Wat beloven de partijen voor het onderwijs?

Groen-voorzitter Wouter Van Besien heeft drie prioriteiten als het over onderwijs gaat. "Eerst en vooral willen we het onderwijsbudget optrekken zodat we weer bij de Europese kopgroep horen, nu bengelen we ergens halverwege", zegt hij. "Het is om sociale én economische redenen belangrijk om goed geschoolde mensen te hebben."

Ten tweede geeft Groen prioriteit aan het basisonderwijs. "De strijd voor ieder kind wordt verloren of gewonnen in het basisonderwijs", klinkt het. Een derde prioriteit is inzetten op de zogenoemde brede school. "Het is voor ons belangrijk dat er een brede ontwikkeling wordt geboden voor de kinderen die ingebed zit in de buurt met extra zorg voor gelijke onderwijskansen."

Bruno Tobback steekt van wal door te benadrukken dat hij niet gaat besparen. "Er is geen betere investering dan in onderwijs en in onderwijskansen", zegt de socialist die wel ook toegeeft dat tijdens de volgende legislatuur de middelen efficiënter zullen moeten worden besteed. "Ik denk dat er een hele reeks verschillen tussen niveaus, scholen en verloning kunnen worden weggewerkt", klinkt het.

Ook de socialisten zetten in op de brede school. "We moeten alle leerlingen over alle niveaus heen de kansen geven om hun talent zo goed mogelijk te ontdekken in een brede school met voldoende tijd om te groeien, zodat ze niet op hun twaalfde al moeten kiezen wat ze willen worden", zegt Tobback.

Volgens Gwendolyn Rutten vindt haar partij onderwijs ontzettend belangrijk. "We moeten er als samenleving in investeren. We gaan prat op het feit dat we tot de wereldtop behoren, maar als we dat zo willen houden, dan moeten we een visie hebben voor de toekomst", zegt de politica.

De liberalen hebben naar eigen zeggen zo'n visie klaar en die is drieledig. "Sterke scholen en onderwijs begint eerst en vooral bij sterke mensen. We willen investeren in mensen en niet in een grote structuurhervorming", zegt ze. "Ten tweede is vroeg begonnen, half gewonnen. Investeer meer in basisonderwijs, want dat haal je er later dubbel en dik terug uit." Het derde deel van de liberale onderwijsvisie gaat over de capaciteitsproblemen. "Laten we daar creatief over nadenken en kleinschalige projecten opzetten met de private sector."

De N-VA belooft geen "wonderoplossingen, maar echte euro's" en hamert eerst op begrotingsdiscipline, omdat een begroting op orde volgens hen de beste manier is om voldoende middelen te hebben om te investeren in onderwijs. Toch zijn er vier beloftes die volgens de Vlaams-nationalisten nu al financieel haalbaar zijn.

"Het eerste is infrastructuur. Ik denk dat daar de grootste pijnpunten zitten", zegt N-VA-voorzitter Bart De Wever. "Er zullen grote bedragen nodig zijn om het tij te kunnen keren bij de wachtlijsten die absurde vormen hebben aangenomen." Ten tweede pleit De Wever voor minder begoogding en ten derde omkadering op de school zelf. "Een vierde belofte is de gelijkschakeling van de weddes van de directeurs."

Het hele CD&V-programma is volgens voorzitter Wouter Beke opgebouwd rond een centrale gedachte: "Hoe kunnen we mensen en talent versterken, want we zullen elk talent nodig hebben". Volgens Beke moet iedere ouder de kans hebben om te kiezen voor de school van zijn keuze. "Die pedagogische keuze is voor ons van essentieel belang", klinkt het.

Daarnaast wil de CD&V investeren in ons onderwijs. "In ons sociaal plan hebben we 1,3 miljard euro voorzien voor het onderwijs", zegt Beke. "750 miljoen gaat naar de indexering van de lonen van de leerkrachten, tenzij iemand die index afschaft", sneert hij naar de N-VA. "100 mijloen euro is voorzien voor investeringen in de infrastructuur van de scholen."