De gemeentelijke bekendmaking in den oude tijd.
Door de eeuwen geen heeft men steeds iets of wat gevonden om de mensen op hun plichten te wijzen of mededelingen te doen.
Daar er vroeger geen regionale bladen met plaatselijke berichten bestonden, en de Plakkaeten, publicatiën en ordonnanciën (waarvan het Uytschrabben, afscheuren, aftrecken of beschadigen met boete of gevang gestraft werd), door heel veel landelijke mensen niet konden gelezen of begrepen worden, moest de veldwachter, na het beëindigen van de zondagsmissen, op openbare plaats: aan de kerkgevel of buiten het kerkhof als dit de kerk omringde, lezing geven van verordeningen betreffende openbare zaken: militie, gemeentelijke reglementen, uitspraken van rechtbank, landbouwtellingen, openbare verkopingen, huwelijksbannen, enz.
Om goed te kunnen gezien en beluisterd worden, stond de veldwachter op een wat verheven plek of op een dikke steen, de roepsteen
Indien dringende verkondigingen moeste gebeuren, bv. bij mobilisatie, of als een boer een noodslachting van een koe had, dan ging de veldwachter met een grote bel rond.
Uitbellen zoals het gezegd werd . Hij hield stil aan de hoek van elke straat, hier en daar in de straat, bij voorkeur aan een herberg, waar hij dan een druppel aangeboden werd.
Zo kwamen de omwonende mensen buiten en vernamen welk nieuws er was of op welke boerderij een stuk vlees kon gekocht worden.
Ook toen in de zestiende eeuw het gedrukte Plakkaat in gebruik kwam, hield die orale bekendmaking, omwille van de hoge graad van analfabetisme, nog lang de overhand en zelfs de concurrentie van de pastoors, die onder Keizer Jozef II de dekreten van de kansel voorlazen, kreeg de omroepers niet van straat. In ons land hielden ze uiteindelijk stand tot na de tweede wereld oorlog.( negentiend en twintigste eeuw) Een soort journalist avant la lettre. Zij het dat hun functie ondertussen waargenomen werd door veldwachters en politieagenten, die gewapend met de bel en het aanzien van hun uniform op de marktdagen en na de zondagsmissen de gemeentelijke berichten afkondigden.
Dat is allemaal oude tijd en verdwenen, tenzij dat er nog een stuk nostalgie of folklore de kop opsteekt. Het enige dat de archeologen nog kan interesseren is, de herkomst van de roepsteen
Deze steen kan archeologisch van belang zijn, roepstenen kunnen afkomstig zijn van oude restanten van een kerk, van grafmonumenten, doopvonten of zelfs van dorpelstenen van openbare toiletten.
Door de moderne media, en daar de mensen lezen en schrijven kunnen is dit gaan behoren tot de volkskunde, (Folklore)kennis van zeden, gewoonten, oude volksverhalen (aldus Kramers woordenboek,)
|