Coalitiepartners akkoord over verdeling Brusselse portefeuilles
Open VLD mag een viceminister-president leveren die bevoegd wordt voor Financiën en Begroting, Buitenlandse Betrekkingen en - samen met de minister-president - over het imago van Brussel.
De minister die SP.A mag leveren, krijgt de portefeuilles Openbare Werken en Transport en het Taxibeleid. CD&V krijgt een staatssecretaris die zich mag ontfermen over Informatica en Digitalisering, Gelijke Kansen, Dierenwelzijn, Ontwikkelingssamenwerking en Verkeersveiligheid.
De PS levert de minister-president en een staatssecretaris. Zij worden bevoegd voor Ruimtelijke Ontwikkeling, Stadsbeleid, Stedelijke Renovatie en Studentenzaken, de Brusselse Haven, Ambtenarenzaken en Administratieve Vereenvoudiging, Statistieken, Lokale Besturen en de financiering van stedelijke sportinfrastructuur, Toerisme, Properheid en Wetenschappelijk Onderzoek.
De FDF mag ook een minister en een staatssecretaris afvaardigen. Zij krijgen de portefeuilles Werk en Beroepsopleiding, Economie, Buitenlandse Handel en de Brandweer. CDH krijgt een ministerpost en mag zich ontfermen over Milieu, Natuurbehoud, Landbouw, Energie en Wonen.
De PS mag ook de voorzitter van het Brussels parlement leveren. De eerste ondervoorzitter wordt een SP.A'er.
Binnen het college van de Vlaamse Gemeenschapscommissie wordt Open VLD bevoegd voor Begroting, Onderwijs en Opleiding en Studentenzaken. SP.A krijgt Cultuur, Jeugd, Sport en Stadsbeleid onder haar hoede, terwijl CD&V Welzijn, Volksgezondheid, Gezinsbeleid en Gelijke Kansen krijgt. Een Open VLD'er krijgt de voorzittershamer in de VGC-Raad.