Vlaamse struisvogelpolitiek - Hendrik Schoukens

Europa verplichtte Vlaanderen om tegen 2010 concrete natuurdoelen op te stellen voor de meest waardevolle natuurgebieden. Anno 2014 is het nog steeds wachten op de definitieve goedkeuring ervan door de Vlaamse regering.
opinie
Opinie
Bart Van Leuven

Met het vaststellen van de zogenaamde “instandhoudingsdoelen” dient Vlaanderen aan te geven op welke manier het zal garanderen dat de natuurgebieden terug hun ecologische rol kunnen opnemen. De gebieden maken deel uit van een Europees ecologisch netwerk, “Natura 2000” genaamd. Het moest hét vlaggenschip worden van het Europese natuurbeleid. Nu in ons versnipperde landschap héél wat bedrijven en landbouwers dicht bij dergelijke gebieden zijn gelegen, zorgen de natuurdoelen voor politieke hoogspanning. Het dossier lijkt over de verkiezingen te worden getild.

Vijf voor twaalf

Waarom zorgen de natuurdoelen voor zoveel commotie? Om dit te begrijpen is het voldoende even door een ecologische bril te kijken naar ons landschap. Vlaanderen is één van de regio’s met het minste natuur in Europa. Grote, aaneengesloten natuurgebieden zijn een zeldzaamheid. De bebouwde oppervlakte neemt nog steeds toe én zet de overblijvende natuur onder druk. Ook heel wat kleine landschapselementen (bv. heggen, poelen, …) zijn de voorbije decennia in snel tempo verdwenen. Een groot deel van Vlaanderen heeft de aanblik van een “ecologische woestijn”.

De officiële cijfers lijken dit te bevestigen. Slechts één derde van de dier- en plantensoorten die Vlaanderen op basis van de Europese natuurrichtlijnen dient te beschermen, bevinden zich in een gunstige staat van instandhouding. De toestand van vele soorten akkervogels oogt dramatisch. Van de habitats (bv. beukenbossen, schrale graslanden,…) bevindt méér dan twee op drie zich in een zorgwekkende toestand. In schooltermen: gebuisd over de gehele lijn. Er is nood aan meer én betere natuur.

Struisvogelpolitiek

Dat Vlaanderen en natuurbehoud géén perfect match zijn, was reeds langer duidelijk. De ambitieuze Groene Hoofdstructuur, die alle waardevolle natuurgebieden in Vlaanderen zou omvatten, is er nooit gekomen. Na protest van de landbouwsector diende onze natuur zich te redden met een fel afgezwakt Vlaams Ecologisch Netwerk (VEN). De weinig fijnzinnige betoging van plattelandseigenaars en boeren tegen de “groene regelneverij” in Gent, enkele weken voor de verkiezingen van 2003, was het symbolische hoogtepunt van het verzet tegen een ambitieus natuurbeleid.

Sinds 2003 is er niet zo gek veel veranderd. Natuur stond vaak op de laatste plaats van het lijstje met politieke prioriteiten. Het VEN is slechts ten dele gerealiseerd. Van de beoogde 150.000ha verwevingsgebieden, waar natuur naast andere functies (bv. recreatie) moet worden gevrijwaard, is slechts 2% effectief vastgesteld. Ook op andere vlakken is er weinig reden tot optimisme. Van de beoogde 33.400 beoogde extra natuur en bos werd deze legislatuur slechts 3.000 hectare gerealiseerd. De bosoppervlakte in Vlaanderen is de jongste jaren amper toegenomen. Het oogt allemaal weinig fraai.

Van consensus naar deadlock

De voorbije legislatuur groeide het besef dat het zo niet verder kon. Er bestond een algemene consensus dat stevig moest worden geïnvesteerd in het herstel van de natuur in de Europese Natura 2000-gebieden, die 12% van Vlaanderen omvatten. In 2010 werden de gewestelijke instandhoudingsdoelen vastgesteld, waarin werd aangegeven welke oppervlakte natuur en populaties van vogels en –dieren nodig waren binnen Vlaanderen om te voldoen aan de Europese verplichtingen. Deze doelen werden vertaald per afzonderlijk Natura 2000-gebied, dit in overleg met de natuurorganisaties, de landbouwers én andere economische actoren.

Een belangrijk knelpunt bleef echter de schadelijke impact van de landbouw op de natuur. De overvloed aan meststoffen (stikstof en fosfor) die via bemesting en luchtverontreiniging in het leefmilieu komen, zorgt er voor dat bepaalde, algemene soorten overheersen en de biodiversiteit eigen aan graslanden, bossen en heiden verloren gaat. Bedoeling was om dit knelpunt structureel aan te pakken via een grootst opgezet reductieplan voor de veeteeltsector en bijkomende herstelmaatregelen.

Alle goede bedoelingen ten spijt zijn de instandhoudingsdoelen voor onze gebieden er nog steeds niet. Schauvliege’s voorstel om een heleboel landbouwbedrijven een extra uitstel te geven voor de toepassing van de strengere natuurdoelen, deed de boel barsten. Het werd afgeschoten door de coalitiepartners. Wellicht terecht nu Europa niet toestaat dat de aangetaste natuurgebieden nog verder verslechteren.

En zo staan we opnieuw waar we aan het begin van de legislatuur stonden: nog steeds zonder concrete natuurdoelen en herstelmaatregelen, mogelijk zelfs tot in 2015.

Europese veroordeling

Het risico lijkt niet onbestaande dat de Europese Commissie, wanneer men lucht krijgt van dit nieuwe uitstel, België alsnog voor het Hof van Justitie daagt. Het onvermogen van de Vlaamse regering om de natuurdoelen vastgesteld te krijgen kan op die manier nog een juridisch staartje krijgen. Vlaanderen is immers reeds vier jaar te laat. Hoge boetes en dwangsommen kunnen volgen.

Dat de natuur niet echt gediend is met verder dralen, hoeft geen verder betoog. Onze natuur snakt naar een doorgedreven instandhoudings- en herstelbeleid, dat verder durft te denken dan het behoud van enkele “groene eilandjes” in een grijze woestenij. Enkel met de uitbouw van robuuste natuurgebieden lijkt het mogelijk de negatieve trend te keren. Het toenemende ledenaantal van natuurorganisaties toont aan dat deze filosofie door meer en meer mensen wordt gedeeld.

A recipe for disaster

Ironisch genoeg zal het uitstel ook een belangrijke economische impact hebben. De slechte toestand waarin heel wat Vlaamse natuurgebieden zich bevinden, maakt dat er weinig ontwikkelingsruimte overblijft voor economische activiteiten.

Elk nieuw project kan immers een significant effect veroorzaken op de sterk versnipperde natuur. De Europese natuurrichtlijnen, die juridisch afdwingbaar zijn, schrijven een strikte natuurtoets voor.

Het is heus géén toeval dat steeds vaker grote infrastructuurprojecten sneuvelen voor de rechter. De bouw van de Limburgse Noord-Zuidverbinding en het Saeftinghedok in de Antwerpse haven, beiden geblokkeerd door natuur-bezwaren, vormen slechts het topje van de ijsberg. Ook de hervergunning van bestaande activiteiten, zoals landbouwactiviteiten of drinkwaterwinning, is lang géén evidentie meer. De politiek schiet vaak op de “strenge” rechters maar vergeet gemakshalve de eigen verantwoordelijkheid.

Men bewijst de landbouwers en andere economische actoren géén goede dienst door de natuurdoelen niet goed te keuren. De rechtsonzekerheid blijft zo verder duren. Niemand is gebaat met een juridisch mijnenveld, waarbij elke vergunning aanvechtbaar is wegens onwettigheden. Dit lijdt enkel tot bijkomende frustraties en conflictscenario’s. Elke kans moet worden aangegrepen om de resterende natuur er terug boven op te helpen. Enkel op die manier vermijdt men dat Vlaanderen op slot gaat.

Bij méér natuur heeft iedereen te winnen, niet in het minst de economische actoren.

Vlaanderen in Actie, Minister-President Peeters’ paradepaardje, staat of valt met duidelijke en ambitieuze natuurdoelen, meer nog dan met de komst van de unieke omgevingsvergunning of andere procedurele hoogstandjes. Hopelijk komt de Vlaamse regering alsnog tot betere inzichten.

(Hendrik Schoukens is assistent UGent en advocaat LDR Advocaten.)

VRT NWS wil op vrtnws.be een bijdrage leveren aan het maatschappelijk debat over actuele thema’s. Omdat we het belangrijk vinden om verschillende stemmen en meningen te horen publiceren we regelmatig opinieteksten. Elke auteur schrijft in eigen naam of in die van zijn vereniging. Zij zijn verantwoordelijk voor de inhoud van de tekst. Wilt u graag zelf een opiniestuk publiceren, contacteer dan VRT NWS via moderator@vrt.be.

Meest gelezen