Meer dan één miljoen Syrische vluchtelingen vluchtten naar buurland Libanon. Ze maken er intussen ruim 20 procent van de bevolking uit. De meeste vluchtelingen leven er in niet-officiële kampen of geïmproviseerde onderkomens.

De Croo paste donderdag zijn programma aan om een bezoek te brengen aan een verlaten supermarkt waar negen Syrische gezinnen onderdak vonden. Elk van hen huurt een deel van de vochtige, donkere ruimte voor 100 dollar per maand. Ze kwamen weliswaar legaal in Libanon aan, maar beschikken niet langer over een verblijfsvergunning omdat ze documenten noch geld hebben om de vergunning te vernieuwen. Het VN-vluchtelingenbureau UNHCR trekt geld uit om de enige badkamer in het gebouw te renoveren. België draagt jaarlijks 7,5 miljoen euro bij aan het budget van UNHCR.

Verblijfsvergunning

Eerder op de dag had De Croo een ontmoeting met premier Tammam Salam en minister van Sociale Zaken Rachid Derbas. De Belgische vicepremier wees erop dat vermeden moet worden dat vluchtelingen in de illegaliteit belanden. Ze moeten administratief en financieel zware procedures afwerken om een verblijfsvergunning te regelen of toegang te krijgen tot de arbeidsmarkt. “De mogelijkheid om te werken is de enige manier voor deze vluchtelingen om een leven op te bouwen en zich deel van de samenleving te voelen”, zei De Croo.

De Croo had het met zijn Libanese gesprekspartners ook al over de rol die Libanon zou kunnen spelen wanneer het Syrische conflict op een dag ten einde zou komen. Het buurland kan zich al voorbereiden door investeringen te doen, onder meer in de transportinfrastructuur, met het oog op de heropbouw van Syrië, zo meent de Belgische minister.