Direct naar artikelinhoud
Energiebesparing

Speelt minister Bart Tommelein dubbel spel?

Vlaanderen staat op rem voor Europees klimaatdoel

Vlaanderen maakt in Europa voorbehoud tegen een ambitieus klimaatdoel voor energiebesparing. Dat terwijl energieminister Bart Tommelein (Open Vld) altijd onderstreept hoe belangrijk een laag stroom- en gasverbruik is. Speelt de liberaal dubbel spel?

Op Europees niveau wordt momenteel gedebatteerd over de nieuwe klimaatdoelen richting 2030. Een van de belangrijkste discussiepunten is het doel voor energiebesparing. Er liggen drie mogelijkheden op tafel: een vermindering met 27 procent, met 30 procent of met 40 procent.

Het Europees Parlement bepleit de meest ambitieuze doelstelling: een vermindering van het stroom- en gasverbruik met 40 procent. De Commissie kiest een tussenpositie en is tevreden met min 30 procent. De Raad, de vergadering van alle lidstaten, wil niet verder gaan dan 27 procent.

Toch lijkt het Europees Parlement goede kaarten te hebben. De parlementairen krijgen immers steun van toonaangevende lidstaten zoals Duitsland, Frankrijk, Denemarken, Zweden en Ierland. Maar onder meer het Verenigd Koninkrijk, Polen, Bulgarije, Slowakije én België staan op de rem.

Studievoorbehoud

België heeft bezwaar aangetekend tijdens een EU-vergadering op 18 mei. Aangezien energiebesparing een regionale bevoegdheid is, zijn het de gewesten die samen de Belgische positie bepalen. Op 15 mei is die vastgelegd: ons land wil momenteel geen vermindering met meer dan 30 procent.

Dit standpunt is er gekomen onder impuls van Vlaanderen. "We hebben 'studievoorbehoud' gemaakt. Dit wil zeggen dat we meer onderzoek vragen naar de impact van een ambitieuzer doel op onze energie-intensieve bedrijven", reageert Margot Neyskens, de woordvoerder van energieminister Tommelein.

"In Vlaanderen hebben we veel energie-intensieve bedrijven – vooral in de chemiesector in de Antwerpse haven – die al gigantische inspanningen hebben gedaan op vlak van energiebesparing. Vraag is of nog eens een vermindering van 30 of 40 procent dan nog kan. Het moet haalbaar blijven", benadrukt ze.

'Hoe minder energie we verbruiken, hoe makkelijker we onze doelstellingen rond hernieuwbare energie halen. Bovendien besparen gezinnen en bedrijven dan meer, en wordt onze economie competitiever'
Benjamin Clarysse (BBL)

Onbegrijpelijk

De Bond Beter Leefmilieu (BBL) vindt dit onbegrijpelijk. "Hoe minder energie we verbruiken, hoe makkelijker het wordt om onze groene doelstellingen rond hernieuwbare energie te halen. Bovendien besparen gezinnen en bedrijven dan meer, en wordt onze economie competitiever", benadrukt Benjamin Clarysse.

"Voor elk procent extra energiebesparing zakt onze gasimport met vier procent, bespaart een huishouden 29 euro per jaar, daalt de schadelijke uitstoot met 0,7 procent en komen er meer dan 300.000 jobs bij in Europa." De voordelen van energiebesparing zijn onomstotelijk bewezen volgens BBL.

Dat erkent de Vlaamse regering ook. Tommelein laat geen kans onbenut om het belang van energiebesparing in de verf te zetten. Vorige week nog bij de langverwachte lancering van zijn 'Energievisie 2030-2050'. Het allereerste punt daarin is: "Vlaanderen blijft volop inzetten op energie-efficiëntie".

Minister Bart Tommelein (Open Vld).

"Daar blijven we uiteraard honderd procent achter staan", vervolgt zijn woordvoerder. "Maar in de Europese discussies gaat het ons nu specifiek om onze energie-intensieve bedrijven."

Vlaanderen wil nu dat de Europese Commissie de impact op de industrie herberekent. Als die te hoog blijft, is een apart systeem voor de energie-intensieve bedrijven een mogelijke oplossing volgens Tommelein.

Kleine marge

Blijft de vraag waarom Duitsland en Frankrijk wel ambitieus zijn? "Bij ons staat de industrie al ver op het vlak van energiebesparing, waardoor de marges klein zijn. In Duitsland en Frankrijk is nog meer oude industrie, waardoor er ruimte voor verbetering is", zegt Klaas Nijs van de Vlaamse bedrijvenkoepel VOKA.

Bond Beter Leefmilieu is niet overtuigd. De organisatie zegt dat er inderdaad al akkoorden zijn gesloten met de industrie over energiebesparing, maar dat die in de praktijk niet nageleefd worden omdat ze niet afdwingbaar zijn.