Zo’n 300 overlevenden van Auschwitz zijn in het voormalige naziconcentratiekamp samengekomen om de bevrijding ervan, vandaag zeventig jaar geleden, te herdenken. Ook verschillende staatshoofden woonden de plechtigheid bij. Overlevenden riepen op om te leren uit de gruwel.

De herdenkingsplechtigheid vond plaats in het voormalige naziconcentratiekamp in het zuiden van Polen, waar tussen 1940 en 1945 1,1 miljoen mensen, voornamelijk joden, zijn gedood. Een driehonderdtal overlevenden, voornamelijk zeventigers, woonden de plechtigheid bij. Verschillende staatshoofden en regeringsleiders waren aanwezig, onder wie de presidenten van Duitsland, Polen, Frankrijk en Oekraïne, maar ook onze koning Filip en koningin Mathilde.

'Zeventig jaar na datum zit de dagelijkse gruwel nog steeds in mijn geheugen gegrift', getuigde voormalig kampgevangene Roman Kent, die impliciet ook verwees naar de verschillende gewapende conflicten in de wereld en de recente opflakkering van antisemitisme in Europa. 'Het volstaat niet dat we deze gruwel niet vergeten, het is cruciaal dat we handelen.'

'Het is onze gemeenschappelijke plicht - van de overlevenden en de wereldleiders - om ervoor te zorgen dat iedereen begrijpt wat er gebeurt als vooroordelen en haat de kans krijgen te bloeien', besloot Kent.

Poetin afwezig

Een opvallende afwezige was de Russische president Vladimir Poetin. Sinds de annexatie van het Oekraïense schiereiland bij Rusland staan de relaties met het Westen gespannen. Vooral Polen was erg kritisch voor het Russische beleid in Oekraïne. Er is wel een Russische delegatie aanwezig.

Auschwitz is tot een van de meest schrijnende symbolen van de Holocaust uitgegroeid, waarin zes miljoen joden zijn omgekomen. Auschwitz-Birkenau werd op 27 januari 1945 bevrijd door het Rode Leger. Twee jaar later werd het een museum.

Op de vooravond van de herdenking zei de Duitse bondskanselier Angela Merkel dat de Duitsers een niet-aflatende verantwoordelijkheid hebben om alle vormen van antisemitisme en racisme te bestrijden.