Direct naar artikelinhoud

Excuses Veiligheidsraad voor genocide Rwanda

De VN-Veiligheidsraad heeft excuses aangeboden voor de weigering van de raad om te erkennen dat zich in 1994 in Rwanda een volkerenmoord voltrok. Colin Keating, de man die voorzitter was van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties in april 1994, verontschuldigde zich dat de raad niets heeft gedaan om de slachting te stoppen.

Voormalig hoofd van de Veiligheidsraad Colin Keating.

In de Veiligheidsraad werd woensdag herdacht dat twintig jaar geleden in Rwanda in 100 dagen tijd zeker 800.000 mensen om het leven kwamen. Keating gaf toe dat het geruime tijd duurde voordat de Veiligheidsraad sprak over genocide. Mede door daadkrachtig optreden van de VN-commandant in Rwanda, Romeo Dallaire, werd de raad uiteindelijk met de neus op de feiten gedrukt.

Alerter reageren
De Nieuw-Zeelander Keating drong er bij de raad op aan om alerter te zijn op mogelijke genocide en meer werk te maken van diplomatieke pogingen dit te voorkomen. Volgens hem werden de gebeurtenissen in Rwanda wekenlang omschreven als het oplaaien van een burgeroorlog. 'De massale slachting onder burgers werd niet doorgegeven aan de raad.'

De Rwandese VN-ambassadeur Eugène-Richard Gasana zei dat de 'systematische afslachting van mannen, vrouwen en kinderen werd uitgevoerd voor het oog van de internationale gemeenschap. 'De genocide tegen de Tutsi's laat nog eens duidelijk zien dat de preventiemethoden van de VN compleet faalden', aldus de diplomaat.

Nog lange weg te gaan
Gasana wees er bovendien op dat de 'huiveringwekkende' beelden uit de Centraal-Afrikaanse Republiek, Syrië en Zuid-Sudan voor veel mensen het bewijs zijn dat de VN nog een lange weg te gaan hebben.

De Veiligheidsraad nam na afloop unaniem een resolutie aan waarin alle landen worden opgeroepen 'zich opnieuw te verbinden aan het voorkomen en bestrijden van genocide'.