Negenendertig namen uit Vilvoorde op OCAD-lijst

Op de lijst van het OCAD, het orgaan voor de dreigingsanalyse, staan 39 namen van mensen uit Vilvoorde. Dat heeft minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon (N-VA) gezegd bij de ondertekening van het actieplan Kanaal Halle-Vilvoorde, de concrete uitwerking van het Kanaalplan voor Vilvoorde.
Burgemeester Bonte tekent het plan;

De mensen die op de lijst van het OCAD staan, zijn ofwel teruggekeerd uit Syrië of worden in het oog gehouden omdat ze mogelijk zouden kunnen vertrekken. De lijst werd recent "uitgezuiverd" en wordt nu opgesteld op basis van duidelijk afgelijnde criteria. Vergelijkingen met eerdere lijsten zijn daarom niet mogelijk. Op de lijst staan dus 39 mensen die op een of andere manier gelinkt kunnen worden aan Vilvoorde.

Die stad aan de rand van Brussel heeft al langer te maken met de problematiek van Syriëstrijders. Daarom werd Vilvoorde ook opgenomen in het zogeheten Kanaalplan, dat de strijd tegen radicalisme in de Brusselse Kanaalzone moet opdrijven.

Gisteren werd in Molenbeek de positieve evaluatie van die eerste fase bekendgemaakt en aangekondigd dat het plan nu uitgebreid zou worden naar andere gemeenten.

In Vilvoorde is door de lokale overheden, parket en arbeidsauditoraat en de politiediensten een engagementsverklaring ondertekend over de concrete toepassing van het plan in (Halle-)Vilvoorde. Minister Jambon en zijn collega van Justitie Koen Geens (CD&V) woonden de ondertekening bij.

Samenwerking, afstemming, overleg en informatie-uitwisseling staan centraal in het plan. "De georganiseerde overheid zou de krachtigste tegenstander moeten zijn van de georganiseerde misdaad", zei burgemeester Hans Bonte (SP.A).

Lof voor Vilvoorde

De aanpak in Vilvoorde is een ketenaanpak, gebaseerd op "preventie, interventie en repressie waar nodig", zei Jessika Soors, deradicaliseringsambtenaar van de stad Vilvoorde. "Onze resultaten mogen gezien worden. Sinds mei 2014 zijn er geen vertrekkers meer uit Vilvoorde".

Toch maakt dat het werk voor Vilvoorde er niet lichter op. "Hoe meer we sensibiliseren, hoe meer signalen van radicalisering we krijgen en hoe meer werklast", zei Soors. Ze vindt dat de stad meer zou moeten kunnen betrokken worden bij de opvolging van Syriëstrijders die in de cel of in de jeugdzorg beland zijn.

De ministers Jambon en Geens hadden lof voor de aanpak in Vilvoorde. "Een voorbeeld in de strijd tegen radicalisme en extremisme", zei minister Jambon, "al is er nog veel werk om de kanker van het gewelddadig extremisme uit te roeien".

Minister Geens erkende dat Vilvoorde en het arrondissement Halle-Vilvoorde in moeilijke omstandigheden moet werken. "Wie kortere riemen heeft, moet maar wat harder roeien. Dit doet Vilvoorde met overtuiging". Het kader bij het parket Halle-Vilvoorde zal bijna helemaal gevuld zijn. "We zorgen ervoor dat de roeispanen geleidelijk langer worden".

Meest gelezen