© Patrick Hattori

Tijdreis naar de belle époque in Kapelse B&B Villa Acacia

De Smoldersklok, het Mastenbos en het Beukenhof mogen dan de moeite waard zijn, veel is er voor toeristen niet te beleven in Kapellen. En toch draait Villa Acacia, de B&B van Chris Wouters, al 12 jaar op volle toeren. Het schitterende belle époquehuis ligt pal in het steeds drukkere centrum, maar is toch een oase van rust.

patrick vincent

© Patrick Hattori

Wat: Villa Acacia

Gastheer: Chris Wouters (59)

Waar: Bevrijdingslei 3, in het centrum van Kapellen

Capaciteit: Drie kamers (waarvan 1 zonder sanitair, voor meereizende kinderen) en een volledig appartement.

Info:villa-acacia.be

In het gastenboek van Villa Acacia noteerde een recente klant: ‘Tien jaar na de eerste huwelijksnacht nog eens terug in de gezellige rode kamer. Alle leuke herinneringen kwamen meteen terug.”

“Leuke herinneringen? Dat zal wel.” Chris Wouters lacht breed. Het is makkelijk voor te stellen welke romantische gevoelens de rode kamer van zijn B&B oproept bij een koppel dat iets te vieren heeft. In zijn prachtige villa uit de belle époque runt hij ondertussen al 12 jaar deze B&B. “Het dorpshotel van Kapellen”, zegt hij zelf. “Googel ‘hotel’ en ‘Kapellen’ en je krijgt Villa Acacia als eerste te zien. Ook al bieden wij geen hotelservice. Wie hier een overnachtingsplek zoekt, komt bijna automatisch bij ons uit.”

© Patrick Hattori

Chris was meer dan twintig jaar fotograaf voor week- en maandbladen, maar kort na de eeuwwisseling raakte hij wat uitgekeken op de fotografie. “Ik had toen al het idee om een B&B te openen, maar eerder in het zuiden van Frankrijk. Ik had zelfs een optie op een pand in de buurt van Carcassonne. Maar toen ontmoette ik Nathalie.”

Nathalie bleek de liefde van zijn leven te zijn en zij zag Frankrijk niet meteen zitten. “Toen Nathalie zwanger raakte, gingen we op zoek naar een huis voor ons twee. We vonden deze villa, in het begin van de twintigste eeuw gebouwd als lusthof door de Antwerpse familie De Beuckelaer. Maar de prijs was een stuk boven ons budget. Ik verwachtte er niks meer van, maar toen ik maanden later op reportage was in Duitsland, kreeg ik telefoon van de makelaar. “Ben je nog altijd geïnteresseerd voor de prijs die je hebt geboden?” vroeg hij. Bleek dat er een echtscheiding in het spel was en dat het snel moest gaan. We hebben niet getwijfeld. Ik heb vier maanden verbouwd, veel zelf gedaan: nieuwe ramen, chauffage, elektriciteit. Op 23 november 2003 zijn we verhuisd, drie dagen later is onze zoon Seppe geboren, een maand te vroeg. Er stond nog een honderdtal onuitgepakte dozen.”

Twee Libiërs

De eerste klant kwam in mei 2005. Chris en Nathalie verhuurden één kamer, op dezelfde gang als hun eigen slaapkamer en die van hun zoon Seppe. “Dat werkte niet, we hadden geen privacy meer. Wij zijn elders in huis gaan slapen, zelfs een maand op een uitklapbed in de inkomhal. En doordat onze kamers vrij kwamen, hadden we dat eerste jaar al meteen drie gastenkamers. Dat marcheerde goed. Korte tijd later ben ik gestopt met mijn werk als fotograaf. De combinatie was niet meer vol te houden.”

© Patrick Hattori

Twaalf jaar na de eerste klant is er nog altijd veel leven in Villa Acacia, en niet alleen omdat Seppe, 13 ondertussen, er 7 jaar geleden nog een broer bij kreeg, Jef. Ook de klanten blijven toestromen. Chris onderscheidt drie groepen. “Een groep passanten, mensen op weg naar of van hun vakantie, vaak Nederlanders. Of mensen die in Antwerpen geen plaats meer vinden. Dan heb je de zakenmensen die ’s ochtends vroeg bij lokale bedrijven of in de haven moeten zijn en die niet vast willen zitten op de ring. En ten slotte heb je de mensen die in Kapellen of in de buurt uitgenodigd zijn voor een feest of familiebezoek. We liggen ook op maar 5 minuutjes stappen van het station­. Met de trein sta je op een kwartier in het centrum van Antwerpen, veel sneller dan met de auto.”

Ramadan

In zijn professionele leven heeft Chris veel gereisd. “Ik ging naar de wereld, nu komt de wereld naar mij”, zegt hij met een kwinkslag. “Soms vraag ik me af hoe pakweg twee Libiërs in godsnaam bij mij in Kapellen verzeilen. Maar ik vind het geweldig leuk. Ik vind dat mijn gasten hier met een aangenaam gevoel moeten vertrekken. Heel dikwijls lukt dat vanzelf. De meeste mensen die hier komen, kennen hun wereld. Soms moet je heel hard aan de kar trekken. En er zijn ook mensen met wie het niet klikt, maar dat probeer ik niet te laten merken. Ook zij moeten met hetzelfde gevoel buitengaan. In die twaalf jaar heb ik maar één keer iemand moeten vragen om het pand te verlaten. Die klaagde over alles: dat zijn kamer te klein was, dat hij niet met een betaalkaart kon betalen, dat er te veel lawaai was en – het toppunt – dat hij om 1u ’s nachts niets kreeg om te eten. Hij had voor twee nachten geboekt, maar bij het ontbijt heb ik hem gezegd: het is beter dat je vertrekt! Pas op, dat wil niet zeggen dat we geen extra efforts doen. Vorige maand logeerde er een Fransman bij ons. Toen ik hem vroeg wanneer hij wilde ontbijten, zei hij dat hij geen ontbijt wilde, want hij was een moslim en tijdens de ramadan mocht hij niet meer eten na zonsopgang. Toen heb ik voor die man rond middernacht nog een grote omelet gemaakt.”

In de villa is een strikte afscheiding tussen de gastenruimtes en de privévertrekken. Maar toch zie je overal de sporen van het leven van Chris en Nathalie: oude familiefoto’s, antieke klokken, kasten en spiegels, merkwaardige camera’s uit een ver, analoog verleden en foto’s uit het oeuvre van de gastheer zelf. Het gebouw zelf is zo fotogeniek dat ze er al verschillende keren zijn komen filmen. “Reclamespots zijn hier gedraaid, maar ook scènes voor de tv-serie Los Zand met Matthias Schoenaerts en Koen De Bouw. Onze rode kamer moest toen een hotelkamer in Namibië voorstellen.”

© Patrick Hattori

Veertig ramen

Hij lacht en neemt ons verder mee naar boven naar een volledig gemeubileerd dakappartement met salon, een slaapkamer, een grote keuken en zicht op de lichtmasten van het Jos Van Wellen Stadion in de verte. “De verbouwing heeft me mijn rug gekost”, zegt Chris. “Maar ik verhuur het appartement vaak voor langere termijn: Een Duitser die tijdelijk in de haven voor een chemisch bedrijf werkte, heeft hier negen maanden gelogeerd, maar ook een gezin uit Kapellen zelf dat hier kwam wonen tijdens de verbouwingen van hun eigen huis.”

Ondanks die gehavende rug, werkt hij naarstig voort. Vlak voor de zomervakantie schilderde hij nog een hoop houten ramen van de villa, die er veertig telt. “Je hebt nooit gedaan met zo’n oud huis, hè”, zegt Chris. “We hebben bovendien ook een grote tuin. In de zomer kan ik het me niet permitteren om die twee weken te laten liggen. Ik heb het eens uitgerekend. Per week zijn we tussen de 50 à 60 uur aan het werk, zaterdag en zondag inbegrepen. Het is dus meer dan een fulltime job. Als je het per uur berekent, word je niet rijk van deze stiel, maar met drie kamers is het wel interessant genoeg. Bovendien is het grote voordeel dat ik altijd thuis ben. We hebben zelden opvang moeten zoeken voor Seppe en Jef. Ik zie onze zonen opgroeien. Hoeveel vaders kunnen dat zeggen?”

Een clandestiene nacht

Nathalie heeft elders een voltijdse job en is volop aan het studeren voor haar diploma om les te geven. Maar waar ze kan, springt ze in. “Het is nu eenmaal makkelijker om een bed met twee op te dekken”, zegt Chris. “We doen het nu wel rustiger aan dan in onze beginjaren. Toen bleef Villa Acacia 365 dagen open. Nu sluiten we af en toe een weekend.”

Veel gasten komen tegenwoordig via de website Booking.com. Gebruiksvriendelijk, dat wel, maar met hun commissie ook duur. En soms krijg je ongewenste neveneffecten. “Als iemand uit pakweg Sri Lanka of Oekraïne voor twee weken via die site aan de volle pot boekt, wéét ik ondertussen dat hij de kamer later ook gaat annuleren. In veel landen hebben mensen namelijk zo’n boekingsbevestiging nodig om een reisvisum te krijgen van de ambassade. Ik weet dus dat ze zullen annuleren, maar ondertussen kan ik die kamer niet aan iemand anders verhuren. Dat is vervelend.”

© Patrick Hattori

Ook vervelend was de kerel die ooit een nacht kwam aanzetten met een veel jongere vrouw. Toen hij de volgende ochtend vertrok, reed hij door een stom manoeuvre de toegangspoort kapot, zonder er iets van te zeggen tegen Chris, die er op dat moment niet was. “Toen ik de schade zag, vond ik overal glas van autolichten. Hij was de enige klant geweest die dag, dus belde ik hem op. Eerst ontkende hij, maar uiteindelijk gaf hij toch toe dat hij het geweest was. Ik stelde voor om de schade te regelen via zijn verzekering, maar toen begon hij te panikeren. Dat mocht zéker niet gebeuren. Hij is alles hier cash komen betalen. Niemand mocht weten dat hij hier een nacht met dat meisje had doorgebracht. Ik zat zelf ook zeer verveeld met de zaak, want als Villa Acacia één ding niet is, is het een rendez-voushuis.”