Angel naderde Love, elke stap die ze deed was met pijn en tranen rolde over haar gezichtje. Love! Love! Schreeuwde ze.. oh! Please
. Laat het niet gebeuren. Wind vond het verschrikkelijk als ze het zag. Angel bereikte Love en Loves grote donkere ogen, stil gevuld met angst keken haar aan. Love haar oren lagen tegen haar hoofdje, haar eens zo zachte fluweelachtige vacht was mat en vuil, haar heel kleine beentjes waren verminkt. Ze keek in Angel haar ogen en fluisterde: Angel, het doet pijn Angel antwoordde Love
Ik hou van jou, please verlaat me niet nauwelijks fluisterde Love opnieuw Ik hou ook van jou Angel, zullen we nog kunnen spelen in de weide? Angel kon niet antwoorden, ze kon alleen Love troosten en haar vertroetelen, al snikkend. Wind kwam traag in beweging en ging naar hun en elke stap die ze deed besefte ze dat haar wil om te leven vervaagde. Toen Wind bij haar baby kwam was Angel Loves gebroken en levenloos lichaam aan het wiegen in haar armen en zei: Ze is er niet meer Wind Wind boog haar hoofd naar haar babys lichaam en tranen vielen op haar dode kind. Het enige wat Wind kon zeggen was, We moeten terug gaan naar de weide Angel Angel tilde het levenloze lichaam van Love op, hing Love over de rug van Wind en keerde terug naar het weiland. De terugweg was voor Wind en Angel een pijnlijke kwelling, nauwelijks instaat om te stappen, nauwelijks instaat te ademen, evenals om te treuren, het woog zo zwaar in hun hart. Het verlies van Love vroeg zijn tol. Wind week dikwijls van de weg af en struikelde voortdurend, ze had zodanig pijn in haar hart en haar benen waren koud en stijf. Angel was ook erg zwak en begon ook te struikelen. Wind bereikte eerst het weiland en plaatste Love op een bedje van wilde viooltjes, onder een oude eik. Wind draaide zich naar Angel en zei: Laat mij voor de rest van de weg voor je zorgen meisje. Wind maakte zich kleiner voor Angel, zodat ze kon plaats nemen op haar rug.
Wordt vervolgd.....
|