Boeken per canon - Lucas Vanclooster

Tot een jaar of 20 geleden was ik een fervent filmliefhebber. Bepaalde weken leek het of ik in het heerlijke Filmmuseum, nu onderdeel van Bozar in Brussel, woonde. Maar tot zowat 1995 volgde ik ook nog vrij trouw de nieuwe films. En ik praatte vaak over cinema. Het viel vrienden op dat ik dikwijls zei dat een of andere film zeker in de top 10 aller tijden thuishoorde, de canon dus. Maak dan eens die ultieme, noodzakelijke top 10! zei iemand. Ik nam de uitnodiging aan, koos 1 prent per regisseur en kwam aan 60.

3 X 17 = 51

Onder impuls van belangrijke en verstandige commissies en academies is nu een canon gemaakt van 51 Nederlandstalige boeken, leuk getal overigens, 3 maal 17, voor de Vlaamse lezer . Auteur Erik Vlaeminck, de voorzitter van die werkgroep, haastte zich om te beklemtonen dat het niet om een dwanglijst noch een index gaat, maar dat hij het onderwijs, het bibliotheekwezen en de culturele sector in de brede betekenis van het woord wil helpen. Hoe dan wel, bleef onduidelijk.

Vlaeminck voegde er nog aan toe dat de oudste tekst, Sente Servas, van Hendrik van Veldeke, die eind 12de eeuw in de Duits-Limburgse grensstreek woonde en werkte, zich nog prima leent voor hedendaags theater. Op het feest van de bekendmaking van de canon, in Beauvoorde, bekend van de pâtés, bracht Tom Lanoye, met Sint-Niklase tongval de laatste bladzijden uit Max Havelaar van Edward Douwes Multatuli Dekker ten gehore, misschien wel het mooiste en belangrijkste boek van onze letterkunde, geschreven in Brussel eind 19de eeuw.

De Boekenlijster

Het verbaasde mij dat Lanoye deelnam aan dat feest, niet omdat hij zelf niet in de canon staat, maar omdat ik had verwacht dat hij niet van dat soort lijsten of van deze specifieke vreemde opsomming zou houden. Met zijn Multatuli-lezing wilde hij een link leggen met de Griekse crisis. Nja, hopelijk sorteert dat meer effect dan de Max Havelaar zelf. Na dit striemende en sublieme anti-koloniale meesterwerk hebben de Nederlanders nog 80 jaar huisgehouden in wat zij Indië noemden, en gaven Indonesië maar na een bloedige oorlog in 1949 de onafhankelijkheid.

Er zijn een paar opvallende merkwaardigheden aan de canon. Tom Lanoye ontbreekt omdat hij nog niet dood is. En omdat zijn belangrijkste werken na 1990 verschenen. Dood én van voor 1990. ‘En’ , niet ‘of’…Het zijn zware criteria. Bij de almaar groeiende lijst van muzikale Tijdloze Honderds zou ik soms wensen dat er een tijdslimiet is om te vermijden dat de trend van de dag al binnensluipt.

Maar ‘dood en voor 1990’ is te stringent. Leg de grens op 2000. Dead or alive. Dan maken de generatie Lanoye-Mortier-Hertmans en hun Nederlandse tegenvoeters al een kans. Je wil toch ook de jeugd een beetje bereiken met de canon?

De Gezusters Loveling-straat

Er zijn vijf vrouwen gekozen: Hadewych, Anna Bijns, Vasalis, Ida Gerhardt en Hella S. Haasse. 10 procent dus. Dat is normaal, zeker voor 1990 waren er minder vrouwelijke dan mannelijke auteurs, of tenminste, de uitgevers zagen in hun werk geen brood.

Ik mis pijnlijk één naam en het zouden meteen twee tantes in een klap kunnen zijn: de gezusters Loveling. Met haar magistrale, moedige, onlangs opnieuw uitgegeven dagboek over de eerste wereldoorlog-het beste wat je over 14-18 kan lezen- is Virginie Loveling overigens hoogst actueel.

Nieuw met Stip

De lijst kan wel nog veranderen, zeggen de initiatiefnemers, elk jaar is er een klein en om de drie jaar een ingrijpend onderhoud; boeken kunnen dus verdwijnen of verschijnen. Dat lijkt interessant en spannend. Maak daar een gebeurtenis van aub!! Ook dode schrijvers raken wel eens opnieuw in de mode, omdat ze een rond getal oud zijn, of omdat iemand een verrassende biografie heeft geschreven, of omdat een thema opeens hedendaags wordt.

Over een paar jaar zal Claus wellicht maar één notering meer hebben. Moeilijke keuze: blijft dan ‘De Oostakkerse gedichten’, of ‘Het Verdriet van België’? Joost van de Vondel is de andere auteur met twee werken. En er was al voor de voorstelling een aanpassing: dankzij zijn goed getimed overlijden kreeg Geerarts Gangreen 1 in de lijst.

O jee, Walter leeft nog

Wat het meest opvalt is dat de helft van de lijst bestaat uit boeken van voor 1850. Daar zitten uiteraard essentiële werken bij, we moeten ‘Van den Vos Reinaerde’ zeker blijven lezen, maar dat geldt toch niet echt voor enkele andere, ik denk aan ‘Walewein’ en ‘Het Antwerps Liedboek ‘uit 1544. Conscience kan voor mijn part, maar dan ‘Baas Gansendonck’, niet ‘De Leeuw van Vlaenderen’.

Voor mijn part mag de lijst vooral langer worden, 55 bij voorbeeld, 5 maal 11, toch ook mooi, en voeg er alvast Jan Wolkers en Walter van de Broeck bij. O nee, die leeft nog.
 

Oeke Roeke Goeie Boeke

Uiteraard overheerst het zuivere proza, en dan vooral de romankunst, met bijna 20 op de 51 boeken. Poëziebundels komen 11 keer voor. Helaas is er niets van Annie M.G. Schmidt en Thea Beckman bij, die toch heelder generaties Vlamingen hebben leren genieten van woorden. Het gezin van Paemel is de enige echte theatertekst. Da’s heel weinig. Zeker 10 van die heel oude boeken bewegen zich wel in het grensgebied van poëzie en toneel.

Ik zou opteren voor drie canons: proza, poëzie en theater, in een verdeling van 30-20-5…En misschien een paar essays, het verzameld werk van Johan Anthierens is toch ook magnifieke literatuur! Zou een canon van auteurs niet interessanter zijn dan een boekenlijst?

Maar goed, een boek op de lijst kan de potentiële lezer ook tot andere uitgaven van dezelfde schrijver verleiden. Van ‘Karakter’ van Bordewijk naar ‘Bint’, om maar één geval te noemen. Cyriel Buysse heeft naast toneel verdraaid ook fantastisch en historisch erg belangrijk proza gefabriceerd. En ‘Vrijdag’ van Claus is een mijlpaal in onze theatergeschiedenis.

Beste mensen, niets moet alles kan. Leef en lees er op los. De enthousiaste lezer heeft geen officiële tips nodig, die gaat zelf op zoek in heden en verleden. Blijf dat vooral doen. Wat mij opvalt is dat er in de bibliotheken nauwelijks nog boeken van voor 1990 zitten. Als de canon alleen daaraan al iets kan doen, welaan dan.

(De auteur is VRT-journalist.)

Meest gelezen