Uit het dagboek van een diaken in de IVe eeuw: dinsdag
DINSDAG
De bisschop heeft ons, zijn diakens, deze voormiddag samengeroepen. Gewoonlijk roept hij ons op zondag samen, maar hij verleden zondag belet en daarom roept ons deze morgen samen.
Deze diaconale Raad verloopt bijna altijd op dezelfde wijze. Wij beginnen met de bisschop te informeren over alles wat wij de voorbije week hebben gezien en gehoor: zoals hij het zelf zegt, met een beeld dat hem dierbaar is en dat ik trouwens teruggevonden heb in de Didascalia van de Apostelen, de diakens moeten de ogen en de oren van de bisschop zijn. Hij houdt er niet van om voortdurend te worden gederangeerd, want hij heeft tijd nodig om de Bijbel te lezen, om te bidden, om na te denken, om zijn catechese en zijn lange homilie van de zondag voor te bereiden, en hij heeft liever dat hij elke week een globaal beeld van de situatie krijgt. Hij vertrouwt er op dat wij dat wij de vragen schiften die we zelf kunnen oplossen en degenen die wij aan zijn beslissing moeten onderwerpen.
Wij hebben hem dus ons wekelijks rapport voorgelegd. Wij hebben hem gevraagd om enkele leden van de gemeenschap te ontvangen en enkele vreemdelingen die met hem een onderhoud wensen. Wij hebben hem gesuggereerd een bezoek te brengen aan enkele zieken, die hun ziekte al lang verwijderd houdt van de bijeenkomsten, en aan wie een bezoek een grote vreugde voor hen zou zijn. Wij hebben hem er op gewezen dat er in de stad vreemdelingen uit Konstantinopel aanwezig zijn, en die over de Heilige Geest spreken in bewoordingen die niet erg katholiek zijn; het zouden pneumatomaques zijn en hij heeft ons gezegd hen uit te nodigen hem te komen zien opdat hij, indien mogelijk, terug naar de orthodoxie te brengen.
Vervolgens hebben met hem, met nauwkeurigheid maar zonder passie, de financiële situatie onderzocht. Elk van ons heeft in de gemeenschappelijke kas de geschenken gestort die wij in de loop van de week van de gelovigen hadden ontvangen. Ook de bisschop heeft in de kas de sommen gestort die hem werden bezorgd door christenen die er warm in zitten, reders en rijke handelaars die zichzelf veel minder als eigenaars van hun fortuin beschouwen dan als beheerders van de rijkdommen die God heen heeft toevertrouwd voor het welzijn van de hele gemeenschap. Hij heeft ons inlichtingen gegeven over de voornaamste uitgaven die in de loop van de week moeten worden gedaan. Daar de prijs van het graan de laatste tijd aanzienlijk is gestegen, heeft hij beslist om de toelagen aan de weduwen en degenen die in nood zijn, te verhogen.
Tenslotte, omdat hij zich verantwoordelijk acht voor wat wij zijn en voor wat wij doen, ons, die hij echt beschouwd als zijn hart en zijn handen, heeft hij er ons aan herinnerd, volgens zijn gewoonte, de geest van ons diaconaat, dat de geest zelf moet zijn van de het diaconaat van Jezus Christus. Ik geloof dat ik zijn woorden trouw heb onthouden, want zij hebben mij getroffen, en ik schrijf ze hier over.
Dien degenen die zich in nood bevinden als onze Heer Jezus Christus die niet gekomen is om gediend te worden, maar om te dienen en zijn leven te geven als losgeld voor velen. Wij moeten hetzelfde doen en niet aarzelen om onze ziel over te leveren voor een broeder. Want onze Heer en onze Redder Jezus Christus heeft niet geaarzeld zijn leven te geven, zoals hij het zelf zegt, voor zijn vrienden. Indien onze Heer van hemel en aarde alles voor ons heeft verdragen, hoe kunnen jullie dan aarzelen om degenen die in nood verkeren te dienen? Jullie moeten de navolgers zijn van zijn dienst, van zijn behoeftigheid, van zijn slagen, van zijn kruis, van hem die alles heeft verdragen. Jullie moeten uw broeders dienen, terwijl jullie zich Christus herinneren. Want, zegt hij, als iemand onder u groot wil worden, dat hij dan dienaar wordt, en dat wie de eerste wil zijn uw slaaf wordt. Want het is al handelend dat hij het veel dienen heeft vervuld en niet met woorden. Dien dus met liefde, zonder morren, zonder aarzelen. Doe het niet voor de mensen, maar voor God, en jullie zullen op de dag van zijn bezoek de beloning van uw diaconie ontvangen.[1]
[1] Uit Constitutions apostoliques, III, 19; trad. A. Hamman, Vie liturgique en vie sociale, Desclée, Paris 1968, p. 120.
Om ons een gedacht te vormen over de priester van vandaag, kunnen wij alles dat over de priester werd geschreven lezen, maar wij kunnen ook kijken naar een priester zoals hij dag in dag uit leeft in zijn parochie. Op dezelfde manier kunnen wij te werk gaan om te weten hoe een diaken in de IVe of Ve eeuw zijn roeping beantwoordde en zijn dienst in de kerk volbracht, wij kunnen ons begraven in talrijke documenten die ons informeren over het gouden tijdperk van het diaconaat; maar wij kunnen proberen, vertrekkend van die documenten, het dagelijks leven van een diaken uit die periode te reconstrueren. Dat is wat wij hier geprobeerd hebben, er van uitgaande dat de auteur van dit dagboek leefde op het einde van IVe eeuw in een Middellandse zeehaven:
Op de volgende bladzijden zullen de lezers nauwelijks verwijzingen vinden, omdat het literair genre van een dagboek daar moeilijk bij past. Maar elke bewering steunt op een oude tekst.
Maandag
Deze morgen, ben ik naar het strand gegaa, in gezelschap van nog twee andere diakens van de stad. Na de storm die de laatste dagen te keer ging, kon men zich verwachten aan ongelukken. Inderdaad, wij vonden twee drenkelingen die de zee op het strand had terug geworpen. Wij hebben ze gekleed, want zij hadden niets meer om het lijf, en wij hebben ze begraven terwijl wij voor hen baden, zoals het trouwens onze plicht is.
Eens te meer, heeft mijn diaconaat mij geplaatst voor het aangezicht van de dood, en geconfronteerd met de dood van mensen die gewelddadig om het leven waren gekomen, in een gewelddadige storm, ver van de hunnen. Daar mijn rol er in bestaat hulp te bieden aan mensen die lijden, is het normaal dat ik dikwijls de dood ontmoet. Door mijn ambt begeleidt de Kerk deze twee mannen in hun overgang naar God. Maar ik denk ook aan hun familie, die geen nieuws van hen zal vernemen en voor wie ik niets kan doen.
s Namiddags ging ik naar het hotel dat de bisschop liet bouwen dichtbij de kerk en waar de bedevaarders worden ontvangen, en de reizigers die wachten op hun schip of hun karavaan, en veel mensen die zelf niet meer goed weten wat zij verwachten. Een deel van het gebouw is voorbehouden voor de zieken. De bisschop houdt evenveel van dit hotel als van de kerk: hij komt er dikwijls het slot van hoofdstuk 25 van het evangelie volgens Mattheüs herlezen. Hij heeft dit hotel toevertrouwd aan de zorgen van een van mijn broeders diakens. Die bezit meer organisatorische en administratieve begaafdheden dan ikzelf. Maar ik ga er dikwijls naar toe om mij ten dienste te stellen van de Heer die aanwezig is in al de zijnen.
Ik ben er dus naar toe gegaan om inlichtingen te verschaffen aan degenen die nood hadden aan inlichtingen, om te bemoedigen degenen die nood hadden aan bemoediging, om een half dozijn zieken te verzorgen, om een verlamde te wassen en in te wrijven met olie. Om deze dienst te vervullen heb ik, zoals gewoonlijk, mijn albe en stool aan gedaan: op die manier kunnen de mensen mij herkennen, en ik ben er mij van bewust een liturgische functie uit te oefenen. Welke vreugde om op die manier mijn namiddag met de Heer door te brengen, en wat een goede voorbereiding op de lezing van hoofdstuk 25 van Mattheüs dat ik in de kerk ging lezen na mijn werk voltooid te hebben in het hotel.
Het diaconaat is het waard om je voor in te zetten
UTRECHT (RKnieuws.net) - Elkaar ontmoeten, bemoedigen en kennis uitwisselen, vatte Arie van der Plas de Landelijke Diaconale Dag kort samen. Dat deden ruim 1.200 diakenen, zwo-ers en andere belangstellenden in het Beatrixtheater in Utrecht.
Het diaconaat is het waard om je voor in te zetten, merkte Arie van der Plas, programmamanager van Kerk in Actie, op. Het thema van de dag was: diaconaat in de buurt.
De uitdrukking in de buurt mag zowel letterlijk als figuurlijk worden opgevat, stelde Doekle Terpstra, voorzitter van ICCO en de hbo-raad vast. Het gaat erom zicht te krijgen op wat u in uw eigen of andermans (woon)omgeving kan, maar ook om duidelijk te maken dat diaconaal werk in de buurt van, dichtbij mensen wordt gedaan. Want in de buurt zijn bij kwetsbare mensen, dat is de belangrijkste opdracht voor diakenen.
Maar hoe maak je deze opdracht waar? En hoe houd je het vol om deze mensen te zien, te ontmoeten, letterlijk in de buurt te zijn van de mensen om wie het gaat? Dat dit werk overigens van grote betekenis is voor de buurt, en voor specifieke groepen, zoals psychisch kwetsbare mensen, leidt geen twijfel.
Vooruitziende blik
Als een goed voorbeeld van aanwezigheid in de wijk noemde Doekle Terpstra het werk van de Oase, het diaconale inloopcentrum in het multiculturele Laakkwartier in Den Haag. Deze wijk kwam in november 2004 plotseling in het nieuws toen in de Anteunisstraat een spectaculaire actie van leger en politie plaatsvond tegen bewoners die verdacht werden van het voorbereiden van terroristische acties. Doekle Terpstra: Buurtbewoners met allerlei etnische en religieuze achtergrond konden op de avond van de actie en in de daaropvolgende periode - terecht in diaconaal centrum De Oase om er zorg, verbondenheid en inspiratie te delen. De Haagse Diaconie had bewezen over een vooruitziende blik te beschikken, toen ze jaren daarvoor besloot om alles in het werk te stellen opdat er in iedere wijk een vorm van diaconale presentie overeind zou blijven. Een investering van jaren kreeg ineens waarde en vele tientallen ontmoetingen, gespreksgroepen, knutselactiviteiten, lessen en kringvieringen met buurtbewoners wierpen in die spannende tijd hun vruchten af.
Diaconale initiatieven
In het ochtendprogramma kwamen veel plaatselijke diaconale initiatieven aan bod, zoals dat van de diaconie op Texel die scootmobiels laat opknappen en in bruikleen geeft. Het Weidekerkhuis in Purmerend bestaat uit een benedenwoning waarin buurtmensen welkom zijn. In de Geuzenwijk, een arbeiderswijk in Utrecht, staat de kracht van mensen centraal. Mencoldes hoeft in Colombia geen reclame te maken voor haar hulpverlening aan armen en ontheemden. In het centrum van Mencoldes in Bogota komen vierhonderd families per jaar, maar er worden veel meer aanvragen voor hulp gedaan.
Mieke Labots, gemeenteadviseur Kerk in Actie Interactief, presenteerde s middags de workshop over directe betrokkenheid bij kwestbare mensen wereldwijd die door ruim 150 deelnemers werd bezocht. Het wereldwijde werk spreekt het meest aan als kerken of kerkleden een project zelf kennen. Meer dan voorheen worden mensen tijdens reizen naar ontwikkelingslanden zelf geconfronteerd met onrecht en armoede. Daar willen ze dan vaak iets tegen doen, stelde Mieke Labots vast. In het verleden ontmoedigde Kerk in Actie direct contact met projectpartners. Kerk in Actie Interactief en Impulsis komen tegemoet aan deze verandering in de samenleving en bevorderen directe betrokkenheid bij projecten wereldwijd.
Angola
Hoe zon internationaal contact kan uitpakken vertelden Pieter Stam uit Kleverskerke (classis Walcheren) en Wim Goris, voorzitter van de commissie ZWO van de Haagse Kloosterkerk en van de landelijke PKN Zambia Werkgroep. Pieter Stam en zijn vrouw woonden jaren in Angola en kenden het Kerk in Actie-project Dondi persoonlijk. Na hun terugkeer in Nederland kreeg dit werk bekendheid. Allereerst in mijn eigen kerkelijke gemeente en later ook in de classis Walcheren, vertelt Pieter Stam. Sommige kerken vroegen om een presenstatie voor een markt. Anderen wilden zelf een presentatie over het werk van onze kerk in Angola houden. Voor de fondsenwerving hebben we een Afrika-kalender gemaakt en verkocht. Voor presentaties over Angola vraag ik een kleine bijdrage die aan het werk wordt besteed. Er zijn collectes voor het Angola-project. Tijdens de Kleverskerkedag is de helft van de opbrengst voor Angola. Daarnaast zijn er particuliere gevers. De classis Walcheren streeft ernaar in de k omende drie jaar 45.000,- bij elkaar te brengen voor dit Interactief-project van Kerk in Actie.
Zambiaans volkslied
Wim Goris uit Den Haag begon door samen met de diakenen staande het Zambiaanse volkslied te zingen. Al in de jaren zestig van de vorige eeuw werkte hij in Zambia. Het zag er op dat moment goed uit in dit land met een goed klimaat, goede landbouwgrond, en aids bestond nog niet. Maar de corruptie bleek moeilijk aan te pakken en er bleek veel hulp nodig te zijn.
Er functioneert al enige jaren een PKN Zambia Werkgroep, waarin kerken (onder andere de Kloosterkerk in Den Haag) participeren die verschillende projecten in Zambia ondersteunen, waaronder die van Kerk in Actie. Door directe contacten met projecten bleek de betrokkenheid toe te nemen en kon er meer geld worden gegenereerd. Een deel van die gelden werd door Impulsis verdubbeld.
In de middag werden in totaal 5 workshops en de theatervoorstelling Maxima komt! van het STUT-theater gehouden. Het ochtendprogramma werd gepresenteerd door de journalist Peter Sierksma. Elk project werd s ochtends met een korte film ingeleid en cabaretgroep De Gemeentereiniging maakte er een leuke ochtend van.
Bisschoppelijke Commissie Diaconie publiceert handreiking voor plaatselijke gemeenschappen BRUSSEL (KerkNet) - In september 2002, naar aanleiding van het 'Jaar van de Diaconie', publiceerden de Belgische bisschoppen de brochure 'Gezonden om te dienen' (in de reeks 'Verklaringen van de bisschoppen van België, nr. 27). De Bisschoppelijke Commissie Diaconie, onder voorzitterschap van Mgr. Roger Vangheluwe, bisschop van Brugge, vond het stilaan opnieuw tijd worden om die zending, die samen met de verkondiging van Gods woord en het vieren van de sacramenten de drievoudige basisopdracht van de Kerk uitmaakt, vandaag opnieuw ter harte te nemen en concreet te maken. De parochies en plaatselijke gemeenschappen zijn daartoe de dragende kracht. Voor hen is de nieuwe brochure dan ook in eerste instantie bedoeld.
Christelijke dienstbaarheid Diaconie of dienstbaarheid behoort tot het wezen van de opdracht van de Kerk. Het is allereerst zorg voor de kwetsbare, arme en zieke mens, voor de vreemdeling, zowel dichtbij als veraf. Die zorg is uiteraard geen monopolie van de Kerk. En gelukkig maar nemen de verschillende overheden, het middenveld, allerlei bewegingen en zelfhulpgroepen e.a. ontelbare en zinvolle initiatieven ten voordele van mensen en groepen in nood. De christelijke diaconie speelt daarop in, maar bewaart haar eigen, onvergelijkbare motivatie. En die is, onderstrepen de auteurs van de brochure, onlosmakelijk verbonden met de liefde van Jezus Christus die hen stuwt: "De christen volgt daarbij Jezus Christus na. Hij ziet zijn inzet als een roeping en een zending die van hoger, van verder komt. Het is een taak die hij van de Heer zelf ontvangt, van Christus die zichzelf gegeven heeft ten bate van het leven van de mensen" (p. 5).
Een dienstbare parochie Parochie, federaties, de pastorale eenheden en dekenaten worden oproepen zich aan de hand van de brochure te bezinnen over hun opdracht tot diaconie. Dat kan door op hun bijeenkomsten fragmenten te lezen uit deel 1 (De diaconale dienst: een opdracht van de Kerk), dat vooral een gelovige bezinning is op de diaconale zending. Een andere keer kunnen dan weer vragen uit deel 2 (Diaconie als actuele opdracht), dat praktischer en concreter is, aan bod komen. Zij nodigen uit tot persoonlijk nadenken en tot uitwisseling in groep. Het is de bedoeling om uit te stippelen wat de parochie concreet kan ondernemen. Als dit parochiale denkwerk gebeurt, dan heeft deze brochure volgens de auteurs haar doel bereikt.
Praktisch 'Diaconie in het leven van de parochies - handreiking' van de Bisschoppelijke commissie Diaconie (december 2007) is een uitgave van Licap, Guimardstraat 1 in 1040 Brussel, F 02 509 97 04, e-mail: info@licap.be, website: www.licap.be en kost 3 euro.
BRUSSEL (KerkNet/Zenit) - Mgr. Crepaldi, secretaris van de Pauselijke Commissie Rechtvaardigheid en Vrede, zegt dat zijn commissie een nieuwe impuls wil geven aan sociale leer van de katholieke Kerk. Tegelijk stelt hij vast dat de zogeheten sociale catechismus, een samenvatting van de sociale leer van de Kerk uitgegeven door zijn commissie, niet overal in de wereld even succesvol was: "Het compendium werd de voorbije drie jaar met veel meer enthousiasme onthaald in Azië, Afrika en Latijns-Amerika dan op het Europese continent." Mgr. Crepaldi meent dat er nog veel werkt dient verzet opdat dit compendium ook echt systematisch wordt toegepast.
BRUSSEL (KerkNet/KatholiekNederland) - Iedere ware volgeling van Christus moet in zijn lijden delen en zijn leven belangeloos in dienst stellen van de naaste. Dat benadrukte paus Benedictus XVI afgelopen zondag in zijn homilie tijdens de eucharistieviering waarin in hij 23 bisschoppen tot kardinaal verhief. "De echte christelijke grootsheid bestaat niet uit heersen maar uit dienen", hield de paus zijn toehoorders voor. "Niet de zucht naar macht en succes, maar de nederige zelfgave voor het welzijn van de Kerk moet onze woorden en handelingen bepalen."
Bloedvergieting Het leven geven voor de ander is het ideaal dat de dienst van de kardinalen moet leiden, aldus paus Benedictus XVI zondagmorgen. Door hun toetreding tot het kardinaalscollege "vraagt de Heer u de dienst van de liefde: liefde voor God, liefde voor zijn Kerk, liefde voor de broeders met een maximale en onvoorwaardelijke toewijding, usque ad sanguinis effusionem (tot vergieting van eigen bloed), zoals de formule luidt voor de oplegging van de bonnet en zoals de rode kleding uitdrukt die jullie dragen".