Alles over het WK wielrennen in Ponferrada (21-28 september)

• Nieuws
• Programma
• Parcours
• Deelnemerslijst

‘Ik had eigenlijk gehoopt dat we iets meer volk gingen meekrijgen toen we onze uitval plaatsten, maar dat was dus niet het geval’, begon Greg Van Avermaet. ‘De jongens die mee waren werkten wel goed mee en dus kon ik er vandaag zelfs een doorgedreven training van maken. Op het einde kwam het peloton wel dicht en uiteindelijk was ik toch blij dat ik kon sprinten voor de eindzege en die dan nog pakken ook.’

‘Ik heb op tien kilometer van de eindmeet een demarrage geplaatst. Daardoor werd onze kopgroep verder uitgedund tot vijf man en konden we zo uit de greep van het peloton blijven. Dat ik klaar ben voor het wereldkampioenschap? Dat denk ik wel. Ik was woensdag ook al sterk. Het is mentaal altijd een opsteker naar een grote koers te trekken met twee overwinningen op een week tijd. Bovendien ben ik geen veelwinnaar. Ik hoef niet veel meer te doen nu. De vorm is er. We zien wel hoe het zondag allemaal verloopt.’

Van Der Sande: ‘Er zat niet meer in’

Tosh Van Der Sande (Lotto-Belisol) moest enkel Greg Van Avermaet voor zich dulden. ‘Er zat vandaag niet echt veel meer in dan deze dichtste ereplaats’, vertelde Van der Sande zaterdag.

‘We waren voor de wedstrijd in de ploeg tot een akkoord gekomen dat wie deel zou uitmaken van een vroege vlucht een beschermde rol zou krijgen. Ik was al mee met de eerste aanval van de dag. Onze kopgroep was toen echt veel te groot om een vrijgeleide te krijgen. Bij een tweede versnelling sprong ik opnieuw mee en dan kregen we wel de goedkeuring van het peloton om vooruit te blijven. Het zou een zeer lange vlucht worden die zou standhouden tot op het einde, maar dat wisten we toen nog niet. Iedereen draaide heel goed mee bij onze groep. Vooral Greg Van Avermaet was bijzonder sterk en op het einde bleven we nog met vijf renners over. Ik hoopte stiekem dat ik Van Avermaet zou kunnen kloppen in de sprint, maar ik kreeg in de slotmeters krampen waardoor ik tevreden moest zijn met de dichtste ereplaats.’

‘Ik reed gisteren ook al het Kampioenschap van Vlaanderen en die koers zat zeker nog in mijn benen. Eigenlijk stond ik zowel voor Koolskamp als voor deze wedstrijd als reserve aangeduid en ik had donderdag al een doorgedreven training ingelast.’