Fanmail voor Salah Abdeslam: “Weet dat er een vrouw is die je wil helpen en je wil steunen. Liefs, Jenny”

© Nieuwsblad

Zelfs na de aanslagen in Parijs en Brussel is Salah Abdeslam (27) voor sommige vrouwen onweerstaanbaar. Dat blijkt uit de brieven die hij in de gevangenis van Brugge ontving, en die onze krant kon inkijken. Volgens de ene is hij een verloren schaap, dat terug naar de kudde van de maagd Maria moet. Een andere ziet in zijn ogen dat hij eigenlijk een goeie jongen is. Een bloemlezing uit de post aan een terreurverdachte.

Kim Clemens

“Love, Jenny.” Zo besluit een Duitse haar eerste brief aan Salah Abdeslam. Met veel liefs, niet met povere groetjes. Jenny is 24 jaar, schrijft ze. “Ik wil er gewoon voor je zijn en je gedachten verzetten van de stress waar je nu doorheen gaat.” Ze ziet vooral het goede in de man. Dat hij goed opgeleid is en net gekleed, dat hij geïnteresseerd is in voetbal en videospelletjes. “Ik wil de man leren kennen die je écht bent. Het maakt me niet uit wat anderen denken. Ik heb mijn eigen mening en ik geloof dat ik het juiste doe.”

De brief staat bol van de steunbetuigingen. Niet voor de jihad, wel voor de mens die opgesloten zit. “Weet dat er een vrouw is die je wil helpen en je wil steunen. Geef NOOIT op.” Nergens verwijst Jenny naar de terreurdaden waar Salah Abdeslam van verdacht wordt. En dat terwijl de brief amper een paar weken na de aanslagen in Brussel afgestempeld is.

Elke brief gescreend

Het valt op tussen de post die Salah kreeg: niemand die openlijk goedkeurt wat de man heeft gedaan. Misschien omdat ze weten dat alle post van gedetineerden gescreend wordt, en dat voor een aantal gevangenen de onderzoeksrechter ook de inhoud van de brieven laat controleren. Maar vooral ook omdat de vrouwen de man áchter de feiten willen leren kennen. De man achter de mysterieuze blik van de opsporingsfoto, die maandenlang zo alomtegenwoordig was. Niemand die dweept met ISIS. Niet Jenny, niet de Molenbeekse Fatima. “We hebben geen band, behalve dat we buren zijn”, schrijft die laatste. “Maar ik dacht dat je het misschien leuk zou vinden om nieuws te krijgen van buiten.” Ook zij heeft het nergens over de aanslagen.

Nog een Duitse briefschrijfster, Loreen, doet dat wel. Jenny schreef in het Engels, maar Loreens brief is opgesteld in gebrekkig Frans. “Via Google Translate”, schrijft ze zelf. “Zelfs al hou ik niet van wat je hebt gedaan, er zijn altijd onschuldigen op het verkeerde moment op de verkeerde plek, maar ik voelde nog steeds de noodzaak om je te schrijven. (...) Ik kijk in je ogen en ik denk dat je alleen gebruikt bent. Inschallah (sic) ben je teruggekeerd naar het juiste pad.” Ook Loreen besluit haar brief met veel liefde én met een foto van haar paspoort, voor als hij zou willen terugschrijven. “Normaal zie ik er niet zo slecht uit”, verzekert ze Abdeslam nog.

Van verschillende planeten

Maar de echte afkeuring voor de aanslagen, die staat enkel te lezen in het vijf bladzijden tellende epistel van de 30-jarige Hélène. Een vrouw uit Normandië, getrouwd, kinderen, christelijk opgevoed, kleindochter van een ciderboer. Franser dan Frans.

“Ik ben nog nooit in een moskee geweest. We zijn zo verschillend, bijna van twee verschillende planeten. En ik wil die verschillen begrijpen en je zo veel vertellen”, schrijft Hélène. Ze zegt hoe hard de aanslagen in Brussel en Parijs haar hebben aangegrepen, dat ze zich persoonlijk geviseerd voelt door het gedachtegoed van Abdeslam en dat ze hem meermaals dood wenste. Maar ze ziet nog hoop, “als je bereid bent je verantwoordelijkheid te nemen en te kiezen voor eerlijkheid”.

Ook de brief van de Franse Isabelle staat bol van de hoop, maar dan van een heel ander kaliber. Roept Hélène vooral de humane waarden aan, dan bidt Isabelle tot de maagd Maria voor de redding van zijn ziel. Ze heeft zelfs geschreven aan Latifa Ibn Ziaten, de moeder van het slachtoffer van de aanval van Mohammed Merah in Toulouse, “opdat zij de autoriteiten zou vragen om de speurtocht naar Salah Abdeslam te stoppen, omdat hij op het laatste moment zijn hart heeft opengezet”. Volgens haar kan Abdeslam in de gevangenis “niet werken aan zijn totale bekering”. Toch voegt ze voor het gemak enkele bijbelverzen toe en een gebed. “Moge God over u waken”, besluit ze.