in de armen van geborgen zijn laat ik je even rusten leg je moe zijn maar te slapen je angst knuffel ik wel weg ik ben heel dicht bij jou het waaklichtje brandt de ganse nacht
de boze geesten krijg ik wel klein knuffelbeer ligt naast je in het bed en de goede fee zingt lieve wensjes droom maar over het kabouterland
morgen wek ik je heel vroeg dan loop ik met je door de regen en springen we vrolijk in een waterplas
|