Met de spijbelactie willen de partners een krachtig signaal geven aan de leerlingen en hun ouders. “Spijbelen heeft gevolgen voor de toekomst van de schoolse carrière van de leerling. De kansen op slagen verminderen”, zegt burgemeester Bart Somers (Open Vld). Hij geeft aan dat de acties er niet komen om jongeren te pesten. “Het is in eerste instantie een actie gericht op de toekomst van onze jongeren zelf”, stelt hij.

Op straat aanspreken

In november vorig jaar voerden veertien politiemensen gedurende vier dagen al eens actie tegen spijbelen. Alle jongeren werden toen vanaf 8u30, het begin van de schooltijd, op straat aangesproken. Na de controle van de schoolagenda werden ze door de politie naar school gebracht en ouders werden verwittigd. Op basis van de afwezigheidslijsten van tien scholen die meewerkten, hebben 101 jongeren ook thuis het bezoek gekregen van de politie.

Een op de drie ziek

Bij onwettige afwezigheid trachtten de inspecteurs hen toch te overtuigen om naar school te gaan. “59 procent van de gecontroleerde jongeren was effectief aan het spijbelen. De grootste groep waren de 17-jarigen. Van de 150 leerlingen die aan de school afwezig waren gemeld, was 32 procent ziek. De helft weliswaar zonder doktersattest”, zegt schepen van onderwijs Marc Hendrickx (N-VA).

Als direct meetbaar effect van de actie geven de scholen aan dat ziekte sneller en accurater wordt gemeld, dat een aanzienlijk aantal spijbelaars terug naar school komt en dat het onderwerp en de actie leeft bij de jongeren.