Direct naar artikelinhoud

Europa zit vast tussen twee grootmachten met imperiale ambities

Xi Jinping en Donald Trump schudden elkaar de hand in West Palm Beach, Florida.Beeld afp

De hedendaagse versie van een keizerlijke parade, dat is de meest accurate beschrijving van het bezoek van de Amerikaanse president Donald Trump aan Brussel. Met liefst duizend man personeel, zestig voertuigen en dertig vliegtuigen arriveerde hij. Omdat de president wat ongeduldig van aard is, werd de spreektijd voor andere staatshoofden op de Navo-top beperkt en werkten diplomaten zich uit de naad om de Europese lidstaten zich te doen plooien naar Trumps eisen. Twee weken eerder lieten de Chinezen zich op een soortgelijke manier gelden, met een megalomane topontmoeting in Peking, waar tientallen Europese politici elkaar verdrongen voor Chinese investeringen en een fotomoment met president Xi Jinping.

Arm Europa. Terwijl hier stemmen opgaan om grenzen te herstellen en de samenwerking terug te schroeven, verandert de wereld rondom ons snel. Voor de nieuwe keizers zijn onze buitenlandministeries vooral protocoldiensten die instaan voor vlekkeloze bezoeken en gemoedelijke conversaties. Onze koningshuizen mogen ritjes organiseren in gouden koetsen of theekransjes in vergulde salons. Trump en Xi zijn jongens gebleven die graag spelen in een decor van ridders en prinsen. En wij doen mee, tot op het punt dat Europese landen tegen elkaar uitgespeeld worden. De eerste minister aan de luchthaven? Wie biedt er meer?

Het gefragmenteerde Europa is vast komen te zitten tussen twee grootmachten met imperiale ambities. In een imperium is de macht van één land zo overweldigend dat het de soevereine beslissingen van andere landen kan beïnvloeden. Zich als een imperiale macht gedragen is prettig, daar weet een aantal Europese landen alles van; naar het pijpen van een imperiale macht dansen is dat veel minder. Nadat de Europese rijken elkaar hadden afgemaakt tijdens de twee Wereldoorlogen en de Sovjet-Unie was ineengestort, profileerden de VS zich als het imperium van de rechtvaardigheid. Soms heeft het zich als een stoomwals gedragen en Europese landen gedwongen besluiten te nemen gericht op de Amerikaanse belangen. In de jaren zestig en tachtig werd ons bijvoorbeeld herhaaldelijk de arm omgewrongen om het Amerikaanse leiderschap minstens financieel te ondersteunen.

Het gefragmenteerde Europa is vast komen te zitten tussen twee grootmachten met imperiale ambities

Rijken hebben altijd bestaan. Wat de Verenigde Staten typeerde, is niet zozeer de historische ideologische verwantschap met West-Europa, maar hun geopolitieke positie. Net zoals Groot-Brittannië zijn de VS een maritieme macht, waardoor hun groeiende macht minder bedreigend overkwam voor continentale mogendheden. In de geopolitiek remt afstand de rivaliteit; nabijheid bevordert de rivaliteit. De essentie van de buitenlandpolitiek van een maritieme macht is niet zozeer te veroveren, maar de oceanen te beheersen, de maritieme buitenrand te domineren en de continentale grootmachten verdeeld te houden.

Voor China liggen de kaarten anders. China is een continentale mogendheid en daarom zijn veel meer landen bezorgd over zijn machtsopbouw. China's prioriteit is een invloedssfeer langs de continentale grenzen waarbinnen het landen met handel, spoorwegen en investeringen aan zich bindt, ze economisch domineert en zo politiek weerwerk neutraliseert. In Azië is dat goed gelukt en ook in Europa trekken de Chinezen lidstaten naar zich toe. Het Verenigd Koninkrijk heeft reeds de houding van een schuldslaaf aangenomen, bang dat de Chinezen hun munt niet zullen verhandelen via Londen. Lidstaten buitelen over elkaar heen om deel uit te maken van de Zijderoute, hoewel ze er nauwelijks aan verdienen.

China is een continentale mogendheid en daarom zijn veel meer landen bezorgd over zijn machtsopbouw

Rijken blijven bestaan en hun instrumenten worden verfijnder. Ze laten hun invloed niet alleen via kanonneerboten gelden, maar ook door de dominantie van nieuwe sferen, zoals het internet, de ruimte, massamedia, onzichtbare kapitaalmarkten, enzovoort. Dat maakt van China en de Verenigde Staten geen slechte landen. In de internationale politiek geldt gewoon nog steeds de regel van de Griekse historicus Thucydides: 'Sterke landen handelen naar believen, zwakke landen rest hun plicht na te komen.' Landen zijn voorgeprogrammeerd om te domineren en macht schept arrogantie, ongeacht de cultuur, de religie, of de beschaving waartoe ze behoren. De rechtvaardiging van de macht, die verschilt nog wel eens. Voor de Verenigde Staten is dat het bevorderen van de vrijheid, voor China het bewerkstelligen van een rechtvaardige wereldorde. Terwijl de twee titanen zich opmaken voor de grote strijd om de ultieme macht, kibbelen wij in Europa verder en riskeren we nog vaak onze belangen, onze trots en onze waardigheid opzij te moeten zetten om de twee titanen ter wille te zijn.

Jonathan Holslag is docent internationale politiek aan de Vrije Universiteit Brussel. Hij heeft hier een wisselcolumn met Paul Brill.

Terwijl de twee titanen zich opmaken voor de grote strijd om de ultieme macht, kibbelen wij in Europa verder