Polsstokhoogspringen mag hipper, maar 'dit is een van de slechtste ideeën'
Polsstokhoogspringers maken zich zorgen over hun veiligheid. Ze krijgen minder tijd voor hun aanloop. Wereldrecordhouder Lavillenie. 'Dit is een van de slechtste ideeën ooit.'
Exact zestig seconden heeft Renaud Lavillenie tijdens het EK voor landenteams om met zijn polsstok over 5.91 meter heen te gaan. Als de scheidsrechter de aanloopstrook vrijgeeft, begint de klok naast de baan af te tellen. De wereldrecordhouder smeert zijn handen in met magnesium, kijkt een keer naar de lucht en wacht tot de ergste windvlagen zijn overgewaaid. Dan tilt de Fransman zijn polsstok op, leunt naar achter en zet aan voor de sprint. Daar gaat hij.
Als het aan de internationale atletiekfederatie IAAF ligt, heeft Lavillenie vanaf volgend jaar geen minuut, maar dertig seconden om zich voor te bereiden op zijn sprong. De IAAF wil de aanlooptijd met de helft reduceren. Onder polsstokhoogspringers is onrust ontstaan over het plan. De meesten zijn fel tegen de regelwijziging.
'Dit is een van de slechtste ideeën ooit', zegt Lavillenie (30) in het winderige stadion in Lille. 'Eén minuut is al kort om je voor te bereiden. Het is niet veilig om de tijd verder terug te schroeven. Polsstokhoogspringen is een van de gevaarlijkste onderdelen bij atletiek.'
Twee jaar geleden liep Kira Grünberg een dwarslaesie op. De 23-jarige recordhouder van Oostenrijk viel met haar hoofd in de insteekbak van de polsstok. Ze brak haar halswervel en raakte verlamd tot haar ruggengraat. De meeste springers dragen geen helm.
Moeilijk maken
Lavillenie voorziet meer ernstige ongelukken als de atletiekfederatie het plan doorzet. Polsstokhoogspringers bepalen aan de hand van de wind hoe zij zichzelf katapulteren. 'Als je minder tijd hebt om je voor te bereiden, verhoogt het de druk. Je hebt straks niet meer de mogelijkheid om te wachten op het goede moment. Als de bond minder ongelukken wil, moet zij de regels niet voortdurend wijzigen en het ons steeds moeilijker maken.'
Daarmee doelt de regerend olympisch kampioen op de veranderingen die de IAAF eerder doorvoerde. Aan de lengte van de aanloop is een maximum gesteld. De lengte van de pinnen waarop de lat rust, is met een kwart ingekort. Bovendien is de bovenkant ervan niet langer vlak, maar gebogen. De tijd die voor een sprong mag worden genomen is, volgens Lavillenie eerder van twee minuten teruggebracht naar zestig seconden.
Saillant detail: Sergei Boebka was mede verantwoordelijk voor de regelwijzigingen. De voormalig wereldrecordhouder dacht zichzelf te vereeuwigen in de geschiedenisboeken door zijn invloed als bestuurslid van de IAAF aan te wenden om de sport moeilijker te maken. Hij kon niet voorkomen dat Lavillenie drie jaar geleden zijn twintig jaar oude wereldrecord uit de boeken sprong en met een centimeter verbeterde tot 6.16 meter.
Menno Vloon schaart zich achter de kritiek van zijn Franse collega. Met een bedrukt gezicht komt de Nederlands recordhouder (5.85) zondag in het atletiekstadion in Lille de mixed zone binnengelopen. Teleurgesteld over zijn prestatie als hij is: hij bleef steken op 5.30.
Het weer vandaag laat zien dat je de zestig seconden echt nodig hebt
Tegenwind
'Ik voelde me super. Maar elke keer als ik sprong, stak de wind op. Je krijgt als het ware een klap van de wind waardoor je je polsstok niet meer lekker kunt insteken.'
Polsstokhoogspringers hebben de zestig seconden om het juiste moment te vinden dan ook zeker nodig, meent Vloon. 'Als we straks maar dertig seconden hebben, zijn er ook atleten die met wind tegen gaan lopen. Dat is het gevaarlijkst. Als je dan springt, kun je terug schieten. Het weer vandaag laat zien dat je de zestig seconden echt nodig hebt.'
Hoewel de IAAF geen officiële verklaring heeft gegeven voor het aanpassen van de regels, is het een publiek geheim dat zij het wedstrijdverloop sneller willen maken. Volgens Lavillenie zijn er andere manieren om de sport attractiever te maken: een kleiner deelnemersveld, de lat sneller omhoog brengen en scheidsrechters de lat sneller op zijn plek laten terugleggen.
Als Lavillenie in Lille zijn polsstok in de insteekbak plant, merkt hij al dat het moeilijk wordt om over de 5.91 meter te vliegen. De weersomstandigheden zijn niet optimaal. Toch wint de Fransman met 5.80 meter de wedstrijd tijdens het EK voor landenteams. Het kan de onvrede over de regelwijziging echter niet wegnemen.
'Tien jaar geleden kregen atleten twee minuten de tijd, nu een minuut, volgend seizoen misschien dertig seconden. Wat is het volgende hoofdstuk? Moet ik straks meteen beginnen te rennen?'