Het aantal lopers in Vlaanderen is de laatste jaren gestegen en is zelfs groter dan het aantal Vlamingen die voor competitiesport kiezen. Zo’n 19 procent van de Vlamingen tussen 12 en 75 jaar gaan minstens één keer per jaar lopen. ‘Slechts’ 16 procent van hen kiest voor competitiesport.

Flexibel en goedkoop

Maar niet enkel in Vlaanderen is lopen populair. Ook in de rest van Europa kiest men vaak voor deze sport. Het succes is volgens de onderzoekers makkelijk te verklaren: je hoeft ja als jogger niet noodzakelijk aan te sluiten bij een club, het is gezond en flexibel. Een drukbezette man of vrouw kan tijdens de middagpauze snel een paar kilometer gaan lopen. Vlamingen worden ook gemotiveerd door programma’s zoals Start To Run en het feit dat er in veel gemeentes loopparcours beschikbaar zijn. Daarnaast is de sport ook - relatief - goedkoop. De gemiddelde loper geeft jaarlijks 217 euro uit aan onder meer een outfit, vervoerskosten en een drankje met de vrienden na de loopsessie.

Volhouders

De studie toont nog aan dat vooral mannen en vrouwen met een hoger diploma - letterlijk - de benen nemen. Het gaat over zo’n 42 procent om precies te zijn. Volgens de vorsers zou de loopbranche er goed aan doen om ook mensen die niet in het bezit zijn van een hoger diploma te stimuleren om te lopen. Eén ding is alvast zeker: het onderzoek toont aan dat we het lopen goed volhouden. Een analyse van de twintig Belgische loopwedstrijden bewijst dat er steeds meer mensen de meet halen. In 2002 kwamen 50.000 mensen aan, in 2012 waren dat er al 120.000.