Het centrum onderzocht gedurende een periode van zeven jaar meer dan 6.100 kinderen tussen de acht en vijftien jaar. De wetenschappers ontdekten dat 81 procent van de jongens met een maatje meer ervan overtuigd is dat ze een gezond gewicht hebben. Bij de onderzochte meisjes denkt 71 procent dat hun gewicht goed zit. Ook bijna de helft van de jongens en meer dan de een derde van de meisjes die aan een ernstige vorm van obesitas lijden, denken niet dat ze te veel wegen. Opvallend is dat de meeste kinderen die hun zwaarlijvigheid relativeren uit een arm gezin komen.

Verder toont het onderzoek aan dat jongens meer de neiging hebben om hun gewicht verkeerd te interpreteren dan meisjes. Maar uit hetzelfde onderzoek blijkt ook dat Afro-Amerikaanse en Mexicaans-Amerikaanse kinderen meer kans hebben om hun overgewicht te relativeren dan blanken.

Een aparte studie aan de Universiteit van Nebraska, waarvoor meer dan 15.000 mensen werden onderzocht, wijst uit dat de helft van de ouders niet erkent dat ze een zwaarlijvig kind hebben. Integendeel: ze denken dat het een normaal gewicht of zelfs een te laag BMI heeft.

De voorbij dertig jaar is obesitas bij kinderen in de Verenigde Staten meer dan verdubbeld. Zwaarlijvige kinderen lopen heel wat gezondheidsrisico s. Ze hebben meer kans om hart-en vaatziekten, diabetes, botproblemen en slaapapneu te ontwikkelen. ‘De eerste fase van de obesitas-crisis is om mensen te laten inzien dat ze wel degelijk te zwaar zijn, maar dan kan je overgewicht aanpakken’, zeiden de onderzoekers.