Inhoud blog
  • NORBERTINESSEN PRIORIJ (2)
  • De Heilige Driehoek
  • KLOOSTER SINT CATHARINADAL (1)
  • OMA EN OPA DOWNLOADEN
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Inhoud blog
  • NORBERTINESSEN PRIORIJ (2)
  • De Heilige Driehoek
  • KLOOSTER SINT CATHARINADAL (1)
  • OMA EN OPA DOWNLOADEN
  • MET DE BIJBEL OP DE KRANT
  • Heilige Eik Den Hout (2)
  • RELIGIEUS ERFGOED OOSTERHOUT
  • Foto\'s interieur Mariakerk.
  • Stiltecentrum
    stambomen en nog meer
    vrije tijdsbesteding
    Gechiedenis van Oosterhout, vooral op kerkelijk gebied.
    28-05-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Stiltecentrum
    Omdat ik al jaren met pensioen ben, heb ik natuurlijk ook veel vrije tijd gekregen. En die wil ik toch ook wel zo zinvol mogelijk besteden.Dus behalve thuis een handje toesteken heb ik ook nog tijd over om die aan anderen te besteden.En gastheer zijn in ons plaatselijk Stiltecentrum is er daar één van. Gastheer of aanspreekpunt, doet er niet toe hoe je het noemt. HET STILTECENTRUM. In Oosterhout hebben we diverse kerken van verschillende geloofsrichtingen. Katholieke kerken zijn in de meerderheid, maar sommige ervan hebben niet genoeg parochianen om de kerk levensvatbaar te houden. Zo ook de vroegere Heilig Hartkerk in het centrum van de stad.Vroeger was dat een kloosterkerk van Paters. Omdat er in het centrum winkelstraten en een echt winkelcentrum zijn aangelegd, moesten vele woonhuizen worden gesloopt in de voorbije jaren.Bewaren van cultuurgoed staat niet hoog in het vaandel van ons gemeentebestuur. De mensen verhuisden naar andere delen van de stad en sloten zich ook daar aan bij een kerk. De Heilig Hartkerk kreeg zodoende veel te weinig gelovigen om te kunnen blijven bestaan als parochiekerk. Slopen stuitte nogal op heel wat weerstand, zodat men gekozen heeft voor een meer zinvolle oplossing. De voorgevel van de kerk heeft men in zijn geheel behouden, inclusief de toren, dat was dus vroeger de echte ingang van de kerk, het eigenlijke kerkgedeelte heeft men wel gesloopt, maar daarvoor in de plaats zijn er, aansluitend aan de voorgevel twee rijen leuke, kleine winkeltjes gebouwd waarvan men de laatste winkeltjes aan elkaar heeft verbonden middels een gezellig restaurantje met terras ervoor. Nu is er dus een winkelpleintje ontstaan achter de oude gevel.En het klooster van de Paters, aangebouwd aan de kerk, staat er ook nog, maar daarin is nu een opticien gevestigd. In die gevel waren ook trappen om naar het koor te kunnen gaan en enkele andere ruimten. Deze ruimten heeft de gemeente beschikbaar gesteld aan de Stichting Stiltecentrum: In de Oude Toren. Daarin vindt U nu: een Mariakapel,een winkeltje met religieuze artikelen, een expositieruimte, een ruimte voor bezinning (het Stiltecentrum) en een ruimte waar je met één van onze medewerkers van gedachten kunt wisselen over dingen die je liefst niet zomaar aan iedereen vertelt. Onder het genot van een kopje koffie of thee kun je dan rustig praten met iemand die jou niet kent en die jij ook niet kent.Vele mensen maken daar gebruik van, steken in de kapel een kaarsje op bij Maria en komen boven even lekker bijpraten. Iedere dinsdag- tot en met zaterdagmiddag is er een van onze vrijwilligers aanwezig tussen twee en vijf uur. En één maal per twee weken kunt U mij daar ook vinden. Ook de dames die het winkeltje "bevrouwen"doen heel mooi werk. Die horen ook bij onze Stichting. Zij hebben echter ook "dienst" in de ochtenden, want het winkeltje kent op dezelfde dagen ook openingstijden in de ochtend. Samen dus een redelijk grote groep mensen die zich inzet voor de medemens. Wij houden bij kerkelijke feestdagen, zoals Kerstmis en Pasen, een bijeenkomst in het Stiltecentrum ter herdenking van deze feesten en krijgen van ons bestuur jaarlijks een etentje aangeboden, bovendien gaan we eens per jaar ook samen een dagje uit. U ziet dus dat vrijwilligerswerk best ook gezellig kan zijn.

    28-05-2005 om 20:21 geschreven door arendshof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (12 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    21-02-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Foto\'s interieur Mariakerk.
    Elders in mijn blog kun je lezen over het secretariaat van de Mariakerk. Om alles wat duidelijker te maken voeg ik nu een aantal foto's aan het blog toe van voornamelijk het interieur der kerk. Foto's staan links (L met cijfer) en rechts (R met cijfer) L1 : Scheidingswand tussen portaal en kerk L2 : LITURGISCH CENTRUM L3 : Absis met kruis L4 : HET VERGROTE KRUIS l5 : Draaibare expositie panelen L6 : MARIA-VERERING L7 : Het orgel ================================================================ R1 : De levensspiraal in de hal van de kerk. R2 : GELE WAND MET PODIUM R3 : Bovenzijde van het altaar R4 : ZITPLAATSEN VOOR ACTIVITEITEN IN KERK (BV. TONEEL) R5 : Altaar met tabernakel en Godslamp R6 : VERLICHTE KLOKKEN VAN DE KERK. Hier volgt nu de tekst van de levensspiraal: STA MET BEIDE BENEN OP DE AARDE. STROOM ALS WATER. BRAND ALS VUUR. GRIJP DE LUCHT. STA STIL. NEEM DE TIJD. EN ADEM. EEN WONDER. Als je nog méér wilt weten over onze parochiekerk, Mariakerk dus, die behoort tot het THOMAS-profiel (een samengaan tussen vier parochies/kerken tot eén kerk in Oosterhout, met een dependance (Corneliuskerk) kun je ook eens kijken op de twee websites die onze parochie sinds kort kent: http://www.thomasoosterhout.nl of: http://hetvagevuur.com Vooral de tweede geeft erg veel informatie over diverse onderwerpen.

    21-02-2006 om 15:36 geschreven door arendshof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (10 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    23-02-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.RELIGIEUS ERFGOED OOSTERHOUT
    Nederland heeft duizenden religieuze monumenten, waarvan een groot aantal kerken. Eeuwenlang domineerden die kerken de stads- en dorpsgezichten, vanwege hun grootte, hun bouwstijl en de gebruikte bouwmaterialen. In dit verhaal vindt U informatie over de religieuze achtergronden van dit soort gebouwen etc. in onze stad en achtergrondverhalen over religieuze gebruiken.

    DEN HEILIGE EIK IN DEN HOUT.

    Een heilige eik, dat is niet zo maar iets. In de tijd van de Germanen waren er veel heilige eiken. Het waren bomen die vereerd werden als doorgeefluik naar de Goden.Ze werden op straffe van de dood beschermd. BONIFATIUS, een van onze kerstenaars, dacht hier heel anders over en wist er wel raad mee. Hij liet ze gewoon kappen ! Maar het volk bleef de eik vereren. In de 17e eeuw sloeg "de kerk" voor de tweede keer aan het kappen. Zo werd in Oirschot in 1648, op gezag van de kerk, de heilige eik aldaar omgekapt.Een heilige eik die de dans is ontsprongen, staat nu nog steeds in Den Hout, een kerkdorp, behorende bij de gemeente Oosterhout. Deze boom is rond 1250 ontsproten en heeft meer last gehad van natuurgeweld dan van kerkgeweld. Door blikseminslag is de hele kern van de boom verbrand. Desondanks staat deze veteraan elk jaar opnieuw volop in het blad. Het verhaal wil dat na de blikseminslag een kluizenaar zijn intrek nam in de holte van de boom. Maar hoe het ook zij, DEN HEILIGEN EIK van Den Hout is een monument.

    DE BEDEVAART.

    Anekdote door de Oosterhoutse schrijfster E. Essirog.

    Thomas á Kempis wist het al. In zijn stchtelijk boekske: "De navolging van Christus" schrijft hij: = Wie veel ter bedevaart gaat wordt zelden heilig =. Vroeger was het ter bedevaart gaan een van de weinige ontspanningsmogelijkheden. Kermis maakte meestal deel uit van het feest. In Oosterhout alleen al waren er drie bedevaarten. Te weten: Sint Cornelius op Den Hout, 16 september. Hij was de beschermheer tegen stuipen. Heilige Blasius, 3 februari. Hij woonde op Stuivezand (nu behorende bij Drimmelen)Hij beschermde tegen keelkwalen, maar was desondanks toch niet populair. Zal wel aan zijn feestdag hebben gelegen. Februari, winter, koud en weinig te beleven.De belangrijkste was echterSt. Marcoen in Dorst. Feestdag op 1 mei, daarom beter bekend als "Maaikes Dost" Hij was de man, die officieel tegen "Koningszeer"was, maar voor Oosterhouters was hij de beschermheer tegen puisten en aanverwante kwalen. De eerste zondag in mei was de grote dag. "s Morgens om vijf uur begon de trektocht al. Uit heel de omgeving trokken, voornamelijk jongelui, te voet door de bossen naar Dorst. Voor vele jonge mensen een jaarlijks uitstapje, dat niet graag gemist werd. Voor oudere mensen was dit feest niet altijd zomaar weggelegd. Voor moeders die vroeger vaak veel kinderen hadden, zat zo'n uitstapje er meestal niet in, hoewel zij met zo'n kroost vaak het meest behoefte hadden aan hulp. Maar bij Sint Marcoen is redding voor iedereen! JANUS TOET was een vrijgezel en hij was niet meer zo piep. Menig druk bezette moeder had vertrouwen in hem. Janus ging naar alle bedevaarten in de wijde omgeving. Op den duur was het zijn taak geworden als vervanger naar den "beevert"te gaan. Hij kreeg dan flesjes mee om die bij de heilige die de onderhavige kwaal in zijn "fonds"had, met wijwater te vullen. Voor Janus stond daar een fooi tegenover. Voor niks gaat de zon op toch! Het was prachtig weer toen Janus weer eens op een eerste mei-zondag met verscheidene opdrachten naar Dorst ging. Bij aankomst had hij al snel zin in een borreltje, en nog een en nog een en nog een.Hij had die dag veel flesjes meegekregen. Toen het tijd geworden was om naar huis te gaan was Janus half kachel, maar welgemoed begon hij aan de terugtocht. Hij stapte stevig door. Hij was "den Hannebroeck"al voorbij, toen hij tot de ontdekking kwam dat hij vergeten was de flesjes bij Sint Marcoen met wijwater te vullen. Goede raad was duur. Hij moest nog vóór de avond zijn flesjes afleveren. Maar ook voor Janus was er redding bij Sint Marcoen. Hij kreeg een ingeving vanuit den hemel om zijn flesjes te gaan vullen in "het Rulleke" )een klein , piepklein riviertje). Janus deed wat hij moest doen en maakte die avond nog vele mensen gelukkig. Na verloop van tijd ontmoette Janus zijn opdrachtgevers nog wel eens en vroeg dan belangstellend hoe het met de patiënt verlopen was. Zijn klanten waren altijd enthousiast, ze bedankten hem dan nogmaals voor de bewezen diensten. Tja, tja zei Janus ""t GELOOF IS DE BOET, MAAR RULLEKES WATER IS OOK GOED" De legendarische woorden die Janus toen sprak zullen menig Oosterhouter bekend in de oren klinken.
     
    DE KERKHEILIGE VAN OOSTERHOUT-STAD EN OOSTEIND.

    Uit naam van Johannes. Dat op het Oosterhoutse grondgebied twee kerken zijn toegewijd aan één en dezelfde beschermheilige is nu misschien wel bijzonder, maar in het verleden waren Oosterhout en Oosteind zelfstandig bestuurlijke eenheden, met elk een eigen burgemeester en een eigen pastoor. Beide kerken staan onder bescherming van Sint Jan de Doper. De Sint Jansbasiliek in Oosterhout-stad dankt haar naam aan de Johannieters, ook wel de Hospitaalridders genoemd, uit de dagen van de Kruistochten, waarvan de geschiedenis nog te zien is op één van de magistrale glas-in-lood-ramen van de St. Jansbasiliek en - met de Tempeliers- in het Oosterhout van ruim 700 jaar geleden een invloedrijke rol speelden. Maar wie was deze Johannes, die met de toevoeging "De Doper"werd onderscheiden met Johannes Evangelist? JOHANNES DE DOPER (ca 7 v. Chr. tot na 29 na Chr.) was een joods religieus leraar, die tot omstreeks het jaar 30 in de provincie Judea in Palestina predikte. Hij werd ruim een half jaar vóór Jezus geboren. Zijn optreden viel samen met de regering van de Romeinse keizer Tiberius. Volgens de evangeliën was Johannes de enige zoon van Zacharias en zijn vrouw Elisabet. Volgens het evangelie van Lucas stamden zij af van een oud priestergeslacht: Zacharias maakte deel uit van de Levitische priesterafdeling van de joodse godsdienst Abia en Elisabet stamde rechtstreeks af van de eerste Israëlische hogepriester Aäron. Zij was onvruchtbaar, dus kinderloos, tot de aartsengel Gabriël hen de geboorte van hun zoon aankondigde. Zij waren toen al op hoge leeftijd. Johannes verkondigde de boodschap van bekering en verlossing van alle zonden door de doop.Hij had veel volgelingen en veel mensen lieten zich door hem in de Jordaan dopen. Hij leidde een ascetisch leven in de woestijn, ging slechts gekleed in een kameelharen mantel en voedde zich met sprinkhanen en wilde honing. Tijdens een van zijn doopsessies kwam Jezus naar hem toe en liet zich door hem dopen. Enige tijd later werd Johannes onthoofd op last van Herodes Antipas, de vorst van Galilea. Traditioneel wordt dit geweten aan de grillen van zijn dochter Salomé. Zij vroeg na een dans tijdens een banket om het hoofd van Johannes op een schotel, een wens die door Herodes werd ingewilligd. Volgens de christelijke religie was Johannes de wegbereider van Jezus. Hij was de patroon van de wevers, kleermakers, schilders, leerlooiers, smeden, kuipers, schoorsteenvegers, bontwerkers, wijnbouwers, architecten, drankbestrijders, bioscoopbezitters, herders, dansers, muzikanten, zangers, de Karmelieten en de Maltezer ridderorde, waarin later de Johannieter ridderorde werd opgenomen. Johannes de Doper, ook wel Johannes Baptist (baptème is doop in het Frans) genoemd, was een geliefde patroonheilige, zoals blijkt in Oosterhout-stad en Oosteind. Zijn feestdag wordt gevierd op 24 juni.

    ST. JAN DE DOPER OOSTERHOUT.

    De Sint Jansbasiliek is niet de eerste kerk op die plek in Oosterhout. Onder de vloer van het huidige gebouw zijn in de jaren zeventig van de vorige eeuw volumineuze resten van de fundamenten van een vroegere kerk ontdekt. Daarmee werd een eeuwenoude vraag beantwoord, nl. waar de Oosterhouters ter kerke gingen voor het tegenwoordige gebouw werd gesticht, want het was wel duidelijk dat dit hooguit uit de late middeleeuwen kon dateren. Uit de materialen waaruit de fundamenten opgetrokken waren en uit het grondplan viel op te maken, dat de vroegere kerk rond het jaar 1000 gebouwd is. In oorkonden is al in 1271 sprake van een parochie Oosterhout. Tot 1312 was de zielzorg hier in handen van de geestelijke ridderorde der Tempeliers, die na 1100 in deze contreien werkzaam waren. In 1312 gingen de rechten en plichten na de opheffing van de Tempelorde over op de Johannieters. Over het oude gebouw is nog bekend uit het testament van Willem, heer van Oosterhout, en zijn vrouw dat er kort voor 1394 een kapel aangebouwd is aan de noordoostzijde van het toenmalige priesterkoor. De huidige kerk was, zo blijkt uit de gemeentelijke archieven, al in aanbouw in 1473. Het priesterkoor en het dwarspand moeten kort voor 1500 klaar zijn geweest. Met de bouw van de toren is begonnen in 1519.Vanaf het dwarspand is het schip van de kerk naar de nog losstaande toren toegebouwd. Rond het midden van de zestiende eeuw kwam de aansluiting tot stand. Het afbouwen van de toren is door de benarde tijden, kort voor de 80=jarige oorlog gestaakt. Tijdens het beleg van Breda in 1625 werd de kerk door Staatse troepen in brand gestoken om Spaansgezinde verspieders van de toren te verdrijven. Tengevolge van de Vrede van Munster namen de protestanten in 1648 het gebouw in gebruik. De Katholieken moesten toen hun toevlucht zoeken tot afgelegen schuren om de eredienst uit te kunnen oefenen. Pas in 1809 kwam aan deze situatie een eind. Koning Lodewijk Napoleon wees de kerk weer toe aan de katholieken, die deze op grond van hun grote meerderheid al in 1798 hadden moeten krijgen. In de jaren 1817 - 1821 werd het interieur met veel gebruik van stucwerk in clasicistische stijl opgefleurd. Uitwendig verrees een ombouw rond het hoofdkantoor met daarin een sacristie, een doopkapel en een bergruimte. De ramen werden over de volle hoogte dichtgemesteld. Een restauratie was rond 1880 dringend nodig en door het groeiende aantal parochianen was een flinke uitbreiding wenselijk. Architect P.J. Cuijpers werd in de arm genomen. Deze nam geen halve maatregelen. De hele santekraam rond het koor werd gesloopt en de ramen werden in ere hersteld. De muren van de zijbeuken werden doorgebroken en aan weerszijden werd een tweede beuk toegevoegd. Om voldoende licht te krijgen waren hoge ramen vereist en daartoe moest gebruik gemaakt worden van steekkappen in plaats van de vroegere lessenaarsdaken. Al het stucwerk verdween uit het interieur, dat in oud-franse gothische stijl werd gebracht met ondermeer tegelwerk in veel kleuren. Aan de noordoostzijde verrees een gigantische sacristie en voor de ingang aan de marktzijde een gotisch tochtportaal mat een beeld van St. Jan de Doper. Het Bätz-orgel uit 1756 voldeed niet meeen in 1980 bouwde Maarschalkerweerd uit Utrecht een majestueus nieuw instrument, aanvankelijk met een elektrische toetstractuur, maar later met een pneumatische speeltechniek. Deze pneumatiek was rond 1965 tot op de draad versleten. Het orgel zweeg vanaf dat jaar. Het is thans in restauratie en eerlang zal het in zijn oorspronkelijke staat teruggebracht, de organist in staat stellen ons te laten genieten van de rijke klanken die hij er dan aan zal weten te ontlokken. Kerk en toren zijn in de 20e eeuw meermalen gerestaureerd. De meest ingrijpende restauraties werden uitgevoerd in de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw. De zijaltaren, de preekstoel en het tegelwerk "van Cuijpers" verdwenen uit het interieur. Aan de buitenzijde vielen de sacristie, het tochtportaal en twee zijkapellen aan de oostkant van het dwarspand ten prooi aan de slopershamer: naar de opvattingen van die tijd zeker verantwoord, maar toch....een adequate sacristie wordt nu erg gemist. Na de restauraties uit het laatste decennium, met name van de kap, kan het gebouw, sinds 1977 een basilica minor, er weer een lange tijd tegen hoopt iedereen.

    JOHANNES DE DOPER OOSTEIND.

    Op 6 december 2002 vierden de mensen van Oosteind de 150e verjaardag van hun kerk. In een compleet gerestaureerde kerk vond deze ceremonie plaats. Dankzij subsidie uit de Oosterhoutse gemeentelijke monumentenkas van ZESHONDERDZEVENTIGDUIZEND GULDEN, maar vooral dankzij de inzet van de hele bevolking van dit kerkdorp (ook andersdenkenden), werd voor 1.200.000 GULDEN verbouwd en opgeknapt. Elke vereniging, en dat waren er 50, zette een actie op poten om geld te verdienen voor de restauratie.Een huis-aan-huis collecte bracht ook nog 40.000 gulden op.Veel vrijwilligers hebben de klus mee helpen klaren. Bouwbedrijf OSDO zorgde voor de uitvoering van de restauratie.De timmerlui bouwden de kleine toren, de houtsnijder sneed opnieuw de vermolmde beeldjes van de altaren en biechtstoelen en meteaalbewerkers zorgden voor nieuwe frames rondom de glas in lood ramen.Twee schilders waren anderhalf jaar lang vier dagen in de week bezig, de metselaars waren niet te stoppen. Het eindresultaat mocht er dan ook zijn. Het orgel is gebouwd door de gebr. Van der Aa uit Deventer. In 1952 werden de gebrandschilderde ramen voor de toenmalige doopkapel gemaakt. Ter gelegenheid van het 100 jarig bestaan zijn ook de overige gebrandschilderde ramen gemaakt. Zo vlot als alles verliep rond deze restauratie in 1993, zo moeizaam blijkt het gegaan te zijn metb de voorbereiding van de bouw van de kerk, die liep van 1846 tot 1852. De Sint Jansparochie van Oosterhout wilde dat de mensen uit Oosteind bij hun parochie bleven vanwege de geldelijke steun door de boeren uit het dorp. In Oosteind zelf werd men het eerst niet eens over de plaats waar de kerk zou moeten worden gebouwd. Kapelaan van Gils van Lamswaarde was de redder. Hij schonk een stuk akker aan de Provinciale weg, dat groot genoeg was voor kerk, pastorie en kerkhof. Onder leiding van architect Soffers uit Ginneken werd de Waterstaatkerk in vrij korte tijd gebouwd. In 1938 zijn de twee zijkapellen naast het hoofdaltaar erbij gebouwd.

    EEN KERKHEILIGE UIT OOSTERHOUT.

    Uit Naam van Antonius.
    Op een kruispunt van Oosterhoutse wegen staat een markante kerk, die de naam draagt van de bekende volksheilige Sint Antonius. Antonius werd in 1195 in Portugal geboren, uit een welgestelde adellijke familie onder de naam Fernando de Bulhom.
    Van huis uit kreeg hij een goede religieuze opvoeding, werd in 1212 tot rooms katholiek priester gewijd en trad toe tot de kloosterorde van de Augustijnen. Als minderbroeder wilde Antonius het geloof verkondigen in Noord-Afrika, maar de moord op 5 franciscaner monniken door de islam, trof hem bijzonder. Om aan zijn missionair verlangen gestalte te geven als geloofsverkondiger was hij overgestapt naar de franciscanen.
    Hij werd zwaar ziek in Marokko en zijn werkterrein verplaatste zich naar Frankrijk en daarna Italië. Hij trok veel aandacht als predikant door zijn verzet tegen de ketterij en bracht veel christenen naar hun geloof terug.Ook gaf hij theologie aan zijn medebroeders op verzoek van Franciscus van Assisi. Hij werkte in de omgeving van Rimini en Milaan. Na een korte periode in Zuid-Frankrijk keerde hij in 1227 in Padua terug. De preken, die Antonius van Padua naliet, onderscheiden zich door zijn leerstellingen. Als hijpreekte kon men een speld horen vallen. Antonius stierf te Padua in het jaar 1231. Nog geen jaar na zijn dood werd hij al door Paus Gregorius IX heilig verklaard.
    In 1946 werd hij door Paus Pius XII verheven tot kerkleraar.
    Zijn feestdag is 13 juni. Zijn grootste faam geniet hij als aanroeper van verloren voorwerpen door een schietgebedje: "heilige Antonius beste vrind, maak dat ik mijn......vind" Maar ook was hij de patroon van verliefden, vrouwen en kinderen, armen, bakkers, mijnwerkers en reizigers. Zijn naam leeft verder in Antoon, Toon, Ton, Tonnie, Antoin en Antoinette en het hedendaagse Twan.

    SINT ANTONIUSKERK TE OOSTERHOUT

    De kerkelijke situatie rond 1900.
    Omstreeks 1906 bedroeg de bevolking van Oosterhout, de kerkdorpen niet meegerekend, ongeveer acht-á negenduizend zielen.
    De mensen konden naar de kerk gaan in de Sint Janskerk op de Markt, de Paterskerk (de latere Heilig Hartkerk, waarvan nu alleen nog de voorgevel bestaat) en de kapel van de zusters van Sint Catharinadal.
    Dikwijls gebeurde het dat tijdens de zondagvieringen alle mensen geen plaats hadden tijdens deze diensten. De toenmalige bisschop van Breda Monseigneur Leijten ondernam daarop actie en in mei 1906 werden door het bisdom plannen bekend gemaakt om één vierde deel van de parochie van Sint Jan af te scheiden.

    Een nieuwe parochie.
    De nog te stichten parochie zou de buurtschappen de Voorhei, de Zandheuvel, de Hoogstraat en het Boereneind (Leijsenstraat) omvatten. Op 14 november1906 wordt de zelfstandige parochie Sint Antonius van Padua een feit.
    Op 14 maart 1907 vindt de publieke aanbesteding plaats van de bouw van de kerk met toren, een sacristie en pastorie. Voor 71.300 gulden wordt het werk gegund aan de firma H.H. Martens uit Oosterhout.
    Kort daarna werd met de bouw begonnen.

    De Sint Antoniuskerk.
    Op vrijdagmiddag 17 mei 1907 om half zes werd de eerste steen met bijbehorende oorkonde neergelegd door bouwpastoor Ch. Bressers in de eerste kolom aan de epistelzijde. Op verschillende plaatsen was de kerk al  opgetrokken tot de tweede stelling. Dr. P.J. Cuijpers bezocht op 17 en 18 juni 1907 de in aanbouw zijnde kerk. Hij had het ontwerp voor de kerk gemaakt, wat door architect J. Oomen uit Oosterhout werd uitgewerkt. In mei 1908 is de kerk gereed en op woensdagmorgen 13 mei 1908 verrichtte Mgr. Leijten de plechtige inwijding waarna pastoor Ch. Bressers (1908 - 1926) de eerste Mis in de Sint Antoniuskerk opdroeg.
    Op donderdag volgde de installatie van pastoor Bressers. De Antoniuskerk is in kruisvorm gebouwd in de stijl van de moderne gotiek. De kerk heeft een totale lengte van 54,5 meter en een breedte van 32 meter. De toren was bij oplevering 20,5 meter hoog. Vanwege financiële problemen werd de toren niet afgebouwd volgens tekening.
    In 1926 werd A. van Loon de opvolger van bouwpastoor Bressers. Hij liet een heteluchtverwarming plaatsen van de gelden welke hij ontvangen had bij zijn aantreden als nieuwe pastoor. De familie van Loon liet het priesterkoor en de zijkapellen opschilderen. Enige tijd later werden door de kunstschilder Joan Colette de drie bogen beschilderd. 
    In 1959werd, na jarenlang sparen door de parochianen , de toren verhoogd tot ongeveer 32 meter. Ook pastoor van Loon droeg hier geldelijk aan bij. De scheidingslijn is nog duidelijk waar te nemen als men de toren goed bekijkt.
    In 1974, in de periode van pastoor W. Baars werd het altaarverhoog naar voren uitgebreid en werd het altaar dichter bij de mensen geplaatst. De communiebank werd uit de kerk verwijderd.
    Verschillende muurschilderingen verdwenen onder de verfkwast van de schilders. De nog aanwezige schilderingen in de kerk zijn van de hand van kunstschilder Joan Colette.
    In 1977 worden de kruiswegstaties uit de H. Hartkerk  aan de Sint Antoniusparochie in bewaring gegeven.
    Onder het pastoorschap van pastoor H. de Valk wordt een ringleiding in de kerk aangelegd.  Er komt in het eerste weekend van mei 1995 een lectuurtafel achter in de kerk. De pastorie wordt verkocht in augustus 1996 en in de tuin van de oude pastorie verrijst het Antoniushuis "DE  VINDER". De officiële opening  van het parochiecentrum is op 5 september 1997.
    In 1998 wordt ter gelegenheid van het 90-jarig bestaan van de parochie het uit 1924 daterende en zwaar verwaarloosde orgel aangepakt. De houtworm wordt bestreden, de loden luchtpijpjes vervangen of gerepareerd en de leertjes vervangen. Ook de motor wordt vernieuwd en het orgel wordt opnieuw gestemd.

    Eind november 1998 wordt de oude doopkapel in gebruik genomen als dagkapel. De oude geluidsinstallatie, die nog dateert uit de tijd van pastoor van Loon, wordt vervangen.
    Vrijwilligers brengen de nieuwe bedrading en geluidsboxen aan.
    In het weekend van 9 en 10 juni 2001 wordt tijdens de presentatie van pastoor van Balveren door hem het nieuwe altaar ingewijd.
    Dit altaar is ontworpen door Paul van Vugt, een parochiaan.
    Sinds 2004 is in het parochiecentrum ook  het inloophuis "DE VINDER " ondergebracht.

    De kerk heeft een mooie, uitgebreide website:
    www.st-antoniusoosterhout.nl

    Als U in de legenda aan de linkerzijde kiest voor:
    HISTORIE, of
    GESCHIEDENIS, of
    KRUISWEGSTATIES
    kunt U behalve gegevens over deze kerk ook prachtige afbeeldingen bekijken.

    Uiteraard zijn ook alle andere items van de legenda te bezoeken.


    NEDERLANDS  HERVORMDE KERK,
    VREDESKERK  OOSTERHOUT.

    Met de bouw van de Nederlands Hervormde Kerk aan de Rulstraat werd begonnen op 10 maart 1811.
    Al 22 jaar eerder, in 1789, ontstond de discussie om de Basiliek op de Markt in Oosterhout, de Sint Jan de Doper, die in beheer was van de toenmalige Protestantse Gemeenschap, terug te geven aan de Rooms Katholieken.
    Op 4 mei 1809 besluit Koning Lodewijk Napoleon om de Sint Jan over te dragen aan de Rooms Katholieken.. In diezelfde tijd geeft hij opdracht om in de Rulstraat een zogenaamde waterstaatkerk te bouwen.

    De eerste predikant van deze waterstaatkerk was Adrianus de Raat, bevestigd in 1814. Zijn gemeente omvatte 82 communicanten.
    Het bedehuis is een ontwerp van Hermanus Huysers uit Breda en is gebouwd in de vorm van een Grieks kruis, opgetrokken uit baksteen.
    Meer Griekse elementen zijn terug te vinden in de ingang, gebouwd in de vorm van een Dorisch fronton.
    Binnen in de kerk zijn, ter ondersteuning van de galerij, 4 zuilen waarvan twee in Corinthische en twee in Dorische stijl.
    De gebrandschilderde ramen zijn een geschenk van jong Hervormden.
    Vervaardigd door Wuisman uit Breda , aangebracht in 1944 en 1946.

    23-02-2006 om 00:00 geschreven door arendshof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (4 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    12-03-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Heilige Eik Den Hout (2)
    Den Hout, het scheve dorp met De Heilige Eik.
    Den Hout, dat is het verhaal van de moeder die opgegeten wordt door haar kind. Het verhaal van het dorp dat straks  misschien alleen nog bestaat als een groen aangeklede sociale herinnering.
    "We worden omsingeld" zegt Bernard van Oerle. De dorpshistoricus maakt zich vooral  zorgen over morgen.

    Den Hout, misschien wel het mooiste dorp van Brabant, heeft meer verleden dan toekomst, verwacht van Oerle. Op de Houtse Heuvel fluisteren de kastanjebladeren het verhaal van gisteren.
    Van ridders,van de kluizenaar van de Heilige Eik. En wie goed luistert hoort misschien wel het  dobbelen van luidruchtige Romeinse legionairs.
    Den Hout is oud !
    Misschien woonden er 500 jaar vóór Christus al mensen op deze zandrug. Hun werktuigen, uit de ijzertijd, zijn in de buurt gevonden. Net als de overblijfselen van Romeinse aanwezigheid. Vonkjes licht uit een ver, donker verleden.
    Losse fragmenten, zonder verhaal, want deugdelijk onderzoek heeft er nog niet plaatsgevonden. Omstreeks het raadselachtig jaar 273 verdwijnt alle leven uit deze redelijk drukbevolkte streek, veel meer weten we niet.

    Middeleeuwen.

    Den Hout ligt in het westen van de gemeente Oosterhout, op een rug die van Turnhout, + 30 meter NAP, over Baarle richting Made loopt.
    Op de heuvel van Den Hout is het nog +4 meter NAP.
    Verder noordwaarts, bij Made, zakt het zand weg tot -2 meter NAP
    onder de zee- en rivierklei die daar in de Middeleeuwen is afgezet.
    Wie van Den Hout naar het westen rijdt, omlaag tussen de weilanden, bevindt zich op een middeleeuws industrieterrein. Hier lag vroeger veen. Daar stookten de Zeeuwen hun huizen mee warm. De handel in turf was in handen van de Norbertijner-abdij in Middelburg. Het land hier heet nog steeds het Munnikenhof. Toen het veen verdween ontstond er moeras.
    Het gebied ten oosten van Den Hout, waar nu industrie en woningbouw oprukken, was eerst een moerassig, venig bosgebied.
    Boeren maakten er grasland van, maar in 1421 raakte het overstroomd door de Sint-Elisabetsvloed. Het water legde er in de jaren daarna een kleilaagje neer. Later volgde een nieuwe inpoldering.

    Christendom.

    In de tijd dat de heidense koning Clovis zich bekeert tot het christendom (500 na Chr.), verschijnen er nieuwe bewoners op de zandrug bij Den Hout.Uit vondsten in zandwinputten langs het Mark- kanaal blijkt dat ze er nog zijn als Karel de Grote regeert, rond 800.
    Den Hout is nu een dorp met vrijstaande huizen en sierboerderijen,
    gedekt door rieten daken. De gerestaureerde hoeven staan in zondagse gazons met achter de smeedijzeren punthekken op het witte grint hier en daar een damesauto. Je moet je best doen om in Den Hout nog mest te ruiken.
    "Vroeger waren het hier allemaal boeren" vertelt van Oerle. "Met zeven koeien was je al een grote boer, de keuterboertjes moesten het met drie koetjes en een paar kippen doen. Het was slechte grond. De goeie grond begon bij Oosterhout en liep tot aan 's Gravenmoer.
    Daar verdronk je weer in de bagger. De naam zegt het al: daar was het allemaal moeras.
    Het mooie driehoekige plein van Den Hout met de waterpoel, de kris-kraspaadjes en het bladerdak van kastanjes, eiken en beuken is een schoolvoorbeeld van een Kempische "plaatse" of dorpsplein.
    Historici dachten altijd dat dit soort dorpen door de Franken was gesticht. Inmiddels is wel duidelijk dat de vroegste nederzettingen onder oud akkerland liggen, nu het buitengebied van de Houtse Akker ten zuiden van het dorp. Dat is met de eerste versie van Den Hout mogelijk ook het geval.
    Het plein dat Den Hout zijn bekoorlijkheid geeft, dateert waarschijnlijk uit de dertiende eeuw. Het is een redenering met een slag om de arm, gebaseerd op voorbeelden van elders, omdat er rond Den Hout nooit nederzettingsonderzoek is gedaan.Aan de zuidkant grensde de Houtse Akker aan de Vrachelse Heide. Wie er nu rondkijkt, kan er de geschiedenis uit het landschap lezen. Nu is het bos, maar vóór 1900 was het heide.De hoogten en laagten tussen de bomen zijn oude zandverstuivingen.
    Het zand dreigde de Houtse Akker onder te stuiven. Boeren plantten een heg van eiken rond hun grond. De heg hield het zand vast. De eikenboompjes groeiden mooi mee en zo ontstond een typische akkerrandwal, een hoge stuifrug die op veel plaatsen in Brabant oud akkerland scheidde van stuifzandgronden. De bewoners van Den Hout zullen het wellicht niet beseffen, maar hun dorp ligt scheef.
    Het zakt van +4 meter NAP in het zuiden naar +2 meter NAP, in het noord-oosten, waar de oude grasbeemden beginnen.
    Het plein met de bomen is breed aan de akkerzijde en versmalt naar het noorden. Daar liep vroeger een 100 meter brede baan.
    Dergelijke brede toegangswegen komen we ook tegen in het oude Princenhage (Bredestraat), in Etten (Hooidijk) en in Hoeven (Oude Dijk-Scheiloop.) Boeren gebruikten de baan om er door drassige karrensporen hun met hooi beladen wagens naar het dorp te brengen.
    Over dit brede pad dreven ze na het hooiseizoen hun vee naar de beemden,terwijl ze het 's avonds weer in het dorp verzamelden.
    Zo is mogelijk "De Brink"van Den Hout ontstaan: een vee-verzamelplaats als gemeenschappelijk bezit.
    Nog altijd is het plein het gedeelde eigendom van de omwonenden.
    De dreef en de Houtse Heuvel maakten honderden jaren deel uit van een historische "snelweg" : de oeroude landweg die van Antwerpen over Breda naar Geertruidenberg leidde.

    OOSTERHOUT

    Den Hout ligt in de gemeente Oosterhout. Je hoort ze in Oosterhout "brommen", maar historisch gezien zou een naam als " gemeente Den Hout"meer op zijn plaats zijn, want let eens op de namen.
    Oosterhout draagt een naam die verraadt dat Den Hout er als oriëntatiepunt eerst was. Het centrum van Oosterhout ligt inderdaad pal oostelijk van Den Hout. Blijkbaar is Den Hout de oudste kern en de moeder van Oosterhout.
    In de middeleeuwen, mogelijk rond 1100 al,is ver buiten Den Hout een kerk gebouwd waaromheen later Oosterhout is ontstaan.
    Den Hout ,oesthet met een kapel doen, gebouwd in 1385.
    Naast de kapel verrees een gasthuis, waar verplicht zeven bedden vrij gehouden moesten worden voor onaangekondigde reizigers.
    Een eis die duidt op druk handelsverkeer. Den Hout lag toen immers "aan de grote weg".
    In die tijd vestigde Willem van Duivenvoorde, heer van Oosterhout zich in het kasteel dat in 1288 dat op 550 meter ten noorden van de kerk was gebouwd. De resten van dat kasteel kennen we nu als de Slotbosse Toren. Daarmee lag het kerkelijk en bestuurlijk machtscentrum al direct op de plaats waar het zich nu nog bevindt, in Oosterhout dus.

    Heilige Eik


    Den Hout kent nog één getuige van wat zich hier in het verre verleden heeft afgespeeld. Dat is de Heilige eik. Die boom stond er al toen de gewiekste politicus en financier Van Duivenvoorde nog geboren moest worden en toen de Paus nog kruistochten organiseerde.
    De boom aan het einde van de Achterstraat moet, zo hebben boomdeskundigen vastgesteld, rond 1250 geplant zijn.
    Op een kwade dag sloeg de bliksem in de stam en brandde de kern weg.  Een kluizenaar, zo wil het verhaal, nam zijn intrek in het geblakerde binnenste en sleet er zijn jaren.
    Het is een boom met oerenergie. Mensen die geloven dat ze uit bomen kracht kunnen putten, gaan er regelmatig buurten om spiritueel bij te "tanken".
    Zevenhonderdvijftig jaren oud, een huid die niet meer is dan een taaie bast, maar op de kop groeien de weelderige lokken van een jonge meid.  Van Oerle: "Elk jaar weer in volle bloei.  Die eik kan wel duizend jaar worden." Of  Den Hout dat haalt, is maar de vraag.
    Al jaren lang sloffen en schuifelen Oosterhoutse politici  rond Den Hout. De enige standvastigheid van alle "breed doorgesproken"plannen
    is dat Oosterhout onophoudelijk de deken van weilanden openscheurt
    en nu al tegen Den Hout aanbouwt en dat de industriezone een belegerende beweging om het dorp maakt.
    Van Oerle vindt dat Oosterhout maar slordig met haar wieg omspringt.
    "Oosterhout met al zijn uitbreiding overwoekert ons. We eindigen straks als een wijk van Oosterhout. Toch zijn wij de moeder. Wie het verleden van Oosterhout wil zien, moet in Den Hout zijn."
    Na alle schande van nooit uitgevoerd archeologisch  nederzettings-onderzoek, zou het Oosterhout sieren om, voorafgaand aan en gekaderd in de uitbreidingsplannen, net als Breda, eens een goed onderzoek naar haar voorgeschiedenis te doen.
    ( Tekst: Bernard van Oerle)

    BEKENDE INWONERS VAN DEN HOUT.

    De Heilig Eik staat aan het begin van de Achterstraat in Den Hout, de straat waarin ook mijn enige broer woont. Geboren in Oosterhout ging hij na zijn huwelijk in Den Hout wonen. Hij was  toen ,als beroepsmilitair, rijsinstructeur bij de Koninklijke Landmacht.
    Toen hij uit militaire dienst kwam ging hij zich inzetten voor het wel en wee van zijn woonplaats, in taken die hem wel aanspraken, voornamelijk in het kerkgebeuren was hij erg actief.Voor zijn vele verdiensten werd hij in 2003 Pauselijk onderscheiden.
    Het volgende bericht in Weekblad Oosterhout laat ons zien waarom hij dat ook wel verdiend had.

    Voor zijn vele verdiensten voor de parochie kreeg Jan van den Elshout zaterdagavond aan het einde van de viering in de H. Corneliuskerk de Pauselijke onderscheiding Pro Ecclesia et Pontifice opgespeld door pastor Riek Engelen. Hij kreeg de onderscheiding voor zijn inzet als vrijwilliger van de Houtse Corneliusparochie. De afgelopen 27 jaren was hij heel vaak in de kerk of op de pastorie te vinden. Als bestuurder was hij jarenlang voorzitter van de parochieraad en ook lid van het kerkbestuur. Hij was medeoprichter van het ouderenpastoraat in de Houtse kerkgemeenschap en zette zich in voor de jaarlijkse Vastenactie. Samen met zijn echtgenote neemt hij op donderdagochtend de bereikbaarheidsdienst op de pastorie voor zijn rekening. In de kerk is hij lector en assisteert hij bij uitvaartdiensten. Maar ook als er klusjes moeten worden gedaan in de kerk of de pastorie meldt hij zich. In de dienst, die in het teken stond van de jaarlijkse dag voor de parochie-vrijwilligers noemde pastor Engelen hem een van de onmisbare krachten en steunpilaren die de parochie rijk is. Zonder de belangeloze inzet van deze mensen is het haast onmogelijk geworden een parochie draaiende te houden aldus pastor Engelen.
    Na afloop van de kerkelijke viering togen alle parochie-vrijwilligers naar dorpshuis Den Brink om de familie te feliciteren met de onderscheiding om vervolgens te genieten van de jaarlijkse ontspanningsavond.

    12-03-2006 om 00:00 geschreven door arendshof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (3 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    17-04-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.MET DE BIJBEL OP DE KRANT

    Het kerkbezoek loopt terug, parochies fuseren en kerkgebouwen worden gesloten. Op diverse plekken in het land worden eigentijdse initiatieven ontplooid om nieuwe doelgroepen aan te spreken en als kerk in de samenleving aanwezig te zijn. In Oosterhout (Noord Brabant) wil THOMAS een pleisterplaats voor zinzoekers zijn. Een interview met Franck Ploum, pastor en projectleider.
    (Marcel Zagers)

    In het Kaski-onderzoek van begin jaren negentig in het bisdom Breda, kwam naar voren dat twee kerken voor de regio Oosterhout in de toekomst voldoende zouden zijn. In de stad Oosterhout en de drie kerkdorpen Den Hout, Oosteind en Dorst waren toen nog negen parochies met ieder een eigen kerkbestuur en kerkgebouw.
    Een Regionaal Overleg Kerkbesturen, samengesteld om de resultaten van het onderzoek te vertalen, vond dit te rigoureus.
    Drie dorpskerken bleven wenselijk, maar een grondige reorganisatie was wel nodig: één pastoraal team voor de hele regio, bestuurlijke samenwerking en een aantal gebouwen sluiten.
    Het rapport van dit tijdelijke overlegorgaan is na presentatie in een diepe la verdwenen. Wat het opleverde was de oprichting van een interparochiële vereniging (IPV) en een regionaal pastoresberaad.

    DRIE  KERKPROFIELEN.

    Eind jaren negentig trok een aantal kerkbesturen opnieuw aan de bel. Sommige parochies waren pastoraal failliet, andere financieel in de knel gekomen. Zo kon het niet langer. Op verzoek van het IPV is toen door Bisdom en Dekenaat actie ondernomen. Er kwam een gespreksronde langs alle besturen, pastores en kernvrijwilligers: "Hoe schat je de situatie in en wat hebben jullie de regio Oosterhout voor de toekomst te bieden?"
    Uit die gespreksronde kwam het idee om in de regio Oosterhout geprofileerd te gaan werken, drie profielen van kerk-zijn te realiseren. Eén profiel voor de traditioneel gelovigen - niet negatief te verstaan - rond de Basiliek van Oosterhout. Eén profiel gericht op familie- en gezinssituaties; een soort moderne volkskerk, ook wel het huiskamer-profiel genoemd. En één profiel voor de moderne zinzoekers - mensen die zich niet willen binden aan parochie of kerk, maar wel op zoek zijn naar verdieping en bij tijd en wijle gevoed willen worden door :
    de pleisterplaats.
    Alle pastores konden aangeven voor welk profiel zij kozen. "Geloof en Cultuur"- het profiel van de pleisterplaats- vond iedereen wel een goed idee, maar niemand had zin dit te gaan doen. Franck Ploum solliciteerde op deze vacature.

    THOMAS
    "Bestuurlijk zou Oosterhout naar één bestuur moeten groeien. Wil je goed geprofileerd werken, dan moeten alle mensen lid zijn van dezelfde parochie, zodat ze zich vrij kunnen bewegen door de profielen heen.
    Toen ik op 1 januari 2003 begon, was het al snel duidelijk dat één kerkbestuur voor héél Oosterhout nog één stap te vroeg was. Eén bestuur per profiel was een goede tussenstap.
    Vier van de toen nog bestaande parochies moesten opgaan in de pleisterplaats. Deze vier parochies zijn in maart 2004 gefuseerd tot één nieuwe parochie onder de naam THOMAS, een naam die past bij waarmee wij bezigwaren. Twee kerkgebouwen zijn afgestoten en de Thomasparochie heeft nu twee locaties: de Corneliuskerk in het dorp Den Hout en de Mariakerk in de stad".

    EEN VERBOUWDE KERK
    De Mariakerk is in feite het centrum voor Geloof en Cultuur.
    De kerk is in mei 2005, geheel opnieuw ingericht, heropend. Behalve de buitenmuren en de binnenpilaren is de kerk volledig vernieuwd. Mensen van het bestuur vormden samen met een architect  en kunstenaars de kerncommissie bij de herinrichting van het gebouw.
    De insteek was dit keer niet: "de kerk is te groot en er moeten banken uit", maar "wat is de doelstelling van Geloof en Cultuur en wat voor gebouw hebben we daarvoor nodig?"
    De oude indeling was: entree, middenschip en absisgedeelte. Het absisgedeelte is nu liturgisch centrum geworden en het middenschip pleisterplaats, met theaterpodium, filmdoek en expositiepanelen. 
    De entree bestaat uit een binnenkomst, met rechts een stiltecentrum en links een koffie/caféruimte. De kerk is 's morgens van 9 tot 12 en 's middags van half twee tot half vijf open. Ook al is de kerk een onderdeel van Thomas, toch heet ze nog steeds Mariakerk, want kerken kunnen niet van naam veranderen.

    EEN PAROCHIEPLEK.
    Thomas wil parochie zijn, bouwen aan een geloofsgemeenschap.
    Tegelijk wordt gezocht naar vormen om pleisterplaats te zijn voor mensen die af en toe langs of binnen willen komen, van tijd tot tijd gevoed willen worden en dan weer gaan. Vanuit de vier toenmalig bestaande parochies zijn veel mensen overgegaan in de nieuwe, ene parochie Thomas. In de Mariakerk is elke zondag om half elf een viering; er zijn uitvaarten, kinderen kunnen worden gedoopt; er is ouderenpastoraat en een werkgroep diaconie.
    Deze parochieplek is vernieuwend, wat vooral blijkt uit de andere manieren waarop liturgie met elkaar gevierd wordt.
    "Een uitvaart doen wij op onze eigen manier. Als je een traditionele uitvaart wil, dan moet je naar de Sint-Jan of naar een parochie uit het huiskamerprofiel. Maar wie zegt: ik wil de ruimte hebben om het echt anders te doen, ik heb eigen ideeën, die kan bij ons terecht.
    De zondagsvieringen zien er compleet anders uit. De eerste zondag van de maand is dit een experomentele viering, een THOMAS-viering naar Fins model, met ruimte voor experiment: beweging, discussie,dans.
    De tweede zondag v.d  maand is er een woord-en communieviering.
    De derde zondag een meditatieve gebedsviering zonder communie.
    De vierde zondag een eucharistieviering, ook anders dan gebruikelijk.
    We hebben het lezingenrooster losgelaten, per viering maar één schriftlezing en we werken in thematische reeksen voor alle vieringen.
    Het kan dus zijn dat mensen in een bepaalde thematische reeks acht weken lang alleen maar oudtestamentische verhalen horen, of zes weken lang wonder- of vrouwenverhalen.

    T H O M A S.

    Een pleisterplaats.
    Naast de vernieuwde en vernieuwende parochieplek kent Thomas het onderdeel GELOOF EN CULTUUR met concerten, lezingen, workshops, cursussen etc.  Het zijn activiteiten - ongeveer 30 per halfjaar- op het raakvlak van geloof en cultuur.
    "We richten ons op mensen die hoe dan ook geïnteresseerd zijn in geloof en cultuur. Voor de een zal dat  meer met geloof, religiositeit  of spiritualiteit te maken hebben, voor de ander ligt het meer op het kunstzinnige, muzikale of informatieve vlak.
    De een komt naar een concert voor dát koor of díe celliste; de ander komt vooral om wat ze zingen of spelen. Onze insteek voor concerten is óf religieuze muziek, óf een combinatie van religieus en profaan"
    Hoe groot de groep "zinzoekers"precies is, valt moeilijk te zeggen, maar GELOOF EN CULTUUR heeft op dit moment een adressenbestand van ongeveer 350 mensen, allemaal adressen van mensen die niet in de ledenadministratie van de parochies zitten. Daarnaast zijn er ook mensen die als het ware doubleren: zij willen het programma van GELOOF EN CULTUUR  ontvangen maar ook het parochieblad.

    COMBINATIE.
    De combinatie parochie én pleisterplaats levert wel eens spanningen op, maar Franck ziet vooral voordelen. "Voor een parochie is het goed om andere mensen in huis te krijgen, omdat ze zo worden uitgenodigd over het muurtje van het eigen gelijk en wij-met-ons-clubje heen te kijken. Ze gaan zien, dat de dingen die ze gewend zijn te doen, helemaal niet zo vanzelfsprekend hoeven te zijn. Het kan ook wel anders.   Voor mensen die hun geloofsweg meer in hun eentje zoeken  -"voorbijgangers"-   is het goed om te zien dat er rondom geloven mogelijkheden zijn  om een gemeenschap te vormen, die toch anders naar de dingen kijkt dan ze misschien gewend zijn. De manier waarop hier elke zondag liturgie gevierd wordt, is toch anders dan op andere plekken. Dat kan ook hen misschien aanspreken. Veel mensen komen enkel op de activiteiten af. Ze betalen entree en zijn na afloop weer weg. Prima, daar is het aanbod ook op afgestemd. Maar er zijn ook mensen die zo'n beetje op de drempel zitten, wel iets met andere mensen willen, maar slechte ervaringen met de kerk hebben".Zo  kan het elkaar versterken. GELOOF EN CULTUUR heeft  profijt van een concrete geloofsgemeenschap die in hetzelfde gebouw actief is, al is het alleen maar vanwege het draagvlak. Het moet wel georganiseerd worden, er moeten vrijwilligers zijn die er hun schouders onder zetten, zorgen voor koffie, dat de deur open en de kerk schoon is.

    LITURGIE  ANDERS.
    Er zijn veel traditioneel-gelovigen die van de Mariakerk zeggen "Dit is mijn ruimte niet, dit is geen kerk".De manier van liturgie vieren is anders. Thomas is een pilot, een project met juist als opdracht om te experimenteren. Waaruit bestaat dit vernieuwende dan?
    "Liturgie is méér dan een vooraf gegeven vorm, waarin je een soort monoloog houdt van de ene naar de andere kant;  het kan ook in dialoogvorm. Mensen die naar een viering komen met elkaar in gesprek laten gaan, maar ook voorganger en gelovigen.
    Dan moet je wel, ik zou bijna zeggen, met de bijbel op de krant, kijken wat maatschappelijk relevante tthema's zijn waarover je met elkaar binnen een religieuze context kunt nadenken. Religiositeit kun je ook anders beleven dan alleen maar luisteren naar een preek.
    We hadden een expositie over engelen. Bij een Thomasviering hebben we mensen toen een kwartier langs alle kunstafbeeldingen, beelden en schilderijen, laten wandelen: welk beeld raakt je het meest en waarom? Vertel dat aan elkaar.
    Zo kun je ook met geloven en zingeving in een liturgische setting bezig zijn, in plaats van gaan zitten, je boekje pakken en meelezen wat er komt". Samen met wat mensen op dit moment bezig houdt vormen de verhalen uit de Schrift het uitgangspunt van alle vieringen. Het houdt volgens Franck op "christelijke liturgie"te zijn , wanneer de Schrift of een stukje traditie niet meer ter sprake komt. Anderhalf jaar geleden zijn de Thomasvieringen met zeventien mensen begonnen. Dat aantal is inmiddels opgelopen tot over de honderd. De gemiddelde leeftijd ligt ergens tussen de veertig en vijftig jaren.

    TOEKOMST.
    Is dit nu de toekomst van de kerk?
    "Dat zal ik niet zeggen. We hebben allerlei vernieuwende plekken in de kerk zichzelf op een gegeven moment zien inhalen. Ze doen dingen die in hun ogen misschien wel modern zijn, maar het is vaak gebaseerd op ideeën uit de jaren zestig. En mensen die nu dertig zijn, hebben daar helemaal niks mee. Je moet niet zeggen, dat dit de toekomst van de kerk is. Dit is een vorm van kerk-zijn waarvan ik denk, zie, merk, ervaar dat het nu werkt, aansluit bij een behoefte. Die behoefte kan over tien jaar best helemaal anders zijn. Dan zul je dus weer nieuwe vormen moeten bedenken".

    Het voorjaarsprogramma van de werkgroep Geloof en Cultuur van Thomas is aan te vragen bij Thomas, Wilhelminalaan 63,
    4905AT  Oosterhout  ( 0162 - 45 31 13 );
    www.thomasoosterhout.nl
    e-mail:
    geloof.cultuur@thomasoosterhout.nl 

    17-04-2006 om 00:00 geschreven door arendshof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (4 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    20-04-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.OMA EN OPA DOWNLOADEN

    Wie aan voorouderonzerzoek doet in gemeentearchieven uit de regio Oosterhout, kan digitaal terecht op de website
    http://regionaalarchief.tilburg.nl/ .
    Klik vervolgens op de donkerblauwe balk het woord "zoeken"aan, waarna een schermpje verschijnt met ondermeer het woord "genealogie".  Klik daar op.
    Op het dan volgende scherm staat links een kolom met ondermeer
    "inzien van bronnen".  Klik daar op, waarna doorgeklikt kan worden naar gemeenten, geboorte-, huwelijks-, en overlijdensregisters.
    Wie bijvoorbeeld bij Hooge en Lage Zwaluwe zoekt, kan daar zelfs het geboorteregister, het zeventiende-eeuwse Liber Baptismatis vinden met geboortegegevens die teruggaan tot 1670.
    De gemeente Drimmelen is de enige gemeente in de regio waarvan de gegevens al tot meer dan drie eeuwen terug digitaal op te zoeken zijn.
    De overige gemeenten beginnen bij de invoering van de burgerlijke stand in 1811.

    Onderstaand artikel, geschreven door Paul de Schipper, verscheen enige tijd geleden in Dagblad BN/ DeStem.

    De trouwakte van je oma en opa in Made uit je computer halen. Dat kan sinds kort. Voor de gemeente Drimmelen al helemaal, voor Oosterhout (bij het verschijnen van dit artikel)nog niet. Maar ondertussen zijn er toch al enkele gegevens te raadplegen.
    Oosterhout is namelijk zowat de laatste regiogemeente waarvan het archief nog gedigitaliseerd moet worden.
    MAAR:
    "Er wordt aan gewerkt", aldus een woordvoerder van deze gemeente.

    Enige tijd geleden is de zeer gebruiksvriendelijke website van het Regionaal Archief Tilburg on-line gegaan.
    Dit archief beheert de archieven van gemeenten als Oosterhout, Drimmelen, Geertruidenberg, Dongen en Gilze en Rijen, evenals de archieven van verdwenen gemeenten als Terheijden en Hooge en Lage Zwaluwe.
    De nieuwe website betekent dat vooroudergegevens nu thuis, per computer en internet bereikbaar zijn.
    Dat is een belangrijke stap vooruit voor de groeiende groep liefhebbers van stamboomonderzoek.
    "De perfecte kwaliteit van de beelden maakt het zelfs mogelijk om de huwelijksakte van grootouders te downloaden en op de harde schijf  van je eigen computer te zetten", aldus Luud de Brouwer, die bij het regionaal archief verantwoordelijk is voor de digitalisering.
    De Brouwer: "Toen de archieven van de gemeenten naar ons verhuisden, was er veel gemopper vanwege de reisafstanden.
    Het digitaliseren van de gegevens maakt het mogelijk om thuis te zoeken en om zo heel veel voorwerk te doen".
    Om het zover te krijgen is het archief anderhalf jaar bezig geweest.
    "Met 45 vrijwilligers, die het invoeren van de gegevens vaak van huis uit doen", aldus Yvonne Welings, ook verbonden aan het regionaal archief.  Volgens Luud de Brouwer weten ook steeds meer ouderen de weg naar het archief te vinden: "Niet alleen met pen en papier. Je ziet, vooral ook bij senioren de laptop oprukken. Ze komen er mee naar het archief en voeren hier gegevens in".

    Wat betreft de grootste regiogemeente Oosterhout wilde de digitalisering van het aan Tilburg afgestane archief niet helemaal vlotten.
    Begin 2005 zette CDA-voorzitter Piet de Jong grote vraagtekens bij de toegankelijkheid van Oosterhoutse archiefstukken. De Oosterhoutse historicus Cock Gorisse noemde in een reactie het Regionaal Archief in Tilburg "een voortreffelijke en zeer goed geoutilleerde instantie".
    Ondertussen heeft de gemeente Oosterhout in december 2005 wel besloten om geld, 38.000 euro, uit te trekken voor digitalisering van het archief. Volgens een woordvoerder van genoemde gemeente, lag er  een uitvoeringsplan met offerte, dat aan het College van B en W zou worden aangeboden, waarna e.e.a. daadwerkelijk kan worden uitgevoerd. En dat is ondertussen ook gebeurd, zodat ook de Oosterhoutse gegevens stap voor stap te raadplegen zullen zijn.

    Enkele adresgegevens:
    Regionaal Archief Tilburg
    Postbus 90155
    5000LH  Tilburg
    tel: 013 - 542 94 70
    Bezoekadres:
    Kazernehof 75
    Tilburg

    20-04-2006 om 00:00 geschreven door arendshof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (4 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    21-04-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.KLOOSTER SINT CATHARINADAL (1)
    Norbertinessen priorij Sint Catharinadal

    Om kwart voor één uit je warme bedje stappen voor de metten en lauden, om zes uur 's ochtends wéér opstaan voor een persoonlijke meditatie en om zeven uur de primen bidden.
    Kun jij je bij zo'n ritme (n)iets voorstellen?

    De oudere zusters van de Norbertinessengemeenschap kunnen zich dit dagritme nog heel goed herinneren. Eeuwenlang leefden de zusters in beslotenheid en weidden zij zich voornamelijk aan de liturgie.
    Ondanks het contemplatieve karakter van de orde kwam door de jaren heen steeds meer aandacht voor openheid en het contact met andere mensen.

    NORBERTIJNER ORDE
    In het jaar 1271 werd in Wouw een religieuze gemeenschap gesticht en deze bestaat na een zéér bewogen geschiedenis nu nog steeds.
    Zeven jonge vrouwen vormden de basis van de huidige Norbertinessenpriorij Sint-Catharinadal in Oosterhout. 
    Dze zussen wilden graag een eigen gemeenschap opbouwen in de geest van de Norbertijner Orde en een generaal kapittel van de Orde
    gaf  hen hiervoor officieel toestemming.

    TEGENSLAG
    De Norbertinessen kregen vele tegenslagen te verwerken. 
    Zo werden in de vijftiende eeuw grote hervormingen doorgevoerd, veroorzaakte de grote brand in Breda flinke schade aan de kloostergebouwen en kregen de zusters ook nog te maken met de pest. Het gebrek aan financiële middelen zorgde er uiteindelijk voor dat de zusters besloten een school en een pensionaat op te richten.
    Ook de beeldenstorm was een moeilijke periode voor de Norbertinessen. Ze overleefden deze tijd door de bescherming van het Huis van Oranje.
    Ook na hun verhuizing naar Oosterhout in 1647 bleven de prinsen van Oranje beschermers van het klooster.

    VERANDERING.
    Ondanks de vele tegenslagen bouwden de zusters in 1816 hun eerste kerkje. De eigen gemeenschap groeide gestaag en ook uit de gemeente Oosterhout kwamen steeds meer mensen de Eucharistie meevieren. 
    Deze groei resulteerde in de bouw van de neogotische kerk. 
    In 1964 bleek de kerk zodanig bouwvallig dat afbraak en nieuwbouw 
    van de "Avondmaalzaal"de enige mogelijkheid was.
    Na de Tweede Wereldoorlog was een grondige restauratie van de gebouwen noodzakelijk. Langzamerhand werd duidelijk dat het normale levensonderhoud grotere lasten met zich meebracht.
    Ook de levenshouding van de mensen veranderde na de oorlog.
    Al deze veranderingen zorgden ervoor dat rond 1965 vele onderdelen van de liturgie ter discussie werden gesteld.De financiële zorgen moesten door het verrichten van betaalde arbeid opgelost worden.
    De Norbertinessen probeerden met hun boekbinderij, boekrestauratie, leerberwerking en later schilderkunst in hun onderhoud te voorzien.

    KENNISMAKING.
    Toch is het niet enkel "ora et labora"bij de Norbertinessen. Sint Augustinus hield zijn kloosterlingen namenlijk voor dat naast het gebed ook het samenzijn met andere mensen erg belangrijk is.
    De Norbertinessenpriorij is daarom al sinds jaar en dag zo gastvrij om mensen kennis te laten maken met de manier van leven in Sint Catharinadal.
    Hebt U interesse in zo'n bijzondere kennismaking? Kijk dan voor meer informatie  op www.sintcatharinadal.nl

    21-04-2006 om 00:00 geschreven door arendshof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (5 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De Heilige Driehoek
    De Heilige Driehoek Het gebied   is meer dan de drie kloosters waaraan het Oosterhoutse gebied zijn naam dankt.Het gebied dat is aangewezen als beschermd gebied loopt, van de Veerseweg in het noorden tot het bedrijventerrein rond de Esdoornlaan in Slotjes-Oost.
    Met de nieuwe verworven status gaat deze Heilige Driehoek nog verder op slot.

    (artikel in Dagblad De Stem  van 8 april 2006 door Geert Nijland)

    Het eerste wat opvalt als je over de Leijsendwarsstraat loopt, is dat het eigenlijk nooit helemaal stil is. Die vermaledijde A27 ! Altijd herrie!
    De snelweg loopt in een lichte boog netjes om het gebied heen, maar aan zijn aanwezigheid ontkom je niet.
    Mari Rombouts stoort zich er niet aan. Zijn melkveehouderij ligt aan de A-27. Sterker nog, de snelweg doorklieft zijn percelen. Aan de overzijde heeft Rombouts nog een flink stuk grond.
    "Als de gemeente Oosterhout dat stuk grond van mij wil hebben, zullen ze de rest erbij moeten kopen. Dan kap ik ermee", zegt hij resoluut.
    Zijn opmerking krijgt plots een zware lading als hij zegtde laatste agrariër te zijn  in de Heilige Driehoek. "Vroeger zaten hier aan de Leijsendwarsstraat tal van agrarische bedrijven. Ze zijn allemaal weg en er is import voor in de plaats gekomen. Wat mij betreft ga ik door tot ze mij in een kist kunnen wegdragen.Ik wil niet stoppen",zegt hij.
    Rombouts is geboren en getogen in de Heilige Driehoek.
    Hij kan de perceelgrens van het klooster Sint Catharinadal blind tot op de millimeter aanwijzen. "Kijk, dat is allemaal van de zusters. En dat is van de paters van de Sint Paulis Abdij. Zij hebben een deel van hun grond weer verpacht", zegt hij.
    Rombouts laat het bezoek de oude koeienstal zien. Sinds de laat negentiende eeuw is er niets meer aan veranderd.De houten steunbalken in het dak verraden de ouderdom. Hier proef je de geschiedenis, dit is heilige boerengrond.
    De procedure voor het verkrijgen van de status "beschermd gebied"werd in 2002 opgestart door de Stichting Heilige Driehoek, die zich al jaren inzet voor het behoud van dit historische gebied.
    Voorzitter Cock Gorisse zei in een eerder artikel dat de kou nog niet helemaal uit de lucht is. Het deel ten noorden van de Veerseweg  staat  de nodige ontwikkelingen te wachten.Een nieuw uitvaartcentrum,een crematorium wellicht. Een tuincentrum dat gaat verhuizen. Als dat allemaal maar goed afloopt.
    Het oude tolhuis op de hoek van 't Helleke en de Leijsenstraat staat er in elk geval nog fier bij. Als een soort wachter voor de prachtige boer-derijen van de Leijsenstraat. Hier kom je niet ongestraft weg als je met het bulldozeren per ongeluk uitschiet.!
    Als je van het noorden via de Leijsendwarsstraat  naar de andere kant van de Hoogstraat rijdt, kom je bij de Sint Paulusabdij.
    Ten zuiden van de Monnikendreef ligt de hei, waarnaar de volkswijk Veurhai, of in goed Nederlands, Voorheide is vernoemd.
     Het is anno 2006 niet meer dan grasland. Het is hier moeilijk te begrijpen waar dat historische nou precies in zit.
    In het recente verleden is regelmatig geopperd om hier op beperkte schaal woningen te bouwen. Waarom niet?
    Alhoewel: dan zou de Veurhai de Veurhai niet meer zijn. Toch maar afblijven dan.
    Is het met de status van beschermd gebied dan uitgesloten dat er ooit nog gebouwd wordt in de Heilige Driehoek?  Niet echt.
    Volgens een gemeentewoordvoerster wordt het alleen moeilijker.
    Zeg dus nooit "nooit".
    Priorin zuster Magdalena van het Norbertinessenklooster Sint Catharinadal is blij met de nieuwe status.
    "Dit is een extra bescherming. Tot nu toe was daar in juridische zin geen sprakevan. Natuurlijk hebben wij onze rechten. De grond rondom ons klooster is al eeuwen ons eigedom. Maar de bescherming betreft straks een heel ruim gebied, en ik denk dan altijd: hoe ruimer hoe beter."  De priorin is ook ingenomen met de bescherming van het deel ten zuiden van de Paulusabdij. De paters vertrekken medio 2006 naar Zuiderhout in Teteringen, maar hun plaats wordt ingenomen door de Franse gebedsgroep Chemin Neuf.
    "Er is ooit gesproken over woningbouw, of nog erger : de aanleg van sportvelden in dat deel van de Heilige Driehoek. Daar willen wij liever niet aan denken", zegt zuster Magsalena.
    Het derde klooster in dit gebied is de Onze Lieve Vrouweabdij, gelegen aan de Zandheuvel 90. Dat maakt de driehoek compleet

    Hieronder enkele foto's van Sint Catharinadal

    21-04-2006 om 15:14 geschreven door arendshof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (3 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    08-05-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.NORBERTINESSEN PRIORIJ (2)
    Norbertinessenpriorij Sint-Catharinadal. (2)

    In de archiefruimte van Sint-Catharinadal staat een doos met een zorgvuldig opgeruimd perkamenten document uit 1271 waarin melding gemaakt wordt van de oprichting van een gemeenschap van Norbertinessen, terwijl in een ander document de bevestiging door de Paus van Rome een feit blijkt te zijn.

    Zo vinden we nog vele officiële stukken van kerkelijke en wereldlijke instanties. De wisselende tijden door de eeuwen heen, hadden ook hun invloed op de besloten gemeenschappen van vrouwelijke religieuzen.
    Een vermaning, toezegging, verbod, compliment, het is allemaal terug te vinden op perkament of op papier.
    Opmerkelijk is dat er vele namen van leden van het Huis van Oranje te vinden zijn, die door hun bescherming het voortbestaan van de gemeenschap bevorderd hebben.

    In Wouw, waar de zusters tot 1295 woonden, is helaas niets meer van hun gebouwen te vinden. In het centrum van Breda echter prijkt momenteel als prachtig gerestaureerd monument het oude gebouw dat de zusters tijdens hun verblijf aldaar  gebouwd en bewoond  hebben in de jaren 1295 tot 1679.
    Na hun vertrek uit Breda is dit gebouw als militaire kazerne in gebruik geweest, onder de toepasselijke naam van Kloosterkazerne, en sinds enkele jaren is het in gebruik als  het Casino van Breda.

    In 1645 werd het voor de Norbertinessen zó onveilig in Breda, dat mede door de zorg van Prins Frederik Hendrik in Oosterhout het slotje "De Blauwe Camer"werd gekocht. Het duurde echter nog vele jaren voordat de verhuis een voldongen feit werd.

    Door de tijd heen waren achter het bestaande gebouw, drie vleugels aangebouwd. Voor een kerk, eigenlijk het voornaamste voor de Norbertinessen, was de tijd nog niet rijp.
    De zusters losten het op door de breedste gang van de gebouwen te gebruiken. Hiertoe bleven zij echter genoodzaakt, tot de bouw van een kleine kerk in het jaar 1816.
    De ramen zijn tot op heden overgebleven in de zogenaamde Kapittelzaal. Rond 1900 werd een grotere neogorische kerk gebouwd, die echter in 1963 reeds bouwvallig bleek te zijn en vervangen werd door een eenvoudiger kerkgebouw.

    Belangrijk in het leven van een Norbertines is het gebed, de eredienst naar God. En dit zowel in de stille persoonlijke overweging en aanbidding van de Heer, als het gemeenschappelijk Koorgebed.
    Tot de jaren zestig van de vorige eeuw waren de gezangen en andere gebeden zowel in de Eucharistieviering als de overige gebedstijden in het Latijn.

    Toen echter de opening kwam naar de mogelijkheid van het gebruik der Nederlandse taal  heeft de eigen werkgroep Liturgie, onder leiding van de toenmalige Heer Proost - Priester Norbertijn-, zowel op tekst als muzikaal gebied gezorgd voor een verantwoorde samenstelling van de gebedstijden.
    De samenwerking onderling ook voor het typen en drukken van de boekjes was noodzakelijk, maar gaf ook blijk van een daadwerkelijk beleven van de Regel van Sint-Augustinus.
    Immers naast het Evangelie waarin de Norbertinessen op de eerste plaats de leer van Jezus Christus in hun leven stellen, zijn de leefregel van Sint-Augustinus en het voorbeeld van de H. Norbertus een leidraad voor elk moment van het leven.

    De Professie waarbij een zuster haar handen in de handen van de Priorin legt is een belijdenis voor heel haar leven.
    De gave van haarzelf aan God wordt een gave aan de medezusters, medemensen, elke dag van haar leven.

    Wetend dat vallen en opstaan de rode draad is die ieder op haar eigen manier zal ervaren, kan er vreugde groeien, kan er samen iets bereikt worden. Zo zullen liefde en gemeenschapsleven groeien en iets betekenen voor de personen zelf, maar zeker ook voor de mensen rondom.
    Hieruit groeit de opdracht om, vanuit het meer besloten leven in de gemeenschap, met openheid te staan tegenover gasten.
    Zo komen er vele groepen gasten voor een bezoek van een hele dag, of halve dag, volgens afspraak.

    Het bezichtigen van het kasteeltje, een toelichting van een zuster over het leven in Sint-Catharinadal, het meevieren van een gebedsdienst, een gesprek met zusters bij een kopje koffie of thee, en/of een luch met tenslotte een diapresentatie over het leven en werken van de zusters, vullen samen het programma van zo'n bezoek.

    Uiteraard vragen zowel het grote onderhoud van de gebouwen als het dagelijks huishoudelijk werk veel zorg, waarbij we zeker de keuken-activiteiten niet mogen vergeten.
    Gebeurt dit alle nog door de eigen zusters, we mpgen ook dankbaar zijn voor de hulp van vrienden en vrijwilligers die steeds met grote bereidheid hun agenda naast die van de gemeenschap leggen.

    Bij alles blijft er echter ook de verantwoordelijkheid voor het levensonderhoud. De 27 zusters vormen samen toch een groep waarvoor dagelijks op velerlei gebied gezorgd moet worden. 
    Vanuit de traditie van de vroegere kloosterslot-bepalingen zijn alle werkzaamheden binnenshuis, we noemden reeds de ontvangst van mensen in groepsverband met de service daaraan verbonden.

    Maar mede door de aansporing via drie radiotoespraken door Paus Pius XII werd gezocht naar andere vormen van inkomsten uit arbeid, om zo in eigen levensonderhoud te voorzien.
    Op de vraag om thuiswerk te verrichten voor bedrijven werd positief gereageerd, maar na enige tijd bleek dit geen oplossing en kreeg het ideaal van een eigen kunstatelier hoe langer hoe meer gestalte.
    Er waren namelijk zusters die gevoel en talenten hadden om documenten op papier te schrijven en deze te versieren zoals dit in vroegere eeuwen gebeurde.
    En door de jaren heen is menige promotie vastgelegd op perkament als een blijvende herinnering.
    De afdeling kalligrafisch werk was en is een belangrijk onderdeel van het kunstatelier geworden en gebleven.

     

     


    Daarnaast bleek ook een zuster zich reeds bekwaamd te hebben in het bewerken en versieren van leer, Dit werd het begin van de afdeling leerbewerking. Boeken, boekomslagen, kleine en grotere voorwerpen van leer kunnen zo tot een uniek geschenk gemaakt worden. Maar zeker ook werd en wordt deze vaardigheid in praktijk gebracht bij het unieke werk van de restauratie van antieke boeken.

    Vanuit de bestaande boekbinderij was er de mogelijkheid de principes voor het inbinden over te nemen.


    Maar toen er vraag kwam naar het restaureren van oude boeken, was er kennis nodig van het bewerken van papier, andere bindmethoden, het repareren of vervangen van de houten platten, de versiering van het leer, de behandeling van koperen sloten, kortom de aandacht om de eigenheid van het boek zo getrouw mogelijk in de restauratie te laten uitkomen.
    Veel Duitse en Engelse studieboeken over deze bewerkingen werden er geraadpleegd.De zusters zijn er van overtuigd dat het Kunstatelier Sint-Catharinadal voor het overgrote deel steunt op de bijzondere gaven  van bepaalde zusters, die echter door de samenwerking met anderen tot de resultaten kunnen komen die uiteindelijk het stempel dragen van de gemeenschap Sint-Catharinadal.

    Hieronder respectieflijk:

    -afgekeurd dakleitje gebruikt als achtergrond voor miniatuurtje
    -beschilderde kaars voor bepalde gebeurtenis
    -fijn bewerkte glazen/kelken
      



     

    Norbertines zijn is uiteindelijk een leven van gave aan God en de medemens, door gemeenschappelijk gebed in de kerk, door privé gebed tussen en onder het werk, kortom door het geloof en de liefde naar God en de medemens te laten zegevieren boven alles.

    Bezoek voor meer info de website van het klooster
    www.sintcatharinadal.nl
    of zoek bij Google naar Sint Catharinadal
    en u kunt meerdere sites bezoeken.

    08-05-2006 om 16:27 geschreven door arendshof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    16-05-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

      Click to Mix and Solve
    Klik op de pijl links in de puzzel
    Kies stukjes: vorm en aantal
    Puzzelen maar !
    U kunt ook dagelijks ACHT puzzels gratis ontvangen op Uw PC.
    Een kwestie van even aanmelden  Seniorennet.be voor de blogs en
    Jigzone.com voor de puzzels. Alles is GRATIS.

    16-05-2009 om 13:09 geschreven door arendshof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)


    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    Archief per week
  • 11/05-17/05 2009
  • 08/05-14/05 2006
  • 17/04-23/04 2006
  • 06/03-12/03 2006
  • 20/02-26/02 2006
  • 23/05-29/05 2005

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto


    Foto

    Foto


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!