Identificatieteam: 'We hebben last van CSI-complex'
De identificatie van de slachtoffers van de ramp met vlucht MH17 is een complexe, internationale operatie die veel tijd gaat kosten. Dat was de belangrijkste boodschap tijdens de persconferentie vanmiddag van het internationale identificatieteam.
Het hoofd van het Landelijk Team Forensische Opsporing (LTFO), Arie de Bruijn, legde uit dat zijn team veel tijd nodig heeft om alle informatie over de slachtoffers te vergaren. Dat moet vervolgens worden vergeleken met bevindingen na het onderzoek van de lichamen.
Volgens de Bruijn denken veel mensen dat, nu de eerste lichamen op Nederlandse bodem zijn, de identificatie een kwestie van uren is. 'We hebben last van het CSI-complex, het idee dat we binnen een kwartier dna zouden kunnen gaan matchen. Dat kan niet in één dag, dat kost gewoon tijd.' De Bruijn verwees naar de populaire Amerikaanse serie Crime Scene Investigation, waarin forensische experts doorgaans snel complexe misdaadpuzzels oplossen.
De realiteit is anders, zo vertelde De Bruijn. Een complicerende factor is dat veel informatie uit het buitenland moet komen. Ook daar zijn de zogenaamde familierechercheurs met de nabestaanden bezig om alle informatie (lichaamskenmerken, gebitsgegevens) te verzamelen. 'Dat is altijd lastig.' In Nederland zijn sinds de avond van de ramp meer dan tachtig familierechercheurs actief.
Match
Het identificatieteam is inmiddels begonnen met het analyseren van de eerste lichamen, die gisteren naar Nederland werden gebracht. Van elk lichaam worden de vingerafdrukken en wat dna afgenomen. Ook worden bijzondere uiterlijke kenmerken, zoals tatoeages, en de gebitsgegevens genoteerd. Deze gegevens worden vervolgens naast de door de familierechercheurs verzamelde gegevens gelegd. De Bruijn: 'Zodra er een identificatie is gaan de familierechercheurs naar de nabestaanden. Die zullen het altijd als eerste weten.' De officier van justitie moet de 'match' dan bevestigen. Daarna kan het stoffelijk overschot terug naar de familie.
Volgens De Bruijn is de taak van de familierechercheurs het zwaarst. 'De druk op hen is veel groter. Zij komen in aanraking met al het verdriet.'