|
|
MIJ SPREEKT DE BLOMME EEN TALE
MIJ IS 'T KRUID BELEEFD
MIJ GROET HET ALTEMALE
DAT GOD GESCHAPEN HEEFT
guido gezelle
|
|
|
AARDIG
WEES AARDIG
IEDEREEN DIE JE ONTMOET
LEVERT EEN ZWARE STRIJD
|
|
|
STAP
DE BELANGRIJKSTE STAP IN JE LEVEN
IS MISSCHIEN DIE
WAARMEE JE MENSEN TEGEMOET GAAT
|
|
|
LEVEN
HIER STA IK BIJ DE BLOESEM
VERWONDERD ALS EEN KIND
'T IS OF ER ERGENS DIEP IN MIJ
'N NIEUWE BLOEI BEGINT
DE KRANT MELDT DEZE MORGEN
OPNIEUW TERREUR EN DOOD
EN TÒCH DIT NIEUWE LEVEN
...IDIOOT...
toon hermans
|
|
|
OGEN
DOOR HEEL DE STAD, IN ALLE WIJKEN
ZIE IK HOE EENZAAM OGEN KIJKEN
DE DROEF'NIS VAN ĖĖN OOGOPSLAG
BLIJFT ME SOMS BIJ, 'N HELE DAG.
toon hermans
|
|
|
|
|
|
ROOS
WIE DE ROOS
WIL PLUKKEN MOET DE
DOORNEN NIET ONTZIEN
|
|
|
OOK EEN KLEIN STERRETJE SCHIJNT IN HET DONKER
|
|
|
WENS
MIJN LIEFSTE WENS
OPNIEUW GELOVEN IN DE MENS
NIET ALTIJD WIJZEN OP ZIJN FALEN
MAAR DUIZEND MALEN WEER HERHALEN
DAT HIJ EEN DEEL IS VAN GODS PLAN
DAAR WORDT DE WERELD MOOIER VAN
|
|
|
GEDROOMD LEVEN
VERGEEF ME ALS IK DROOM,
VERGEEF ME ALS IK ZWEEF,
ALS IK, WAT HER EN DER GEBEURT
MAAR VAGELIJK BELEEF,
VERGEEF ME ALS IK VLUCHT
VAN OORLOG EN GEWELD
EN BLIJ BEN MET DE LUCHT
IN HET OPEN VRIJE VELDT
toon hermans
|
|
|
LADDER
'K 'KLOM OP DE LADDER VAN DE ROEM
WAAROM IK 'T HEB GEDAAN?
IK DENK GEWOON DAT IK HET DEED
OMDAT IK 'M ZAG STAAN
MIJN BUURMAN ZAG DE LADDER NIET
KEEK DROMEND MAAR WAT ROND
HIJ STAAT, ALS IK 'M WEL ES KNIJP
NOG VEILIG OP DE GROND
toon hermans
|
|
|
GEBEDJE
DES MORGENS, DES MORGENS
ALS IK STA NAAST HET BAD
DAN SLA IK EEN KRUIS
EN DAN BID IK ER WAT
DAT SLA IK NOOIT OVER
OH NEE, VOOR GEEN GOUD
AL DENK IK WEL EENS:
'MAN, JE KOFFIE WORDT KOUD.
toon hermans
|
|
|
DE SCHILDER
IK ZOEK AL DAGENLANG
HET ROOD
VOOR DEZE ROOS,
MAAR HET ROOD,
DAT HIJ GEBRUIKTE,
HEB IK NIET
IN MIJN DOOS.
toon hermans
|
|
|
ALS
ALS ZICH HEEL DIEP IN ONS
IETS OMKEERT OP EEN DAG
WANNEER DE MENSHEID ZIET
WAT ZIJ NOOIT EERDER ZAG
ALS AFGUNST EN GEWELD
VERAND'REN IN IETS SCHOONS
DAN IS VANAF DIEZELFDE DAG
GELUK IETS HÉÉL GEWOONS
toon hermans
|
|
|
TUIN
DE BOMEN
KOMEN UIT DE GROND
EN UIT HUN STAM
DE TWIJGEN
EN IED'REEN VINDT HET
HEEL GEWOON
DAT ZE WEER BLADEREN KRIJGEN,
WE ZIEN ZE VALLEN
NAAR DE GROND
EN DAN OPNIEUW WEER GROEIEN,
ZO HEEFT DE AARDE
ONS GELEERD
DAT ÁL WAT STERFT
ZAL BLOEIEN
toon hermans
|
|
|
HOMMEL
EEN GROTE HOMMEL LOG EN ZWAAR,
ZAG IN HET GRAS EEN BLOM
EN BOTWEG STREEK HIJ NEER OP HAAR,
TOEN VIEL HET BLOEMETJOM
toon hermans
|
|
|
WEES GERUST
WEES GERUST
JE WEET HET VAN TEVOREN
BLIJHEID WORDT
UIT DROEFENIS GEBOREN
EN UIT HET ZAND
ONTSPRINGT DE HELD'RE BRON
IN ELKE REGENDRUPPEL
ZIT 'N VONKJE ZON
toon hermans
|
|
|
DENKEN
DENKEN OVER DINGEN
ALS VREUGDE EN VERDRIET
JE KUNT HET DOEN
MAAR AS-'T- NIE- HOEFT
DOE HET DAN MAAR NIET
toon hermans
|
|
|
DENK
DENK IETS GOEDS
EN DENK IETS LEKKERS
DENK IETS GEKS
OF NOG IETS GEKKERS
DENK IETS AARDIGS
DENK IETS LIEFS
MAAR HOE DAN OOK...
IETS POSITIEFS
toon hermans
|
|
|
COMPOSITIE
TOEN ER EEN VLINDER NEERSTREEK
OP 'N GELE BLOEM IN 'T GRAS
TOEN ZAG IK DAT DE VLINDER BLOEM
EN DE BLOEM DE VLINDER WAS
EN DAT IK IN HET ÉÉN DAT LEEFT
HET ÀNDERE HERKEN
EN DAT IK ZELF' N LEVEND DEEL
VAN ÀLLE LEVEN BEN
toon hermans
|
|
|
WOORDEN
WAT IK IN WOORDEN ZEGGEN KAN
DAAR WORDT IK NIET VEEL WIJZER VAN
MAAR WAT ER SLUIMERT IN M'N GEEST
DAT ZEGT MIJ DIKWIJLS NOG HET MEEST
toon hermans
|
|
|
WIJSHEID
WIJS IS ANDERS DAN GELEERD
NEE... GELLEERD IS NIET VERKEERD
MAAR WIJS, DAT IS HEEL AND'RE KOEK
MINDER HERSENS... MINDER BOEK
WIJSHEID IS VOOR 'T GROOTSTE PART
IETS MÉÉR DENKEN MET HET HART
toon hermans
|
|
|
EENZAAM
VEEL MENSEN ZIJN EENZAAM, GELOOF ME
DAAR IS NIETS OP TEGEN, HET MÀG
MAAR KOM JE ZE TEGEN
ZEG DAN OP Z'N MINST EVEN: DAG.
toon hermans
|
|
|
LIEFDE
HET BOZE BREEKT
HET KWAAD VERDEELT
MAAR LIEFDE BINDT
ENLIEFDE HEELT
toon hermans
|
|
|
BUI
VANMORGEN SNEEUWT HET IN M' N KOP
HIJ VALT DUS NIET ALLEEN ER ÒP
OOK VAN BINNEN SNEEUWT HET ZACHT
DEE HET AL DE HELE NACHT
MAAR DAN GAAT DE VOORDEUR OPEN
EN OPEENS BÈN JIJ ER WEER
DAN IS HET SNEEUWEN AFGELOPEN
VALT IN MIJ GEEN VLOKJE MEER
toon hermans
|
|
|
MOOI WÉÉR
NU WIL IK ZON ZIJN MET DE ZON
NIET DENKEN EN NIETS DOEN
MAAR LICHT ZIJ ALS EEN LUCHTBALLON
EN GROEN ZIJN MET HET GROEN
EN WAT IK VOOR BELANGRIJK HOU
DAT LEG IK NAAST ME NEER
NU WIL IK BLAUW ZIJN MET HET BLAUW
MOOI WÉÉR ZIJN MET HET WÉÉR
toon hermans
|
|
|
LENTE
DE EERSTE VLINDER DANST VOORBIJ
IK DANS HEM ACHTERNA
EN ZING VAN 'HEISA, HEISA ' WEER
MAAR VOORAL VAN: 'HOP-SA-SA'.
toon hermans
|
|
|
KIJK
KIJK NIET ACHTEROM
MAAR KIJK NAAR DE DAG VAN MORGEN
WANT IN ELKE NIEUWE DAG
LIGT NIEUWE HOOP GEBORGEN
|
|
|
GEHEIMEN
INDIEN GE GE UW GEHEIMEN TOEVERTROUWD AAN DE WIND MOET GIJ DE WIND NIET KWALUJK NEMEN DAT HIJ ZE MEDEDEELT AAN DE BOMEN
|
|
|
VOORJAAR
NU WIL IK KIJKEN NAAR DE BOMEN
HOREN WAT DE VOGELS ZINGEN
IK WIL PROBEREN DEZE LENTE
TOT MIJ DOOR TE LATEN DRINGEN
TOT IK DIEP, HEEL DIEP VAN BINNEN
MÉÉR VOEL DAN MIJN OGEN ZIEN
TOT DIT LIEVE, GROENE WONDER
MIJ VAN BINNEN RAAKT ... MISSCHIEN...
toon hermans
|
|
|
BELOFTE
ALS HET WEER LENTE WORDT ,
'K BELOOF HET JE,MARIETJE
DAN KLIM IK IN EEN BOOM
EN ZING VOOR JOU EEN LIEDJE.
toon hermans
|
|
|
'T LICHIE
'T LICHIE IN JE BOVENKAMER
BRANDT HET WEL OF BRANDT HET NIET?
ALS HET MAAR ES EVEN FLAKKERT
WEET J'AL NIET MEER WAT JE ZIET
SOMS WIL JE WAT DIEPER DENKEN
ALS JE NIET MEER DIEPER KÀN
'T LICHIE IN JE BOVENKAMER
ZIT HELAAS GEEN KNOPPIE AN.
toon hermans
|
|
|
GELOVEN
HET LEED ,
DE DROEFENIS EN DE PIJN
DOEN MIJ GELOVEN,
ER MOET ONTFERMING ZIJN.
toon hermans
|
|
|
HART
WANNEER HET HART
IETS IN BEWARING HEEFT
BLIJVEN DE BEELDEN
HÉÉL EEN LEVEN ONGESCHONDEN
JOUW EERSTE GLIMLACH
HEB IK ZÓ VAAK HERBELEEFD
WEL DUIZENDMAAL HEB 'K JOU OPNIEUW GEVONDEN
toon hermans
|
|
|
WAAROM
DAAROM HEBBEN WIJ
DIE HANDEN EN DIE ARMEN,
OM ALS HET KOUD WORDT ROND HET HART
ELKAAR TE WARMEN
toon hermans
|
|
|
SOMS
SOMS LIJKT HET LEVEN DROEFENIS EN PIJN
ALSOF JE DUIZEND DINGEN PLOTSELING BEDREIGEN
SOMS IS 'T ALSOF JE ARMEN VLEUGELS ZIJN
EN JE IN DE BLAUWE HEMEL OP KUNT STIJGEN
toon hermans
|
|
|
WETEN
DAT WIJ HIER 'ZIJN'
HEEFT EEN BEPAALDE REDEN.
IK VOEL HET AAN HET LICHT
EN AAN DE DUISTERNIS.
MAAR WETEN? NEE,
ALLEEN BIJKOMSTIGHEDEN.
JE KUNT NIET WETEN
OMDAT LEVEN WONDER IS.
toon hermans
|
|
|
WISSELING
ALS EEN VALE, GRIJZE SPREI
VIEL DE SCHADUW OVER MIJ,
IK HEB GEHUILD,MAAR VATTE TOCH WEER MOED.
DE DAGEN WAREN LEEG EN GRAUW,
IK WIST WEL DAT HET KOMEN ZOU,
HET GAAT ME AF EN TOE GEWOON TE GOED.
toon hermans
|
|
|
EENVOUD
IK ZAG DE RIJKE ROZEN STAAN
IN PARKEN EN PRIËLEN,
IK HEB ZE OOK WEER DOOD ZIEN GAAN,
ZIEN VALLEN VAN HUN STELEN.
EN ONTDAAN VAN KLUER EN GLANS
STAAN ZE IN 'T PLANTSOEN,
HET LAGE GRAS, BLIJFT NOG EEN POOS
IN AL ZIJN EENVOUD-GROEN.
toon hermans
|
|
|
WONDEREN
ALS DE MEEUWEN SCHREEUWEN,
ALS DE BLOESEMS SNEEUWEN,
ALS DE HEMELEN DONDEREN,
IK HOOR EN IK ZIE DE WONDEREN.
toon hermans
|
|
|
LACH
EERST HET TEDERE BABY-LACHJE
OP 'T BEKENDE SCHAPEVACHTJE
EN DAN KOMT 'N TIJDJE LATER
AL ' T LUIDRUCHTIGE GESCHATER
PAS AAN 'T EINDE VAN DE REIS...
KOMT DE GLIMLACH, STIL EN WIJS.
toon hermans
|
|
|
KRITIEK
HOE DE MENSEN OOK VERSCHILLEN,
NEEM ZE TOCH ZOALS ZE ZIJN,
TRACHT DE 'LUIDEN' NIET TE 'STILLEN'.
MAAK WIE GROVER ZIJN NIET FIJN.
OPDAT ALLES ZOU VERSCHILLEN
IS EEN DAME GEEN MENEER,
ZELFS AL ZOU DE APPEL 'T WILLEN
ALTIJD BLIJFT EEN PEER EEN PEER.
toon hermans
|
|
|
IKKE
ZE ZEGGEN ALTIJD, ZOEK JEZELF,
MAAR IK WEET NIET WIE IK BEN,
ER WONEN MENSEN DIEP IN MIJ,
DIE IK NOG NAUW'LIJKS KEN.
ER LEVEN ER BELACH'LIJK VEEL
ONDER DIEZELFDE HUID
EN ALS IK ZOEK NAAR WIE IK BEN,
ZOEK IK DE BESTE UIT.
toon hermans
|
|
|
BIDDEN
BIDDEN GAAT MET WOORDEN
MAAR IK DOE HET LIEVER ZONDER
EN BEN OPEENS EEN BEETJE
BEVANGEN DOOR HET WONDER
toon hermans
|
|
|
BLOEMEN
DAT IK DE BLOEMEN ZIE ZO BLIJ EN BONT
KOMT DOOR DE KLEUREN OP DE ACHTERGROND
DAAR STAAN VERDRIET EN ARMOE
AL DE SORES VAN MIJN LEVEN
ZIJ HEBBEN AAN DE BLOEMEN KLEUR EN GLANS GEGEVEN
toon hermans
|
|
|
ZON
NU NIET LANGER SAGGERIJNEN
KIJK, EEN EERSTE VLINDER VLIEGT,
LAAT DE ZON MAAR LEKKER SCHIJNEN,
'T IS EEN SCHIJN, DIE NIET BEDRIEGT.
toon hermans
|
|
|
ZOMERS
ZOMERS VAN TOEN,
ZIJN GROENER EN WARMER,
ZOMERS VAN NU
ZIJN EEN TIKKELTJE ARMER.
MAAR STRAKS ZIJN DE ZOMERS
VAN NU NET ZO GROEN
EN ZO WARM, WANT DAN ZIJN HET
DE ZOMERS VAN TOEN.
toon hermans
|
|
|
GROTER
IK VOEL DAT LIEFDE
GROTER IS DAN LEVEN
EN UITSTIJGT BOVEN PLAATS EN TIJD
SOMS ZIE IK IN
HAAR OGEN EVEN
'N GLIMLACH VAN DE EEUWIGHEID
toon hermans
|
|
|
BERICHT
IK ZAL JE TROOSTEN, ALS JE KOMT MET JE VERHAAL,
TOTDAT JE 'T LEVEN WEER EEN BEETJE AARDIG VINDT.
IK SPEEL MIJN ROL, AL STOND IK VOOR EEN VOLLE ZAAL,
MAAR ALS JE WEG BENT, ZAL IK HUILEN ALS EEN KIND.
toon hermans
|
|
|
HET
JIJ BENT MIJN ADEM EN MIJN ALLES,
JIJ BENT MIJN DENKEN EN MIJN TAAL.
ZONDER JOU KAN IK NIET LEVEN,
NEE, JIJ BENT 'HET' HELEMÁÁL.
toon hermans
|
|
|
VERSJE
VANUIT MIJN DONKER
KIJK IK NAAR JOUW LICHT
EN VOEL JOUW WARME HANDEN
OP MIJN KOUD GEZICHT
ZO WAS HET AL
TOEN HET BEGON
IK KOESTER MIJ IN JOUW
ALS IN EEN ZON
toon hermans
|
|
|
BOTERBLOEM
HOE KOMT HET DAT DE BOTERBLOEM IN 'T GRAS ME WENKT
DAT KOMT OMDAT WE DICHTER BIJ ELKAAR STAAN DAN JE DENKT
VEEL DICHTER BIJ DE WEI, DE BOOM, DE PLANT EN AL HET SCHOON,
DAN BIJ DE BÊTE BEELDBUIS EN DIE DOMME TELEFOON
toon hermans
|
|
|
LANDSCHAP
JE HOORT HIER NIETS
EN JUIST DAT NIETS, DAT IS ZOVEEL,
HET IS HIER HEERLIJK STIL,JE HOORT DE MUSSEN GAPEN,
HIER BEN JE VER VAN HET NIETS ZEGGENDE KRAKEEL,
DIT IS EEN STILTE, DIE HIER VALT, OM OP TE RAPEN.
toon hermans
|
|
|
VRAAG
HEER, HEF UW HAND OP,
WIL ONS REDDEN
VOOR WIJ VERSCHROEIEN
IN ONZE WELVAARTSBEDDEN
toon hermans
|
|
|
GEBED
MAAR SOMS IS ER OPEENS DIE VRAAG
WIE BEN IK KLEINE ZOT?
DAT IK MET U TE SPREKEN WAAG,
ALMACHTIGE GROTE GOD
AL HEB IK WEL VAN LIEVERLEE
DE SCHROOM WAT OVERWONNEN,
OMDAT IK VOEL DAT U 'T GESPREK
MET MIJ ZELF BENT BEGONNEN.
toon hermans
|
|
|
MEREL
HIJ SLAAT ZIJN VLEUGELS UIT
EN VLIEGT NAAR HOGER SFEREN
EN DAAR BEGINT IE DAN
METEEN TE KWINKELEREN,
WANT IN ZIJN LIJFJE DRAAIT
EEN LUCHTIG MEKANIEKJE
EN DAT VEROORZAAKT AF EN TOE
'N VLUCHTIG KLEIN MUZIEKJE
toon hermans
|
|
|
HERINNERING
WÁÁR 'J OOK BENT, IK ZOU 'T NIET WETEN
NIET IN TIJD OF AFSTAND TE METEN
IK HEB JE BIJ ME, DIEP IN MIJ
DAAROM BEN JE ZÓ DICHTBIJ.
toon hermans
|
|
|
DIT
DIT MOET JE EENS LEZEN
ALS JE IETS NIET ZINT
OF ALS EEN DAG
WAT BELAZERD BEGINT
HOE ZOU JE HET VINDEN
-IK DACHT: NIET ZO FIJN-
ALS DIE DAG HELEMAAL NIET
BEGONNEN ZOU ZIJN?
toon hermans
|
|
|
CONTRAST
WE NEMEN ONZE HOEDEN AF,
EEN MEREL WIPT VAN GRAF TOT GRAF
EN IN HET JONGE GROEN RONDOM,
DAAR DANST ALWEER EEN BOTERBLOM
toon hermans
|
|
|
Er zijn geen (recente) berichten meer...
Klik op de pijl naar links voor het archief...
|
T -->
|
|