De feiten gaan al terug tot 2006. Ecclestone zou toen 44 miljoen dollar hebben overgemaakt aan bankier Gerhard Gribkowsky om ervoor te zorgen dat de Duitse bank BayernLB haar aandelen in de Formule 1 zou verkopen aan het investeringsfonds CVC. Waarom CVC? Dat fonds zou Ecclestone hebben gegarandeerd dat hij zijn job als commerciële baas van de Formule 1 ook na de overname zou kunnen behouden.

In 2012 werd bankier Gribkowsky veroordeeld tot 8,5 jaar cel wegens corruptie, misbruik van vertrouwen en fiscale fraude. Na anderhalf jaar voorlopige hechtenis en een proces dat acht maanden duurde bekende hij dat hij smeergeld ontvangen had van Ecclestone.

Smeergeld

Ecclestone zei op het proces dat hij gechanteerd was door de bankier. Het bedrag zou geen smeergeld maar ‘zwijggeld’ zijn geweest. De Duitse bankier zou ermee gedreigd hebben de miljardair bij de Britse belastingdienst aan te geven. ‘Ik ben in mijn leven al vaker bedrogen’, maar nog nooit op zo’n geraffineerde manier’, getuigde Ecclestone, die onschuldig pleitte.

Lange tijd probeerde de intussen 83-jarige miljardair nadien een regeling buiten de rechtbank te bekomen, maar vergeefs. Ecclestone wordt nu aangeklaagd voor omkoping en het aanzetten tot corruptie.

Synoniem

Als het tot een veroordeling komt, kan Ecclestone tot tien jaar cel krijgen. Dat zou meteen het einde van een tijdperk betekenen. Ecclestone en Formule 1 waren decennia lang zowat synoniemen.

Na de tweede Wereldoorlog reed hij zelf enige tijd als piloot in de Formule 3. In 1972 kocht hij het Brabham-team in de Formule 1. Drie jaar later richtte hij de Formula One Constructors Association (Foca) op met onder meer Frank Williams, Max Mosley en Colin Chapman. In een bittere strijd met Jean-Marie Balestre, voorzitter van de internationale automobielfederatie, slaagde hij erin de onderhandeling van tv-contracten naar zich toe te trekken, de springplank voor zijn latere fortuin.

Het vermogen van Bernie Ecclestone wordt op meer dan 3 miljard euro geschat.