.
MOEDER
Zo lang zij rustig leeft kunnen wij haar vergeten, ze kost ons zorg noch geld, ze doet ons nimmer zeer; tweemaal in ‘t jaar, misschien, gaan wij nog bij haar eten en lachen als ze zegt: Het is de laatste keer.
Maar één kort spoedbericht maakt ons opnieuw tot zonen, wat ons gewichtig werd valt plots en dwaas uiteen,BR> wij dachten in onze eeuw en in ons werk te wonen tot wij beschaamd en leeg haar kleine huis betreên.
Ze heeft op ons gewacht. Tenzij ze is gestorven. Daar ligt wie onze moeder was, het arm gezicht waarin veel eenzaamheid berusting heeft gekorven beschenen voor het laatst in reeds vervreemdend licht.
Dat wij voorgoed alleen zijn thans, dat alle bronnen vervloeien in de tijd, bedroeft ons hart niet. Maar dat onze overmoed zich nimmer heeft bezonnen over haar eenzaamheid, dit wordt ons taaist verdriet.
♦Karel Jonckheere |
zoals elk jaar wil ik het – voor mij dan – het mooiste moeder gedicht hier neerzetten , wie het leest , en heel diep in zijn hart kijkt , zal het zeker herkennen , , zoniet in zijn eigen leven , dan toch om je heen …. en voor alle moeders dit boeket !
|