Direct naar artikelinhoud
Sylvana Simons

Nederland in rep en roer om stortvloed racistische uitspraken over bekende Nederlands-Surinaamse

Sylvana Simons.

Bij Nederlandse antidiscriminatiebureaus zijn de eerste klachten binnengekomen over de stortvloed aan racistische opmerkingen die de bekende Nederlander van Surinaamse afkomst Sylvana Simons de afgelopen week over zich heen kreeg op sociale media. De populairste anti-Sylvana-pagina werd twee keer tijdelijk door Facebook geblokkeerd, maar was gisterenavond nog beschikbaar.

"Deze casus is exemplarisch voor het toenemende racisme op sociale media", zegt directeur Cyriel Triesscheijn van Artikel 1, de organisatie van antidiscriminatiebureaus die als kenniscentrum ook het kabinet adviseert. "Het worden steeds meer asociale media."

Simons wordt onder meer uitgemaakt voor 'jankneger', 'aap' en 'Zwarte Piet', sinds zij zich vorige week heeft aangesloten bij de Nederlandse politieke partij DENK. Op Facebook werd een 'uitzwaaidag' voor haar georganiseerd; 19.000 mensen meldden zich aan, 25.000 personen klikten op 'geïnteresseerd'. Over deze 'uitzwaaidag'-pagina kwamen klachten binnen bij het Meldpunt Discriminatie Internet.

Simons wordt onder meer uitgemaakt voor 'jankneger', 'aap' en 'Zwarte Piet', sinds zij zich vorige week heeft aangesloten bij de politieke partij DENK

Monitoring nauwelijks mogelijk

Volgens Triesscheijn worden er zo veel discriminerende uitlatingen gedaan op internet, dat er nauwelijks meer tegen op valt te monitoren. "Opmerkingen die je tien jaar geleden alleen tegenkwam op extreemrechtse sites, worden nu op reguliere sites gemaakt. Mensen gebruiken ook steeds minder vaak een schuilnaam."

De initiatiefnemer van de 'uitzwaaidag' voor Simons bijvoorbeeld, Donny Bonsink (23). Hij besloot zijn aliassen vaarwel te zeggen en onder zijn echte naam naar buiten te treden. Volgens Bonsink, tevens oprichter van Facebookgroepen als 'Nederland mijn Vaderland' (230.000 likes) en 'PVV Aanhangers' (71.000 likes), werd zijn Facebookpagina over Simons tweemaal geblokkeerd na meldingen over 'racistische inhoud'. Maar de pagina werd steeds opnieuw weer beschikbaar.

Zelf begrijpt hij niet waarom zijn groepen steeds worden gespaard, terwijl veel kleinere rechtse Facebookpagina's om hem heen verdwijnen. "Eerlijk gezegd doen wij soms nog wel extremere dingen dan de mensen op de pagina's die Facebook heeft weggehaald." Facebook laat weten geen uitspraken over individuele gevallen te doen.

Nú het moment om een vuist te maken

Aanvankelijk wilde Bonsink het uitzwaai-evenement offline halen. Nu ziet hij daar vanaf. "Het gaat er nog steeds heel hard aan toe, maar ik ben van mening veranderd. Ik ga ervoor. Juist nu is het belangrijk om een vuist te maken, voor de toekomst van Nederland."

Dat Sylvana Simons nu deze extreme, "soms zelfs agressieve" reacties oproept, komt ten eerste omdat ze een "goed gebekte vrouw" is, denkt Triesscheijn. "Op hen wordt anders gereageerd dan op goedgebekte mannen." Ze heeft als zwarte vrouw bovendien haar duidelijke mening uitgesproken in het gevoelige debat over zwarte piet. "Ook speelt mee dat ze maatschappelijk succesvol is, wat afgunst kan oproepen."

Hoogleraar immigratierecht Peter Rodrigues van de Universiteit Leiden, onder meer gespecialiseerd in discriminatie, ziet één positief aspect aan wat er gebeurt rond Simons: "Het debat over racisme krijgt hiermee een impuls. Over dit onderwerp moet een publiek debat worden gevoerd."

'Juist nu is het belangrijk om een vuist te maken, voor de toekomst van Nederland'
Donny Bonsink

Ook Rodrigues ziet een toename van het aantal uitingen op sociale media "waar de onverdraagzaamheid van af spat". "De sociale media geven mensen de mogelijkheid zich te uiten zo hard als zij dat willen. Soms ook met de bedoeling te beledigen en te intimideren. Veel mensen lezen geen krant meer maar baseren zich op wat ze op de Facebookgroep van hun gading lezen. Die polarisatie zie je bijvoorbeeld in de Zwarte-Pieten-discussie. Daardoor wordt het welhaast onmogelijk voor beide partijen nog iets van elkaars inzichten over te nemen."

Rodrigues wijst op een uitspraak van de Hoge Raad in 2014 over waar het recht op de vrijheid van meningsuiting ophoudt, en het aanzetten van onverdraagzaamheid begint. Die oordeelde dat het daarbij onder meer gaat om de bewoordingen en de context waarin die worden gedaan. Ook speelt mee of de uitlating een bijdrage kan leveren aan het publieke debat of een uiting is van artistieke expressie. En of de formulering niet onnodig grievend is.

Toch stijgt het aantal aangiften van discriminatie nauwelijks. De vraag of dergelijke uitingen strafbaar zijn en de mogelijke juridische procedures die kunnen volgen leiden volgens de hoogleraar alleen tot verdere polarisatie. "Het is niet altijd verstandig de strafrechtelijke weg te bewandelen. Zelfs als mensen worden veroordeeld kunnen ze nog zeggen dat zij mogen zeggen wat ze willen en dat de rechter het niet goed heeft begrepen. Ook slaan mensen vaak dicht als je ze beticht van racisme, dan bied je ze weinig ruimte op herstel. Als we willen dat mensen gaan inzien dat ze zich discriminerend uiten, moet je ze de ruimte bieden en ze vragen: wat is je grief?"

'Het debat over racisme krijgt hiermee een impuls. Over dit onderwerp moet een publiek debat worden gevoerd'
Hoogleraar immigratierecht Peter Rodrigues