Direct naar artikelinhoud
In memoriam

Dit was de vrouw die Einsteins brein onderzocht

Marian Diamond in 1984, toen ze als professor in de anatomie was verbonden aan de Universiteit van Californië - Berkeley.Beeld rv

Als neurowetenschapper deed Marian Diamond in de jaren 50 toonaangevend research op het brein van ratten. De Amerikaanse werkte zich echter vooral in de kijker toen ze het brein van Albert Einstein kreeg toegestuurd.

Ze was de dochter van een dokter en een lerares Latijn, die haar doctoraalstudie afbrak om haar zes kinderen op te voeden. Haar eerste menselijke hersenen zag Marian toen ze 15 was. Ze liep met haar vader mee op zijn ronde door het ziekenhuis toen ze een glimp opving van vier mannen in witte jassen. 

"Ze stonden in een kamer over een tafel gebogen en ik begreep niet wat ze aan het doen waren", zei ze later. "Maar de aanblik van dat brein dat daar lag, met zijn vermogen om ideeën te scheppen, verankerde zich voorgoed in mijn eigen brein. Het fascineerde mij mateloos dat dat de meest complexe substantie op aarde was, misschien wel in het universum."

Het leek haar vanzelfsprekend om met breinen te gaan werken. Ze studeerde biologie en doctoreerde in de anatomie in 1953, met een studie over de hypothalamus. Het vraagstuk dat haar boeide, was of hersenen statisch zijn of in de loop van het leven nog kunnen veranderen. Daartoe sloot ze ratten met soortgenoten op in kooien die waren voorzien van laddertjes en tredmolens. Ze vergeleek die met ratten die op hun eentje in kale kooien zaten. De hersenschors van alle 'gestimuleerde' ratten, zo bleek uit haar onderzoek, was dikker dan van de knaagdieren die van prikkels waren verstoken. 

"Voor het eerst", schreef ze triomfantelijk, "is bewezen dat de hersenen van een dier veranderen onder invloed van omgeving en ervaring."

In een bebloemde hoedendoos nam ze een stel menselijke hersenen mee naar haar anatomielessen

Ongeveer op dezelfde manier toonde ze aan dat het immuunsysteem van vrouwelijke bridgespelers gestimuleerd wordt door het ingewikkelde kaartspel. Ze schrok niet terug voor het excentrieke, en stond erom bekend in een bebloemde hoedendoos een stel menselijke hersenen mee te nemen naar haar anatomielessen.

Ze haalde de krantenkoppen toen haar gevraagd werd vier stalen van Einsteins hersenen te onderzoeken die op sterk water stonden. "De stalen kwamen aan per post", aldus Marian Diamond, "in een pot waarin eerder sladressing van Kraft Miracle Whip had gezeten. Ze leken op suikerklontjes."

Ze legde de stalen onder de microscoop en vergeleek ze met monsters van mensen met een matiger verstandelijke begaafdheid. Ze vond niets bijzonders, behalve een verhoogde concentratie aan gliacellen in de pariëtale hersenkwab van Einstein. Tot vandaag blijft onduidelijk of dat significant is. "Veel idioten hebben grote breinen tjokvol gliacellen", zegt een onderzoekster.

Marian Diamond laat twee zonen na en twee dochters, vijf kleinkinderen en een handvol gedachten te briljant om in een hoedendoos te passen.