De krijgsmacht heeft drie hoofdtaken: beveiligen van het Nederlands grondgebied tegen een potentiële agressor, steun leveren aan humanitaire en internationale (vredes)operaties en bijdragen aan de nationale veiligheid bij rampen en crisissituaties.
De laatste taak is sterk onderbelicht en krijgt pas aandacht wanneer civiele instanties daarom vragen.
De maatschappij wordt geconfronteerd met nieuwe dreigingen zoals terreur, radicalisering, cybercrime, migratie en politieke instabiliteit. Er is de laatste jaren sterk bezuinigd op de inlichtingendienst AIVD. En de politie heeft aan slagkracht ingeboet: door centralisatie is veel onrust ontstaan, de organisatie is bureaucratisch geworden en er is veel te weinig blauw op straat voor criminaliteitsbestrijding.
onstuimige tijd
Je zou verwachten dat in deze onstuimige tijd Defensie een prominentere rol gaat vervullen in de nationale veiligheid. Dat blijkt niet het geval.
De politie heeft te weinig capaciteit en daar kan Defensie prima in ondersteunen. Maar bij beveiliging van evenementen tegen terreur speelt Defensie nauwelijks een rol. Zelf gaf ik onlangs les aan dertig potentiële generaals in opleiding. Vrijwel unaniem vinden ze nationale veiligheid geen taak voor Defensie, hooguit een bijstandstaak als erom wordt gevraagd.
In 2004 hebben de toenmalige ministers Kamp, Remkes en Donner een convenant civiel-militaire bestuursafspraken (CMBA) ondertekend. Daarbij werd Defensie als structureel veiligheidspartner aangemerkt.
Defensie garandeerde steun aan civiele hulpdiensten. Elke veiligheidsregio kreeg een militair adviseur als verbindende schakel toegewezen. Defensie is de politie en justitie meer gaan ondersteunen bijvoorbeeld bij het opsporen van hennepteelt of witwaspraktijken, of bij de inval in kwetsbare panden of locaties.
papieren tijger
Hoewel dat een stap in de goede richting was, blijken het convenant en latere afspraken voornamelijk een ‘papieren tijger’.
Onder het mom van niet te veel ‘groen’ op straat gaat het Openbaar Bestuur krampachtig om met de inzet van Defensie binnen het publieke domein. Veel burgemeesters hebben nog een schrikbeeld van mariniers die de straat ‘schoonvegen’. Er zijn talloze voorbeelden waar Defensie eerder had kunnen worden ingezet, terwijl een bestuurder daar niet aan dacht. Bijvoorbeeld bij het uit de hand gelopen Project X-feestje in Haren.
Daarnaast heeft de top van de krijgsmacht weinig aandacht voor nationale veiligheid en richt zij het vizier voornamelijk op internationale operaties.
goed opgeleid
Gelet op het actuele dreigingsbeeld is dit onbegrijpelijk en het lijkt erop dat een catastrofale gebeurtenis nodig is alvorens beleidsbepalers tot andere inzichten komen. De krijgsmacht is onmisbaar in de aanpak van complexe crisissituaties. Defensie beschikt over:
goed opgeleid personeel met (leiderschaps)ervaring in buitengewone omstandigheden;
hoogwaardig materieel dat civiele hulpdiensten niet of nauwelijks beschikbaar hebben;
veel expertise in crisisplanvorming en het voorbereiden van grootschalige oefeningen;
professionele opleidingscentra, waar ook civiele hulpverleners kunnen worden opgeleid.
een snel inzetbare reservecomponent specifiek toegerust voor rampenbestrijdingstaken.
Defensie heeft bijvoorbeeld dertig hoog opgeleide reserveofficieren op centraal niveau als deskundigen in de rampenbestrijding. Ik ben er een van. De afgelopen tien jaar zijn we niet of nauwelijks ingezet. Dat is toch kwaliteitsverspilling.
aansturing
Het is tijd voor een wake-upcall. Defensie dient meer aandacht te besteden aan haar derde hoofdtaak. Daarvoor zijn enkele voorwaardenscheppende maatregelen nodig.
Er zal op rijksniveau een visie moeten worden ontwikkeld voor de krijgsmachtbrede ondersteuning bij nationale rampen en crises.
Binnen de veiligheidsregio’s zal Defensie structureel aan de bestuurstafel moeten zitten.
Er zal een civiel-militair hoofdkwartier moeten komen voor de aansturing van bovenregionale en nationale crisissituaties.
Er zal meer multidisciplinair moeten worden opgeleid. Laat de Nederlandse Defensie Academie samenwerken met opleidingscentra van politie, brandweer en de geneeskundige sector.
De krijgsmacht zal in haar eigen opleidingen en bedrijfsvoering meer aandacht moeten besteden aan nationale veiligheid en het onderwerp dient prominenter op de bestuurlijke agenda te worden geplaatst.
speerpunt
Bij deze doe ik een nadrukkelijke oproep aan het nieuwe kabinet om civiel-militaire samenwerking als een van de speerpunten in het nationale veiligheidsbeleid te benoemen.
Defensie behoort als volwaardig partner proactief mee te schaken op het bord van de nationale veiligheid. Dat doet recht aan een van haar hoofdtaken en daardoor wordt Nederland crisisbestendiger. Dat zal ook de (belastingbetalende) burger tot tevredenheid stemmen. <