Ken je het gevoel van altijd trek hebben?

Heb je de indruk dat je een grotere maag hebt dan iemand anders? Zit dat in je genen?

Misschien lukt het nog om je overdag op het werk nog wat in te houden en ben je ’s avonds onverzadigbaar. Een koekje, een cracker, wat olijfjes, een stukje kaas, voor de gezondheid nog een stukje fruit.

Of ligt er in het ziekenhuis, de school of het bedrijf waar je werkt altijd wel wat lekkers? Lieve collega’s die trakteren, pralines bij overvloed, frietjes of een broodje op vrijdag… . Er wordt misschien zelfs verwacht dat je netjes mee doet. Samen snoepen is dan ook erg gezellig, dan hoeft niemand zich schuldig te voelen.

Het gekke is dat, indien je deze ‘hongertjes’ opvult met geknabbel, je trek er niet minder door wordt. Integendeel! Je krijgt steeds meer trek en minder energie. Voor je het weet heeft het hongervirus je te pakken.

En dan stel ik me de vraag… wat is het ergste? Een stap zetten om je gewoonte aan te passen of in de spiraal van meer trek en minder energie meegesleurd worden?
 

De impuls om meer en meer te eten is van levensbelang!

Een heel belangrijke vraag is: Waarvoor dient die impuls om te snoepen en graag lekker veel te eten?

Als we even de tijd terugdraaien en teruggaan naar de natuur, zien we dat mens en dier ontworpen zijn om steeds meer te kunnen eten. De oermensen hadden snel door dat, wanneer het fruit aan de bomen rijp was, ze snel moesten zijn of het fruit rotte weg. Ze konden de oogst immers niet lang bewaren. Het enige wat ze konden doen was de oogst zo snel mogelijk opeten.

Natuurlijk verzwaarden de mensen in de zomer erg. De vetreserve die ze in de vorm van een dikke buik en billen aanlegden, smolt terug weg in de wintermaanden als er heel wat minder eten te vinden was.

Stel dat de holbewoner in die barre tijden een sappig konijn zag voorbij lopen en dwaas en vertederend lachte naar dat schattige diertje. Hoe zou zijn hongerige kind dan nadien naar hem gekeken hebben?

Dus recht springen en het konijn vliegensvlug vangen was de boodschap!

Het is (was) van levensbelang om naar onze impulsen te luisteren als er eten voorhanden is. Reageren op klein en groot wild hoort bij deze impuls. Zorgen dat je zo snel mogelijk en zo veel mogelijk eet bij overvloed dat is een andere kant van deze overlevingsimpuls.

Nu je deze levensreddende impuls begrijpt, zie je misschien ook dat ons makkelijke Westerse leven niet zo makkelijk is. Er is altijd eten voor handen.

 
De kast en koelkast vol met lekkers kunnen heel aantrekkelijk zijn!

Steeds de impuls tot eten volgen is echt geen goed idee. Als je blijft ‘jagen’ op eten, kom je niet echt tot rust, je ontspant moeilijk alsof je ‘gejaagd’ blijft. Je krijgt zelfs de neiging om steeds meer te willen eten.

Daarom vind je hieronder tips om bewuster met je eten en je impulsen om te gaan.
 

• Gezondere keuzes van snacks, zoals fruit en een kom soep komen je rust net wel ten goede. Je kikkert er echt van op in plaats dat je je even opgepept voelt zoals bij een reep chocolade.
• Gun je jezelf wat tijd, rust in je hoofd en eventueel wat quality time met je partner? Dan kan je beter de tv en computer tijdig afzetten en gezellig je bed in duiken.
• Een dagelijkse wandeling van 30 minuten blijkt erg eetlustremmend, gezond voor je hart, het verlaagt je bloeddruk en cholesterolgehalte. Bovendien is het een natuurlijke boost voor een goed humeur. Wandelen is een belangrijk ‘medicijn’ tegen stress, ouderdomsdiabetes, osteoporose, dementie.
• Voldoende water of kruidenthee drinken – min 1,5 liter per dag – zorgt ervoor dat je goed gehydrateerd bent. Twee glazen lauw water op nuchtere maag laten je maag en darmen veel beter werken. En ‘snoepgoesting’ verdwijnt aanzienlijk als je voldoende gedronken hebt. Milde uitdroging lijkt soms op honger, terwijl je lichaam eigenlijk vocht nodig heeft.
• Fruitsap, koffie, thee en alcohol drogen ons net verder uit. Waarom denk je dat ze in Italië een glas water bij een expresso geven? Juist! Ter hydratatie.
• Nog een kleine gewoonte is simpelweg trager eten! Door je in te beelden dat je in het fijnste restaurant zit en ongelofelijk geniet van je gezonde eten – ook al maakte je het zelf – werkt je vertering en je verzadigingsgevoel veel beter. Je voelt je aangenaam gevuld na de maaltijd en kan op tijd stoppen met eten.
• Zorg best ook voor verzadigend eten op je bord: volkorengranen, veel groenten, fruit, een aardappel en een stukje vlees, vis of vervanger. Alles wat je herkent uit de natuur is ok, versterkend en vullend. Sterk geraffineerde en industriële voedingsmiddelen stimuleren de honger veel meer. Zeg nu zelf wat heb je als fabrikant het liefste? Dat je je goed gevuld voelt of dat je snel nog een doos cornflakes of donuts koopt?

 
Moet iedereen nu op dieet?

Neen, als je alles tegelijk aanpakt komt de lat vaak zo hoog te liggen dat je snel het gevoel krijgt ‘op dieet’ te zijn. Kies gewoon één of twee punten die je haalbaar vindt. Door deze nieuwe gewoonte bewust in je dagelijkse routine te zetten, merk je snel de gezondheidsvoordelen en veel meer innerlijke rust.

Zo stijgt de gezonde goesting om een tijdje later een volgende nieuwe, goede gewoonte in te voeren en daardoor gezonde controle op je eetpatroon te krijgen.
Dus! Waar wacht je nog op?
 
Door Birgit Gilis (MUNA)