|
De Bearded Collie is met circa 55 cm schofthoogte een middelgrote herdershond, die afkomstig is uit Schotland. Vroeger stonden ze bekend onder diverse benamingen: Coalie (naar de gelijknamige schapen met de zwarte gezichten of naar hun eigen zwarte kleur), Highland Colley, Scottish Highland Colley, Sheepdog, Drijvershond en Scottish Bearded Collie. De benaming Bearded Collie, vertaald de Collie met de baard, is uit een zeer recent verleden.
De Bearded Collies zijn snelle, wendbare werkhonden met dikke, ruige vachten en harige hoofden, die gewend zijn onder harde, ruwe weersomstandigheden op ruw, geaccidenteerd terrein te werken. Ze zijn eeuwenlang door natuurlijke selectie gevormd tot schrandere, betrouwbare en ijverige werkhonden voor de schaapsherders. Waakzaam, intelligent, zelfverzekerd, bedrijvig maar heel goedaardig tegen de baas en diens familie.
Ondanks de eeuwenlange nadruk bij het fokken door de herders op de werkkwaliteiten en het selecteren op de vaardigheden voor het schaapherderwerk zijn de Bearded Collies ook heel mooi met hun lange, rijke vachten in aantrekkelijke grijze, rode, bruine of gouden kleuren, die hun een bevallig uiterlijk geven. Vroeger waren de Bearded Collies met hun circa 60 cm wel wat groter en meer eenkleurig met rode, bruine of gouden vachtkleuren bij de honden uit de bergstreken en de blauwgrijze tinten uit de grensstreken van Schotland en Engeland. Te weten; de Border of Lowlandtype (leisteenkleurige hond met lang, hard en steil haar) en het Highlandtype (is kleiner, bruin van kleur en heeft een kortere, golvende vacht). De 2 typen bestaan heden ten dage niet meer. Men heeft deze variëteiten door elkaar gekruist om de beste eigenschappen in de Bearded Collie te verzamelen.
|
 |

|
|
|
Hoewel hun afkomst in den nevelen van Schotland is gehuld, kan de aanwezigheid van de Bearded Collie sinds de 16e eeuw in Schotland worden vastgesteld. Toen al roemden diverse schrijvers deze hond om zijn verdiensten als schaapherder en zijn weerbaarheid om te werken onder harde levensomstandigheden. In de literatuur wordt aangegeven dat de Bearded Collie zou zijn ontstaan uit de Poolse herdershond Owczarek Nizinny, die aan het begin van de 16e eeuw door scheepvaarders naar Schotland zou zijn meegenomen. De ruige vacht van de Bearded Collie wijst ook op een afkomst uit Centraal Europese gebieden en Balkanstreken waar soortgelijke herdershonden als de Puli en de Komondor voorkomen. Overal in Europa ontstaan namelijk in deze tijd vergelijkbare rassen als de Ned. Schapendoes, de Pyreneese Herdershond en de Puli.
Schilderijen uit de jaren kort voor 1800 tonen ongetwijfeld de Bearded Collie. In de 2e helft van de 19de eeuw was het ras alom bekend en populair bij de herders voor het hoeden van hun omvangrijke schaapskudden. Eerst sinds het eind van de 19de eeuw werd naast de werkeigenschappen ook een zuiver rastype door diverse fokkers nagestreefd en kan van een systematische opbouw van het ras worden besproken.
De eerste rasstandaard werd in 1912 opgesteld toen een rasvereniging in Schotland voor de Bearded Collies werd opgericht. |
 |

|
|