© rr

1 / 2
thumbnail: null
thumbnail: null

Mechelse (16) als baby al in België, nu plots land uitgezet

Een 16-jarig meisje uit Mechelen dat sinds haar vier maanden in ons land woont, naar school gaat en perfect geïntegreerd is, wordt binnenkort onverbiddelijk naar Kosovo – haar land van herkomst – uitgewezen. In een dagboek beschrijft het meisje hoe bang ze is voor haar repatriëring. “Ik ben nog nooit in Kosovo geweest en ken de taal niet. Wat heb ik misdaan?”

Marc Klifman, Hannes Cattebeke

Al sinds ze een baby was, woont Djellza B. met haar ouders en broer in ons land. Ze leerde lezen en schrijven op school in Mechelen. Ze bouwde hier haar vriendenkring uit. Ze spreekt beter ­Nederlands dan haar Brusselse advocaat. En ze studeerde voor verpleegster om hopelijk ooit in een ziekenhuis aan de slag te kunnen. “Een plichtbewust, respectvol meisje dat zeer goed geïntegreerd is”, omschrijft haar schooldirecteur haar. “Een uitwijzing zou mensonwaardig zijn.”

Toch lijkt de toekomst voor ­Djellza B. plots helemaal anders uit te draaien. Op 8 augustus werd ze thuis door de politie opgepakt een meegenomen naar een instelling in Zulte, in ­afwachting dat ze naar Kosovo wordt uitgewezen. “Ik zat te ontbijten en met de kat te spelen toen plots de politie voor de deur stond”, beschrijft Djellza in haar dagboek dat ze vanuit de instelling schrijft, bang voor haar repatriëring. “Wij zijn van de politie, zeiden de agenten. We hebben het bevel gekregen van Dienst Vreemdelingenzaken om jullie op te pakken. Deze zin maakte me zo bang. Ik vroeg me af wat ik verkeerd had gedaan.”

Nooit in Kosovo geweest

Djellza beschrijft in haar dagboek uitvoerig hoe ze van de agenten nog snel wat ondergoed en persoonlijke spulletjes op haar slaapkamer mocht halen, om daarna tijdens een bange rit weggeleid te worden naar haar onzekere toekomst. Terug naar Kosovo, haar land van herkomst. Een land waar ze nooit eerder geweest is. “Tijdens die rit voelde ik een woede opkomen”, schrijft Djellza vol onbegrip. “Mijn ­ouders zijn gevlucht voor oorlog, ­geweld en armoede. Ik was vier maanden oud toen ik in België toekwam. Mijn ouders zijn correcte mensen, hebben altijd gewerkt en kregen nooit één boete. Waarom moet ik ‘terug’?”

Sinds Djellza en haar familieleden zestien jaar geleden naar ons land verhuisden, beschikten ze nooit over geldige verblijfspapieren. Ze vroegen de voorbije jaren twee keer een humanitaire regularisatie aan, maar dat werd telkens afgewezen. De Dienst Vreemdelingenzaken bevestigt dat er een uitwijzingsbevel tegen het gezin werd uitgeschreven. “Ze moeten het land verlaten wegens langdurig illegaal verblijf en veel negatieve procedures”, was het enige wat Freddy Roosemont, directeur Dienst Vreemdelingzaken over de zaak kwijt wilde.

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

MEER OVER