Een goed boek moet ons niets geven,doch iets afnemen : één van onze zekerheden .
De dood kan men zich niet indenken omdat hij afwezigheid van gedachte is. Dus komen we er niet onderuit te leven of we eeuwig waren
.
Elisabeth George
Zoals de akker bedorven wordt door onkruid zo de mens door zijn begeerten.
JUST LOOKING
Met mensen die nooit denken , is het moeilijk méédenken..
Stel dat de avond niet zou vallen en dat het moeizame gedoe dat wij bedrijven met ons allen zou doorgaan tot oneindig toe
A fine is a tax for doing wrong A tax is a fine for doing well
Ik was een kind Ik kreeg een horloge Maar ik kon niet klokkijken Ik was een man Ik keek op mijn horloge En ik zag dat ik voort moest maken Ik was een vrouw Ik keek op mijn horloge En ik zag dat ik achter liep Ik was oud Ik keek op mijn horloge En ik zag dat het stilstond Ik was god ik wist al lang hoe laat het was
Liefde is soms als dag en nacht, voor altijd samen, altijd gescheiden.
Sue Grafton
'Deze plaats is bezet' zeggen we uitsluitend als er niemand op zit
Laat Amsterdam je noit verlokken Mijdt grote steden als de pokken Ik weet de lichtstroom trekt ons aan Ofschoon w'erin ten onder gaan Hoevelen zijn niet door dat leven Vernietigd, in het slijk gebleven 't Gevaar ligt oov'ral op de loer Nee jongenlief, blijf jij maar boer
Er staat een buizerd aan het mateloos verschiet. 'De vogel bidt', verklaren ons de biologen, Maar elke sukkel die omhoog kan blikken ziet Dat hier de goegemeente deerlijk wordt bedrogen.
Want bidden, heren, is dit ongetwijfeld niet: Onder het bidden sluit men altijd nog zijn ogen. Wat zulk een vogel doet is daarom hypocriet, En uw verhaaltjes acht ik weinig overwogen.
De doorn krijgt water omwille van de roos.
Wie zichzelf hartstochtelijk bemint, mag er zeker van zijn dat de liefde wederzijds is .
Net als een plant kan een kinderziel onmogelijk groeien zonder warmte ( Carl Jung )
"Geluk is het enige wat zich verdubbelt als men het deelt "
Enkele mooie streekbeelden
Schildpadden kunnen meer over de weg vertellen dan hazen.
Secundaire analfabeten noemt men mensen die hebben leren lezen , maar het nooit meer doen.
Wie van hoop leeft, zal nooit dik worden
A careless word may kindle strife. A cruel word may wreck a life. A timely word may level stress. A loving word may heal and bless.
"Het leven is een soep met vier troostende mergpijpen erin: de drank, de liefde, de tabak en de kunst."
"Een tong: een uiterst fatsoenlijk ding zolang hij niet van een vrouw is."
"Zoek niet de schuld, maar de oplossing, in jezelf."
EXCELLENCE can be obtained if you Care more than others think is wise Risk more than others think is safe Dream more than others think is practical Expect more than others think is possible .
.
Hij dacht. En vond een uitkomst evenmin, maar raakte bijster in het eigen hart. Want wie de ganse kluwen heeft ontward, die weifelt tussen einde en begin
Een kinderlied had me erheen bewogen; ik stond onder een al te schelle zon en zag hoe ik als kind was voorgelogen - geen mens danst op de brug van Avignon.
Je moet geen vraagteken zetten waar God een punt heeft geplaatst.
Wie iets wil doen, vindt een middel. Wie niets wil doen een excuus
LIEFDE KOST NIETS OM TE KRIJGEN MAAR IS ONBETAALBAAR ALS JE HET HEBT.
Salman Rushdie
"Elke deugd heeft onechte zusters, die de familie schande aandoen."
Vergiffenis is de geur die het viooltje afgeeft aan de hiel die het vertrapt heeft . ( Mark Twain)
"Dit jaar gaan we met het vliegtuig op vakantie en ik neem mijn kanarie mee. Ik hoop maar dat hij niet ziek wordt, want dat beest heeft nog nooit gevlogen."
Woorden zijn de kleuren van de gedachte. ( Hugo Claus )
Auteurs en hun boeken
korte beschrijvingen
02-10-2008
*Mevrouw Verona daalt de heuvel af * van Dimitri Verhulst
Mevrouw Verona daalt de heuvel af
van Dimitri Verhulst
Uitgeverij :Contact -Amsterdam ISBN 9025425380
112 blz.-novelle
En de dag waarop dit nieuws hier door de heuvels trok, Mevrouw Verona blijft!, Mevrouw Verona blijft! hebben de mannen zingend vlokken schuim op de rivier gepist.
Met veel humor, inlevingsvermogen en kennis van zaken toont Verhulst het leven achter de mistroostige gevel van arm Vlaanderen.
Als schrijver wil ik een tienkamper zijn .-Dimitri Verhulst
*** Een woest talent is Dimitri Verhulst genoemd.,de"ongepolijste chroniqueur van veel wat smerig is in de wereld",.
Een schrijver die net als de ook in het Vlaamse Aalst geboren Louis Paul Boon 'de mensen een geweten wil schoppen'. Schrijft Verhulst over een asielzoekerscentrum (?Problemski Hotel'), dan doet hij geen verslag van het tragische lot van in het nauw gedreven vluchtelingen, maar maakt hij een rauwe schets van een wereld vol door eigenbelang voortgedreven miserabelen. In het alom bejubelde 'De helaasheid der dingen', riep Verhulst in vrolijk stemmende zinnen een verschrikkelijke Vlaamse jeugd op in het verzonnen Reetveerdegem, waar hij bij zijn grootmoeder inwoonde, samen met zijn vader en drie ooms.Mannen die alle vier met hartstocht hun leven verzopen. ,,Zichzelf dood drinken was voor mijn vader geen sport maar een eerder een sociale zegening'', schreef Verhulst met typerend gevoel voor understatement.
Een boek vol gal, bier en misere, maar wel van het veredelde soort, opgediend met sardonisch eergevoel. Die energieke Vlaamse chroniqueur, de schrijver die weemoed paart aan woede, vind je niet terug in de novelle 'Mevrouw Verona daalt de heuvel af '
Hier is een veel bedachtzamer man aan het woord, een schrijver die eerder het goede en het hogere opdiept dan het smerige en volkse.
Er is weer een dorp, maar het is Waals en niet Vlaams. Het dorp telt drie heuvels, waarop drie gehuchten liggen. Op de eerste bladzijde daalt de tweentachtigjarige Mevrouw Verona een van die heuvels af in het besef dat ze niet meer omhoog zal klimmen. In een terugblik op haar leven passeren de dorpsbewoners van Oucwègne én haar grote liefde, de veel te vroeg gestorven meneer Pottenbakker, die haar ook na zijn dood immer vergezelde.
Beneden bij de rivier gaat ze haar dood afwachten. Ze heeft haar grote liefde twintig jaar overleefd. De spar waaraan hij zich heeft opgehangen, heeft twintig jaar liggen drogen. Er is een cello van gemaakt met een heerlijke geur, maar een lelijke klank.
Mevrouw Verona's wandeling heuvelafwaarts vertelt Verhulst in cirkels, waarbij hij als een camera soms op iets of iemand inzoomt en zich dan weer terugtrekt om via een andere plek op de heuvel ook weer bij een andere figuur uit het dorp terecht te komen, meestal in het verleden, met een ander verhaal. Anders dan in 'De helaasheid der dingen' houdt de verteller afstand. Hier is een antropoloog met potische inborst aan het woord; een beschouwer, geen deelnemer. In het dorp Oucewgne klinken louter Franse namen, maar de dorpelingen schijnen niet wezenlijk anders dan in Reetveerdegem. Er is veel bier. Er is een dierenarts die wanneer nodig ook de huisarts is. Er is, de Blonde d'Aquitanie (een koe), het tafelvoetbalspel. en pâs op blz. 81 wordt gerept over 'geld uit de muur' en begrijp je dat het boek zich afspeelt in het heden en het recente verleden.
Gaandeweg blijkt dat Verona en haar grote liefde 'meneer Pottenbakker' nieuwkomers waren in het dorp; noorderlingen, kunstenaars .Ze zijn anders; ze spelen piano, houden van Bach, kennen Proust.
De verteller belicht hun vrijwillige isolement op de heuvel en hun integratie in het dorp. Geregeld dalen ze af naar het café of de kantine van de cinema, naar petanque of voetbalspel. Het levert dorpse taferelen op die Verhulst welbewust op een hoger plan tilt. Zelfs zoiets lulligs en landerigs als het tafelvoetbalspel beschrijft hij als een intens vuurwerk, door de deelnemers volbracht 'in opperste concentratie' (?) ,,Vreugdekreten en vloeken hielden elkaar in balans, stommiteiten werden vereffend met ogenblikken van intense zelfverachting.''
'Mevrouw Verona daalt de heuvel af' is ook iets nieuws; een Proustiaanse blik op de bier drinkende, dorpse onderklasse.
Soms is de stijloefening te opzichtig, en zo innemend als zijn vorige roman is deze novelle ook niet. Maar bewondering overheerst. Als je op de laatste bladzijde weer bij de wachtende mevrouw Verona aanbelandt, keer je graag terug naar de eerste bladzijde om dezelfde vlucht nog eens te maken.
Dimitri Verhulst -(1972)
Dimitri Verhulst ,debuteerde in 1999 met de verhalenbundel De kamer hiernaast bij uitgeverij Contact. In 2001 verscheen van hem :"Niets, niemand en redelijk stil" en in 2003 :" Problemski hotel". Zijn eigenlijk debuut is uit 1994 en heeft als titel:" Assevrijdag". Deze vrij obscure publicatie was een initiatief van hemzelf dat enkel zijn weg vond naar wat vrienden en bekenden. Met de verhalenbundel:" De kamer hiernaast" die genomineerd werd voor de NRC Literair Prijs maakte hij zijn officieël debuut.. Hij publiceerde verhalen en gedichten in verschillende literaire tijdschriften, waaronder Nieuw Wereldtijdschrift, De Brakke Hond en het tijdschrift Underground, waarvan hij redacteur is.
De helaasheid der dingen (2006) werd zijn succesnummer. Dimitri Verhulst won er de publieksprijs van de Gouden Uil mee en de literaire jongerenprijs De Inktaap .Het boek wordt verfilmd door de Vlaamse regisseur Felix van Groeningen. De schrijver staat bekend om zijn scherpe pen en is nooit bevreesd om kritiek op de hedendaagse maatschappij en ons allen te uiten.
Verhulst woont en werkt in Wallonië,in de buurt van Huy(Hoei)
"Joden waren nergens thuis" , denkt Bram, "behalve in hun verbeelding."
Leon De Winter schreef een verontrustende roman over een man, een volk en een wereld in een diepe crisis.
***
"Het recht op terugkeer" speelt zich af tussen 2004 en 2024. In 2070, merkt iemand op, zal het 2.000 jaar geleden zijn dat Jeruzalem door de Romeinen werd verwoest, de joodse natie werd vernietigd en de diaspora begon. In 2024 is het nog niet zo ver, maar het is vijf voor twaalf. Het grondgebied is ingekrompen, de bevolking is verouderd en neemt in aantal af. De hoofdstad Tel Aviv is een elektronisch beveiligde en belegerde stad. geworden. Demografisch en diplomatisch lijkt de strijd verloren. Blijven of weggaan is een oude taboevraag die iedereen zich stelt, zelfs de meest loyale burgers van het land. Bram Mannheim is gebleven. Hij verzorgt zijn vader, de stokoude Nobelprijswinnaar Hartog Mannheim, die door alzheimer is getroffen en als een kind verzorgd wordt. Twintig jaar eerder was Bram, geboren in Amsterdam, een talentvolle hoogleraar in Princeton. Zijn leven stortte in toen Bennie, zijn vierjarige zoontje, van het ene op het andere moment verdween. Gekidnapt, verdronken? Nooit werd duidelijk wat het kind is overkomen. Brams huwelijk ging eraan ten onder, net als zijn loopbaan en zelfvertrouwen.
Als een soort compensatie redt hij een baby bij een auto-ongeluk en vermoordt hij een pedofiel. Deze gebeurtenissen worden allemaal uitgestreken over twintig jaar
Bram is een man in verwarring in een land in verwarring. Balin, ooit een notoire vredesduif en vriend van Bram, is in 2024 hoofd van de Israëlische binnenlandse veiligheidsdienst, en een havik uit noodzaak.Op hun harde argumenten, ook die van vader Mannheim, heeft de moe geprate Bram geen antwoord. Leidt extreme politieke wanhoop onvermijdelijk tot geweld, zoals verdriet en wraakzucht leiden tot de moord op een onschuldige pedofiel?
Nu, in Tel Aviv, runt hij een bureautje dat ouders helpt verdwenen kinderen op te sporen. Als vrijwilliger bestuurt hij een ambulance. Na een periode van relatieve rust beginnen de zelfmoordaanslagen weer. Als dan blijkt dat de aanslag op een grenspost, waar elke passant op zijn "joodse" chromosomen wordt gecontroleerd, door een joodse jongen is gepleegd, weet de lezer al dat ergens de gekidnapte zoon zal opduiken.
En Bram ontdekt dat onder deze aanslagen een onverdraaglijk geheim schuilgaat, een geheim dat de hoop doet oplaaien dat Bennie nog leeft en dat Bram hem kan vinden voordat het te laat is.
Dat de joodse erfelijke lijn die traditioneel via de moeder verloopt, nu om veiligheidsredenen een vaderlijk karakter krijgt, is een pijnlijk en ironisch gegeven. En een goede vondst. Los van dit spanningselement, is dit een "angstige" roman over trouw en vlucht, vaderschap en identiteit ("het was onmogelijk om de vader te zijn van een verdwenen kind zolang hij dat was kon hij niet zijn wie hij was, begrepen ze dat niet?"), over verdriet en gekte, liefde en haat. Toch blijft Bram hopen. Maar voor hoelang? Hij maakt kennis met Eva (!), net als hij de ouder van een verdwenen kind, en droomt van een nieuw begin, een "gewoon" bestaan, elders, in Rusland. Maar is dat niet het land van pogroms en antisemitisme?
Het recht bestaat uit het respecteren van de vrijheid van elke vluchteling zoals voorzien in het internationaal recht, om te kiezen: terugkeren naar Israël, een compensatie krijgen of elders gaan leven. De Israëlis moeten begrijpen dat de erkenning van het recht op terugkeer niet betekent dat miljoenen Palestijnen van vandaag op morgen hun land zullen overspoelen, dat de mensen hun land zullen moeten achterlaten of dat Israël zal verdwijnen. Het recht op terugkeer zal een einde maken aan de grote crisis in onze maatschappij. Het biedt de enige duurzame en realistische oplossing voor deze twee volkeren: samenleven en een einde maken aan het scheidingsproject, aan racisme en de etnische zuivering die in naam van de veiligheid de zaken voor beide volkeren alleen maar erger gemaakt heeft.
Leon De Winter-1954
***
Leon de Winter(1954) ,groeide op in s Hertogenbosch en bezocht midden jaren zeventig de Filmacademie in Amsterdam. De Winter maakte zijn literaire debuut in 1976 met de verhalenbundel Over de leegte in de wereld. Voor zijn romandebuut De verwording van de jonge Durer (1978) ontving hij de Reina Prinsen Geerligsprijs. In mijn eerste romans kwam geen jood voor, vertelde Leon de Winter in een interview. Toen ik achtentwintig werd, dacht ik: Zo oud was mijn vader, toen de oorlog begon. Wat zou ik gedaan hebben? Wat zou ik geweten hebben? Wat zou ik gezien hebben? Hoe bang zou ik geweest zijn? Hoe zou ik overleefd hebben? Dat was een groot moment voor me, in 1982. Vervolgens heb ik vier jaar lang, tot Kaplan, geen letter geschreven. In 1986 maakte Leon de Winter de overstap naar De Bezige Bij, waar Kaplan verscheen. Kaplan was een groot succes en bleek het eerste deel van een aantal romans die met elkaar gemeen hebben dat ze handelen over de zoektocht naar oorsprong, naar de joodse identiteit en bovendien op een andere, toegankelijker wijze geschreven zijn dan zijn eerdere werk. De Winter werd een bestsellerauteur, niet alleen in Nederland maar ook in het buitenland, met name in Duitsland waar hij een grote populariteit geniet.
De roman De hemel van Hollywood (1997) werd verfilmd met Rod Steiger, Burt Reynolds en Tom Berenger. Leon de Winter tekende voor het scenario en de produktie.
In 2002, in het jaar dat Leon de Winter 25 jaar schrijver was, verscheen de roman Gods Gym, wederom een grote bestseller die door de critici buitengewoon gunstig werd onthaald.
De Winter publiceert regelmatig opinieartikelen in het dagblad Trouw en tijdschriften Elsevier, Die Welt en Der Spiegel. In 2005 kreeg hij de Buber-Rosenzweig-Medaille, een onderscheiding voor zijn strijd tegen antisemitische en racistische tendensen. De Winter en Jessica Durlacher waren in 2005 gastdocenten aan de Universiteit van Berkeley in San Francisco.
De pianostemmer van Pascal Mercier verschenen op 10.07.2008
Oorspronkelijke titel ; "
Der Klavierstimmer." - München : Knaus, cop. 1998. Uitgeverij ; Wereldbibliotheek ISBN 9789028422360
vertaling van Gerda Meijerink.
'Wat een afgrond tussen wie hij had willen zijn en wie hij werkelijk is geweest!'
Nieuwsgierigheid, schrijft Pascal Mercier in de Pianostemmer, is 'het vermogen je door het vreemde gevangen te laten nemen en daardoor bevrijd te worden van de last van je op het verleden gerichte gevoelens.'
*** Voor wie Nachttrein naar Lissabon en Perlmann's zwijgen steeds wil herlezen, is er opnieuw een parel van Pascal Mercier: "De pianostemmer." In deze roman staat de vraag centraal welke rol het oordeel van anderen in ons leven speelt:
Wij zoeken ons geluk buiten onszelf en in het oordeel van de mensen van wie we toch weten dat ze onderkruipers zijn en weinig oprecht, zonder gevoel voor gerechtigheid, afgunstig, grillig en bevooroordeeld: wat absurd! (La Bruyère).
In zekere zin kun je De pianostemmer een scharnierboek noemen. In twee verhaallijnen gaat het hier opnieuw om het verlangen naar de goedkeuring van anderen, die zich uit in een obsessieve zucht naar erkenning, én om de zoektocht naar autonomie, in dit geval van een onlosmakelijk verbonden tweeling.
Aanvankelijk lijkt de belangrijkste inzet van De pianostemmer de poging van de tweelingbroer en -zus Patrice en Patricia zich als adolescenten te bevrijden uit hun hechte, incestueuze verbond, en een eigen, autonoom bestaan te ontwerpen. Om dat te bereiken hebben ze afgesproken elkaar te vertellen over hun leven, nadat ze op negentienjarige leeftijd het ouderlijk huis (en elkaar) zijn ontvlucht. Hun in schriften neergelegde ontboezemingen vormen de alternerende hoofdstukken van de roman. Zes jaar na deze afspraak wordt hun voornemen doorkruist door het dramatische bericht dat hun vader is gearresteerd wegens de moord op een door hem verafgode operazanger. Dan verschuift hun aandacht, en de focus van de roman, naar de vraag hoe het zo ver heeft kunnen komen en begint de zoektocht van de kinderen, die het ouderlijk huis niet alleen ontvlucht zijn uit vrees voor de incestueuze wending in hun verbond, maar ook om te ontkomen aan 'de krankzinnige hunkering naar erkenning' van hun vader, die het gezinsleven ontwrichtte.
Dan krijgen we stukje bij beetje inzicht in de geschiedenis van die vader. Mercier schetst een boeiend en overtuigend portret van een weesjongen die zijn jeugd in een tehuis doorbrengt, door pleegouders op het spoor van de muziek wordt gezet, en na een succesvol bestaan als pianostemmer de ambitie opvat een groot operacomponist te worden. Op zijn zestigste - na veertien opera's in dertig jaar - lijkt zijn droom eindelijk in vervulling te gaan als de opera waarin hij al zijn frustratie en wrok over het uitblijven van het gedroomde succes heeft verwerkt, zal worden uitgevoerd op een prestigieus festival.
In een interview in de Volkskrant begin dit jaar verklaarde Mercier: "Wie de pathetiek en sentimentaliteit veroordeelt is een cynicus". In Nachttrein was vooral de pathetiek ruimschoots aanwezig maar dat bleek geen enkel bezwaar om een geweldig boek op te leveren. Het intrigerende verhaal in "De pianostemmer" speelt zich af in de opera- en balletwereld, een omgeving die zich bij uitstek leent voor de pathetische en sentimentele overdrijving. Maar dit stoort in deze roman nauwelijks.Vooral het begin van de roman is erg sterk. Broer en zus Patrice en Patricia, een tweeling, besluiten op 19-jarige leeftijd uit elkaar te gaan omdat hun verhouding zo hecht is geworden dat ze vrezen nooit meer van elkaar los te zullen komen als ze niet radicaal met elkaar breken. Het is zelfs zover gekomen dat het tot de ultieme liefdesdaad is gekomen. De ouders wonen in Berlijn en Patrice en Patricia komen respectievelijk in Chili en Parijs terecht waar ze voor het eerst volkomen op zichzelf aangewezen hun weg moeten weten te vinden. Na zes jaar scheiding besluiten ze elkaar schriftelijk te vertellen hoe ze hun leven vanaf hun jeugd hebben beleefd om volkomen eerlijk tegenover elkaar te kunnen staan. Een schitterend gegeven dat meesterlijk is uitgewerkt. In het begin wordt de wederzijdse liefde tussen beiden door henzelf meeslepend beschreven. In deze bekentenissen komen hun ouders tenslotte als de belangrijkste hoofdpersonen naar voren De pianostemmer blijkt een ambitieuze operacomponist die zijn composities maar niet gesleten kan krijgen en zijn vroeger zeer knappe vrouw stond voor een veelbelovende balletcarrière tot ze een ongeluk kreeg door toedoen van een operazanger, die ook een cruciale rol in het boek zal krijgen. Er zijn veel drama, sentiment en intrige in de roman te vinden en het boeit van begin tot einde. Door het verhaal van twee kanten te horen is het dramatisch effect erg sterk. Naast de ouders verschijnen veel boeiende nevenfiguren op het toneel waardoor de schrijver de gelegenheid krijgt het leven in verschillende sociale milieus te beschrijven, zonder de verhaallijn geweld aan te doen. Wel valt op dat er veel toevalligheden in het verhaal voorkomen maar iedereen die zijn eigen leven beziet kan niet ontkennen dat die in elk leven een zeer grote rol spelen. Een roman over liefde en te hoog opgeschroefde ambities; het lukt de hoofdpersonen niet die ambities te relativeren waardoor de roman voor de ouders een tragisch einde krijgt. Gelukkig zijn broer en zus wel in staat tot die relativering waardoor hun verdere leven optimistisch tegemoet kan worden gezien.
:Patrice - Eerste schrift: Nu, nu alles voorbij is, willen we opschrijven hoe we het hebben beleefd. We zullen ons ieder voor zich met onze herinneringen bezighouden, zonder ons door de aanwezigheid van de ander te laten verleiden. Wat we vertellen zal waarachtig zijn, ongeacht hoeveel pijn het zal doen wanneer we het lezen. Dat hebben we elkaar beloofd. Alleen zo, zei jij, zullen we in staat zijn de kerker van onze liefde af te breken, die met onze gemeenschappelijke geboorte is begonnen en tot op de dag van vandaag voortduurt. Alleen zo, heb je gezegd, kunnen wij ons van elkaar bevrijden.
'Een van de meest fascinerende aspecten van De pianostemmer is de verhouding tussen Patrice en zijn tweelingzus Patricia. Hoe zou u deze verhouding omschrijven?' Paul Mercier: Het begint als volledige intimiteit, als de ervaring dat ze schijnbaar alles delen. Er is die overweldigende, intens beleefde overtuiging dat het eigen leven alleen dan volwaardig is als het wordt gedeeld met de tweelingbroer of zus. Maar de verhouding ontwikkelt zich, het boek is, op een bepaalde manier een ontwikkelingsroman: het verhaal van een emotionele en intellectuele ontwikkeling. Langzaam maar onomkeerbaar realiseert de tweeling zich dat ze onvermijdelijk twee mensen met twee afzonderlijke, autonome, authentieke identiteiten moeten worden dat ze niet verder kunnen leven als ze hier niet in slagen. En ze leren dat woorden een machtig middel zijn om die onafhankelijke emotionele identiteit te creëren. (Fragment).
Pascal Mercier heeft de naspeuringen en herinneringen van Patrice en Patricia vervlochten tot een fascinerende roman over intimiteit en menselijk falen. Daarin staat de vraag centraal welke rol het oordeel van anderen in ons leven speelt. Pascal Mercier heeft met De pianostemmer een spannende roman geschreven over een intrigerend filosofisch vraagstuk.
Pascal Mercier -(Peter Bieri) -1944
***
Pascal Mercier (Bern, 1944) , Zwitserland ,studeerde filosofie in Londen en Heidelberg. Hij is als hoogleraar filosofie verbonden aan de Vrije Universiteit van Berlijn. Zijn roman Nachtzug nach Lissabon (2004) werd in Duitsland een groot succes en wordt in verschillende talen vertaald. Pascal Mercier is behalve romancier ook hoogleraar filosofie. In zijn romans vloeien die metiers prachtig samen. Ze stellen filosofische kwesties op een literaire wijze aan de orde, vol verbeeldingskracht, vol leven en vooral vol spanning. Onder zijn eigen naam, Peter Bieri, schreef hij enkele filosofische werken. Pascal Mercier is het pseudoniem voor Peter Bieri die in het dagelijks leven hoogleraar filosofie te Berlijn is. Onder zijn eigen naam Peter Bieri publiceerde hij in 2001: " Het handwerk der vrijheid "". Over de ontdekking van de eigen wil. Hij had toen al twee romans op zijn andere naam staan. Hoewel het gebruik van een pseudoniem voor zijn literaire werkzaamheden een scheiding suggereert tussen de academicus en de romanschrijver, liggen beide toch in elkaars verlengde.
Wat Bieri en Mercier gemeen hebben, is hun onderzoek naar de vrije wil van de mens, de mogelijkheden van zijn handelen en de verantwoordelijkheid van het individu voor zijn daden of juist dadenloosheid. In Het handwerk der vrijheid schrijft Bieri dat hij alle filosofische geschriften die hij over de wil van de mens gelezen heeft, terzijde schoof om zelf te peilen wat hij ervan vindt. Op systematische wijze analyseert hij vervolgens dit onuitputtelijke onderwerp dat de menselijke geest vanaf het eerste moment van zijn (religieuze) zelfreflectie heeft beziggehouden. Bieri wil het menselijk handelen eerst en vooral begrijpen door de wetmatige voorwaarden ervan te ontdekken. Kenmerkend voor zijn romans is een existenciële geladenheid, die alle lagen doortrekt. Belangrijke thema's zijn eenzaamheid, wanhoop en genialiteit Daarnaast schenkt Mercier een bijzondere aandacht aan de vervreemdende werking van de taal en de onoverbrugbare kloof die tussen haar en de werkelijkheid, zowel fysiek en sociaal, bestaat.
Een allesomvattend boek over een verlopen docentschap en een fatale liefde
"Onder mijn pen zit mijn schuldgevoel " - Jan Siebelink.
***
Onlangs verscheen de nieuwe roman van Jan Siebelink, Suezkade. In de periode dat Jan Siebelink avond aan avond op pad was om over Knielen op een bed violen te spreken, ontstond er in de vroegste uren van de ochtend een ander boek. Een boek even noodzakelijk als de roman over de kwekerij, en dat het andere deel van zijn autobiografie bestrijkt
Deze nieuwe roman heet Suezkade en speelt zich vrijwel geheel in Den Haag. af.
Het Gymnasium Haganum vervult een belangrijke rol. Siebelink situeerde eerder een aantal van zijn romans in Den Haag. Zo spelen "Vera" er en grote delen van "Engelen van het duister."
Suezkade gaat over een schatrijke jongen die geheel alleen op de wereld staat. Waarschijnlijk is hij wees, maar dat weet hij niet eens zeker. Hij heeft een oudtante die aan de Suezkade woont. "Ik zou het huis zo aan kunnen wijzen, het ligt in de bocht waar de Suezkade de Laan van Meerdervoort kruist," zegt de schrijver.
De hoofdpersoon uit Suezkade heeft ondanks zijn rijkdom de behoefte om iets te doen. In Parijs leest hij in een Nederlandse krant een advertentie voor herintreders in het onderwijs. Zo wordt hij ten slotte leraar Frans aan het Descartesgymnasium in Den Haag.
Siebelink: ,,Dat gymnasium is in werkelijkheid Gymnasium Haganum aan de Laan van Meerdervoort. Maar er lopen ook herinneringen aan mijn eigen school uit Ede, waar ik voor de klas heb gestaan, doorheen.
De kersverse leraar Frans valt aanvankelijk nogal op. Hij doet het goed in zijn nieuwe omgeving, maar langzamerhand raakt hij geheel vervreemd. Hij komt in een geïsoleerde positie terecht en moet op den duur het onderspit delven. Ook ontwikkelt er zich een romance tussen de leraar en een jong Marokkaans meisje dat hij als brugklasser ziet binnenkomen en dan door de jaren heen volgt. Het is een liefde, haast Siebelink zich eraan toe te voegen, die overigens niet geconsumeerd zal worden.
Siebelinks band met Den Haag gaat terug tot de jeugd van zijn vrouw. Siebelink groeide zelf op in Velp. Maar Gerda Hoogstraten, zijn vrouw, is afkomstig uit de familie van de gelijknamige boekhandel aan het Noordeinde. Vera wordt beschouwd als een echte Haagse roman. Die was voor een groot deel gesitueerd in het Valkenboskwartier, Engelen van het duister in de Stationsbuurt.
Siebelink schreef Suezkade tijdens de drukte die het succes van Knielen op een bed violen met zich meebracht. Het motief van de eenling die in afzondering wordt gedwongen, zoals de vader in zijn jongste roman, is er ook sterk aanwezig.
Hoofdpersoon in Suezkade is de drieëntwintigjarige Marc Cordesius, werkzaam aan het Haagse gymnasium Descartes, waar hij al vanaf de eerste dag een hartstochtelijke liefde voor de jonge leerlinge Najoua voelt. Cordesius is een innemende, dandyeske verschijning, die direct het vertrouwen van de rector weet te winnen en naar verloop van tijd verwerft hij een eigen lokaal. Het is een haast paradijselijke enclave waar, tegen de moderne onderwijsontwikkelingen in, nog plaats is voor grammatica en literatuur. Suezkade is een allesomvattend boek over een verlopen docentschap en een fatale liefde.
De pers overSuezkade:
"Suezkade kan onmiddellijk worden gecanoniseerd als een van de schitterendste schoolromans in het Nederlands taalgebied." - De Groene
"Een verfijnde en meeslepende roman.(..) Een echte Siebelink, vanwege de elegante en gevoelige stijl waarin hij het inferno van de school en de romantische neergang van zijn held beschrijft." - Trouw
Jan Siebelink : -1938
*** Jan Siebelink, die in 1975 debuteerde en sindsdien dertig boeken publiceerde, heeft in één klap de status van publiekslieveling verworven.
Jan Siebelink. -Voor velen is hij vooral de auteur van Knielen op een bed violen (2005), zijn roman over de godsdienstwaanzinnige vader die zijn jeugd overschaduwt. Het verhaal bereikte een ongekend groot en divers publiek, en leverde hem de AKO Literatuurprijs op
Op 13 februari 1938 geboren te Velp, in de Hertogstraat 15.verhuisde na een jaar naar de Bergstraat waar zijn vader een kleine bloemisterij begon. Zijn vader had zich aangesloten bij een streng orthodoxe groepering. Jan werd onderwijzer en studeerde in zijn vrije tijd Franse taal-en letterkunde.
De hoofdpersonen in Siebelinks boeken zijn neurotische figuren die voortdurend op zoek zijn naar verlossing. De sfeer in de boeken van Siebelink is meestal beklemmend en heeft sterke verwantschap met de Franse
decadente literatuur.
De kwekerij van Siebelinks vader wordt in veel werk o.a. De herfst zal schitterend zijn en En joeg de vossen door het staande koren als een soort Arcadië voorgesteld - en zijn vader als 'de tuinman van dit aardse paradijs'.
Siebelink volgde de MULO en daarna de Rijkskweekschool. Hij moest zijn militaire dienstplicht vervullen en tekende twee jaar bij. Tijdens de opleiding in Breda
tot reserve-officier bij de luchtmacht studeerde hij voor de akte Frans Deze studie zette hij na zijn diensttijd voort en haalde de akten A en B, waarna hij aan een doctoraalstudie in Leiden begon. In 1972 sluit hij zijn studie met goed gevolg af en is dan inmiddels werkzaam aan het Marnix-college te Ede.Tijdens zijn studie komt hij in aanraking met J.K. Huysmans, een decadente negentiende-eeuwse schrijver die tot de kringen van Zola behoorde. Siebelink is zo gegrepen door het boek A rebours, dat hij besluit het te vertalen. Het verschijnt in 1977 onder de titel Tegen de keer en krijgt daarna een cultstatus. Hij huwde met de lerares - en later vertaalster Gerda van der Haas. Siebelink werd leraar frans eerst in Dieren en daarna in 1969 aan het Marnix College in Ede Herinneringen aan zijn docentschap aan het gymnasium in Ede zijn verbeeld in de verhalenbundel :Laatste schooldag , dat inmiddels 12 drukken beleefde.
In 1975
debuteerde Jan Siebelink met de verhalenbundel "Nachtschade", waarin het veelgeprezen 'Witte chrysanten' en het belangrijkste thema angst is. Geïnspireerd door de Franse letteren publiceert hij vervolgens zijn eerste roman: "'Een lust voor het oog"' (1977). Het boek werd een sleutelroman Het speelt zich af in de onderwijswereld en bevat surrealistische elementen. Thema's als verval, dood en religie domineren in deze roman. Daarnaast levert Siebelinks onderwijskundige ervaring ook de nodige romanstof op. In 1980 brak Siebelink definitief door met : "De herfst zal schitterend zijn"
Siebelink schreef naast romans
en verhalen ook essays over Franse schrijvers voor de Haagse Post en Vrij Nederland. Deze artikelen zijn gebundeld in De reptielse geest (1981) en De prins van nachtelijke Parijs(1985).
schreef Siebelink ook non-fictie: Pijn is genot (1992), waarin wielrenners als Erik Breukink en Johan van der Velde als devote avonturiers worden neergezet. Siebelink beschouwt deze bundel bijna als een reeks zelfportretten. In Mijn leven met Tikker beschrijft Siebelink het leven van zijn geliefde windhond Tikker, die hem en zijn gezin meer dan veertien jaar vergezelde (1999).
Bibliografie :
Nachtschade (1975) Een lust voor het oog (1977) J.K. Huysmans, Tegen de keer (1977) Weerloos (1978) Oponthoud (1979) De herfst zal schitterend zijn (1980) De reptielse geest (1981) En joeg de vossen door het staande koren (1982) Arnhem. Beeld en verbeelding (1983) Koning Cophetua en het bedelmeisje (1983) De hof van onrust (1984) De prins van nachtelijk Parijs (1985) Ereprijs (1986) Met afgewend hoofd (1986) Schaduwen in de middag (1987) De overkant van de rivier (1990) Hartje zomer en andere verhalen (1991) Pijn is genot (1992) Met een half oog (1992) Verdwaald gezin (1993) Laatste schooldag (1994) Dorpsstraat Ons Dorp (1995) Vera (1997) Daar gaat de zon nooit onder (1998) Schuldige hond (1998) De bloemen van Oscar Kristelijn (1998) Bergweg 17, Bosweg 19 (1999) Mijn leven met Tikker (1999) Engelen van het duister (2001) Margaretha (2002) Knielen op een bed violen (2005) Eerlijke mannen op de fiets(2005) Suezkade (2008)
Nelleke Noordervliet lijkt met "Snijpunt "een ongemakkelijke roman over het nu te hebben willen schrijven. Met een korte openingszin trekt Nelleke Noordervliet de lezer het verhaal in: Zonlicht flitste in het vlindermes. In deze vijf woorden schuilt de belofte dat het een spannend boek wordt. In Snijpunt raakt de schrijfster aan de thema's van deze tijd: wat vermag het humanisme tegen de behoefte aan religie; waarom willen mensen geloven; hoe verwerf je waardigheid en zelfrespect? Het boek vertelt over twee generaties in een veranderende wereld en over de levensvan Nora Damave en Guido Kaspers, ooit verbonden in een huwelijk waaruit hun dochter Franca is voortgekomen. Drie personen die op een snijpunt van hun leven komen.
Nora Damave, stabiel en altijd positief als lerares en overtuigd humanist, wordt tijdens een ruzie op school aangevallen door een leerling van islamitische afkomst, waarbij ze wordt gestoken met een mes.Kan de daad zijn uitgelokt? Ze krijgt weinig begrip voor haar situatie en voelt zich als paria behandeld, en niet als slachtoffer.
Guido Kaspers, zoon van een Italiaanse gastarbeider die hij nooit heeft gekend en medewerker van een bibliotheek, wil de wereld versteld doen staan met een spectaculaire ontdekking. Hij is als een bezetene op zoek naar de ware identiteit van de ondergedoken goeroe en cultschrijver van zijn generatie, E. Fischer, de Meester, die na zijn wereldwijde succes in de jaren zeventig spoorloos is verdwenen. Wanneer Guido niet terugkeert uit Umbrië, gaat de zestienjarige Franca haar vader zoeken een daad die haar onvermijdelijk de volwassenheid in schopt en drie levens in een maalstroom van gebeurtenissen en ervaringen sleurt.
Snijpunt is een interessante tijdsroman met boeiende contrasten, geschreven in de van Noordervliet bekende robuuste, nuchtere en soms ook poëtische stijl. Het boek richt zich werkelijk tot iedereen. Zelfs de liefhebbers van ongecompliceerde doorkijkjes in het Italiaanse landschap worden bediend.
Dit boek benoemt, analyseert en spreekt een duidelijker taal dan om het even welk manifest, het is ook beter geschreven.Bij eerste lezing zie je de contouren, ruik je de wind, deint het gras op de helling, maar het vergt herlezing om óver de dijk te kunnen kijken en meer te begrijpen. Snijpunt toont het failliet van het humanisme, het failliet van het geloof. De niet te doven behoefte aan geestelijke waarden en religieuze behoeften, en nog veel meer. Alles wijst erop dat alleen de verbeelding de mens kan redden. Zolang we ons niet proberen in te leven in de ander, komen we niet verder, lijkt de auteur te willen zeggen. En dat vergt moed. Moed van de personages, moed van de schrijver en moed van de lezer. Dat maakt Snijpunt tot een uiterst dappere roman. Kortom ,een spannend verhaal dat bekwaam naar een reeks van climaxen wordt geleid.. Het is rijk aan nieuwe inzichten, staat bol van erudiete verwijzingen naar de klassieken, is geschreven met veel gevoel voor karaktertypering en bevat ook nog eens een spannend detectiveverhaal. De westerse humanistische cultuur wordt afgezet tegen samenlevingen die sterker leunen op ideologieen en religies. Het gaat dan niet alleen om de islamitische bevolking in Nederland, maar ook om communisten, fascisten en katholieke Brabanders. Op deze manier nuanceert Noordervliet de ongrijpbaarheid van de huidige problemen met de allochtone jongeren in Nederland.
Nelleke Noordervliet
Nelleke Noordervliet werd op 6 november 1945 in Rotterdam geboren. Haar vader was automonteur, haar moeder huisvrouw. Vader was rooms-katholiek, moeder van oorsprong protestant met een sterk socialistische inslag. Als eerste van de familie mocht Nelleke Noordervliet doorleren. Op het r.k.Lyceum voor meisjes Maria Virgo deed ze gymnasium A. Daarna studeerde ze Nederlands te Leiden en Utrecht. Haar studie sloot ze cum laude af. Na een tamelijk grillige carrière bij een wetenschappelijke uitgeverij, in het onderwijs en in de politiek als gemeenteraadslid voor de Partij van de Arbeid, debuteerde ze als auteur in 1987 met Tine of De dalen waar het leven woont. Haar volgende romans werden vaak genomineerd voor en bekroond met literaire prijzen. Ze was gastschrijver aan de universiteiten van Groningen, Leiden, Delft en Berlijn en aan de Sorbonne te Parijs. Ze publiceert verhalen, essays, lezingen en columns in weekbladen en tijdschriften. Met enige regelmaat is ze te gast bij radio- en televisieprogrammas.
Op het eerste gezicht lijkt Snijpunt een literaire wildwaterbaan, maar in werkelijkheid is het een diep water. Als deze intelligente roman representatief is voor de Nederlandse literaire productie in het nieuwe jaar, dan staat ons nog veel moois te wachten. **** - DE STANDAARD
" Ik woon in landen waar ik de hele dag in een joggingpak zou kunnen lopen. Maar dan wordt het onderscheid tussen in bed liggen en het dagelijkse leven zo klein. Het liefst zou ik me verkleden voor het avondeten, maar mijn vrouw zit daar niet echt op wachten. Onlangs was ik in Ibiza in een supermarkt en het leek wel alsof ik zo ongeveer de enige was die zich gedoucht en geschoren had.
En de enige zonder joggingpak. "
- Martin Suter
***
Na haar scheiding van de bankier Frédéric Forster heeft Sonia maar één wens: de nachtmerrie vergeten en tot zichzelf komen. Maar na een onbedoelde lsd-trip glipt de realiteit haar door de vingers: ze ziet geluiden, hoort kleuren en proeft objecten. Sonia ontvlucht de stad en vindt werk in een gloednieuw wellnesshotel inVal Grisch, een gemeenschap die haar deuren altijd potdicht heeft gehouden voor buitenstaanders en toeristen. Dan vinden er plotseling vreemde gebeurtenissen plaats.
Sonia, toch al overgevoelig door de zintuiglijke verwarring na haar trip voelt zich allerminst op haar gemak in de sombere vallei met zijn gesloten, wantrouwige bewoners. Als ze op een boek stuit met daarin een oude streeklegende over de duivel van Milaan, slaan wantrouwen en onbehagen om in regelrechte angst voor haar eigen veiligheid en die van de mensen om haar heen ...
De sfeer en de setting van het verhaal zijn zonder meer mooi: een eenzame Alpenvallei waar het bijna voortdurend regent, met als enige buren een dorpje waarvan de bevolking niet altijd even positief tegenover het hotelpersoneel staat.
Het seizoen is nog niet begonnen, dus er zijn weinig of geen gasten, wat meteen doet denken aan The Shining, met Jack Nicholson, maar verder dan een leeg hotel gaat de vergelijking niet. Er lopen in het boek talloze interessante personages rond, zowel onder het hotelpersoneel als in het dorp.Ze zijn meestal goed uitgewerkt en dragen bij aan de suspense die vrijwel voortdurend in het boek aanwezig is: je weet gewoon dat er allerlei akelige dingen gaan gebeuren, maar niet wanneer, op welke manier en door wiens toedoen. Maar het blijft wel leuk om ernaar te raden.
Een belangrijke rol - het boek opent er zelfs mee - is weggelegd voor de synesthesie waar Sonia aan lijdt, -waarnemingen die ontstaan zonder dat het betreffende zintuig wordt geprikkeld:- het zien van kleuren bij het horen van bepaalde geluiden (auditio colorata), het omgekeerde hiervan: het horen van geluiden bij het zien van bepaalde kleuren, en het ruiken van spijzen bij het zien van een afbeelding ervan.
Suter schrijft sec, heel functioneel en zonder toeters en bellen. Het boek telt ook maar 210 bladzijden, waar andere schrijvers er voor hetzelfde verhaal minstens 350 nodig zouden hebben gehad. Je wordt op bladzijde 7 in je kraag gepakt en pas op bladzijde 210 weer losgelaten.
Gewoon klare taal, schrijven op de vierkante centimeter, want over elk woord is nagedacht, en de ene zin stuurt je door naar de volgende. Verzet is zinloos. Geen zinnen die door hun schoonheid of constructie in je hoofd blijven zitten of uitnodigen tot herlezen. Taal die puur in dienst staat van het verhaal, en dat verhaal is goed, origineel en sfeerrijk, en het wordt bevolkt door boeiende personages.
Daarom is De Duivel van Milaan volgens mij geen literaire thriller, zoals dat op de cover staat, juist niet, zou ik zeggen, of misschien zelfs het tegendeel ervan. Waarmee ik niet wil zeggen dat het niet goed geschreven zou zijn, want het is zeker een prettige leeservaring en een bijzonder boek. Wat me brengt bij het enige minpuntje van De Duivel van Milaan, want ik vond de ontknoping een beetje gewoontjes in contrast met de veelbelovende weg ernaartoe.
De Duivel van Milaan is opgedragen aan Albert en Anita Hofmann. Wie is Albert Hofmann? Albert Hofmann is een Zwitsers scheikundige die in 1906 werd geboren. Inmiddels is hij 101 jaar oud en wereldwijd bekend vanwege zijn onderzoek naar lsd en zijn geestverruimende werking. In 1943 heeft Hofmann bewust zijn allereerste lsd-trip in de geschiedenis van de mensheid geslikt. Het betrof 250 microgram lyserginezuurdiëthylamide. Een paar dagen eerder had hij per toeval ontdekt dat deze stof een sterk hallucinogeen effect heeft.
Lsd zet de deuren van de waarneming open, aldus Hofmann en andere gebruikers. Tijdens het gebruik van lsd krijg je allerlei illusies, je ziet vreemde dingen en ervaart synesthesie. Dit betekent dat je geluid ziet, kleur hoort en geur proeft. Daarnaast dient zich een andere tijddimensie aan. Dit alles ondervindt de hoofdpersoon uit De Duivel van Milaan. Sonia heet ze en ze heeft een trip achter de rug waarvan ze nog geruime tijd later de gevolgen ondervindt. De uitvinder van lsd, de chemicus Hofmann, heeft altijd gepleit voor het toelaten van het mystieke binnen de wetenschap. Wij mensen weten nog zo weinig. Als we zo weinig weten moeten we niets uitsluiten. Ook het mystieke en het onverklaarbare niet.
Martin Suter -1948
*** Martin Suter werd in 1948 in Zürich geboren. Tot 1991 was hij creative director bij een reclamebureau. Daarnaast was hij geruime tijd voorzitter van de Art Directors Club van Zwitserland. Hij schreef reclameteksten, scenarios en columns. Maar altijd was er de drang om toe te geven aan een roeping, die hij al sinds zijn 16e jaar had: fulltime schrijven. In 1991 was het zover. Sinds die tijd schrijft hij eens per twee jaar een boek dat in Zwitserland al snel als bestseller over de toonbank gaat. De auteur leeft afwisselend met zijn vrouw op Ibiza en in Guatemala. Zijn romans schrijft hij vooral in Guatemala. Martin Suter is populair in Zwitserland. De mensen kennen hem ook mede dankzij columns over het bedrijfsleven die hij met regelmaat schrijft. Small World was zijn eerste boek en het werd niet alleen in Zwitserland opgemerkt maar in meerdere talen vertaald, waaronder het Nederlands. Het vertelt het verhaal van een man die lijdt aan de ziekte van Alzheimer. Een ander werk van zijn hand is: Een perfecte vriend. Het gaat over een man die wakker wordt in een ziekenhuis. Hij heeft een ernstige hoofdwond en een verstoorde herinnering. In 2007 verscheen in De Duivel van Milaan bij uitgeverij Signature. De hoofdpersoon is een vrouw die lijdt aan synesthesie. De vraag dringt zich onvermijdelijk op: Wat heeft Martin Suter met het functioneren van hersenen en de waarneming? Wat trekt Martin Suter aan in de synesthesie? Een terugkerend thema in zijn boeken is het verlies van identiteit of controle. Wat is de werkelijkheid en hoe neem je waar? Waarschijnlijk bestaan er grote verschillen in waarneming tussen mensen onderling. Martin Suter giet deze fascinatie telkens in een andere soort boek. De ene keer schrijft hij een misdaadverhaal, de andere keer een avonturenroman of een boek over een reis door de tijd. Een eerbetoon aan de genres waarvan ik houd. In De duivel van Milaan twijfelt de hoofdpersoon in toenemende mate aan haar waarneming. Dat was opzet. Ik wilde bereiken dat de lezer zich, net als mijn hoofdpersoon, steeds meer gaat afvragen wat fantasie en wat werkelijkheid is. In welke wereld leef ik eigenlijk? Bestaat die wereld echt of zit hij alleen in mijn hoofd.
Wat is kenmerkend aan zijn stijl? De lezers waarderen zijn boeken omdat nieuwsgierigheid ontstaat naar het verloop en de afloop. Een ander handelsmerk is zijn precisie, lange beschrijvingen of overbodige details worden gemeden.
Ik denk dat een kenmerk van mijn stijl is dat ik veel weglaat. Daarnaast moet de taal in dienst staan van het verhaal. Ik heb er altijd plezier in gehad taal te gebruiken die beknopt en to the point is.
Martin Suter is een gedisciplineerd schrijver. Van een writersblock heeft hij nooit last. Hij gelooft niet in dit fenomeen. Schrijven is ook een kwestie van discipline en hard werken voor inspiratie. Hij doet veel onderzoek voor zijn boeken. Momenteel is internet een belangrijke bron. Van welke schrijvers houdt de auteur? -Van Somerset Maugham , Tom Wolfe en Peter Hoeg (Smillas gevoel voor sneeuw vond hij fantastisch). Daarnaast heeft hij veel sprookjes gelezen van o.a. E.T.A. Hoffmann, Grimm en Hans Christian Andersen. Zijn laatste boek De duivel van Milaan heeft kenmerken van een sprookje. Martin Suter houdt ook van de misdaadromans van Dürrenmatt, Simenon en Glauser. Deze schrijvers laten zien dat een plot uiteindelijk minder belangrijk is dan de taal, de personages en de sfeer.
Uitgever : The House of Books-VIANEN-Antwerpen 2007
vertaald door Annemarie Lodewijk
.- oorspronkelijke titel:
"The Bookthief."- 558p.
:ISBN.-978 90 443 1965 1
"Wanneer de dood een verhaal vertelt, kun je maar beter luisteren"
Markus Zusak: ": If someone wanted to be a runner, you don't tell them to think about running, you tell them to run. And the same simple idea applies to writing, I hope. "
If a ray of light came out of the sky and said, "Your next book will never be published - would you still write it?" If the answer is yes, the book is worth writing.
***
"Soon there was nothing but scraps of words littered between her legs and all around her. The words. Why did they have to exist? Without them, there wouldn't be any of this. Without words, the Fuhrer was nothing."
De boekendief is een zeer pakkend boek, waarin het verhaal van het leven tijdens de Tweede Wereldoorlog in Duitsland op schrijnende wijze wordt verteld. Het vreemde aan het verhaal is dat het verteld wordt door De Dood, die allang weet hoe dit verhaal zal aflopen. Dat wil je als lezer natuurlijk ook, zeker omdat je hoopt tegen beter weten in dat het alsjeblieft toch goed af zal lopen .het leven in naziDuitsland gezien door de ogen van het dertienjarige meisje Liesel.
Wanneer de dood een verhaal vertelt , kun je maar beter luisteren .
Dit is de ietwat lugubere zin die onder de titel "De Boekendief" prijkt. We zien een meisje, liggend met blote voeten, lezend in een dik boek. Het verhaal begint in een trein, het is koud, en Liesels broertje Werner is stervende. Dit is het begin van het verdere leven van Liesel, hoe het haar vergaat wanneer haar moeder haar in Molching in de Himmelstraat 33 aflevert bij de familie Hubermann.
Liesel is bang en onzeker, en worstelt met nachtmerries over haar broertje. Bovendien heeft ze tijdens de begrafenis van haar broertje haar eerste boek gestolen: "Het doodgravershandboek". Hoewel ze niet kan lezen als ze bij de familie Hubermann arriveert, merkt de lezer misschien op dat ze antwoorden zoekt over hoe het haar broertje vergaat. Dit is het relaas van een familie tijdens WOII. Toch merk je slechts heel summier het geweld op dat de oorlog met zich brengt, en barst hij pas echt goed los aan het eind van het boek. Hitlerjugend en de vervolging van de Joden zijn slechts een achtergrond van de belangrijkste gebeurtenissen in haar leven, zoals het stelen van boeken en verboden appels.
Maar vergis je niet: alles wat WOII met zich bracht, zit zeker in dit boek vervat: van uit elkaar gerukte families over Hitlerverering en dito groeten over Jodenvervolging, én de angst om als familie ontdekt te worden wanneer je een Jood in je kelder verbergt om te voorkomen dat hij wordt weggevoerd naar de kampen. Het is een boek over het leven zelf, met mooie kanten, vriendschappen zonder meer, kattenkwaad en vooral veel liefde en menselijkheid, die weerspiegelt wordt in hoe de personages worden neergezet.
Zoals de Boekendief zou zeggen: "De woorden staan rechtop in het boek". Tijdens het lezen loop je tegen ieder woord aan alsof het je wil tegenhouden en je de hele gruwelijke dimensie van de tijd wil laten proeven. Eindelijk en boek dat de duitse kant van de tweede wereldoorlog laat zien. Een boek wat laat zien dat het toen in Duitsland ook een rot tijd was. Dat laat zien dat er ook in Duitsland joden gered zijn.
Markus Zusak
***
Markus Zusak, is op 1 januari 1975 geboren in Sydney, Australië. Hij begon te schrijven toen hij 16 jaar was, twee jaar later was zijn eerste manuscript af. Ook toen hij naar de universiteit ging, hield hij zich vooral bezig met het schrijven van verhalen. Markus woont nog steeds in Sydney, waar hij werkt als leraar op een middelbare school. Hij is de zoon van een Oostenrijkse vader en een Duitse moeder. Hij is de jongste van vier kinderen.Hij is getrouwd en heeft een dochter.
In het Nederlands zijn drie boeken van Zusak gepubliceerd: De Underdog
, De Vechter en De Boekendief. Een vierde boek - I Am The Messenger - is anno 2008 nog niet in het Nederlands vertaald. De Boekendief is anno 2008 inmiddels in drieeëntwintig landen uitgegeven.
In een interview met de Sydney Morning Herald vertelt Zusak hoe hij opgroeide met de verhalen die verteld werden over het Duitsland tijdens de TweedeWereldoorlog
de bombardementen op München en over de joden die door het kleine Duitse stadje waar zijn moeder woonde richting concentratiekamp marcheerden. Deze verhalen inspireerden hem om De Boekendief te schrijven. Even was het de bedoeling dat Zusak huisschilder zou worden, net als zijn vader, maar hij was al snel van mening dat hij daar geen talent voor had. Nadat hij De oude man en de zee van Ernest Hemingway en What's Eating Gilbert Grape had gelezen, raakte hij zo geïnspireerd en bevlogen van het idee om schrijver te worden, dat hij zich daar verder op gericht heeft. Het duurde echter nog zeven jaar voordat zijn eerste werk zou worden gepubliceerd.
Zijn tweede boek Fighting Ruben Wolfe- De vechter heeft in 2001 een belangrijke Australische jeugdboekenprijs gewonnen. Het is bekroond als 'Honour Book' in de 'Book of the Year Older Readers Category'
***** Uit de pers :
"Poised to become a classic" - USA Today
"It's possible to be overwhelmed and impressed by such moments in Mr Zusak's novel. It's also possible to wish there were more of them" - New York Times
* De kracht van een vrouw * van Marianne Fredriksson
De kracht van een vrouw
Oorspr. titel : "Ondskans lansikte "
Uitgever :
De Geus Verschenen :09-2006 ISBN-nummer : 9789044507379 Aantal pagina's :299
***
Stina is een nuchtere, intelligente vrouw die stevig in haar schoenen staat. Maar als ze Per ontmoet en valt voor zijn innemendheid en levenslust, geeft ze zich volledig over aan de liefde. Haar moeder is blij met de verandering in het leven van haar dochter. Haar vader, rechercheur bij de politie, is minder gelukkig met de relatie.
Toch blijkt alles goed te gaan, tot Stina in verwachting is. Vanaf dat moment gaat Per zich steeds agressiever en beledigender gedragen. Stina trekt zich terug. Ze schaamt zich en accepteert het verbale en fysieke geweld tot er een grens wordt overschreden.
Hoe komt het dat vrouwen zoveel vernedering accepteren en zich zelfs schuldig voelen over wat ze hebben laten gebeuren?
De kracht van een vrouw is een nieuwe en eigentijdse roman van de Zweedse auteur . Het verhaal verteld over een onafhankelijke sterke vrouw met een succesvolle carrière die door haar man verbaal en fysiek mishandeld wordt. Een vriendin schiet haar te hulp om haar man te verlaten.
Maanden later geeft haar moeder het advies om alles op te schrijven. Op die manier leert Stina ontzettend veel over de relatie die ze met Per had en komen herinneringen weer boven. Stina snapt niet dat ze het zover heeft laten komen en ze wil twee dochtertjes in bescherming nemen. Maar hoe moet ze dat doen? Volgens de wet heeft Per toch het recht om zijn kinderen te zien? Stina krijgt het steeds moeilijker, helemaal als er een overduidelijke grens wordt overschreden die het leven van het hele gezin op zijn kop zet.
De kracht van een vrouw is een mooi en intrigerend boek. Het raakt je als lezer hoeveel hulp Stina krijgt van zowel familie als vrienden. Je gaat nadenken over alles wat Stina is overkomen en dat het jou ook zomaar kan gebeuren. Liefde maakt immers blind. Af en toe is het verhaal wat verwarrend en minder goed te volgen. Dit omdat Stina soms herinneringen over haar relatie met Per krijgt en dus terug in de tijd gaat. Het is dan lastig te bepalen of het verhaal zich dan in het heden of verleden afspeelt.
Nadeel aan het verhaal zijn de vele Zweedse namen die in het boek voorkomen, De namen lijken veel op elkaar wat het moeilijk maakt de personen die in het verhaal voorkomen uit elkaar te houden.
Verder is De kracht van een vrouween prachtige roman over een onverwoestbare sterke vrouw. Voor de fans van deze auteur is het boek zeker een aanrader.
Weer een echte Fredriksson: gevoelig, actueel, dichtbij de realiteit en vol met gedachten en bespiegelingen die tot nadenken stemmen.
*****
Marianne Fredriksson
Marianne Fredriksson (1927 - 2007) groeide op in Göteborg in Zweden. Na haar studie werkte ze als journaliste bij de lokale krant Göteborgstidningen, waar ze scheepvaartverslaggeefster werd. Het talent van Fredriksson bleef echter niet onopgemerkt en ze werd uiteindelijk redactiechef bij het grootste Zweedse dagblad, Svenska Dagbladet (1974-1989). Marianne Fredriksson werd op 28 maart 1927 geboren in Göteborg, Zweden. Haar vader werkte als scheepsbouwer en haar moeder was huisvrouw en nam de zorg voor twee kinderen op zich.
Marianne ging na haar studie werken bij een plaatselijke krant. Met haar man, een zeeman, kreeg zij kinderen. Ze koos er niet voor om alleen de kinderen op te voeden maar combineerde haar moederschap met een carrière in de journalistiek. In Göteborg ging ze aan de slag als journaliste. Toen ze naar Stockholm verhuisde ging werd ze er hoofdredacteur van meerdere tijdschriften. Ook werkte ze vijftien jaar als redactiechef voor een krant.
Alles leek voor de wind te gaan tot ze op haar tweeënveertigste in een diepe depressie raakte. Ze kreeg twee jaar lang psychoanalyse en ontdekte dat ze ook op een andere manier kon schrijven dan alleen als journaliste. In kader van haar therapie moest ze haar droom uitschrijven, dit leidde uiteindelijk tot haar carrière als schrijfster.
In 1980 verscheen haar debuut Evas Boek. Na haar debuut volgden tal van boeken die in miljoenenoplagen gedrukt werden in verschillende talen.
Marianna Fredriksson kreeg in 1998 de Trouw Publieksprijs voor het Nederlandse Boek. Deze prijs ontving ze voor haar roman Anna, Hanna en Johanna.
Marianne Fredriksson overleed onverwacht op 11 februari 2007 als gevolg van een hartinfarct. Bij haar overlijden schreef de Zweedse minister-president Fredrik Reinfeldt: "Zweden heeft een geliefd schrijfster verloren, die op unieke wijze haar lezers met haar boeken wist te boeien, iets wat niet alleen veel Zweden maar veel lezers in de hele wereld hebben weten te waarderen."
280 pagina's ISBN 978-90-261-2410-5, 3e druk vert.van:
Die Therapie (München: Knaur, 2006), vert.uit het Duits: Jan Smit
*** Viktor Larenz is psychiater. Zijn dochter van 12 jaar die ziekelijk was, verdwijnt onder verdachte omstandigheden en keert niet terug.
. Er zijn geen getuigen, geen sporen. Er is geen lijk. Vier jaar later is ze nog steeds verdwenen en Viktor, de psychiater en vader trekt zich terug in zijn vakantiehuis op een verlaten eiland. Zijn huwelijk is door de verdwijning van zijn dochter op de klippen gelopen.
Viktor Larenz is al gestopt met de praktijk, toen Josy nog leefde. De vreemde en ernstige ziekte van Josy slokte al zijn tijd en energie op.Op een dag duikt daar de mooie Anna op. . Ze heeft last van wanen en wil graag bij Viktor in therapie. Viktor heeft hier eigenlijk weinig zin in . Zij zegt een ziekte te hebben, die de specialisatie is van Larenz: schizofrenie. Larenz is erg onwillig en geeft haar vijf minuten,maar als Anna begint te vertellen, blijkt dat de inhoud van haar wanen opmerkelijke overeenkomsten vertonen met feiten rondom de verdwijning van zijn dochter Josy. Hoe kan Anna zoveel details weten of zien? Viktor stemt toe in therapie en voert gesprekken met Anna.
De therapie is een spannend boek. Het is het debuut van Sebastian Fitzek, een Duitse schrijver die afkomstig is uit Berlijn. Een overtuigend debuut waarmee hij genomineerd werd voor de Friedrich Glauser Preis 2006 voor het beste debuut. Inmiddels ligt het derde boek van Sebastian Fitzek in Duitsland in de boekhandel en wordt De therapie verfilmd.
Het verhaal van De therapie speelt zich deels tussen Anna en Viktor met verwijzingen naar het verleden. Een eilandbewoner speelt een opmerkelijke rol evenals enkele collega-psychiaters. Op het afgelegen eiland stijgt de spanning in het verhaal. De hond van Viktor verdwijnt, de stroom valt uit en de veerboot Enfin, u snapt het. Als u eens een paar uurtjes de boel de boel wilt laten, heeft De Therapie therapeutische kracht! Sommige hectische scenes kunnen wel wat overdreven aandoen.Maar in het licht van de plot en de ontknoping verdwijnen deze bezwaren en past de constatering dat dit een misdaadroman is die goed in elkaar steekt en die zich onderscheidt vanwege de bijzondere ontknoping.
Enige kanttekening is dat de beschrijving van de ernstige psychiatrische stoornis schizofrenie- soms geromantiseerd aandoet. Sebastian Fitzek is een naam om te onthouden, we gaan vast meer van hem horen. In Duitsland werd halsreikend uitgekeken naar zijn derde titel, deze ligt sinds kort in de winkels en de reacties zijn enthousiast.
"Sebastian Fitzek" -1971
,werd in 1971 in het Duitse Berlijn geboren. Hij studeerde Rechtswetenschappen en promoveerde op het onderwerp Auteursrecht. Hierna begon hij met werken voor diverse radio- en televisiestations alvorens hij begon met schrijven.
Naïef begon hij met het schrijven van zijn eerste roman. Als hij had geweten dat slechts 0,1% van alle manuscripten wordt gekocht, dan was hij nooit begonnen aan het schrijven van een thriller.
Inmiddels heeft hij al enkele titels geschreven, waaronder De therapie De gijzeling.
Op 8 sept verscheen : " Der Seelenbrecher "
Sebastian Fitzek is gek op huisdieren en heeft 3 honden.
God is een variant van je eigen hoofd - Esther Gerritsen
*** Dominique, de hoofdpersoon, werkt in een psychiatrische kliniek en wil zich liefdevol gedragen tegenover haar dementerende moeder die ze regelmatig bezoekt in het verzorgingstehuis . Op een gegeven moment vraagt Dominque zich af: "Voor wie doe ik dit eigenlijk ? Niet voor mijn moeder, die heeft niets in de gaten. Verplegend personeel is ook niet aanwezig , net zomin als andere familieleden. Wat, kortom als er geen getuigen zijn van je handelingen. Dan bedenkt Dominique dat god haar ziet. Toen Gerritsen het boek begon te schrijven zat er helemaal geen god in het plan- God is er zo'n beetje ingeslopen. Het begint eigenlijk als een grapje. Zijn aanwezigheid geeft haar een prettig gevoel. Ze heeft iemand nodig die haar ziet. Later heeft ze meer nodig dan alleen een getuige. Dan projecteert ze steeds meer ongenoegen op hem en wordt het "een miezerige god , omdat hij niets kan , alleen maar toezien. Onder Dominique woont een alleenstaande vrouw met haar hondje Pasja. Net als haar moeder is mevrouw Joskov rond de zeventig. Daarmee houdt elke vergelijking ook op. Mevrouw Joskov is niet hulpbehoevend, draait nergens om heen , verwacht geen medelijden en heeft dat zelf ook met niemand. Met haar heeft ze een vreemd contact en bij haar kan Dominique zichzelf zijn. In wezen wordt Dominique door mevrouw Joskov genegeerd. Tegelijkertijd is het een ongevaarlijk contact. Ze wordt op geen enkele wijze met zichzelf geconfronteerd. Dominque heeft twee verlangens ; het verlangen naar een oordelende blik , van buitenaf , iemand die getuige is , en je goedkeuring geeft of je bestraft , maar ook het verlangen naar echt contact met een ander mens, een ander mens werkelijk te ontmoeten en die dus niet alleen als " getuige " te beschouwen van jouw leven. Maar zulke mensen zijn er niet in haar leven. Haar vader is gestorven. Van hem heeft ze zijn verzameling Blue Grass platen geërfd. Vrienden heeft ze niet. Tot ze op een goed moment Kris, een lelijke onbehouwen kerel die dwars door alle conventies heen gaat. ontmoet met wie ze wel echt contact heeft. Hij is bonkig , onhandig. Beleefdheden werken niet bij hem. Ze wordt zwanger van hem. Een zwangerschap die verwarring sticht , die vreugde brengt , maar ook veel verdriet als het kindje niet levensvatbaar blijkt. " De kleine miezerige god " is voor het eerst een compleet boek van deze talentvolle schrijfster , met rijke personages met een verleden en een heden, familie en een baan en daar door krijg je een vollere wereld, die minder afgesloten is dan in haar vorige boeken , en dus ook echtere mensen om wie je vaak ontzettend kunt lachen, tussen de drama's door , en om wie je dus ook heel erg kunt treuren, als de kleine miezerige god werkeloos toeziet wanneer het kindje niet levensvatbaar blijkt. Maar wat misschien wel een veel belanrijker onderwerp is dan de dood van het kind , is dat het haar niet lukt om te kiezen voor de persoon van wie ze houdt. Dat ze verstrikt raakt in een relatie met haar vreemde buurvrouw, alleen vanwege de obsessie " het goede te willen doen " en de man van wie ze houdt gewoon achterlaat.
Esther Gerritsen -(1972)
Esther Gerritsen groeide op in GENDT nabij Nijmegen en studeerde dramaschrijven en literaire vorming aan de Hogeschool voor de Kunsten in Utrecht. Ze schreef theaterteksten voor o.m. Het Syndicaat, Toneelgroep Amsterdam, Victoria, het Gasthuis en Keessen & Co. Haar eerste proza publiceerde ze in het tijdschrift Zoetermeer . Ze won in 2001 en in 2008 de Nederlands-Duitse Jeugdtheaterprijs van Duisburg. In 2004 kreeg ze de Halewijnprijs van de stad Roermond en in 2005 werd haar de Dif/BNG Prijs toegekend. Esther Gerritsen geldt als één van de grootste literaire talenten van Nederland. Ze publiceert regelmatig columns, verhalen en artikelen in dagbladen en tijdschriften. Haar roman : " Normale dagen " , werd weerhouden voor de longlist van de Libris Literatuur Prijs 2006.
Bibliografie
Is dit een kapstok?
(toneelscènes, Stichting Buitenkunst, 1997)
Bevoorrecht bewustzijn
(verhalen, De Geus, 2000)
Drie theaterteksten
(toneel, International Theatre & Film Books, 2002)
De Geheime Newton Uitgever: Arbeiderspers ISBN: 9789029566643
Geert Kimpen: "Inspireren om de best mogelijke vorm van jezelf te worden"
Wist je dat Isaac Newton zijn leven lang de kabbala bestudeerde...
*** Isaac Newton, de beroemde natuurwetenschapper die de wet van de zwaartekracht formuleerde, figureert in tal van complottheorieën.
Dan Brown, bracht Newton in zijn " Da Vinci Code" in verband met de Priorij van Sion, de stambewaarders van het geheim van Maria Magdalena. Wat is hier van waar? Was Newton lid van occulte geheime genootschappen? Is het waar dat negentig procent van zijn aantekeningen over alchemie en kabbala gaan? Kraakte Newton het geheim van de Steen der Wijzen? Is het waar dat hij in het grondplan van de Tempel van Salomo de blauwdruk van het universum vond? Waarom noemde hij zich een zoon van Noach? Is het waar dat hij de Apocalyps voorspelde in 2060? Waarom werd deze alchemist benoemd tot Koninklijke Muntmeester en bleef hij dat dertig jaar lang?
De geheime Newton is de nieuwe roman van Geert Kimpen, die eerder succes boekte met De Kabbalist.
Zijn nieuwe boek gaat over het geheime leven en onderzoek van de grote magiër Isaac Newton dat 250 jaar lang onontdekt bleef. De geheime Newton is een roman die onthult, ontroert en tot nadenken stemt over God, over de mens en over de wereld waarin hij leeft.
In zijn boek:" De Geheime Newton", laat Geert Kimpen zien dat wetenschap en spiritualiteit dichter bij elkaar liggen dan men zou vermoeden. Beiden stellen in wezen dezelfde vragen: Waarom zijn we hier ? Hoe is het leven ontstaan ? Wat is de zin van het leven ? Is er leven na de dood ? Bestaat God ? Voor Newton was spiritualiteit en wetenschap hetzelfde. Zijn beroemde natuurwetten zijn allen afgeleid uit diepe esoterische kennis. In een boeiend betoog laat Geert Kimpen zien hoe praktisch en inspirerend de geheime wetten van Newton zijn, wetten die altijd gelden en richting geven aan het leven.
Isaac Newton was lid van het mysterieuze Onzichtbare College. De leden waren intellectuelen uit heel Europa, met bijzondere belangstelling voor het occulte, die elkaar ontmoeten op een prachtig landgoed in Engeland, Ragley Hall. Daar woonde gravin Anne Finch die haar kasteel open stelde voor de zoekers naar de esoterische kennis. Sommige bleven er zelfs hun leven lang wonen, zoals de Vlaming Francis van Helmont. Hij was de autoriteit in kabbalistische kennis en vertaalde als eerste de boeken van Chaim Vital (Lees ook: De Kabbalist) in het Latijn.
Isaac Newton leerde Francis van Helmont kennen op Ragley Hall en was één van de eersten die de vertaling, de Kabbalah Denudata genoemd, kon lezen en bestuderen.
Newton werd gegrepen door de code die in de bijbel verborgen zat en door kabbalisten werd geanalyseerd. Hij zelf beet zich met zijn legendarische ijver vast in de Tempel van Salomon. Aan de hand van de gedetailleerde bijbelbeschrijving, tekende Newton het grondplan van de bijbel na. Hij was er van overtuigd dat in dit ontwerp alle wetten van het universum verborgen zaten en vond in de tekening zijn inspiratie voor de zwaartekrachttheorie. Ook meende hij dat de afmetingen van de tempel het verleden en de toekomst van de mensheid onthulden. Zo berekende hij onder meer dat in 1948 de Joden weer terug zouden keren naar hun land
Nadat Isaac Newton voorzitter werd van het (wetenschappelijke) Koninklijk Genootschap koos hij de Fransman Desaguliers als rechterhand en assistent. Deze jongeman slaagde erin, door vermakelijke theatrale demonstraties, de onbegrijpelijke theorieën van Newton populair en begrijpelijk te maken. Maar hij deed meer. Desaguliers werd de officiële oprichter van de Grootloge van Engeland in 1717, de eerste vrijmetselaarsloge. Een geheime opdracht van Newton waarbij Desaguliers het podium betrad terwijl Newton regisseerde vanuit de coulissen.
Om dit nieuwe herengenootschap een oude geschiedenis toe te kennen, lieten ze een pamflet ("De Constitutie") schrijven, waarin ze beweerden dat de vrijmetselaars opgericht werden ten tijde van Noach. Een geschiedenis, bijna identiek, aan Isaac Newtons ongepubliceerde boek "Chronologie". Een boek waarin Newton Noach zag als de bewaarder van de oude kennis en oerreligie. De rituelen, de graden en de vorm van de "tempel" waarin deze eerste vrijmetselaars bij elkaar kwamen, werden geïnspireerd door het Bijbelse verhaal van Koning Salomon.
. Hij geloofde dat in het grondplan van de tempel, een code verborgen zat die alle geheimen van het universum onthulde. Hij beweerde zelfs dat hij de inspiratie voor zijn zwaartekrachttheorie vond in dit Bijbelse bouwplan. Over Koning Salomon schreven ze dat hij de Steen der Wijzen bezat en het maken van deze Steen was de levenslange missie van Isaac Newton.
Bovendien had Newton ervaring bij het opstellen van rituelen en regels. Als voorzitter van het Koninklijk Genootschap stelde hij strenge reglementen op die erg verwant zijn aan de regels in de vrijmetselarij. Eén op de vijf leden van het Koninklijk Genootschap waren lid van deze eerste vrijmetselaarsloge. De grootmeesters van de loge hadden allen gemeen dat ze ook leden waren van Newtons Koninklijke Genootschap.
Newton stond bekend om zijn grote drang tot discretie en geheimhouding over zijn alchemistische, kabbalistische en religieuze kennis. De opzet van de Vrijmetselaarsloges was om net deze kennis in besloten sfeer met "broeders" te kunnen bespreken. Iedereen die toetrad deed een eed tot absolute geheimhouding waarbij de straf bij overtreding was dat de keel zou overgesneden worden, de tong uitgetrokken en het lichaam in zee zou geworpen worden. Zo werd het Koninklijk Genootschap het forum waar Newton zijn natuurfilosfische kennis kon verspreiden, en de Vrijmetselaarsloge het podium voor zijn esoterische ideeën voor een besloten kring van broeders
GEERT KIMPEN
Geert Kimpen is auteur, columnist en voormalig theatermaker. Hij is de schrijver van het succesvolle boek: De Kabbalist
Geert Kimpen schreef, bewerkte en regisseerde theatervoorstellingen als 'De Rattenvangster' en 'Sjakie en de chocoladefabriek'. Hij publiceerde in bladen als Nieuwe Revu en Fem/DeWeek. Dat hij in 2008 een veelgelezen schrijver en enthousiast verteller zou zijn, had Kimpen toen nog niet kunnen bevroeden.
,,Ik geloof in de kracht van de mens. Obstakels op het levenspad beschouw ik als uitdagingen, kansen om vooruit te komen", vertelt Geert Kimpen, die meent dat elke mens individueel een missie heeft in het leven. Ook het lijden gebeurt met een doel.
In 2004 ontmoette Kimpen een oude Russische Kabbalameester, die hem op het spoor zette van Chaim Vital. De theatermaker was zo onder de indruk dat hij besloot het verhaal te schrijven over een jongeman, die moet kiezen tussen het weten van alle geheimen van het heelal en zijn grote liefde op aarde.
Zijn zoektocht naar iets anders was al langer bezig en op het goede moment helpt de kosmos.
,,Ieder mens stelt zich op een bepaald moment in zijn leven de vragen over wie hij is, wat hij doet op aarde en wat de zin van alles is. Het verschil met vroeger is dat mensen toen meer in het gareel bleven lopen, in de gaten gehouden door sociale omgeving, werk, familie en kerkgenootschap. Tegenwoordig is het geaccepteerd om eigenzinnige keuzes te maken, je eigen droom te volgen, hoe dwaas die voor anderen ook lijkt."
Vert. van: "Le jardin de Badalpour." Paris : Fayard, 1998. - 1e dr. Nederlandse uitg. (geb.): 2000.
Zoektocht naar Indiase wortels
***
De moeder van Zahr wil haar dochter behoeden voor het strenge leven in India. Ze vlucht daarom met haar dochter naar Parijs. Zahrs vader , radja van Baldapur , probeert haar uit alle macht naar India te halen, maar zijn pogingen mislukken. Jaren later gaat Zahr zelf op zoek naar haar vader en haar Indiaanse afkomst. Ze raakt onder de indruk van de cultuur maar stuit ook op veel sociale misstanden , waardoor ze in conflict met zichzelf komt. Als ze tijdens haar verblijf een reis maakt naar Baldapur, de bakermat van de familie , vindt ze een verwaarloosde tuin , die het symbool wordt van Zahrs verbondenheid met India.
Tweede roman van de in Frankrijk geboren schrijfster (1941, kleindochter van de radja van Badalpur), na het succesvolle 'Uit naam van de dode prinses'*.
Een Indiase vrouw kan het keurslijf waarin zij als vrouw moet leven niet langer verdragen. Zij vlucht met haar dochtertje naar Parijs, waar de moeder al snel overlijdt. Het kind wordt opgevoed in pleeggezinnen en een klooster, waar zij zich als christen laat dopen. Maar volwassen geworden zoekt zij haar vader op. Deze neemt haar op in zijn huis, maar verwacht van haar dezelfde terughoudendheid in de omgang met anderen als van een moslimvrouw verwacht wordt. Zoals te verwachten wordt dit een bron voor conflicten. Zij vertrekt weer naar het Westen. Als journaliste wil zij opkomen voor de rechten van de vrouw in India en Pakistan. Na het overlijden van haar vader komt zij in conflict met haar broer, nu hoofd van de familie. De strijd begint opnieuw, maar nu met een gunstige afloop voor de journaliste. Een boeiend en interessant autobiografisch verhaal, levendig verteld, met goede karaktertekeningen. .
Zahr groeit op in Parijs in verschillende pleeggezinnen. Haar moeder, afstammelinge van een roemruchte Sultan uit het Ottomaanse Rijk, stierf vlak na haar geboorte. Wie haar vader was, is in het begin niet duidelijk. Haar moeder, Selma, heeft aangifte gedaan van een doodgeboren kind vlak nadat ze terugkwam van haar op de klippen gelopen huwelijk met de Radja van Badalpur te India. Een klein jaar later geef ze de geboorte aan van haar dochter, Zahr, wiens vader een Amerikaanse vriend was. Zahr brengt haar jeugd door, zoekend naar haar identiteit. Eerst waant ze zich nog een prinses, als afstammelinge van de Radja, dan slaat de twijfel weer toe en probeert ze gewoon Zahr te zijn. Pas rond haar 21ste jaar, wanneer ze een fervent aanhangster is van de linkse partij 'Socialisme en Liberté' in Parijs, gelooft ze dat ze waarachtig een dochter van de Radja van Badalpur is. In India leert ze niet alleen haar familie kennen - De Radja van Badalpur, Amir, en haar halfbroers Suleyman, Mansour en Nadim - maar ook het ware Indiase leven en haar tradities, die nog sterk verankerd zijn in de regio waar haar vader leeft: Lucknow. De prachtige glorie van het tijdperk van de Radja's en de Raj's heeft niet alleen ruïnes achtergelaten. Zahr komt erachter dat leven in India voor een vrouw een continu gevecht is tegen tradities, die eigenlijk niet meer passen in de moderne maatschappij. Behalve voor haar vader vat ze een gepassioneerde liefde op voor hun landgoed, Badalpur, dat de bakermat van hun familie is. In de tuin die haar moeder daar ooit had aangelegd, denkt ze de rust en vrede te vinden, waar ze al zo lang naar op zoek is... Maar rust en vrede is misschien iets dat niet makkelijk te verkrijgen is in het turbulente India dat verscheurd wordt door de strijd tussen Hindoes en Moslims.
Een prachtige autobiografische roman vol turbulente gegevens over het vaderland van Kenizé Mourad, India. De schrijfster heeft geen makkelijk leven gehad. Over haar moeder, afstammelinge van de laatste Sultan van het Ottomanse rijk, heeft ze het boek 'Uit naam van de dode prinses' geschreven, wat een bestseller was in 1983. Terecht, want je zult toch maar uit zo'n roemrucht geslacht komen en wanneer je in het Topkapi museum bent, je tussen je grootouders wanen. In 'De tuin van Baldapur' komt Mourads vaderland aan de beurt, maar ook haar eigen verscheurdheid tussen die belangrijke ouderlijke geslachten en de verschillende landen die ze representeerden. Haar jeugd was één grote zoektocht naar een eigen identiteit, wat haar zeer onzeker maakte toen ze ouder werd.
Aan het einde van het boek, wanneer Zahr reedsde 50 voorbij is, lijkt ze eindelijk een identiteit te kunnen aannemen. Niet die van een Indiase moslim, of een afstammelinge van de Sultane, maar gewoon die van haarzelf: Zahr, met als thuisland Frankrijk. Het eerste deel van het boek gaat over haar jeugd in Frankrijk, doorspekt met allerlei gegevens over de vergane glorie van haar familie van beide kanten. Selma, haar moeder, is als bannelinge opgegroeid in Beiroet, toen nog het Parijs van het Oosten. Maar toen ze haar huwelijk met de Radja van Badalpur had opgegeven, keerde ze berooid terug naar Parijs, waar ze een armoedige dood stierf. De meeste familieleden van Zahr, afkomstig uit koninklijke geslachten, leven in armoede, zowel van moeders als vaders kant. Als klein kind droomde ze nog van een grot van Ali Baba, waarin haar vader zou leven, maar al ouder wordend beseft ze dat die uitbundige rijkdom, zowel van de sultans, als van de radja's, geschiedenis is. Toch slaat in het boek nog een kleine vonk over van deze wereldse rijkdommen. In het tweede deel van het boek leert Zahr het India van haar vader kennen. Hartstochtelijk probeert ze zowel een plaatsje in de familie als in de Indiase maatschappij te veroveren.
Maar deze grote cultuurstap is niet zo makkelijk. Zahr wordt verscheurd tussen het willen houden van, maar ook haar eigen integriteit. Dit deel is een schildering van Indiase cultuur en traditie, maar ook nog steeds over Zahr's identiteitsstrijd. Uiteindelijk kiest Zahr voor haar eigen leven in Frankrijk en wordt ze journaliste. Het derde deel is wederom een vervolg van de zoektocht naar haar identiteit, maar ook van het turbulente leven in een staat met zoveel verschillende godsdiensten. Zahr, wel zekerder van zichzelf, stort zich zowel in een persoonlijke strijd, als ook in de politieke strijd. Met een zekere pen oordeelt ze over zowel Hindoe-, als Moslim-gebruiken. Rake uitspraken zoals over het dragen van de sluier, beschrijvingen van gruwelijke moordpartijen, geven een zeer indringend beeld van India, maar ook van 2 wereldwijd verspreide godsdiensten. En dat is wat dit boek zo mooi maakt: tegelijk een beeld gevend van haar innerlijke strijd, beschrijft ze een India verscheurd door oude tradities, godsdienstonlusten en barre armoede. Het boek is een fascinerende film vol persoonlijke emoties, maar ook een prachtig, doch streng portret over een land met een roemrijk verleden vol miljoenen verschillende mensen. Het is een aanklacht tegen vuile godsdienstspelletjes en de armoede, het is de geschiedenis van een geslacht ontstaan uit de groten der aarde, dat nog lang niet is vergaan. Kenizé Mourad is misschien haar titels kwijt van Radjkumari of Sultane, maar als schrijfster mag ze zich nog steeds een prinses wanen.
Vert. van::" Sekai no chushin de ai wo sakebu." - Tokio : Shogakukan, cop. 2001. ISBN 9789044314687
Meeslepend drama met filosofische inslag.
*** Het is geen gewone verliefdheid die opbloeit tussen Sakurato en Aki, twee klasgenoten op de middelbare school.van een provinciestad in Japan. Hun liefde is de uiting van een diepe zielsverwantschap en gaat verder dan hun leeftijd zou doen vermoeden .Maar hun droom wordt wreed verstoord als Aki een ernstige ziekte ( leukemie) krijgt en er aan overlijdt. In flashbacks vertelt Sakurato het indrukwekkende verhaal van wat voor verbondenheid er bestond tussen hem en Aki en hoe hij probeert haar schijnbaar zo onrechtvaardige dood te aanvaarden. Door zijn heldere en openhartige stijl maakt Katayama de lezer deelgenoot van de wereld van deze jonge mensen. Het verhaal eindigt met een daad van toewijding aan de nagedachtenis van Aki die op iedere lezer een enorme indruk zal maken. Droomeiland is een onvergetelijke liefdesgeschiedenis , die de harten van honderdduizenden Japanse lezers wist te raken.
Kyoichi Katayama
geboren op 5 januari (1959) verliet de economische hogeschool om Droomeiland te schrijven en hij keerde er nooit meer terug. Hij is een meester in de Japanse vechtkunsten.
Bibliografie :
Kehai
(Sign)
Socrates in Love (Crying Out Love, In the Center of the World)-Droomeiland
"It was the moment when his beard scratched her cheeks and his falcon eyes looked directly down upon her, held her eyes until he must have seen how very small his face was, how very tiny, reflected in her gray eyes. And in that long, long moment, she knew Sardarji expected her to lower her eyes before him."
"This book moved into my life. It had to be fed in the morning and cleaned up in the evening,"
- Shauna Singh Baldwin.
I hear a little voice in my head and I ask it, "who are you?" and "why are you upset?" "what is your story?" and "please speak a little louder" and then go off and research and come back and ask it some more questions, I end up with a short story, maybe even a novel.
*** Het zestienjarige sikh-meisje Roop , geboren in het Punjabi-dorp van Pari Darvaza is één van de drie kinderen van Bachan Singh en de mooiste van zijn twee dochters. Zij heeft het voorrecht naar school te kunnen gaan maar ziet gauw in dat ze in een mannenwereld leeft en haar vaders ambities geconcentreerd zijn op haar broers.. Op een dag ontvangt Bachan Singh een huwelijksaanzoek voor zijn jongste dochter Roop van één van de invloedrijkste mannen van het dorp , Sardar Kunsal Singh .Maar het is geen huwelijk met één van zijn zonen dat hij komt voorstellen, zoals Bachan verwachtte, maar een aanzoek voor de machtige ingenieur en landeigenaar Sardarji uit Rawalpindi .
Sardarji, die door zijn studie in Oxford tussen twee culturen in staat, de Indiase en de Engelse.,heeft al een eerste vrouw, Satya.Zij is de trotse manager van Sardarjis huishouden, maar ze kan haar man geen erfgenaam schenken. Roop trouwt dus met de vijfentwintig jaar oudere Sardarji met het vooruitzicht hem kinderen te schenken. Satya, vernederd door Roops komst, verbergt haar gevoelens en besluit dat Roop voor haar een kind zal dragen. Het is in de tijd dat India onafhankelijk wordt van de Britten. Een turbulente periode breekt aan en ook in het huis van Sardarji dringt de moderne westerse cultuur door. De zelfbewuste Roop is daartegen bestand, maar de oudere Satya wordt ongewild een vreemde in de kringen waarin haar man verkeert.
De voortdurend veranderende machtsverhoudingen tussen de beide vrouwen, met hun grote verschillen en de generatiekloof, zijn de grote constante.in deze roman. Satya symboliseert de oude feodale tijd, Roop het nieuwe. Satya vecht een verloren strijd, Roop voegt zich in een tradtionele moederrol, maar in een voor haar open liggend bestaan. Hierdoorheen wordt een voortreffelijk beeld geschetst van de onafhankelijkheidsbeweging en de verschrikkingen van de deling in India en Pakistan.. Daardoor is het zowel een familieverhaal als een historische roman. Er is een feministische toonzetting met een sterke nadruk op zelfbeschikkingsrecht van vrouwen, een in India en Pakistan zeldzaam verschijnsel. Het is de terecht bekroonde debuutroman van de jonge Canadees-Indiase schrijfster. Het boek kreeg The Commonwealth Writers Prize als beste boek van de Canadees-Carraibische wereld.en verscheen ook op de long-list voor The Orange Prize voor fictie.
Shauna Singh Baldwin :-1962
To demand justice, I find I must explore injustice.
-- we tell the lies that tell the truth
is geboren in Montreal en groeide op in India.Zij is de schrijfster van :English Lessons and Other Stories en co-auteur van A Foreign Visitor's Survival Guide to America.
Haar korte verhalen, gedichten en essays verschenen in verschillende literaire magazines in the U.S.A., Canada,en India. Van 1991-1994 was ze een onafhankelijke radio producer en gastvrouw van : "Sunno!" the East-Indian-American radio show where you don't have to be East-Indian to listen.
Shauna behaalde een M.B.A. aan Marquette University. Haar eerste roman : "What the Body Remembers", kwam uit in 1999 bij Knopf, Canada; Nan Talese/Doubleday, en Transworld UK.Hij is vertaald in elf talen .
Shauna's awards :
* India's international Nehru Award (gouden medaille) *The national Shastri Award, een zilver medaille voor Engels proza. *Writer's Union of Canada Award (1995) voor korte verhalen * Canadian Literary Award.(1997) English Lessons ontving de Friends of American Writers Award.
Bibliografie : A Foreign Visitor's Survival Guide to America (1992, coauthored) English Lessons and Other Stories (1996, short stories) What the Body Remembers (2000) The Tiger Claw (2004)
*** De titel van het boek ; " La Consolante " is ontleend uit een term van het petanquespel : ' Envoyer à la consolante ' - of verwezen worden naar het troosttornooi voor diegenen die door directe eliminatie uitgeschakeld worden. Het is een partij voor niets , zonder competitie , zonder verliezers ...enkel voor het plezier nog . Het hoofdpersonage van het boek is Charles Balanda, een Parijse architect , een gejetlaagde bijna vijftiger , die zijn beroepsleven verdeelt tussen verschillende hoofdsteden en zijn intieme leven doorbrengt met Laurence, waarvan hij niet meer houdt en , die op haar beurt niet meer van hem houdt, en haar 14 jarige puber Mathilde. Op een dag verneemt hij bij toeval de dood van Anouk , de vreemde moeder van Alexis, een copain uit zijn kinderjaren. Zij is in ellende en eenzaamheid gestorven . Zij was voor de kleine Charles, zowat een tweede moeder en zijn eerste onderwijzeres.geweest, maar hij had haar nu reeds jaren verwaarloosd. Hij scheurt de onheilsbrief en werpt hem in de afvalrmand in de keuken.Als hij zijn voet van het pedaal terugzet en hij het deksel hoort dichtvallen "klak" , krijgt hij de indruk een soort doos van Pandora te sluiten . Maar hij moet terug naar het leven. "Allé ... t'is voorbij . Het probleem is - het is helemaal niet gedaan , hij keert helemaal niet naar het leven en de werkelijkheid terug . Zijn verleden keert met een verschrikkelijke kracht terug en hij blijkt niet in staat om het te trotseren. Hij wankelt en wil weten waarom die , vrolijke en grillige Anouk , begonnen is zichzelf te vernietigen. Wanneer hij met moeite een nieuw bestaan tracht op te bouwen ontmoet hij in Limousin , Kate , een Engelse die er in een ware ménagerie woont.Het eigendom is echter een ruïne geworden.Grote werkzaamheden in het vooruitzicht voor Charles als architect. Waarom zijn de werken van Anna Galvada bestsellers? Omdat zij troost brengen in tijden van crisis en haar verhalen als een balsem voor het hart zijn..De lezer kan zich identificiëren met haar personages, wat hem in staat stelt bepaalde zaken te begrijpen zonder te moeten terugvallen op zijn eigen verleden. De eerste regel om getroost te worden is niet dat men oplossingen aanbrengt maar dat men begrepen wordt. Het verhaal van Kate is verschrikkelijk maar het leven vindt er zijn plaats in. Charles, zelf herleeft dank zij haar, op een onverwachte manier want hij vertoeft nu in totaal ander omstandigheden. Gavalda toont ons dus dat de oplossing uit een totaal onverwachte hoek en op een volkomen onverwachte wijze kan aankomen, -dat het leven ons voor veel verrassingen kan plaatsen buiten het "business plan ". Haar boek geeft ons op zijn minst ruimte voor deze mogelijkheden.
Anna Gavalda :
is geboren in 1970 in Boulogne-Billancourt. Zij studeerde moderne letteren aan de Sorbonne.Zij heeft verschillende kleine beroepen uitgeoefend zoals,: dienster , kassierster,onthaal-hostess, au pair meisje in de Vernigde Staten, redactrice van huis-aankondigingen, vertaalster van romans Harlequin. Vandaag leeft ze in Seine-et-Marne., waar ze s'morgens lerares frans is, in de namiddag veearts-assistente , voltijds mama voor haar twee kinderen en .. s'nachts schrijfster. In 1992 werd ze laureate van ; La plus belle lettre d'amour, voor France Inter. Inmiddels is ze één van de populairste franse schrijfsters geworden.
Bibliografie:
Je voudrais que quelqu'un m'attende quelque part
, Le Dilettante, nouvelles, 1999
Je l'aimais
, Le Dilettante, roman, 2002
35 kilos d'espoir
, Bayard Jeunesse, roman pour adolescents, 2002
Ensemble, c'est tout
, Le Dilettante, roman, 2004
Nouvelles à chute
, Ed. Magnard,2004
La Consolante
, Le Dilettante,roman, 2008
Sarko m'a déjà repris
«Ensemble, tout devient possible», si ça se trouve, dès que Carla sera partie, il me chipera aussi «La consolante»... ( Anna Gavalda)
" Zwagerman schrijft indringend en ontroerend...onder meer zo goed vanwege het beeldend vermogen en de stilistische souplesse "
" Zwagerman is de meest complete schrijver van zijn generatie "
*** Otto vallei is voor bijna alles bang. Daarom is het maar goed dat hij schrijver is. Dan hoeft hij tenminste de deur niet uit.Helaas gaat hij sinds enige tijd gebukt onder de ergste aller schrijverskwalen ; het writer's block. Ten einde raad overweegt hij om te beginnen aan een roman over een schrijver die maar niet tot schrijven komt. Als ook dat mislukt zegt Otto met bloedend hart de literatuur vaarwel en wordt co-presentator van het nauwelijks beluisterde radioprogramma ' Chaos en rumoer '. Otto ziet zijn overstap als een beschamende degradatie ; van de letteren naar de media , van de gooi naar de eeuwigheid naar de knieval voor het allervluchtigste. Dan wordt hij terug de literatuur ingezogen , zij het niet meer als schrijver maar als personage. Tot zijn ontzetting ziet Otto zichzelf terug in een boek van een ander. De veelgelezen Eddy Waterland maakt furore met een roman over een schrijver die maar niet aan het schrijven toe komt ... Een scherpe, humoristische roman over Otto VALLEI , denkt Otto Vallei.
De satire in Chaos en Rumoer verandert radicaal van aard wanneer Otto en zijn collega's van de radio verstrikt raken in een kluwen van feit en fictie. Het thema van het boek is paranoia. Otto leeft in een eigen wereld met zijn eigen bedenkingen over wat de mensen zijn , doen en hoe ze er allemaal uitzien. Overal zoekt hij wat achter, terwijl dat volkomen zinloos is.
Joost Zwagerman .
wordt op 18 november 1963 geboren in Alkmaar in een echt ouderwetse onderwijsfamilie.
Na drie jaar atheneum aan de Rijksscholengemeenschap Noord -Kenemerland stapt hij na gedragsproblemen over naar de Havo.
Vanaf 1984 volgt hij Nederlandse taal en letterkunde aan de universiteit van Amsterdam,maar liet geen tranen toen hij er die studie niet afwerkte. Hij was reeds wat hij wilde bereiken nl schrijver.- Het klopte niet dat hij toen als nederig studentje in de collegezaal zat. Kunst en met name literatuur heeft hem in hoge mate gevormd - meer dan zijn leraren en opvoeders.
Sinds 1984 woont hij samen met zijn oude schoolliefde en latere echtgenote Ariëlle in Amsterdam.
In 1988 volgt hij een cursus creatief schrijven bij Oek de Jong..wordt redacteur bij het tijdschrift De Held.
Naast fictie schrijft hij ook veel essays over het geloof en publiceert deze met regelmaat in bladen met een christelijke achtergrond.
Wat poëzie betreft wordt hij ingedeeld bij de Maximalen , een generatie die zich afzet tegen de saaie en bloedloze poëzie van de generatie voor hen, en ze pleiten voor dichtkunst die met beide voeten in de maatschappij staat.
Zwagerman wordt in de media een beetje afgeschildert als poéte maudit.
Joost Zwagerman is daarnaast ook actief als columnist, van 1998 tot 2002 voor de Volkskrant en sinds 2001voor NRC Handelsblad. In 2003 en 2004 was Zwagerman presentator van het televisieprogramma VPRO's Zomergasten .In januari 2008 werd hem de Gouden Ganzeveer toegekend, voor zijn uitzonderlijke bijdrage aan de Nederlandse geschreven cultuur. Eerdere laureaten waren onder meer Kees van Kooten en Jan Blokker.
Bibliografie :
POËZIE :
Langs de doofpot (1987)- gedichten
De ziekte van jij (1988)-gedichten
De mooiste vrouw ter wereld (1993)-gedichten
Bekentenissen van de pseudomaan ( 2001) -gedichten
Tot hier en zelfs verder (2005) - De vroege gedichten
Roeshoofd hemelt (2005) - gedichten
PROZA :
De houdgreep (1986)
Kroondomein (1987) - verhalen
Gimmick! (1989)
Vals licht (1991)
De buitenvrouw (1994)
Tomaatsj (1996) -novelle
Chaos en rumoer (1997)
Het jongensmeisje (1998) - verhalen
Zes sterren (2002)
ESSAYS EN ANDERE NON-FICTIE :
Collega's van God (1993)
De kus van Michael Jackson (1993) -columms
In het wild (1996)
Pornotheek Arcadië (2000)
Landschap met klein vuil (2001)
Het vijfde seizoen (2003)
Het wilde westen (2003)
Tussen droom en daad in Dubbelstad(2004) -
Alkmaar in feit en fictie
Door eigen hand (2005)
De Nederlandse en Vlaamse literatuur vanaf 1880 in 250 verhalen, bloemlezing (2005)
De Nederlandse en Vlaamse literatuur vanaf 1880 in 60 lange verhalen, bloemlezing(2006)
Perfect Day (2006)
Transito (2006)
Hollands welvaren (2007)
De ontdekking van de literatuur(2007). The Paris Review Interviews. Bloemlezing.
"Robinson knows all her characters well and infuses them with emotional authenticity, wisely rendering their foibles and strengths."
In This Is My Daughter, Robinson has created a skillful and sensitive portrayal of divorce and its post-nuclear-family fallout."
*** Emma Kirkland en Peter Chatfield uit New York gaan trouwen en brengen beide een dochter uit een eerder huwelijk mee. Maar tussen Tess,de zachtaardige, driejarige dochter van Emma, en Amanda , de gesloten, zevenjarige dochter van Peter, botert het niet erg. Ook Emma heeft veel problemen met Amanda. Omdat beide ouders niet willen toegeven dat ze hun eigen dochter voortrekken , lopen de spanningen hoog op en dreigt het huwelijk van Emma en Peter vergiftigd te raken. Amanda groeit op tot een lastige puber. Ze wast zich niet, verft haar haren groen en experimenteert met drugs. Ze walgt van haar schattige stiefzusje. Niemand begrijpt haar, zelfs haar eigen vader niet. Met een wanhopige daad probeert Amanda het nieuwe gezin te dwingen haar au serieux te nemen ...
Roxana( Barry) Robinson
is geboren in Pine Mountain, Kentucky, en bracht haar jeugd door in New Hope, Pennsylvania. Ze studeerde aan de Buckingham Friends School ,in Lahaska en aan The Shipey School in Bryn Mawr. Ze ging samen met Bernard Malamud en Howard Nemerov naar het Bennington College. Ze behaalde een B.A. in Engelse Literatuur aan de Universiteit van Michigan.
Hoewel Roxana Robinson reeds vroeg als kind met schrijven begon ,behaalde ze toch haar bachelor in de kunst ,en werkte ze de eerste jaren van haar carriére in een galerie. Robinson verdeelt haar tijd tussen New York en Maine en schrijft geregeld over de wereld van natuur en omgeving. Haar essays en reviews verschenen o.a. in : The New York Times, Boston Globe, Washington Post, House and Garden, Fine Gardening, Travel and Leisure, The Wilson Quarterly, Vogue, The Wall Street Journal.
Haar werk wordt door The New York Times vergeleken met dat van John Cheever en Times Magazine vergelijkt haar met Edith Warton.
Bibliografie :
Summer Light
, (1987)
Georgia O'Keeffe: A Life. (1989)
A Glimpse of Scarlet and Other Stories.(1991)
Asking for Love.(1996)
This Is My Daughter.(2000) -Amanda's Schwester -La Fille de L'Autre-Stiefkind
*** Geld,aanzien,macht ; het ontbreekt de Braswells aan niets. Totdat hun oudste zoon op bizarre wijze verongelukt tijdens het vissen op een blauwe marlijn en een vernietigend geheim met zich meeneemt. Als er tien jaar later een vliegtuig neerstort voor de kust van Florida komt Thorn tijdens de reddingsoperatie een gevaarlijke samenzwering op het spoor. Iemand heeft een hightech wapen ontwikkeld dat met één stroomstoot elektrische systemen kan vernietigen - een wapen dat absoluut niet in verkeerde handen mag vallen. Wat is het verband met de Braswells , hun familiebedrijf en hun verbeten jacht op de blauwe marlijn ? Meesterverteller James Hall leidt ons naar de bloedstollende ontknoping.
De blauwe marlijn (Blue Merlin) behoort tot de orde van de baarsachtigen.( Perciformes). De vis kan een lengte bereiken van 4,3 meter en een gewicht van meer dan 900 kilogram.In de hengelsport is dit een van de meest gewilde vissen vanwege de enorme formaten die bereikt kunnen worden en vindt er een uitgebreide en kostbare "big game" visserij op plaats.
James Wilson Hall
Hij begon zijn carriére als dichter , maar in 1987 publiceerde hij zijn eerste misdaadroman. Inmiddels heeft hij heel wat boeken op zijn naam staan en is hij één van de beste misdaad-schrijvers ter wereld.Hij was een Fulbright professor in literatuur in Spanje en geeft les als professor in literatuur en writing op Florida International University.Enkele van zijn vroegere studenten zijn nu zelf gevierde schrijvers. James Hall woont met zijn vrouw Evelyn en hun drie honden , Carrie, Stella en Maggie deeltijds in Zuid-Florida en de bergen van western North-Carolina.
" Een goede thriller ' , zegt hij , ' gaat niet over een misdaad , maar over de strijd van de mensen tegen het innerlijke kwaad '
Bibliografie :
Poëzie
-The Lady from the Dark Green Hills
-Ham Operator
-False Statements
-The Mating Reflex
Romans
-Under Cover of Daylight(1987) -Blinde Wraak-Zwart Bloed
Oorspronkelijke titel : " Corée du Nord , Etat voyou "
Uitgeverij : Atlas -2003
paperback : 128 pagina's
ISBN-13 9789045011493
Pierre Rigoulot is journalist, historicus,en mensenrechten activist die in Parijs woont. Hij schreef veel boeken over de geschiedenis van de politieke repressie en werkte mee aan het hoofdstuk Noord-Korea van de bestseller "The Black Book of Communism (Harvard University Press).
***
In zijn boek : "De schurkenstaat " geeft Pierre Rigoulot ons een schokkend en onthullend beeld van Noord-Korea ,een gesloten en voor velen onbekende land-één van de laatste communistische bolwerken ter wereld. Het land heeft zich na de Koreaanse oorlog in de jaren vijftig volledig geïsoleerd en geldt als een van de ontoegankelijkste landen ter wereld. In navolging van zijn in 1994 overleden vader, Kim Il Sung, houdt de huidige leider Kim Jong Il het land met 21 miljoen inwoners in een stalen greep. Beide leiders zijn door middel van een enorme persoonlijkheidscultus tot mythische proporties verheven. , Noord-Korea is zo goed als bankroet, de economie is ingestort en de bevolking wordt bedreigd door hongersnood.
Uit internationale rapporten blijkt dat sinds 1995 meer dan 2 miljoen Noord-Koreanen stierven bij gebrek aan eten. Bijna de helft van de kinderen in Noord-Korea is ondervoed. Landbouwers bewerken er het land met de hand want er zijn bijna geen machines.Sinds de val van de Sovjet-Unie komt er ook vanuit die hoek geen hulp meer. Het land kan alleen overleven dankzij enorme voedselsteun van de VS en de Europese Unie in het kader van het World Food Program. Op de vlucht voor honger en vervolging, verbergen zich een 300.000 tal Noord-Koreanen in China.
De Chinese overheid stuurt opgepakte vluchtelingen echter zonder pardon terug en dan lopen ze een reëel gevaar om in de gevangenis te belanden of zelfs gedood te worden.Velen van hen worden dan opgesloten in concentratiekampen vergelijkbaar met de Goelagkampen uit de vroegere Sovjetunie en de Laogaikampen in China.
Zij zijn een van de weinige volkeren die nog te lijden hebben onder een mensonwaardig collectivistisch systeem dat de individuele vrijheid onderdrukt en de ontwikkeling van welvaart belemmert. En dat enkel en alleen omwille van de machtsdrang van enkele partijleiders die zich de vertegenwoordigers van de Zon op aarde achten.
In een poging aan geld te komen houdt het regime zich bezig met duistere praktijken als wapenleveranties, drugssmokkel en steun aan terroristen. Reden voor president Bush om het land een `schurkenstaat' te noemen.
In "De schurkenstaat. Een geschiedenis van Noord-Korea ",geeft Pierre Rigoulot een schokkend en onthullend kijkje in dit gesloten en voor velen onbekende land en beschrijft hij op heldere wijze de geschiedenis en achtergronden van Noord-Korea. Voor deze Nederlandse vertaling schreef hij een speciaal, geactualiseerd nieuw hoofdstuk. Pierre Rigoulot is een expert in de geschiedenis van het communisme, waarover hij verscheidene boeken publiceerde. Eerder verscheen van hem "De aquariumsvan Pyongyang", waarin hij het schokkende relaas van een Noord-Koreaanse vluchteling optekende.
Bibliografie :
Le Croque-Rave libertaire, histoire d'un ouvrier du pays de Montbéliard, Editions Les Presses d'aujourd'hui, 1980.
Des Français au goulag, Fayard, 1984.
L'Yonne dans la guerre 1939-1945, Horvath, Paris, 1987.
La Tragédie des Malgré-nous, Denoël, 1990.
Les Paupières lourdes, aveuglements et indignations en France sur le goulag, Editions Universitaires, 1991
Les Enfants de lépuration, Plon, 1993.
L'Alsace-Lorraine pendant la guerre de 1939-1945, PUF, coll. « Que sais-je ? », 1997.
Le livre noir du communisme (collab.), Robert Laffont, 1997.
Un Pavé dans l'histoire, avec Ilios Yannakakis, Robert Laffont, 1998.
Les Aquariums de Pyongyang avec Kang Chol Hwan, Robert Laffont, 2000.
Le Siècle des camps, avec Joël Kotek, Lattès, 2000.
Druk oponderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
"Oorlog: een laffe vlucht uit de problemen van de vrede."
De vrouw is het enige geschenk dat zichzelf verpakt.
Hondenleven
Lekker slapen, heerlijk zacht, stilletjes liggen, weinig gapen. op tijd je eten, wat had je gedacht? Een wandeling elke dag Poezen pakken als het mag. Boze dieven buiten gooien, altijd weg met vlooien. Vertroeteld worden door de baas, konijntjes vangen en soms een haas. Nooit in de kou een beentje kluiven, rollebollen en springen naar de duiven. Putten graven, liefst heel diep en hopen dat 't baasje ze niet ziet. En heel soms in 't bedje slapen, Zachtjes dromen van mijn vriendjes en alle lieve kindjes. Wat is het fijn, hier een hond te zijn.
ZO - heb het weer eens gelapt zé ! ruitenlappen , zooitje van niets
Tezamen aan de dis gezeten zijn wij verzoend met ons bestaan , zolang wij niet bij ons geweten en bij ons hart te rade gaan.
Heere Heeresma
Paul Auster
James Patterson
John Le Carré
Lezen vrijwaart je van gekooide gedachten .
"Bij processen van terroristen zit de zaal bomvol."
Ervaring is eenvoudig de naam die we aan onze fouten geven.
Dankbaarheid is een bloemke , dat in weinig hoven bloeit. -Guido Gezelle.
Emoties, ach,mevrouw, emoties Zijn zo vies ; vis die niet kan zwemmen In mijn uitgekookte zee van ironie .
Armoede brengt volkeren tot revoluties en revoluties brengen het volk weer tot armoede .
Je kunt wel roepen dat je op het juiste spoor zit, maar daar schiet je niks mee op, als de trein stil staat.
Neem eens afstand, dat geeft meer zicht.
Sommige mensen worden zozeer bewierookt dat ze de verstikkingsdood sterven.
Humor is de zwemgordel op de rivier van het leven
Alleen een gek voelt
met beide voeten
hoe diep het water is
Als iemand bij me aanbelt, doe ik altijd mijn jas aan voordat ik de deur open doe. Minder leuk gezelschap zeg ik: "Sorry, ik moet juist weg." Wel leuk gezelschap: "Wat leuk, ik kom net thuis."
"Een bibliothecaris is een boekhouder."
Want men moet nooit te lang verwijlen In den warmen schoot van 't geluk : De schoonste illusies verijlen Onder een voortdurenden druk.
Moeilijker dan leven zonder toekomst is leven zonder verleden. .
Wie twijfelt aan zijn eigen eerlijkheid begint eerlijk te zijn
John Grisham
Er is iets dat de voortijden ons leren En ook de zon die net is opgegaan . Het eeuwige lot der mensen is ontberen, Je hebt alleen wat je kunt laten staan.
Door al wat je bezit laat je je leiden, En waar je meester bent, en je ook knecht, Behoefte ziet zich van genot gescheiden, En plicht hecht zich meteen aan ieder recht.
Als men de taal met een handschoen vergelijkt, die om een inhoud getrokken is, dan past de Duitse, Franse en Italiaanse te ruim, de Nederlandse te strak, terwijl de Engelse als gegoten zit.