Wout Van Aert wil zich bewijzen op de weg: “Ik hou niet van half werk”

Van Aert heeft sinds vorig jaar de smaak helemaal te pakken. Toen zorgde hij bij de start van zijn wegcampagne meteen voor een big bang: winst in de kermiskoers van Puivelde én – vooral – de proloog van de Baloise Belgium Tour. Nu verliep zijn rentree wat geruislozer, maar daar maalt de Lillenaar niet om.

Hoe sta je er conditioneel voor in vergelijking met twaalf maanden geleden?

“Het is anders dan vorige zomer. Na het WK was ik mentaal en fysiek op. Het jaar daarvoor was er nog Sven Nys. Nu wou elk boekje een interview met Mathieu en mij. Er was de nieuwe ploeg, die knie... Ik nam noodgedwongen een break van vijf weken. Ik trok met Sarah naar de Dominicaanse Republiek. In maart deed ik alleen maar specifieke kine-oefeningen bij Lieven Maesschalck om de pijn aan de rechterknieschijf weg te werken. Die spier is opnieuw in orde. Vanaf april begon ik opnieuw te fietsen. Dit was mijn eerste tegenslag bij de profs. Die lange rust deed deugd, maar zorgt er wel voor dat mijn eerste piek nu wat later komt.”

Je hebt lak aan zomaar meefietsen op de weg in functie van het veld. Je bent een man van doelen. Wat zijn nu de targets?

“Het BK tijdrijden en de BinckBank Tour (de opvolger van de Eneco Tour, red.) die mijn allereerste WorldTour-koers wordt. Het is de eerste keer dat ik zeven dagen op rij koers. Ik ben benieuwd hoe ver ik in het tijdrijden kan komen. Ik zeg niet dat ik meteen concurreer met Campenaerts en Lampaert, maar ik wil me meten. Targets houden je scherp.”

Je bent op de baan in Alkmaar gesignaleerd. Je vat het dus heel serieus op.

“Ik doe niet graag half werk. Ik ging er uit eigen interesse heen. Een firma testte verschillende posities uit. In wattage scheelt dat redelijk veel. 22 Watt winst met een wedstrijdsnelheid van 50 km per uur. Met extra trainen lukt je dat nooit. Mijn stuur staat hoger en heeft andere opzetstukken, waardoor mijn rug platter is. Ik vind die aerodynamica heel interessant. Alle details tellen. Ik train al minstens een maand twee keer per week met de tijdritfiets. Ik doe dat graag. Mijn voorbeeld is Tom Dumoulin. Als je die op de fiets ziet zitten, daar kan je enkel jaloers op zijn. Ik vind het vooral knap hoe hij zichzelf omgeschoold heeft tot klimmer. Hij gaat ook zijn eigen weg. Ik ken hem niet persoonlijk. Ik reed nog nooit in hetzelfde peloton.”

Hoe ver kan je komen in de Baloise Belgium Tour?

“Vorig jaar was ik al half maart beginnen te trainen. Ik stond een stuk verder, maar wil me nu ook tonen. Vandaar dat ik naar de Ronde van Noorwegen trok. Met pas op de derde dag de tijdrit van Beveren zit deze Baloise Belgium Tour anders in mekaar. De tijdrit is nu 13,4 km. Dat is niet hetzelfde als een proloog van 6 km die te vergelijken is met een rondje in de cross. Ik hoop dat ik er in Beveren zonder tijdverlies aan kan beginnen en meedoe voor het klassement. Al zal dat niet simpel zijn met de koninginnenrit in Ans. Ik ben niet de lichtste. Ik weeg 77 kg voor 1,89 meter. Niet slecht voor de cross en de klassiekers, maar in de Ardennen is dat een nadeel. Het voordeel is dat ik op de weg niet de stress heb van het veld.”

Het zou Veranda’s Willems-Crelan goed uitkomen. Er staat nog altijd een dikke nul achter het nieuwe team van Nuyens.

“Het is nog niet goed geweest. Het is niet enkel voor mij maar voor iedereen hét moment om positief in het nieuws te komen. Het was ook voor mij veel leuker geweest om in een team in te stappen waarin alles goed draaide, waardoor ook ik minder onder druk kon koersen. Volgens mij is er geen megaprobleem. We zijn een jong team. Enkele goede prestaties zijn voldoende om een andere vibe te krijgen.”

Met datzelfde team start je volgend voorjaar in de klassiekers. Wat als je tiende wordt in de Ronde? Heb je dan geen zwaar probleem?

“Styby dacht dat het niet lukt om door te trekken na het WK. Hij wou het zelf eens proberen, maar hij heeft het niet gedaan omdat hij te moe was. Voor je de winter ingaat, moet je weten hoe je het gaat doen. Ik zou het geen tegenslag vinden indien ik tiende word in de Ronde. Ik ben wel blij dat ik nog niet de keuze moet maken die Styby moest maken. Ik wil volgend jaar een derde keer wereldkam­pioen veldrijden worden. Ik wil ook na de klassiekers weten of het zinvol is om te blijven dromen van Roubaix of de Ronde. Daar is niets mis mee. Ik ben blij dat ik het nu kan doen.”