Een eerste vaststelling is dat het aantal jongeren dat voortstudeert in het hoger onderwijs met 30 procent is toegenomen. Ook het aantal afgeleverde diploma's is toegenomen, evenals het studierendement. Maar studenten nemen wel minder studiepunten op, van afgerond 56 naar 50. Het aantal verworven studiepunten is eveneens afgenomen, van 42,8 naar 38,77. Als gevolg daarvan stelt de betrokken werkgroep vast dat de gemiddelde studieduur is verlengd.

Van de studenten die in 2006 aan hun bachelor begonnen, haalde respectievelijk 33,6 procent (bij de professionele bachelors), 29 procent (bij de academische) en 30 procent (in de kunstopleidingen) in drie jaar zijn of haar diploma. Bij wie in 2009 begon, was dat teruggevallen naar respectievelijk 30,6, 27,6 en 25 procent. De gemiddelde studieduur ligt nu tussen de drie en de vier jaar.

De minister van Onderwijs, Hilde Crevits (CD&V), heeft aan de universiteiten en hogescholen gevraagd om voorstellen te formuleren om de ­flexibilisering terug naar haar ­essentie te brengen. Dat zou ook een besparing en een ­vermindering van de ­administratieve druk met zich moeten meebrengen.

‘Een denkspoor is om eerstejaars die geen 20 van de 60 studiepunten vergaren, te verbieden het nog eens opnieuw te proberen’, stelt Didier Pollefeyt, vicerector onderwijs aan de KU Leuven. ‘We ­moeten de discussie nu ­voeren en de nieuwe maatregelen in 2015-2016 invoeren. De slaagcijfers van de eerstejaars zijn te pover.’