Eeuwige liefde dankzij zweet en speeksel?

Op het muziekfestival Lowlands in Nederland loopt een opvallend experiment: bij 500 proefpersonen nemen wetenschappers een DNA-staal af in een poging hen amoureus aan elkaar te verbinden. Hierbij willen ze de vraag beantwoorden of het klopt dat genetische tegenpolen elkaar aantrekken.
TEK IMAGE/SCIENCE PHOTO LIBRARY

Het is een vreemd gezicht, vandaag op Lowlands: wetenschappers spreken festivalgangers aan om te vragen of ze snel even wat speeksel willen afstaan. Wie toestemt, krijgt een wattenstaafje in de mond. Met het speeksel in dat staafje kunnen wetenschappers in een labo DNA isoleren.

"We gaan op die manier bij vijfhonderd proefpersonen een DNA-staal afnemen", zegt onderzoekster Karin van der Tuin van het Leids Universitair Medisch Centrum. "En al dat DNA gaan we in een labo analyseren."

Het doel van al die analyses: onderzoeken of genetische verschillen een indicatie zijn voor seksuele aantrekkingskracht. Wat eenvoudiger geformuleerd: klopt het dat genetische tegenpolen elkaar aantrekken, zoals de volksmond soms suggereert?

"Singles met de grootste verschillen in DNA gaan we aan elkaar matchen", zegt van der Tuin. "Zij krijgen elkaars contactgegevens en we vragen hen ons op de hoogte te houden. Maar ook koppeltjes kunnen deelnemen aan de studie. We onderzoeken of hun DNA meer verschilt dan het DNA van twee willekeurige mensen. Maar wees gerust: als dat niet zo is, dan is dat nog geen reden om uit elkaar te gaan."

Zweten voor de wetenschap

Het idee dat je eenzame harten kan matchen op basis van DNA gaat al een paar decennia mee. Het begon in 1995 met een inmiddels berucht onderzoek van Claus Wedekind.

Wedekind liet mannen twee nachten slapen in hetzelfde T-shirt, zònder deodorant, zònder geurige zeepjes, allemaal puur natuur. Vervolgens legde hij de bezwete T-shirts voor aan een groep studentes. Hen vroeg hij, enkel op basis van geur, de aantrekkelijkste T-shirts te selecteren.

Wat bleek? Vrouwen verkozen T-shirts van mannen met sterk verschillende genen in één specifieke cluster. Die cluster, de zogenoemde MHC-genen, is gelinkt aan geurtjes én aan de werking van ons immuunsysteem.

De conclusie: genetische tegenpolen trekken elkaar aan, of toch wanneer de verschillen zich situeren binnen de MHC-cluster. En: óf iemand onze genetisch tegenpool is, kunnen we afleiden uit de geurtjes die hij of zij verspreidt.

Of toch niet? Moraalfilosoof Jan Verplaetse heeft zo zijn bedenkingen. "Als je naar alle beschikbare studies kijkt, is het allemaal veel complexer en genuanceerder", zegt hij. "Zo vond Wedekind het effect enkel bij vrouwen net voor de ovulatie. Als vrouwen de pil namen, was het effect zelfs omgekeerd. Dat toont hoe voorzichtig we moeten zijn met dit soort hypotheses. Het is nog veel te vroeg om te concluderen dat genetische tegenpolen elkaar aantrekken. Zeker op basis van wat we nu al weten."

Liefde uit een potje

Terwijl wetenschappers naarstig voort zoeken, is ook de bedrijfswereld ontwaakt. Nu al bestaan bedrijven die je DNA analyseren om zo de "perfecte match" te vinden. De firma GenePartner bijvoorbeeld, verkoopt genetische tests voor mensen die een partner zoeken. Prijskaartje: 250 dollar (ruim 212 euro).

Het principe is eenvoudig: je neemt zelf een DNA-staal, je stuurt dat op naar een labo in Zwitserland en GenePartner tovert een "genetisch compatibele partner" tevoorschijn. Volgens het verkoopspraatje maak je zo meer kans op een duurzame romantische relatie. Of hoe één druppel speeksel misschien wel je leven kan veranderen.

De meeste wetenschappers vinden dit onzin. "Voor je iemand laat betalen, moet je eerst weten hoe groot de rol is van die genen", zegt genetica Karin van der Tuin. "Zo ver zijn we nog lang niet. We weten gewoon niet welke factoren allemaal invloed hebben op seksuele aantrekkingskracht. Genen zijn maar één van de vele factoren."

Genetische tests kijken bovendien slechts naar een handvol genen, niet naar ons volledige genoom. "Het is alsof je iemand een vragenlijst van tienduizenden vragen voorlegt, om dan een ideale partner te kiezen op basis van een handvol antwoorden. En trouwens: als we toch al van nature aangetrokken worden tot onze genetische tegenpool, waarom zouden we dan betalen voor een dure genetische test die net hetzelfde belooft? Het lijkt op zijn minst een beetje overbodig."

Ook Jan Verplaetse gelooft niet dat "genetic matchmaking" de toekomst is. "Voorlopig zit het allemaal nog in de sfeer van de sciencefiction en het wetenschapsamusement. Misschien leuk als je op een feestje kan zeggen dat je een lief hebt gevonden dankzij een genetisch testje, maar wetenschappelijk gezien stelt het weinig voor."

Of, zoals een andere criticus fijntjes opmerkte: een gedeelde liefde (of afkeer) voor de films van Woody Allen is misschien wel een betere voorspeller dan dure genetische tests.

Voor u dus naar de website van GenePartner surft, kunt u dus beter nog een paar jaar wachten. Laat de natuur maar gewoon zijn werk doen en hou die kredietkaart nog even op zak. Het zal u 250 dollar besparen.

Meest gelezen