Uit de analyse van Wasink blijkt dat wie een tafeltje aan het raam of in een goed verlichte ruimte verkiest, vaker gezonde gerechten zal bestellen. Wie in een donker hoekje van het restaurant gaat zitten, heeft de neiging om voor een zwaardere maaltijd te kiezen.

Volgens de psycholoog speelt de ingang van een restaurant ook een cruciale rol: wie ver van de deur plaatsneemt, eet doorgaans minder slaatjes en meer desserts. Mensen die vlakbij de bar gaan zitten, drinken dan weer meer alcohol in de vorm van pintjes en cocktails. Wie vlakbij een televisiescherm zit, opteert vaker voor gefrituurd eten. Een hoge stoel bij de bar blijkt een redelijk gezonde optie: hier worden meestal slaatjes gegeten en minder desserts besteld.

Wasink denkt te weten hoe de vork precies in de steel zit. Hoe donkerder de omgeving, hoe minder je kan zien welke ongezond eten je opeet. Hoe lichter de ruimte, hoe meer mensen kunnen zien hoe je eruit ziet en hoe beter je er wil uitzien. Een televisie brengt je in de war, waardoor je het eerste vraagt waar je aan denkt. Wie aan de toog hangt, is er dan weer van overtuigd dat veel drankjes er gewoon bijhoren. Maar de bar heeft ook een voordeel: door de hoge krukken ga je rechtop zitten, wat je een gevoel van kracht geeft en er dus ook voor zorgt dat je gedisciplineerde keuzes maakt.