, Zeurpiet, ... gade sla. Voor zover ik me herinner, heb ik nooit enige link gelegd tussen de gekleurde Piet en racisme, onderdrukking of zo. Voor mij waren de Sint en Zwarte Piet vlot samenwerkende kompanen. Oké, de Sint stond een trapje hoger in rang (we zingen: 'zijn knecht staat te lachen') maar dat baas-onderdaan-gedoe kwam nooit minachtend over. De Sint was altijd de denker, de weetal, en Piet voerde uit. Door hem kon je gestraft worden (een tik met de roe) maar was je braaf, dan deelde hij lekkers uit, maar zowel de straf als de beloning werden door de Sint bepaald, streng maar rechtvaardig, en niet door Piet. Die voerde plichtsgetrouw de bevelen van de Sint uit, even streng en even rechtvaardig. En die Piet was zwart, gewoon omdat hij van elders afkomstig was, uit een land waar mensen gekleurd waren. Ooit iemand problemen gehad met Petoetje en Petatje? Met Sjors en Sjimmie? Met Balthazar als kleurling naast Gaspar en Melchior? En trouwens, wat moeten goed ingeburgerde vreemdelingen met een donkere huidskleur nu doen wanneer ze met Sinterklaas op stap willen? Ik was ten zeerste verheugd dat verschillende dergelijke medeburgers zich luidop geërgerd hebben aan dat onzinnige debat over Zwarte Piet. Anderzijds was ik bijzonder ontgoocheld over onze noorderburen. Nederland, ooit het haantje de voorste als het aankwam op durf en openheid, op vrije meningsuiting, op seks en drugs. En nu ligt het land op apegapen, verteerd door intolerantie, door geruzie over Zwarte-Pietentoestanden. Wat stom, zeg!

    * Onze Vader

    Vlaanderen en Nederland hebben een nieuw Onze Vader maar de remake valt niet overal in goede aarde. Op het Sint-Ceciliafeest van onze harmonie kregen we de nieuwe tekst in handen gestopt. Veel bleek er niet veranderd. Hemelen werd hemel, in plaats van 'zij geheiligd' wordt het 'worde geheiligd', als en gelijk worden allebei vervangen door zoals, en ten slotte wordt 'leid ons niet bekoring' geruild voor 'breng ons niet in beproeving'. En daar heeft men dus een paar decennia over gedaan ... Voor mij geldt de regel die ik ook voor onderwijs liefst gehuldigd zou zien: als iets goed is, blijf er dan af. Maar dat is blijkbaar te veel gevraagd, zowel in het onderwijs als in de Kerk. Sommige versies van het Onze Vader, gelanceerd door zingende kosters-componisten, vertoonden veel ingrijpender wijzigingen dan wat men nu op de markt gooit. Much to do about nothing ... Weet je, het Onze Vader heeft voor mij een veel diepere betekenis. Wijlen pastoor Vancraeyeveldt vroeg ons aan het sterfbed van mijn moeder allemaal samen het Onze Vader te bidden en mijn arm wegkwijnend moedertje prevelde nog de woorden mee. Als ik dit schrijf, schieten de tranen me weer in de ogen. Ik zie het beeld terug en hoor de woorden, de enige echte authentieke woorden van het Onze Vader. Dat is wat telt voor mij. Afblijven dus!

    * 70km/u.

    Minister Weyts hoopt met een nieuwe maatregel de veiligheid op onze wegen drastisch te verhogen: buiten de bebouwde kom wordt 70km/u. vanaf 1 januari 2017 de regel. Lieve mensen, rij tegen 120 per uur op de snelweg en je moet uiterst rechts blijven want iedereen raast je voorbij. Rij tegen 70 km per uur waar dat nu plicht is (bv. van Deinze naar Aarsele) en iedereen raast je voorbij. Rij tegen 50 km per uur waar het zo hoort (bv. in de Heilige Sacramentstraat in Wingene) en je wordt voorbijgestoken, zelfs door ronkende tractors! Rij 30 per uur waar het moet (bv. in de Sint-Michielstraat en de Deken Darraslaan in de omgeving van het Polenplein) en je krijgt het aan de stok met opgefokte bumperklevers. En nu wil minister Weyts 70 per uur algemeen invoeren. Ik wil het nog eens zien gebeuren ... Hopelijk horen bij de borden die deze snelheidsbeperking ondersteunen ook de nodige flitspalen en regelmatige controles want anders is dit een absolute maat voor niets, net als de genoemde zone-30. Duimen maar ...   

    26-11-2016 om 00:00 geschreven door art  


    >> Reageer (0)
    07-11-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Onvermijdelijke mediastilte

    We zijn straks terug ...

    07-11-2016 om 00:00 geschreven door art  


    >> Reageer (0)
    31-07-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het vooruitzicht 1 - Frank Raes over EK 2016

    Ter info: bij Lannoo verscheen 'Het vooruitzicht', een boek met een reeks artikelen geschreven door VRT-journalisten, waarbij zij elk voor hun vakgebied trachten duidelijk te maken wat je moet weten om 2016 te begrijpen.

    Frank Raes heeft het in zijn bijdrage 'EK 2016: groter dan ooit, beter dan ooit?' over de geschiedenis van het EK, over de passages van de Rode Duivels en over de verwachtingen die we in de nationale ploeg mogen stellen. Na wat kritiek op de nieuwe tornooiformule (te veel ploegen, te veel zinloze matchen, ...) heeft hij het ten slotte over de tricolores van Wilmots. Volgens Raes zijn de Belgen, alsnog eerste op de wereldranglijst, te gemakkelijk in Frankrijk geraakt en moet de voorronde waaruit nauwelijks acht afvallers voortvloeien een makkie zijn. 'De grote test komt er pas in de tweede ronde, in de knock-outfase dus', maar intussen weten we dat toen de tegenstander Hongarije bleek te zijn, alweer geen topper, dus werd die formatie vlotjes met 4-0 weggeknikkerd. Dat België om zijn status in de wereld te bevestigen echt wel de halve finale moest halen, zoals Frank Raes poneert, zou echter toch geen haalbare kaart blijken. Wales speelde scherprechter, gooide de Belgen in de prullenmand met duidelijke 3-1-cijfers en de rest van het verhaal kennen we ... Hoongelach en woede, Wilmots aan de galg en Belgisch toptalent met stille trom naar alle uithoeken van Europa. Tja, dat heb je dan als van de hele selectie slechts 3 spelers in eigen land actief zijn. En het werd naderhand nog erger: met het vertrek van de jonge Oostendse Lukaku (naar Lazio Roma) en Brugs talent Meunier (naar PSG) blijft er nog eentje over! De supporters van Belgische clubs zullen dus weer naar het overschot mogen gaan kijken, rijkelijk aangevuld met buitenlands talent. We zijn bijzonder nieuwsgierig wie straks de leiding over de 'nieuwe' Rode Duivels toegewezen krijgt en of die krachtpatser erin slaagt eendracht in de internationale rangen te krijgen. Geen sinecure om met zo'n bende eigenzinnige rijkeluiszoontjes op stap te gaan, richting WK 2018.  

    31-07-2016 om 00:24 geschreven door art  


    >> Reageer (0)
    14-07-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Circus Ventoux

    Eigenlijk is het een drama voor de wielersport maar anderzijds vond ik het goed wat er vanmiddag op de Mont Ventoux gebeurde. Al jaren zien we de overbevolking op de cols groeien en naarmate er meer volk op de hellingen staat, duiken er meer gekken op. Wat hebben we vanmiddag weer allemaal de revue zien passeren. De clown met pruik in zijn Boratstring spande wellicht de kroon. En die zotte meelopers laveren tussen al even waanzinnig slingerende motards die alles in het werk moeten stellen om renners niet uit te raken. Tot dan een lopende nar voor een moto neerstuikt, de tweewieler prompt in de remmen gaat en de achteropkomende coureurs er keihard tegenaan knallen. Mochten dat nu de nummers 40 en 50 uit het klassement geweest zijn, werd dat als een fait divers in de marge verteld, maar nu ging het om toppers, King Froome inbegrepen. Heb je hem trouwens tijdens een eerdere bergrit die elleboogstoot zien uitdelen aan een al te opdringerige toeschouwer? Wat op het EK voetbal kan, mag hier ook, dacht de man in het geel. Blijkbaar was hij op de Ventoux de enige die averij opliep want de gehavende fiets werd na enkele meters weer wegens onbruikbaar opzij gezet en de beklimming van de Mont Ventoux werd omgetoverd tot een loopwedstrijd. H-i-l-a-r-i-s-c-h! En dan die paar honderd meter op een gele kermisfiets van de neutrale Mavic-wagen ... Waanzin, zouden de Romeo's zingen! Dit tafereel haalt gegarandeerd het jaaroverzicht in alle landen waar men aandacht aan wielrennen besteedt. De VRT-heren Wuyts en De Cauwer peinsden zich te pletter om met een oplossing voor de dag te komen: nadars van beneden tot boven - in de gegeven omstandigheden volgens mij de enige goede remedie tegen al dat gekkengedoe -, nadars aan één zijde, kijkgeld innen, ... Dit was effenaf ongezien. Niemand die nog wakker lag van de stormwind boven op de kale berg, niemand die zich later nog herinnert dat de rit met 6km werd ingekort, maar bij iedereen zal de lopende Froome in het geheugen gegrift blijven. En wedden dat ze die arme drommel morgen uitfluiten omdat men de tijdsopname op één kilometer van het einde als richtlijn voor het klassement heeft gebruikt en hij daardoor zijn leiderstrui heeft mogen behouden, zijn leidersplaats zelfs met 39 seconden op alle concurrenten heeft verstevigd ... ? Oh ja, Thomas De Gendt won de rit voor Serge Pauwels. Twee Belgen op kop in een bergrit en de bolletjestrui voor de laureaat van de dag. Wat een weelde maar die kon jammer genoeg niet op tegen het circusnummer dat zich achter hen afspeelde.

    14-07-2016 om 20:59 geschreven door art  


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Voetbalarmoe

    Het Europees kampioenschap voetbal hebben we gehad. Ik heb me zoals elkeen in de loop van de voorbije soccerweken een mening gevormd en talloze columns en reacties gelezen, maar de kers op de taart verscheen eergisteren in De Morgen. De analyse van Hans Vandeweghe verwoordt perfect wat ik over het voorbije kampioenschap denk. 'Boenk' erop in alle facetten. "Het failliet van Euro 2016" is verplicht leesvoer voor elkeen die met voetbal begaan is en met een aan boosheid grenzende teleurstelling terugblikt op 51 matchen van Europa's voetbalelite. Niets van voetbal blijft in de herinnering achter, geen wereldgoals, geen wereldsterren, geen heroïsche veldslagen. Enkele uitzonderingen bevestigen de regel, zoals de kogels van Nainggolan, de doelpuntenrijke partij tussen Portugal en Hongarije, de slopende strafschoppenreeks na de oervervelende match tussen Duitsland en Italië. Wat onthouden we dan wel? De IJslanders en hun Viking Clap, de kniestoot van Payet waarmee hij Ronaldo deskundig uitschakelde, de mot op de neus van Portugals topper (die we het volgende uur niet eens meer misten), ... Maar ergernis des te meer. Niet zozeer over de niet alleen tactisch maar ook in gebetenheid falende Belgen, maar vooral over het gedrag van nogal wat spelers en de lamentabele reactie van de scheidsrechters daarop. Als onze refs straks met dezelfde instructies de wei ingestuurd worden om de aanstormende competitie in goede banen te leiden, dan mogen chirurgen en kinesisten zich klaar houden voor een lange reeks ingrepen en revalidaties. Nooit eerder zag ik de heren veelverdieners zo vaak op elkaar voeten gaan staan, tegen elkaars achterhoofd koppen, elleboog- en kniestoten uitdelen, allemaal goed voor bloedrode kaarten maar wat leert ons dit EK? Er werd slechts één rode kaart getrokken en het was dan nog tweede geel. Dat zegt voldoende over de lakse houding van de scheidsrechters, lijnrechters en hopeloos werkloze doellijnassistenten die zelfs op anderhalve meter afstand de goorste fouten niet waar konden nemen. Wat toegelaten werd bij hoekschoppen, grenst aan het onwezenlijke. Excuseer, alles was toegelaten bij corners ... Alerte refs konden bij elke hoekschop strafschop fluiten en een rode kaart trekken want dit was worstelen 'pur sang'. Blind, dat is het enige woord dat ik hier kan gebruiken.

    Dank u dan ook, Hans Vandeweghe, om het allemaal zo sterk te hebben gebundeld en verwoord. Ik voel me in mijn onmacht gesteund. Als ik mijn frustratie uitschreeuw op Facebook of neerpen in deze blog, dan bereik ik enkele honderden mensen. Jij vindt met je analyse de weg naar duizenden lezers. Sta me toe enkele frappante citaten aan te halen.

    "In de finale van zondagavond kwam al het slechte van de eerste sport van de planeet naar boven: negatieve ingesteldheid, zwakke arbitrage, geen spektakel en uiteindelijk het team dat het minst wilde voetballen dat won. (...) Als iets duidelijk geworden is op dit EK, dan wel dat de scheidsrechterij volstrekt ontoereikend was. (...) Aanslagen, charges en worstelpartijen werden niet bestraft, maar o wee als een speler toevallig zijn hand niet op de juiste plaats had en er een bal tegen kreeg. (...) Geef iedereen die zijn handen, voeten, ellebogen en knieën niet thuishoudt geel. Bij twee keer: rood. Het zal rap voorbij zijn. (...) Het is niet simpel om aan het eind van een zwaar seizoen vetbetaalde internationals te overhalen om het beste van zichzelf te geven voor het vaderland."

    Beste Hans, wat heet vaderland als er van de 23 geselecteerde spelers slechts 3 in de eigen 'vaderlandse' competitie actief zijn. Hoe zou het EK eruitzien, mochten enkel spelers opgesteld mogen worden die in eigen land spelen. Dan zou Engeland wellicht triomferen want die huldigden nu al die regel.

    We zetten een punt achter deze jeremiade en bereiden ons voor op de volgende Jupiler League. Afspraak op 29 juli voor de openingsmatch tussen Mechelen en Club Brugge. En nog eens: dank u, Hans Vandeweghe!

    14-07-2016 om 18:23 geschreven door art  


    >> Reageer (0)
    07-07-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Belastingen

    Kort geleden overleed mijn schoonvader maar dat ontsloeg hem niet van verplichtingen jegens de fiscus. Wegens de uitzonderlijke situatie en met de uitdrukkelijke bedoeling om in de gegeven omstandigheden geen fouten te maken, besliste ik om de papieren van de overledene in handen van deskundigen te geven. Ik meldde me om 5 over 9 aan in het Financiëngebouw, checkte verplicht in en zocht op de eerste verdieping bureau 124 op. Nu ja, zoeken hoefde ik niet lang te doen want een tiental burgers waren net iets vroeger op het appel en hadden wachtend postgevat op de banken rond de deur met het genoemde nummer. Mijn buurvrouw stelde me gerust: 'Ze zijn al met drie', luidde het en daarmee bedoelde zij dat ook in 123 en 125 ambtenaren aan de slag waren gegaan.

    Ik had - alsof het mij ingegeven was dat er zou moeten gewacht worden - een boek mee maar las geen letter want mijn linker buurman, hoorbaar afkomstig uit een nabijgelegen gemeente, was een echte praatvaar die in geuren en kleuren vertelde hoe hij hier 40 jaar geleden voor het eerst terechtkwam voor het berekenen van zijn belastingen. De lokale ambtenaar had een bok van formaat geschoten en voor de rechtzetting was mijn wachtbuur naar Tielt gekomen en deed die trip jaarlijks over, op vandaag vooral omdat het allemaal veel te ingewikkeld geworden is. Een andere bezoeker vertegenwoordigde zijn vader die op 96-jarige leeftijd en na jaren onderbreking plots weer een belastingsaangifte in zijn bus had gekregen. Paniek alom, maar de hoop dat het over een vergissing gin was groter dan de angst dat er een kostelijke herziening wachtte.

    De klok tikte en per persoon die met afgewerkte documenten een van de drie lokalen verliet, kwamen er in de gang drie bij. Tegen 10 uur was ook ik bediend en had de rij wachtenden zich tot een dertigtal uitgebreid. Je moest beneden wel inchecken maar een nummertje kreeg je niet mee. In de gang had zich al eerder een gesprek over de volgorde ontwikkeld. Naarmate de rij groeide, vrije plaatsen op de drie banken door nieuwkomers werden ingepalmd, en de hele zaak almaar onoverzichtelijker werd en de vrees voor 'voorkruipers' toenam, begon spontaan en luidop een round-up waarbij alle betrokkenen hun plaats op de beurtrol herontdekten. Deze geruststelling zorgde voor een serener sfeer in de gang met als definitieve conclusie: ze zouden beneden beter nummertjes meegeven. Ik wenste de achterkomers succes in het uitoefenen van urenlang geduld en verdween uit het gebouw ...

    07-07-2016 om 21:05 geschreven door art  


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Tieltse Europafeesten, what's in a name?

    In 1959 koesterde Tielt internationale plannen. Samen met een Duitse, een Franse en een Italiaanse stad met Oostenrijkse roots, creëerden de Tieltenaars een partnership dat als voorbeeld mocht gelden in de toen nog beperkte Europese Gemeenschap. Later zou het gezelschap ook nog een Poolse zusterstad aan boord nemen. Verbroedering was de drijfveer voor de Europafeesten. Er werd niet alleen uitbundig gevierd, er werden ook banden gesmeed, zowel onder verenigingen als onder individuele burgers die prat gingen op de grensoverschrijdende vriendschap.

    Ik had het geluk in een Europees nest op te groeien. Bij ons liepen telkens andere nationaliteiten over de vloer. Eerst Zwitsers, dan Duitsers en later ook Duitssprekende Italianen. Het leidde tot intensieve contacten die me veel kennissen en vooral drie jaar naeen een vakantiejob in Gross-Gerau opleverden. Niet mis voor een germanist in spe. Later zou ik in de voetsporen van mijn ouders treden en klassen op sleeptouw nemen om de gastvrijheid van de Europäischer Freundeskreis in onze Duitse zusterstad te leren kennen, of om aan de zijde van promotor Johan Vankeersbilck Europese projecten gestalte te helpen geven en er samen met een groep enthousiaste collega's de Koningin Paolaprijs mee te verwerven.

    Maar de Europese uitdaging, en de daaraan gekoppelde uitstralings- en aantrekkingskracht, begon te tanen op alle niveaus. De overheid draaide de geldkraan dicht. Nu mogen slechts enkelingen genieten van het Europese avontuur door uitwisseling of door deelname aan jongerenparlementen. In Tielt sloot de Europazolder - parel aan de lokale Europese kroon - zijn deuren en het ooit zo ambitieuze Europacomité de boeken. Een kleine kern tracht nog te geloven aan Europa en tracht denktankideeën mondjesmaat te realiseren, maar de draagkracht ontbreekt voelbaar, zeker als engagement van jongeren verwacht wordt. Bij die jeugd worden zelfs geen geïnteresseerden meer gevonden om deel te nemen aan Europese jongerenkampen. Ik heb in al mijn naïviteit geloofd in een heropleving van de Europese gedachte, heb mijn schouders gezet onder een publicatie daaromtrent door de Tieltse Perskring, heb ingetekend bij de stedelijke ad-hocwerkgroep 'Europese gedachte'. Maar zal het iets opleveren? Ligt de Tieltenaar na 57 jaar nog wakker van Europa? Houdt een brexit de doorsnee Tieltse burger bezig? Europafeesten werden Tieltse Europafeesten al was de tussentitel Tieltse Feesten veel eerlijker, want over batjes, terrasjes en muziek, daarover gaat het nog, maar over Europa spreken we enkel nog bij de vlaggenhijsing en de daarbij aansluitende academische zitting. Jammer maar helaas ...

    07-07-2016 om 20:47 geschreven door art  


    >> Reageer (0)
    19-04-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Tieltse oorlogsmonumenten op stap

    Tielt gaat zijn oorlogsmonumenten een nieuw onderkomen bezorgen. Alweer! Het WOII-monument of ‘de tank’ posteerde ooit op het Maczekplein zelf, verhuisde later naar de diepste hoek van die ruimte, tussen zwembad en Alexianenmuur met de tuin De Brabandere als groene inkleding, en zou nu verplaatst worden naar de overkant, meer bepaald naar de groenzone naast de Werkwinkel. Het WOI-monument in de Kortrijkstraat, ooit een eyecatcher aan de Sint-Pieterskerk ter hoogte van de voormalige Godelieveschool en nu kunstacademiegebouw, wordt opgenomen in het ‘historische’ Collegesiteplan maar waar de studiebureaus de door sleet getekende creatie van Karel Lateur (jawel, broer van …) willen neerpoten, valt nog af te wachten.
    Deel 1 – Operatie Tank
    Het stadsbestuur speelt met het idee om de allernieuwste jeugdlokalen (want daarvan hebben we er intussen ook al een paar gehad, maar dat geschiedenisboekje laten we nu even terzijde) te voorzien naast het Stedelijk Zwembad, in een L-vorm en met zicht op de tuin De Brabandere. Zo’n leuk optrekje wil je wel showen aan de buitenwereld maar het tankmonument belemmert het zicht. Dus moeten de Shermanpantser en zijn hele decorum verhuizen. De bevoegde schepen kwam de werkgroep Identiteit van de Stad (voor niet-ingewijden, dat is een van de drie werkgroepen die resulteren onder de Stedelijke Raad van Cultuurbeleid) informeren en consulteren. Hij vroeg het advies van de werkgroep en peilde meteen naar voorstellen uit de groep waar de tank eventueel nog naartoe kon. Het leek een gemeende vraag of wist de schepen toen al beter? Feit was dat een van de leden van de werkgroep prompt een voorstel op tafel legde dat hem naar zijn eigen zeggen door een andere schepen was toegespeeld. Daarmee werd de vraag naar een alternatief ‘overruled’. Met het quasi officiële plannetje trok de hele werkgroep het plein op om oud en nieuw onder de loep te nemen. Zij zagen dat de verhuizing door de beugel kon op voorwaarde dat de acht parkeerplaatsen voor de nieuwe thuis van de Shermantank zouden verdwijnen en met de bijgedachte dat de ingreep weer verschrikkelijk veel geld zou gaan kosten. Verdeeld advies dus, al leken de geïnterviewden daaromtrent in De Weekbode van enkele dagen later dit blijkbaar vergeten te zijn. Maar laten we het vel van de beer niet te vroeg verkopen. Eerst moet namelijk het Brusselse Legermuseum dat de tank aan Tielt in bruikleen geeft, zijn fiat geven voor de verhuizing. Maar goed, laten we de zaak positief bekijken en ervan uitgaan dat de tank straks naast de Werkwinkel staat. De voordelen zijn legio. Ten eerste zal de tank nu echt in het zicht staan (indien de parkeerplaatsen elders op het plein uitgetekend worden, bijvoorbeeld in de omgeving van waar de tank nu staat, en hoe dan ook niet op donderdag want dan verdwijnt het monument achter de marktkramen). Ten tweede zal de tank nu eindelijk weer in de juiste richting ‘rijden’ (bij de eerste verplaatsing draaide men de pantser zodanig, dat hij weer naar Gits, Roeselare, Ieper of Poperinge leek terug te willen keren en nu zou het dus zoals het hoort richting Ruiselede gaan). Ten derde zullen de bevrijders op 8 mei niet zo ver meer hoeven te stappen voor de herdenkingsplechtigheid. En ten vierde: de tank blijft op het Maczekplein, daar waar sommige pientere geesten al in de richting van Vredespark, Stationsplein of Ringlaan begonnen te turen. We kijken uit naar een bij voorbaat spectaculair te noemen operatie.
    Deel 2 – Teergevoelig patrimonium
    Maar we hebben ook nog WOI te herdenken – daar hebben we in 2015 zeker ons steentje al toe bijgedragen – en daarvoor moeten we onze schreden op de Kortrijkstraat richten. Lateurs monument komt daar weer volop in de frontlinie te liggen want de herinrichting van de Collegesite lijkt eraan te komen. Nu, we zijn al 17 jaar bezig met de herinrichting van de Kortrijkstraat, kort daarop uitgebreid met de Collegesite. We komen weer bij de werkgroep Identiteit van de Stad terecht want op een van de vergaderingen van het vorige werkjaar moesten de leden een antwoord geven op de vraag of het monument in de Kortrijkstraat of op de Collegesite moest blijven of beter andere oorden opzocht. Men koos voor de eerste mogelijkheid. Het is afwachten wat het winnende studiebureau voor de site en dus ook voor het monument in petto heeft maar de werkgroep hoopt het ergens goed zichtbaar en binnen een grotere vrije en piëteitsvolle herdenkingsruimte terug te vinden, bijvoorbeeld in de omgeving van de kloostertuin of ter hoogte van de voetgangersdoorsteek tussen de – straks volledig verkeersvrije - Patersdreef en de Ieperstraat. Maar de belangrijkste vraag is en blijft (want ze werd ook al bij de eerste besprekingen gesteld): kan het monument überhaupt nog verplaatst worden? Een studie van enkele jaren terug beweerde pertinent van niet. Het gevaar bestaat namelijk dat bij enige poging tot ontmanteling de hele constructie in puin stort en dan voor verder herstel niet meer vatbaar is. De vrees voor algeheel verlies van een stuk historisch patrimonium is dus niet ongegrond en de verwachting dat het monument moet blijven staan waar het staat evenmin. Dat het Tieltse oorlogsverleden op vandaag nog een zo tastbare rol zou spelen, had wel niemand kunnen voorspellen. Wordt vervolgd …

    19-04-2016 om 09:21 geschreven door art  


    >> Reageer (0)
    16-04-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wielergekte

    De doortocht van een wielerwedstrijd moet toch pure magie zijn. Waar het eigenlijk allemaal om draait, duurt hooguit dertig seconden. Op zondag 3 april reden om 20 voor 12 de deelnemers aan de 100ste Ronde van Vlaanderen door Tielt. Iedereen kent de Markt in tijden van carnaval of Europafeesten. Welnu, weer pakte die indrukwekkende massa tussen Ter Halle en D'Hespe samen. En met z'n allen stonden zij in bewondering voor Andrea Tafi en Roger De Cock. Zij luisterden naar de ministers Weyts en Decroo, applaudisseerden voor Peter Van Petegem. De terrasjes zaten bomvol, binnen- en buitentogen draaiden op volle toeren, de VIP's werden in de watten gelegd maar ook buiten die zone werd menig glaasje bubbels geschonken. Op het podium onder de Hallentoren zorgden twee knotsgekke deejays voor entertainment en muziek. 'En ja, dames en heren, beste sportliefhebbers, daar is ze weer, de dame met het groene truitje, genietend van de zon op haar balkonnetje, zwaai es even naar de mensen, jawel, dank u wel, mevrouw.' Er werd gebabbeld en gelachen, tussen twee familiefoto's met de Tieltse wereldlegende in vlamde de kortste publiciteitskaravaan aller tijden tussen de nadars door. Drinken we nog een pintje? Iedereen nam foto's van iedereen of van zichzelf met de massa op de achtergrond, badend in een deugddoend lentezonnetje. Zo overbrugde je anderhalf uur wachttijd. En toen ... reden gedurende dertig seconden een pak kleurrijk uitgedoste renners over de Markt. Gejuich, geroep, iedereen herkende wel één of twee renners. Daar, de wereldkampioen, en daar, de Belgische kampioen. Voorbij ... En dan terug naar de terrassen, naar de stamkroegen, naar de zondagse middagdis, naar Oudenaarde om het live mee te maken of naar huis voor de buis. En op de Markt keerde stilaan de rust terug. Even welde de vraag bij mij op waarom voor schitterende culturele evenementen maar enkele honderden geïnteresseerden opdagen, waarom zich op het vrijwilligersfeest van de Stad slechts enkele tientallen mensen aanmeldden en waarom op een zondagmorgen zo'n massa komt samentroepen voor een (terechte) huldiging van een flandrien en voor een doortocht van een pak onherkenbare renners. Als je het mij vraagt was de passage van de Ronde voor duizenden wielertoeristen daags voordien veel imposanter. Geen massa langs de weg voor een handvol vetbetaalde profs, maar een massa op de weg, allemaal amateurs, hobbyisten, puur uit wielergekte. Crazy world ...

    16-04-2016 om 11:58 geschreven door art  


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Onderwijs, toen de dieren nog spraken ...

    Het verhaal van weleer
    In de tijd toen de dieren nog spraken telde het aso in zijn hogere cyclus (toen waren er twee cycli van drie jaar, pas later werden dat drie graden van twee jaar) vier studierichtingen. In dat aso kwam je terecht als je op een ordentelijke manier het laatste jaar van het basisonderwijs had afgewerkt. Met 80 procent en meer werd je in de Latijnse klassen geplaatst, met iets minder wachtte de moderne afdeling. Twijfelde je nog even aan je capaciteiten, dan kon je altijd nog een zevende leerjaar als brug naar de humaniora inschakelen. De minder sterke leerlingen werden – mede na proeven door en overleg met het PMS (nu CLB) naar het VTI verwezen voor een opleiding in het technisch of beroepsonderwijs. Op het einde van de zesjarige middelbare school moest je in het aso naast de gewone proefwerken een maturiteitsexamen afleggen, schriftelijk en mondeling. Voor de schriftelijke proef kon je kiezen tussen een verhandeling of een syntheseoefening. Kreeg je daarna licht op groen, dan mocht je een mondelinge proef afleggen over één hoofdvak of twee kleinere vakken. Alleen als je voor dit alles slaagde, kon je naar de universiteit. In dat hoger onderwijs moest je zo snel mogelijk op je eigen benen staan: het vergde inderdaad rijpheid om cursussen te volgen en acht maanden lang te verwerken. Partiële examens waren er slechts in uitzonderlijke gevallen. In mei kreeg je enkele weken bloktijd en in juni moest je bewijzen dat je de materie van het voorbije jaar helemaal onder de knie had. Wie niet voor alle vakken slaagde, moest alle proeven met een quotering van minder dan 12 op 20 overdoen. Op het einde van de universitaire rit diende een thesis of proefschrift gerealiseerd te worden en pas als de lijvige neerslag van twee jaar intensief onderzoeks- en schrijfwerk ingediend was, mocht je je eindexamens afleggen. We schrijven medio seventies.
    Van heel dit verhaal is op 40 jaar later niets meer overeind gebleven. Op het einde van de lagere school heeft bijna iedereen genoeg procent op zijn rapportje om - al dan niet terecht - naar het aso te stappen. Het tso heeft pakken overtuigingskracht en mediacampagnes van doen om succesrijk te werven en het bso voelt na de pleidooien voor inclusief onderwijs de hete adem van het buso in de nek. In het middelbaar onderwijs wacht een rist mogelijkheden en vooral een afglij- of watervalsysteem waardoor je met quasi zekerheid de humaniora ‘met succes’ afwerkt en toegang krijgt tot het hoger onderwijs, ja zelfs tot het universitair onderwijs. Van een maturiteitsexamen is al lang geen sprake meer, er worden zelfs vakgebonden geen verhandelingen meer geschreven. Op het hogere echelon houden tussentijdse proeven en permanente evaluaties, rugzakjes en buispunten alle kansen op een happy end gaaf en die thesis lever je ook maar eens in als je ondertussen met een portie geluk al ergens aan de slag kan. Iedereen tevreden, alles oké, of toch niet?

    Het drama van de latverlaging
    Als het ‘veld’ op vandaag over onderwijs klaagt, dan heeft het vaak te maken met de latverlaging, een fenomeen dat zich op alle niveaus manifesteert. Huidig minister van Onderwijs Hilde Crevits lijkt me van goede wil om er iets aan te doen, maar ook zij zal slechts moeizaam kunnen optornen tegen het lobbywerk van de latverlagers, lees leerplanmakers, doorlichters, vakbegeleiders en … politieke coalitiepartners. Haar voorgangers wisten zich telkens te onderscheiden door rusteloosheid, drang naar verandering en na-aperij. ‘Never change a winning team’ was nooit aan onderwijs besteed. Iedere minister wilde zijn naam in de geschiedenisboeken door een ingrijpende verandering, die zelden op het fiat van het werkveld kon rekenen, maar die hoe dan ook telkens weer in de strot geramd werd. Als leraar Duits kan ik daar bijzonder goed over meespreken. Hoe vaak vonden ministers van Onderwijs het warm water geen tweede of derde keer uit en maakten wij ons in het buitenland hopeloos belachelijk door hier in te voeren wat men elders na een proefperiode weer afvoerde. Moderne wiskunde mag als typevoorbeeld gelden. De ministers lieten zich verkeerdelijk inspireren door leerplanmakers die met eenzelfde rusteloosheid in de onderwijspot roerden in de hoop ooit alle kennis uit het onderwijs weg te vlakken in ruil voor vaardigheden, spelenderwijs onderwijs, ‘infotainment’. En let wel, als brave ‘piot’ op het werkveld hoorde je gedwee te volgen of je liep tegen de lamp van de doorlichting. Stelden vakbegeleiders vast dat er ergens een scheve schaats dreigde gereden te worden, dan konden zij tijdig bijsturen. Probleem was steeds duidelijker dat de lat expliciet naar beneden moest. En die ziekte sloeg over naar het hoger onderwijs. Steeds meer studenten slaagden steeds makkelijker en dat hadden ze in het technisch en beroepsonderwijs ook gemerkt. Gevolg: er kwam een vreemde instroom in het hoger onderwijs – als het toch lukt, waarom dan niet proberen? – en bovenaan de hiërarchische ladder stond een minister van Onderwijs te orakelen dat onderwijs maar één doel voor ogen mocht hebben: iedereen moest slagen. Gevolg: op een hogeschoolcampus voor leerkrachtenopleiding in mijn directe omgeving stamden op een bepaald ogenblik 12 procent van de ingeschrevenen uit het … beroepsonderwijs.
    Dirk Van Damme, onderwijsexpert bij de OESO, schreef in 2014: ‘In naam van gelijke kansen werden verwachtingen lager gelegd. Dat is riskant. Want leren is de leerlingen uit hun comfortzone trekken. Als dat niet meer gebeurt, gooien we talenten weg. (…) Er ontstaat een softe evaluatiecultuur en dat bedreigt de kwaliteit.’
    Ik heb een oeverloos respect voor technici en arbeiders die met hun talenten mee de wereld laten draaien. Ik kan als taalkundige geen huizen bouwen, geen tuinen aanleggen, geen spuitgietmachine in elkaar knutselen of bedienen, geen restaurantkeuken runnen, geen kleren maken, geen motor afstellen, geen dak renoveren, … Maar laat elk dan zijn talenten gebruiken in de omgeving die past bij zijn interesse en kunde. Witte raven zijn er altijd en hoed af voor wie in zijn uitdaging slaagt.
    Maar de trend werkte averechts. De bedrijfswereld zat stilaan met de handen in het haar. De roep om geschoolde arbeidskrachten werd almaar minder gehoord want steeds meer leerlingen uit de technische en beroepsscholen waagden zich aan hoger onderwijs en met succes. In plaats van handige arbeiders meldden zich meer en meer gediplomeerde kandidaat-bedienden. ‘Pet af voor technisch onderwijs’ was een goed bedoelde actie maar door de evolutie binnen het technisch en hoger onderwijs totaal onefficiënt.
    Denk nu niet dat ik hier met mijn kritiek alleen maar onze Belgische onderwijsoverheid viseer. Belgische leerlingen profileerden zich op internationale doorlichtingen (PISA e.d.) op alle vlakken als de besten, of men nu talen, wiskunde of wetenschappen testte. Ondanks het feit dat men nu een voortdurende terugval in de resultaten vaststelt (omdat leerlingen almaar minder (moeten) kennen), blijkt België nog altijd aan de top te staan, dus is er internationaal ook iets aan de hand. Dat betekent m.i. niet dat men de zaken op hun beloop moet laten. Integendeel!
    Onderwijsvakbond COC voelde ook nattigheid. Toen ze in 2013 in het kader van de nakende onderwijshervorming niet aan de onderhandelingstafel werden uitgenodigd, stelden ze een open brief op, gericht aan de Vlaamse regering en de partijvoorzitters van de meerderheidspartijen. Daarin hekelden ze het feit dat toenmalig minister Smet beweerde dat de hervorming van het secundair onderwijs kon rekenen op een breed draagvlak.
    ‘Leraren willen geen hervormingen die ertoe leiden dat diploma’s afgeleverd worden aan leerlingen die dat niet verdienen. Leraren vrezen een verdere nivellering van het onderwijs. Inderdaad, een verdere nivellering omdat deze trend tot vervlakking nu al merkbaar is. Leraren staan nu al onder zware druk wanneer een leerling voor een bepaald vak een tekort heeft. Niet de leerling heeft hier fout aan, maar de leraar. Hij moet dus remediëren en hierover communiceren met directie en leerlingenbegeleiders. Hij moet communiceren met de ouders over de evolutie van hun kind. Hij staat onder druk van de directeur omdat die vreest een leerling en zijn financiering hiervoor kwijt te geraken of gevat te worden door een juridische procedure … Het is dan ook niet verwonderlijk dat leraren meer en meer bezwijken onder die druk. In dit verband moet de overheid de hand trouwens in eigen boezem steken. Ongekwalificeerde uitstroom heeft ook te maken met de instroom. Zoals niet iedere student bekwaam is om academisch onderwijs te volgen, is ook niet iedere leerling bekwaam om een hogeschooldiploma te behalen. Ook niet iedere leerling is bekwaam om een diploma secundair onderwijs te behalen. Als de Vlaamse Regering dat toch wil, dan vraagt dat extra investeringen om de leerlingen die dreigen uit te vallen, op te vangen. Doet ze die niet, dan zal de kwaliteit van het secundair onderwijs verder achteruit gaan. Met of zonder hervorming van het secundair onderwijs.’
    In datzelfde jaar stelde Wim Van den Broeck, professor Ontwikkelings- en Schoolpsychologie aan de Vrije Universiteit Brussel, dat leerkrachten in sterke mate gekant zijn tegen een hervorming van het secundair onderwijs. Enkele van zijn vaststellingen.
    Een ruime meerderheid (72,7 %) van de ondervraagden gaf aan tegen de geplande hervorming te zijn. De onderzochte leerkrachten kwamen uit alle onderwijsvormen. Bijna twee derden meent dat het niveau van sterkere leerlingen erop achteruit zal gaan en een even grote groep gelooft niet dat het niveau van zwakkere leerlingen erop vooruit zal gaan. Ruim drie kwart van de leerkrachten (76,7 %) gelooft niet dat de bekende waterval in het secundair onderwijs kan worden opgelost door de onderwijsvormen af te schaffen, zoals voorzien in de hervormingsplannen. De meeste leerkrachten verwachten ook niet dat de kans op zittenblijven kleiner zal worden met de hervorming, noch dat er meer leerlingen met een diploma zullen afstuderen. Van uitstel van studiekeuze verwacht de meerderheid (61,4 %) niet dat dit zal zorgen voor een meer bewuste keuze (26,4 % denkt van wel en 12,2 % is onbeslist). De overgrote meerderheid van de leerkrachten (78,4 %) is daarentegen wel gewonnen voor het herwaarderen van de huidige onderwijsvormen en verwacht dat daardoor meer gelijkwaardigheid kan bereikt worden tussen de leerlingen uit de verschillende onderwijsvormen.

    Der Untergang
    Veel factoren hebben bijgedragen tot de verlaging van de lat en de ondergraving van de onderwijskwaliteit. ‘Vier studierichtingen in het aso’ vermeldde ik eerder en wat is er gebeurd? Men heeft het aso versplinterd en niet alleen het middelbaar maar ook het hoger onderwijs. In het aso was het belangrijkste gevolg van die ‘keuzeverrijking’ de demotivatie door het maken van negatieve keuzes. Neem nu de talenrichtingen. Velen kozen niet langer voor een richting waar ze goed in waren, maar ze meden de richtingen waar ze net niet goed in waren. Zo opteerden zij bv. voor economie-moderne talen, niet omdat ze goed waren voor talen maar omdat ze niet goed waren voor wiskunde en aldus economie-wiskunde ontliepen. De leerkrachten talen kregen op die manier in talenrichtingen – hoe gek het moge klinken - steeds meer leerlingen voor zich die niet eens gemotiveerd waren voor talen. Het gevolg was dat er in die talenklassen zowel toppers als zwakkere broertjes voor talen zaten. Omdat de minister pleitte voor zo weinig mogelijk zittenblijvers en omdat ouders met een advocaat onder de arm klaar stonden om een B- of C-attest aan te vechten (in de meeste gevallen met succes), moest iedereen erdoor en moest daartoe de lat verlaagd worden. Moeilijk om dat te realiseren? Hoegenaamd niet! Vaardigheden werden de evenknie van kennis en omdat je met die vaardigheden alle kanten op kon, moest de leerling al van kwade wil zijn om niet meer te slagen voor een taalvak.
    In de krant De Standaard van 22 februari 2016 en De Morgen van 23 februari 2016 lees ik dat steeds meer leerlingen in het secundair onderwijs de eindtermen niet halen maar wel een diploma verwerven.
    'Uit een peiling van 2014 blijkt dat slechts de helft van de leerlingen in de derde graad secundair (aso, tso, kso) de eindtermen voor wiskunde haalt. Voor specifieke wiskundige onderdelen zijn de hiaten nog groter. Zo bereikt in het aso amper een kwart van de leerlingen in klassieke en moderne talen en in economie-moderne talen de norm voor reële functies. In humane wetenschappen is dat zelfs slechts een luttele 11 procent. Voor Frans duikt in de derde graad een vergelijkbaar beeld op. Voor spreken schommelen de slaagcijfers in het aso rond 50 procent, in het tso en het kso haalt soms minder dan de helft de doelstelling. Ontnuchterende vaststellingen, want de eindtermen zijn de minimumdoelstellingen die de overheid heeft vastgelegd en die elke jongere in het Vlaamse onderwijs zou moeten bereiken.
    Hoewel ze de eindtermen niet halen, slagen de leerlingen vaak wel voor hun examens en halen ze een diploma. Sarina Simenon van het Gemeenschapsonderwijs (GO!): ‘Als scholen oordelen of iemand geslaagd is, kijken ze ook naar de permanente evaluatie en het groeiproces van de leerling.’
    Om het eens heel extreem voor te stellen: iemand weet na het vijfde jaar dat 1+1=2 en moet na de laatste cyclus van twee jaar volgens de eindtermen weten dat 3+3=6. Op het examen weet hij niet alleen dat 1+1=2 maar intussen ook dat 2+2=4. Hij heeft het einddoel weliswaar niet bereikt maar uit de permanente evaluatie blijkt dat het groeiproces positief verloopt. De delibererende klassenraad beoordeelt de progressie als voldoende en geeft de leerling het beoogde diploma. De leerling mag naar het hoger onderwijs maar weet niet dat 3+3=6.
    Een ander voorbeeld. In het talenonderwijs krijgen leerlingen invuloefeningen om de vervoeging van de werkwoorden in te studeren. Vroeger (toen de dieren …) kreeg je een zinnetje met een onderwerp en tussen haakjes een infinitief, gevolgd door een ruimte waarin de passende werkwoordsvorm moest ingevuld worden. Op vandaag moeten de leerlingen niet te rade gaan in hun kennisvoorraad en er de passende vorm uit plukken, ze mogen nu uit een opgegeven reeks mogelijkheden kiezen. De kennis wordt door dit (gok)systeem op verschillende manieren ondergraven: de leerlingen verliezen het overzicht van een werkwoordsvervoeging en worden geconfronteerd met losse mogelijkheden in plaats van te leren kiezen uit een gestructureerd geheel; ze leren niet meer nadenken over de volledige werkwoordsvorm maar kiezen als oplossing een van de opgegeven mogelijkheden op basis van één herkenbaar element; ze zien de samenhang niet meer tussen reeksen gelijkaardige werkwoorden.
    Een mooie getuigenis vond ik in het tijdschrift Klasse van 6 februari 2016. Daarin schrijft Rik Feys (mede-opsteller van de eindtermen en het leerplan wiskunde voor het basisonderwijs): 'De eindtermen taal zijn nog veel algemener geformuleerd dan deze van wiskunde. ‘Bepaalde soorten teksten kunnen lezen’ zegt als eindterm wel iets over de uiteindelijke vaardigheid, maar niets over de lange weg erheen: het belang van aanvankelijk lezen en technisch lezen vanaf het eerste leerjaar, het belang van woordenschatonderwijs e.d. O.m. hierdoor is het klassieke woordenschatonderwijs in het gedrang gekomen. Standaert (*) ging er destijds prat op dat de eindtermencommissie elementaire grammatica – bv. lijdend en meewerkend voorwerp – geschrapt had, maar de overgrote meerderheid van de leerkrachten en ouders was/is het hier niet mee eens. Die grammaticale begrippen komen ook niet voor in de methodes. Er is wel een beperkt aantal leerkrachten dat deze termen toch nog aanbiedt. Volgens de eindtermen en leerplannen Frans moeten leerlingen enkel Franse woordjes kunnen kopiëren, maar er zijn leerkrachten die vinden dat hun leerlingen ook nog wel het dictee van woorden aankunnen en dan ook nog dictee voorzien. Aangezien de eindtermen altijd als ‘minimaal’ bestempeld werden, mag een leerkracht uiteraard nog iets meer proberen te bereiken dan het ‘minimale’.'
    (*) Roger Standaert werkt als expert voor binnenlandse en buitenlandse onderwijsprojecten. Hij begon zijn loopbaan als didacticus in lerarenopleidingen en werd daarna onderwijsbegeleider. Hij werd de eerste directeur van de Dienst voor Onderwijsontwikkeling en stond zo aan de wieg van de eindtermen.

    Mijn ultieme ervaring in het onderwijs slaat echter alles. Net voor ik in 2013 een punt zette achter mijn actieve loopbaan als leerkracht, kreeg ik de kans tot een persoonlijk gesprek met mijn vakbegeleider Duits. Hij noteerde mijn ontgoocheling over wat de leerplanmakers met ons vak hadden aangericht. Hoe je in het eerste jaar Duits de leerlingen eerst zes maanden mocht laten aanmodderen met de uitspraak om pas vanaf het tweede semester die uitspraak te beoordelen en te corrigeren. Of hoe je de leerlingen kennis moest laten maken met naamvallen, jawel, kennismaken. Niet het gebruik van ‘der-die-das-die’ door intensief oefenen erin hameren en liefst niet te veel spreken over de tweede naamval, de genitiefvorm, die men met voorbedachten rade naar de onderste van de vier naamvalrijen had gedegradeerd want zover zou je toch nooit komen. Of hoe je de verleden tijd van de werkwoorden mocht aanbrengen maar waarvan het grondig beheersen geen absolute must meer was. De tegenwoordige tijd en het voltooid deelwoord waren alleenzaligmakend. Of hoe je leerlingen kon laten vaststellen wat een conjunctief was maar waarvan je hoegenaamd geen praktische toepassing mocht eisen. Of hoe je beter enkele happy few in een uurtje vrije ruimte conjunctiefvormen kon laten opsporen, tellen en een vergelijkende tabel met werkwoordsvormen kon laten opstellen, waarop ik de vraag stelde of ik nu mijn leerlingen werkwoorden moest leren tellen in plaats van vervoegen ...
    Dergelijke toestanden zijn niet nieuw. In 2006 al stelde Kris De Boel, een leerkracht klassieke talen: ‘Men constateert enerzijds dat een tiental jaren geleden het traditionele grammaticaonderwijs verlaten werd en anderzijds dat het sedert tien jaar bergaf gaat met het talenonderwijs. Men weigert echter expliciet daar de m.i. zeer voor de hand liggende conclusie uit te trekken.’
    Ikzelf volgde als tiener de economische richting. Nadien trok ik naar de Gentse universiteit, waar ik het diploma van licentiaat in de Germaanse Filologie Nederlands-Duits verwierf. Ik studeerde Duits omdat ik in de voetsporen wilde treden van mijn leraar Duits in het vijfde humaniorajaar. In het eerste van de drie wekelijkse uurtjes volgde hij het handboek en leerden we teksten lezen en begrijpen, literaire en zakelijke. In het tweede uur doorploegden we de grammatica en maakten we op elk onderdeel oefeningen. Elke week riep hij vier leerlingen aan het bord om hun kennis en taalbeheersing te testen en daar verdiende je je punten dagelijks werk. ‘Tafelgymnastik’ noemde hij dat: praktische oefeningen aan het bord. De pakkans was te groot om je voorbereiding daarop te verwaarlozen. Iedereen trachtte dus mee te zijn. En het derde uur dompelde hij ons onder in de Duitse geschiedenis en aardrijkskunde. We leerden een brief schrijven waarin we documentatie over een Duitse stad moesten inwinnen. Met de info uit de (in veelvoud van de klas) toegestuurde folders en brochures moesten we een korte voordracht destilleren en ‘onze’ stad – in een door de leerkracht gecorrigeerde tekstvorm - aan de groep voorstellen. Kortom, alle vaardigheden werden geleerd, getoetst en geëvalueerd, de kennis werd bijgespijkerd, de grammatica werd met strenge hand aangeleerd en de beheersing ervan gecontroleerd. Na dat jaar stond je Duits op peil en had je ook heel wat over Duitsland opgestoken, historisch, cultureel en geografisch. In 1970 was die leerkracht zijn tijd mijlenver vooruit. Bijna een halve eeuw later blijft van al dat moois niet veel meer over, tenzij je naast de latverlagende plicht voldoende tijd vrijmaakt om je leerlingen toch op sleeptouw te nemen. Om hen niet alleen kennis te laten maken met een taal maar ze ook een stukje die taal te leren beheersen, om hen een brok cultuur mee te geven onder de noemer ‘Landeskunde’. Neem hen mee naar de kerstmarkt in Aken, luister naar Rammstein en naar Helene Fischer, en geniet van films als ‘Good Bye Lenin’, ‘Die fetten Jahre sind vorbei’ en ‘Das Leben der Anderen’.

    Core business
    De kruik gaat zo lang te water tot ze barst. Zo kwam een universiteitsprofessor op een nascholingsdag voor leerkrachten Nederlands pleiten om de leerlingen weer wat meer kennis bij te brengen want haar studenten wisten niet meer in welke eeuw ze Vondel, Multatuli of Van Ostayen moesten plaatsen. De vakbegeleiders zaten achterin de zaal meewarig te luisteren … Maar intussen gaan we gewoon door en zal Vlaanderen uiteindelijk niet meer kunnen doen wat het tot voor kort tot haar ‘core business’ kon rekenen: hooggekwalificeerde ‘brains’ op de markt brengen, oerdegelijke toponderzoekers en ceo’s op wereldniveau. Is het dat wat we willen en nemen we een voorbeeld aan het dierenrijk waar de dieren op vandaag niet meer spreken? Of gaan we eindelijk weer ambitie tonen, wetenschappers wetenschappers laten zijn, onderwijzers laten onderwijzen in plaats van entertainen, technici en arbeiders het werk laten doen waarvoor zij over de uitgelezen talenten beschikken? Mijn keuze is vlug gemaakt.

    16-04-2016 om 00:00 geschreven door art  


    >> Reageer (0)
    24-02-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Verkleedpartijen

    Tielt is in de ban van de verkleedpartijen. Op 19 februari gaven de laatstejaars van de secundaire scholen het startschot. Uit de confetti-spuwende stoet kon je de pracht van de groepen niet afleiden. Daarvoor moet je eens naar de facebookpagina's of sites van de scholen surfen. Rollebollen op het Hulstplein, fuiven op de Markt, geen probleem, maar kunnen de klasgroepen zichzelf echt niet eens showen aan het - almaar talrijker - publiek. Het zou de 100 dagenviering bovendien in een gunstiger daglicht stellen dan nu vaak het geval is. Ooit pleitte ik bij de zesdejaars om een deel van de kostuumkosten terug te winnen door een week later deel te nemen aan de carnavalsstoet maar dat lukte nooit. In Batavia ging men intussen op zoek naar jong bloed in het narrenwereldje. En volgend weekend is het helemaal prijs met de pronkzitting op zaterdagavond - inclusief aanstelling van Sleutelfee en Stadsprins - en de stoet op zondag als kers op de zotskappentaart. Veel mensen halen hun neus op als een verkleedpartij zich aandient maar vaak vergeten zij dat talloze activiteiten met kostumering gepaard gaan, zowel in de vrijetijds- als in de beroepssector. Van verplegers tot chirurgen, van kelners tot verkoopsters, van priesters tot kloosterzusters, van piloten tot postbodes, ... iedereen steekt in een herkenbaar plunje. Wielrenners en voetbalspelers zetten tot vestimentaire navolging aan. Wie lid wordt van een muziekvereniging, weet dat uniformplicht geldt. Kiest men voor operette of toneel, dan zijn kostuums onvermijdelijk. Ballet dans je klassiek in tutu en op het gemaskerd bal meld je je aan in chique Venetiaanse outfit. Kortom, het wordt al vlug duidelijk dat mensen meer dan ze misschien zelf vermoeden hun doordeweekse kledij ruilen voor een gelegenheidspak. En kinderen gaan daar dolgraag in mee. In pretparken, op schoolfeesten en jeugdkampen ontsnapt niemand aan de schminckstand en horen K3-kleedjes tot de vaste merchandise. Het is toch fijn om eens in de huid van een ander te kruipen, om eens van je eigen karakter af te stappen, om je idool of favoriete groep na te bootsen of de draak te steken met de saaie alledaagsheid. Toch blijft dit voor velen een brug te ver. Wie bij ons naar carnaval gaat kijken, geeft duidelijk te kennen dat hij afstand neemt van het feestgedruis op de scène of in de stoet. In Nederland en Duitsland zijn alle toeschouwers - de een al explicieter dan de ander - carnavalesk uitgedost. Zo slaat de vonk van de 'acteurs' makkelijker over en krijg je één bruisend geheel. Toch eens proberen? Doen!  

    24-02-2016 om 18:17 geschreven door art  


    >> Reageer (0)
    18-02-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kerkhofblommen

    Het is een traditie en we houden eraan: als vader of moeder gevierd wordt of als hun verjaardag op de kalender verschijnt, krijgen ze een bloemetje. Alleen, ze zijn er niet meer, maar het bloemetje blijft, dus op naar de stedelijke begraafplaats, 't kerkhof dus ... In 2015 stond ik bij een van mijn bezoeken plots voor een verrassing: rood-witte linten verboden me 'grafwaarts' te gaan. De paden waren van hun kiezelsteenbedekking ontdaan en kregen kakelvers gras ingezaaid. De lokale overheid had gekozen voor een groen kerkhof. Tieltenaars die dachten dat zij en niemand anders de bio-hoofdprijs hadden gewonnen, sloegen de bal verkeerd. In Bulskamp, een piepkleine deelgemeente van Veurne, liepen groenfanaten met dezelfde visie rond. Toegegeven, eens het gras gegroeid, oogt het best mooi. Maar de minste regen legde meteen al de manco's bloot. Ik kwam niet zonder bekladde schoenen van een grafpoetsbeurt weg. Er vormde zich een vieze plas die ik met een hoop dorre bladeren bedekte om nog enigszins mijn werk te kunnen doen. En toen werd het droger en droger, en het kerkhof kwam zonder kleerscheuren door de drukke novemberdagen heen. Maar januari kende geen genade. De regen viel met bakken uit de hemel en het groene kerkhof verzoop. Wie langs de Keidamstraat binnenstapte, vond meteen rechts een ware noodweg. Het modderpad werd netjes onder een plankenvloer verstopt. Moest je verderop zijn, dan bracht je best aangepast schoeisel mee om je een weg te banen door de water- en modderpoel. Ik geraakte nu nog nauwelijks bij het graf van mijn ouders, tenzij ik niet opzag tegen een paar bevuilde schoenen. Wat verderop geniet mijn grootmoeder van haar eeuwige rust. Haar grafzerk hoefde in de voorbije decennia nauwelijks een kleine afborsteling, nu zit het steevast onder de modderspatten. En intussen worstelt Bulskamp met hetzelfde probleem. Maar er komen drogere tijden. Duimen maar ...

    18-02-2016 om 17:06 geschreven door art  


    >> Reageer (0)
    02-02-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Windhanen van alle tijden

    Hoe triest het politiek theater kan zijn, kregen we de afgelopen weken op alle niveaus geëtaleerd. Hoe Duitsland het blijkbaar toch niet 'schafft', hoe Crombez het ene moment zijn Nederlandse evenknie Samson bijtreedt inzake 'push backs' van vluchtelingen om zich de volgende dag en na een wellicht ziedend partijbureau in alle mogelijke bochten te moeten wringen om zijn eigen woorden te ontkennen, of hoe cultureel Tielt - geroemd om zijn ongeziene bedrijvigheid - in Het Nieuwsblad van 'de' burger amper 49 procent als score krijgt, wat de indruk wekt dat de rondvraag eerder als afrekening dan als rapport moet beschouwd worden. Sommigen verwijten de huidige Tieltse bestuursmeerderheid een gebrek aan eensgezindheid en visie en in een weekbladcolumn werden de betrokken lokale politici recentelijk als 'windhanen' betiteld. Dat beslissingen opvallend vaak herzien worden, valt niet te ontkennen, maar dit enkel de huidige coalitie verwijten, is de geschiedenis geweld aandoen. Kijk bijvoorbeeld maar naar de bibliotheek en de Europahal. Wat hebben we daarmee niet allemaal beleefd? De 'anciens' herinneren zich beslist hoe een polyvalente zaal op het Vredespark zou neergepoot worden met een nieuwe bib erbovenop. In een tweede fase werden plannen gesmeed om de nieuwe Europahal op de plaats van de oude te bouwen maar uiteindelijk schoof men de hele zaak een beetje op en verrees de hal tussen Maczekplein en sportterreinen. Intussen ging de bib ook op stap. In de Ieperstraat stond het herenhuis Mulle de Terschueren te verkommeren. Een studiebureau toverde met prachtige plannen het historische pand om in een nagelnieuwe bib. Zover kwam het echter niet. De boekerij kwam, deels verbouwd en deels nieuw gebouwd, tussen Lakenmarkt en Alexianenplein terecht. Mulle miste de In-en-Uittrein maar gooide hoge ogen als bezoekerscentrum, inclusief Europazolder, trouw- en vergaderzalen, hotelaccommodatie en dienst voor Toerisme. Maar ook dat hebben we intussen gehad. Mulle loopt leeg en een werkgroep moet dringend aan het werk om een toekomstvisie voor dat mooie pand te ontwikkelen. En dan is er nog het CCG. Aangezien het bijna vergeten Vredespark na alle perikelen onaangeroerd was gebleven, lonkte men in de vorige legislatuur naar die ruimte tussen Tramstraat en Sportlaan. Een studiebureau toverde met prachtige plannen een complex uit zijn hoed dat als het ware uit het groene park op zou stijgen. Zover kwam het echter weerom niet. Het te renoveren CCG blijft straks wegens centengebrek waar het is. Maar eerst wat asbest opruimen. Wie ziet nu nog op tegen een tijdelijke verhuizing naar een pop-upzaal. Verhuizen zijn we toch al decennia gewoon of niet? Over de versplintering van de politieposten, de verhuizingen van de brandweer en locaties voor andere diensten hebben we het later misschien eens ...

    02-02-2016 om 14:40 geschreven door art  


    >> Reageer (0)
    23-01-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kaars en bril

    Recentelijk wandelden we door Duisburg en in een van de hoofdstraten zagen we plots hoe alle auto's tegen een slakkengangetje voortbewogen. We dachten dat er iets aan de hand was maar het bleek uiteindelijk gewoon een zone-30 te zijn waar iedereen zich rigoureus aan de voorgeschreven snelheid hield. Voor Duitsers, topproducenten van vierwielers, geldt nog steeds het devies: een goede wagen is een snelle wagen. In de moederfabrieken van Mercedes, Audi, Volkswagen, Opel en Porsche rollen voertuigen van de band die tegen waanzinnige snelheden over de 'Autobahn' moeten scheuren. Of zeg ik beter 'moesten' want ze kwamen massaal in 'Baustellen' en daaraan gekoppelde files terecht. Het aantal wegstroken waar je in Duitsland tegen (veel) meer dan 130 per uur kan racen, is op vandaag tot een minimum herleid. Frustratie alom. Maar wat dan gezegd als ze tegen 30 per uur door de centrumstraten van een stad moeten defileren? Is een auto daarvoor gemaakt? Neen. Moet je de verkeersregels naleven? Ja. Bij ons is het intussen niet anders: 90 wordt teruggeschroefd naar 70, 70 naar 50 en 50 naar 30. In de binnenstad van Brugge, Gent en Antwerpen rij je 30. Punt. Natuurlijk is het niet plezant om op een bijna lege weg van Deinze naar Aarsele te bollen tegen 70 per uur, maar het moet, zo leren ons de borden langs de weg. Natuurlijk doet het vreemd aan om van het Gildhof tot aan het OCMW 30 per uur te rijden, maar het moet. Als er op het einde van de Kortrijkstraat een stopbord staat, dan moet je stoppen, en datzelfde geldt op het einde van de Luchtbalstraat en van de Steenovenstraat. Niet mekkeren, dat is de regel. Zijn dit 'goedkope oplossingen om een schijn van verkeersveiligheid op te houden', zoals ik kort geleden in een KW-commentaarstuk las? Nee, elke ingreep heeft haar doel. En of we het nu fijn vinden of niet, de regels zijn er om na te leven. 'Het lukt nooit om zo traag te blijven rijden', aldus nog het commentaarstuk. Kijk eens naar de E17 in Gentbrugge: daar rijden ALLE voertuigen kilometers lang netjes 90 per uur. Waarom? Omdat men weet dat het traject constant gecontroleerd wordt. Dan kan het plots wel. Mocht iedereen zich spontaan aan de regels houden, dan zouden al die controles niet nodig zijn en zouden we pakken geld aan nuttiger zaken kunnen spenderen. Maar ja, iedereen kent het gezegde van de uil, de kaars en bril ...

    23-01-2016 om 11:40 geschreven door art  


    >> Reageer (0)
    16-01-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Mulle de Terschueren

    Quo vadis Mulle? Ooit pronkend herenhuis, later roemloos verkommerd tot warempel een heuse rouwstoet langskwam. RIP erfgoed ... Maar toen ging 'de Stad' op zoek naar een locatie voor de Openbare Bibliotheek en kijk, het herenhuis aan de Ieperstraat leek in aanmerking te komen. Een studiebureau werkte adembenemende plannen uit. We zagen de boeken al in rijen aanrukken, maar toen vielen andere voorstellen uit de lucht. Weet je nog: een polyvalente zaal op het Vredespark met daarbovenop de bib? Echt waar. De boekerij kwam uiteindelijk tussen Alexianenplein en Lakenmarkt. Mulle wachtte op een nieuwe bestemming en die kwam er. Tielt pakte naast een In-en-Uit maar sprong wel op de trein van de streekbezoekerscentra.

    Mulle rees als een feniks uit zijn as: de dienst voor Toerisme waaide over naar de Ieperstraat en een Europazolder opende perspectieven voor bussen leergierigen uit de onderwijs- en cultuursector. Een trouwzaal, hotelaccommodatie met conciërgerie, een heerlijke vergader- en concertzaal en verschillende receptie- en expositieruimten oogden magnetisch en leken met het achterliggende stadspark voor eeuwige roem bestemd. Tot een nieuwe hype de kop opstak: het vrijetijdsloket. Mulle liep leeg: de dienst Toerisme moest terug naar het stadhuis, de Europazolder werd niet geüpdatet en deemsterde weg, de conciërge verliet het gebouw, ...

    Mulle moet op zoek naar een nieuwe toekomst. Het herenhuis zelf kan zijn huidige functies bewaren. Alleen de zolder moet een nieuwe bestemming krijgen en de bruik- en bereikbaarheid dient door een lift verzekerd. Creëer in het koetshuis een hotel-restaurant-tearoom met uitstraling waar het 's zondags lekker toeven is voor koffie en pannenkoeken of gebak, inclusief terras met zicht op het park. Een unieke troef, ook wanneer de Collegesite ooit ingevuld raakt. Het etablissement zorgt dan voor de perfecte link tussen Kortrijkstraat en Ieperstraat waar commerciële troeven verder uitgebouwd kunnen worden. Mag ik dromen? 

    16-01-2016 om 23:23 geschreven door art  


    >> Reageer (1)


    Toen ik in 2014 een punt zette achter mijn engagement bij De Weekbode, ging ik bloggend nog even door met mijn column 'Rudimentair'. Na enkele weken sputterde de motor al tegen en viel kort daarop helemaal stil. Intussen zijn de vaste lijnen van het leven als senior uitgezet en heb ik eerst de draad van het lezen weer opgepikt en nu ook die van het schrijven. Veel leesgenot met mijn columns, commentaren en cursiefjes waarin ik alledaagse gebeurtenissen en toestanden in Tielt (WVL) en daarbuiten anders ga bekijken. Anderszins dus ...

    Rudi Ailliet


    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.



    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!