© HBVL

“Seksuele intimidatie wordt in de sport te veel getolereerd”

Mede door grensoverschrijdend gedrag zei topjudoka Ann Simons uit Lanaken haar sport vaarwel. Vandaag engageert ze zich om dat gedrag in de sport bespreekbaar te maken. “Iedereen heeft het recht om in een veilige omgeving aan sport te kunnen doen.”

Yves Delepeleire

Ann Simons was amper 20 jaar toen ze op de Olympische Spelen van Sydney in 2000 brons pakte in het judo. Ze versloeg haar Koreaanse tegenstandster met yuko in de allerlaatste seconden, het hoogtepunt uit haar carrière. Na de gouden jaren met Gella Vandecaveye en Ulla Werbrouck leek Simons een wissel op de toekomst. Zes jaar en een gemiste Spelen later gaf ze er al de brui aan. Haar kapotte knieën lieten topsport niet meer toe. Maar er speelde meer, zegt ze.

“Ik was de mentaliteit beu. Er heerste een verregaande normvervaging, een cultuur van seksuele intimidatie. Als je als meisje van zestien, zeventien jaar nog in volle fysieke ontwikkeling bent, op dat vlak al een beetje achterop hinkt en constant vernederende, vaak seksueel getinte opmerkingen krijgt - dat je nog geen borsten hebt of je regels nog niet hebt, heeft dat een grote impact.”

“Topsport was voor mij geen veilige omgeving om in op te groeien. Als ik meer respect had gekregen, denk ik niet dat ik zo vroeg was gestopt.”

Breek de stilte

Die persoonlijke ervaring motiveerde Simons om ambassadeur te worden van Voice, een project van onderzoekster Tine Vertommen (Universiteit Antwerpen en Thomas More Hogeschool) dat verhalen wil verzamelen van mensen die in de sport seksueel grensoverschrijdend gedrag en seksueel misbruik hebben ervaren.

Samen met nog actieve topsporters zoals zwemmer Pieter Timmers (zilver op de Spelen in Rio), wielrenster Ann-Sophie Duyck (3 keer Belgisch kampioen tijdrijden) en Jaouad Achab (wereldkampioen taekwondo) nam ze een campagneclipje op dat slachtoffers wil overtuigen om niet met hun verhaal te blijven zitten en dat de sportwereld moet bewegen om het thema ter harte te nemen.

Nadat in onder meer Engeland en Nederland al verschillende verhalen naar boven kwamen, zijn deze sporters de eersten in Vlaanderen die hierover een statement durven te maken, in een poging om het taboe en de omerta ook hier eindelijk te doorbreken. “Ik wil een positieve boodschap brengen”, zegt Simons. “Dat seksueel grensoverschrijdend gedrag niet tolereerbaar is en dat we er iets aan kunnen doen. Er moet een cultuuromslag komen.”

Basisvertrouwen

“Nu ik zelf moeder ben, besef ik pas hoe belangrijk het is dat kinderen en pubers basisvertrouwen krijgen om zelfbewust in het leven te staan”, zegt Simons. “Ik geloof niet dat de harde, dominante cultuur van de topsport tot betere resultaten leidt. Seksueel grensoverschrijdend gedrag, hoe ogenschijnlijk klein sommige opmerkingen ook kunnen zijn, legt een hypotheek op de integriteit van de sporter en ondermijnt zijn basisvertrouwen.”

“Dat heeft het alvast bij mij gedaan. Het heeft mij verlamd, de opmerkingen hebben zelfs mede geleid tot een eetstoornis, wat door het gevecht met de kilo’s in het judo sowieso al een gevaar is.”

“Het verbaast me dat de persoon die mij op deze manier gekwetst heeft, nog altijd in het topjudo actief is, ook al heb ik dat destijds bij de federatie aangeklaagd. De tolerantie voor zo'n gedrag is nog altijd te groot.”

“Ik voel me geen slachtoffer en wil ook zo niet worden gezien”, benadrukt Simons, “maar die normvervaging heeft me wel gemaakt tot wie ik ben. Het heeft me tijd en energie gekost om daarmee om te gaan. Ik kon bijvoorbeeld moeilijk om met kritiek. Waar ik nu werk, bij de innovatieve ondernemersgroep Cronos, zie ik dat het anders kan. Dat je creatief en zelfbewust kunt zijn als je de ruimte en de kans krijgt om te falen. Dat gevoel heb ik in de sport nooit gekend. Ik was een topsporter, en moest mij daarmee vereenzelvigen. Ik mocht te weinig Ann zijn.”

Schaamte

Al in de jaren negentig klaagden enkele Nederlandse judoka’s de jarenlange seksuele intimidatie van hun judocoach aan. De federatie wist wat er aan de hand was, maar had het gedrag getolereerd. De moed om een kampioenenmaker terecht te wijzen, was te klein. De zaak veroorzaakte veel stennis in de Nederlandse topsportwereld. Al die tijd verdroegen Vlaamse judoka’s de intimidaties in stilte.

Waarom? “Uit schaamte’, denkt Simons. ‘Veel collega’s dachten dat zo’n gedrag normaal was, we waren nu eenmaal in die wereld opgegroeid. Maar het is niet normaal. Dat heb ik gaandeweg beseft.”

“In het algemeen geldt ook dat veel topsporters erg afhankelijk zijn van anderen om iets te bereiken: hun trainer, de federatie. Dat maakt hen kwetsbaar. Sporters zouden niet van anderen afhankelijk mogen zijn om hun droom waar te maken.”

Simons vindt het belangrijk dat topsporters hun stem laten horen, omdat de verandering van binnenuit moet komen. “Ik zeg niet dat in elke club of federatie nog een foute cultuur hangt, maar ik ben ervan overtuigd dat er nog te veel wordt getolereerd.”

“Laat ons eerlijk zijn, misbruik stopt niet aan de grens. De verhalen bestaan ook hier. Als ambassadeur van Voice hoop ik dat de bewustwording groter wordt. En dat slachtoffers hulp zoeken. Iedereen heeft het recht om geholpen te worden. Iedereen heeft het recht om in een veilige omgeving aan sport te kunnen doen. Dat moet onze betrachting zijn.”

Op 5 september organiseert Voice een erkenningsmoment voor slachtoffers.

Meer info: www.voicesfortruthanddignity.eu/be