Direct naar artikelinhoud

Moet Nederland nu meer of minder aan de EU afdragen?

Een hogere bijdrage van Nederland aan de Europese Unie is een voldongen feit waar 'helemaal niets aan te veranderen is', zei VVD-Kamerlid Mark Harbers vanmiddag tijdens een debat in de Tweede Kamer. Vanochtend wist de Telegraaf al te melden dat het kabinet vreest voor een extra bijdrage van 300 miljoen euro. Minister Dijsselbloem (Financiën) ziet het allemaal zonniger in; volgens hem zijn er ook meevallers te verwachten.

Minister Jeroen Dijsselbloem van Financiën staat de pers te woord op het Binnenhof.Beeld anp

Door een nieuwe internationale methode voor de berekening van de omvang van een economie (bruto binnenlands product, bbp) moet Nederland meer gaan afdragen aan de Europese Unie. Met de nieuwe methode valt het bbp van Nederland hoger uit. De bijdrage wordt bepaald als percentage van het bbp.

Naast deze tegenvaller zijn er echter ook meevallers voor Nederland te verwachten, zei Dijsselbloem vandaag in de Kamer. Hij verwacht dat de som van mee- en tegenvallers positief zal zijn, maar definitieve cijfers kan hij pas op Prinsjesdag geven.

Nederland kan rekenen op meevallers omdat onze economie zich ten opzichte van de ramingen slechter ontwikkelde dan die in landen als Duitsland, Frankrijk en België. Waar de Nederlandse economie kromp, groeide die nog in andere landen. Dat betekent dat onze bijdrage in de totale EU-begroting daalt. Die correctie geldt voor de komende jaren en is dus een structurele financiële meevaller voor de schatkist, aldus Dijsselbloem.

Dijsselbloem herhaalde dat Nederland in elk geval geen naheffing krijgt op basis van de nieuwe rekenmethode. 'Het ene is een tegenvaller, het andere een structurele meevaller. De optelsom is een klein plusje zoals ik het nu zie', zei Dijsselbloem na het Kamerdebat.

Verfrissing bbp
De laatste internationale definitie van het bbp, dan heet het het Gross Domestic Product, is twintig jaar oud. Gezien de ontwikkelingen in die periode (denk aan internet) is het begrip aan verfrissing toe. Amerika heeft die al aangebracht en uiterlijk 1 september is ook Europa zo ver. Het gevolg is dat dan alle 28 EU-landen hun economie in één keer zien groeien, met gemiddeld 2,4 procent.

Nederland zit samen met Groot-Brittannië en Oostenrijk in het clubje waarvan de economie straks met 3 à 4 procent groeit.