STEREOSCOPISCHE FOTO'S
Sedert de verhuizing naar de Industrielaan eind 2006 besteedt het Stadsarchief extra aandacht aan fotomateriaal. Flink geholpen door de overbrenging van de VVV-collecties, kon het archiefteam op korte tijd zowat twintigduizend stuks bij elkaar brengen, waarvan het grootste deel is gedigitaliseerd op 250 cd's.
Desondanks stuit de liefhebber van het oude Eeklo onvermijdelijk op de historische grenzen van de fotografie. Werden de eerste opnames in België gemaakt omstreeks 1850, de grote bloei kwam er in Eeklo pas in het eerste decennium van de 20ste eeuw. Foto's van vóór 1900 bestaan, maar zijn behoorlijk zeldzaam.
Een uitzondering vormen de zogenaamde stereoscopische foto's. Zij bestaan uit kartonnetjes van ongeveer 18 bij 10 cm, waarop naast elkaar twee opnames van ca. 8 x 8 cm zijn gekleefd. Die tonen hetzelfde beeld, maar gefotografeerd vanuit een lichtjes verschillende hoek. Het is de bedoeling dat ze worden bekeken door een speciaal brilletje met een groen en een rood gekleurd glas (in die tijd mica), waardoor de illusie van een driedimensionaal beeld ontstaat.
De kwaliteit van dit soort opnamen is voor die periode merkwaardig goed. Zij droegen dan ook de voorkeur weg van de eerste Eeklose beroepsfotograaf, Henri Smitz, die de techniek zelfs bleef gebruiken tot na de Eerste Wereldoorlog. Dat er stadsbeelden van omstreeks 1875 bewaard zijn gebleven, mag dus zeker als een verdienste van hem worden beschouwd.
Met de medewerking van de familie Smitz slaagde het Stadsarchief erin, zo'n tachtig stereocopische kaarten te digitaliseren. Die bevatten o.a. ronduit schitterende beelden van de Markt, de Boelare, de Stationsstraat en de Molenstraat. Merkwaardig is het grote aantal opnamen van in het begin van de Kerkstraat. Niet toevallig woonde daar Polydoor Lippens, die een grote belangstelling had voor alle nieuwe technische snufjes. Hijzelf staat ook op een dergelijke foto, en een hele reeks beelden is gemaakt in zijn tuin en in de pastorie aan de overzijde van de straat. We mogen dus aannemen dat hij zelf geregeld door de zoeker keek.
In het Stadsarchief zijn de opnamen verzameld op drie cd's, met telkens het origineel en twee of meer via Photoshop verbeterde versies. Enkele daarvan zijn zo goed, dat ze gerust kunnen doorgaan voor foto's uit de jaren zestig.
Het genoegen is jammer genoeg niet altijd onverdeeld. Een tiental van de tachtig kaarten werden door barbaren in tweeën geknipt, misschien om de fotootjes apart te kunnen verkopen. Als één van de twee ontbrak, moest een digitale reconstructie redding brengen, maar het driedimensionale effect kan dan niet meer bereikt worden …
(F.Pille)
|